mw. mr. W.A. Timmer

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking bijstand wegens te lang verblijf in buitenland zonder zeer dringende redenen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking van bijstand en afwijzing aanvraag om bijstand wegens hennepkwekerij en onvoldoende financiële openheid.

Centrale Raad van Beroep vernietigt afwijzing aanvragen bijstandsverlening Bbz 2004, maar laat rechtsgevolgen in stand. Appellant heeft onvoldoende gegevens verstrekt voor levensvatbaarheid bedrijf.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag Tozo-5; appellant voldoet niet aan urencriterium voor zelfstandig ondernemers.

Hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard wegens termijnoverschrijding in Tozo-zaak; schadevergoeding van € 500,- toegekend aan appellant.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het college terecht de DUO-lening heeft betrokken bij de beoordeling van de draagkracht voor bijzondere bijstand. De eerdere uitspraak van de rechtbank wordt vernietigd.

Centrale Raad van Beroep vernietigt de afwijzing van bijzondere bijstand voor een boxspring, oordeelt dat het college onvoldoende onderzoek heeft gedaan naar vergoedingsmogelijkheden via de Zorgverzekeringswet.

Centrale Raad bevestigt intrekking Tozo-bijstand wegens schending inlichtingenverplichting. Appellant meldde diverse inkomsten niet, waardoor het college terecht tot herziening en terugvordering overging.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de herziening van AOW-pensioen naar gehuwden terecht was, ondanks eerdere uitspraak van de rechtbank.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag bijzondere bijstand voor hotelkosten; geen zeer dringende redenen aanwezig.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking bijstand wegens niet verstrekken woon- en leefsituatie gegevens door appellante. Beroep op evenredigheid slaagt niet.

Centrale Raad van Beroep bevestigt terugvordering bijstand op basis van eerdere aanspraak op middelen uit overeenkomst, uitspraak 15 oktober 2024.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de afwijzing van de Tozo-aanvraag, oordeelt dat pensioeninkomen van de partner niet in aanmerking mag worden genomen, maar laat het besluit in stand vanwege verstrekte voorschotten.

Centrale Raad van Beroep wijst verzoek om schadevergoeding af; appellante had geen recht op schadevergoeding wegens onjuiste loonheffing over bijstand.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking en terugvordering van bijstand op basis van extreem laag waterverbruik en niet weerleggen van woonadres.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de Svb aannemelijk heeft gemaakt dat er sprake was van informed consent bij het huisbezoek, waardoor de herziening van de AOW-pensioenen in stand blijft.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat bij de bijstandsverlening aan marginaal zelfstandigen geen rekening gehouden hoeft te worden met verwervingskosten. De vrijlatingsregeling is dwingendrechtelijk en het college kan gegevens van de stichting opvragen.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat terugvordering van bijstand na erfenis mogelijk is, maar college onvoldoende rekening hield met belangen appellanten. Nieuwe beslissing vereist.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing verzoek om bijstand met terugwerkende kracht. Geen bijzondere omstandigheden aangetoond door appellant.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking en terugvordering van bijstand wegens niet-gemelde werkzaamheden als nagelstyliste. Appellanten hebben inlichtingenverplichting geschonden; gegevens zijn onvoldoende voor schatting van recht op bijstand.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking van bijstand wegens verblijf in het buitenland. Appellante maakte niet aannemelijk dat er toezeggingen waren gedaan door het college.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van de WW-uitkering aan appellant, omdat hij niet als werknemer kan worden aangemerkt door het ontbreken van een gezagsverhouding.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing Wajong-uitkering; appellante's verzoek om terug te komen van eerdere weigering op goede gronden afgewezen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de beëindiging van de ZW-uitkering van appellante per 29 mei 2021, oordelend dat de geselecteerde functies passend zijn en dat appellante niet meer dan 65% van haar laatst verdiende loon kan verdienen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de beëindiging van de WIA-uitkering van appellant, omdat hij minder dan 35% arbeidsongeschikt is. Appellant's argumenten over medische beperkingen worden niet gevolgd.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de mate van arbeidsongeschiktheid van appellant op 36,73% per 28 december 2021, vastgesteld door het Uwv. Het verzoek om schadevergoeding wordt afgewezen.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat appellant ten onrechte niet-ontvankelijk werd verklaard, maar bevestigt dat WW-uitkering per 6 september 2022 terecht is geweigerd.

Centrale Raad van Beroep vernietigt uitspraak rechtbank over vergoeding studieschuld in faillissement en bevestigt maximering volgens WW.

Appellant verzocht om vergoeding van daadwerkelijke proceskosten in WIA-zaak, maar de Raad bevestigde dat er geen bijzondere omstandigheden waren voor afwijking van het forfaitaire bedrag. Hoger beroep slaagt niet.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering Wajong-uitkering; appellant heeft niet duurzaam arbeidsvermogen, ondanks behandelmogelijkheden.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering doelgroepverklaring loonkostenvoordeel wegens te late aanvraag. Strikte termijn in Wtl is niet te omzeilen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat het Uwv de transitievergoeding van € 13.181,65 niet hoeft over te nemen, omdat deze betrekking heeft op de periode na het einde van het dienstverband.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de verlaging van de WW-uitkering van appellante, die in september 2021 60 uur als zelfstandige werkte, boven het vrijgelaten aantal uren. De Raad oordeelt dat er geen bijzondere omstandigheden zijn die toepassing van de wet rechtvaardigen.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de WW-uitkering van betrokkene per 22 november 2021 ingaat, ondanks de beëindiging van de arbeidsovereenkomst per 1 november 2021, omdat de opzegtermijn van de werkgever in acht moet worden genomen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt loonsanctie voor onvoldoende re-integratie-inspanningen en kent schadevergoeding toe wegens overschrijding van de redelijke termijn.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing compensatie transitievergoeding door Uwv, omdat arbeidsovereenkomst beëindigd is wegens verstoorde arbeidsverhouding, niet door ziekte.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing faillissementsuitkering aan appellant wegens gebrek aan gezagsverhouding met werkgeefster.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering WW-uitkering wegens verwijtbare werkloosheid door seksueel grensoverschrijdend gedrag.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat betrokkene geen verwijtbare werkloosheid heeft en dat de WW-uitkering terecht is toegekend.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Uwv ten onrechte geen loonsanctie heeft opgelegd aan de Omgevingsdienst wegens onvoldoende re-integratie-inspanningen. Eerste arbeidsongeschiktheidsdag en dagloon zijn correct vastgesteld. Proceskostenveroordeling Uwv.

Centrale Raad van Beroep bevestigt korting op bezoldiging van 30% en wijst schadevergoeding af, omdat appellante geen buitensporige werkomstandigheden heeft aangetoond.

Hoger beroep over ZW-uitkering; rechtbank verklaarde beroep niet-ontvankelijk. Raad vernietigt uitspraak en verklaart beroep ongegrond. Proceskostenvergoeding van € 1.750,- aan appellante.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de loonsanctie van het Uwv aan appellante wegens onvoldoende re-integratie-inspanningen in het kader van de Wet WIA.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat Uwv ten onrechte geen loonsanctie oplegde, en kent verzoeker € 5.706,48 schadevergoeding toe, te vermeerderen met wettelijke rente.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de beëindiging van de Wajong-uitkering van appellant, omdat hij minder dan 25% arbeidsongeschikt is. De medische oordelen van de verzekeringsartsen worden onderschreven.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat het Uwv terecht het ziekengeld van betrokkene niet heeft gekort, omdat er geen passend werkaanbod was.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat Uwv terecht ziekengeld werkneemster beëindigde; werkneemster niet geschikt voor haar arbeid.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering Wajong-uitkering; appellant had op zijn achttiende geen duurzaam arbeidsvermogen.

Appellante verzocht om een faillissementsuitkering, maar het Uwv weigerde dit wegens onvoldoende bewijs van een arbeidsovereenkomst. De Raad bevestigde de weigering en verklaarde het hoger beroep niet-ontvankelijk.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de beëindiging van de WAO-uitkering onrechtmatig was en dat het Uwv wettelijke rente moet vergoeden over de nabetaling. Schadevergoeding voor andere posten afgewezen.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat er geen strijd is met het verbod van reformatio in peius bij toekenning van faillissementsuitkering. Uwv veroordeeld tot schadevergoeding en proceskosten.