mw. mr. C. Karman

Centrale Raad van Beroep bevestigt uitspraak rechtbank dat Uwv dagloon van betrokkene onterecht heeft vastgesteld op € 117,57, in strijd met het evenredigheidsbeginsel.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering WIA-uitkering aan appellante wegens minder dan 35% arbeidsongeschiktheid.

Centrale Raad van Beroep veroordeelt Uwv in proceskosten van betrokkene tot € 907,- na intrekking hoger beroep.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de beëindiging van de WIA-uitkering van appellante per 1 februari 2022, omdat zij minder dan 35% arbeidsongeschikt is.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging WIA-uitkering van appellante wegens minder dan 35% arbeidsongeschiktheid. Medische beoordeling door Uwv wordt onderschreven.

Centrale Raad van Beroep wijst verzoek om proceskostenveroordeling af in hoger beroep WIA, omdat er niet aan appellant is tegemoetgekomen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt terugvordering WIA-voorschotten door Uwv; appellant had geen dringende redenen om van terugvordering af te zien.

De Centrale Raad van Beroep heeft het Uwv veroordeeld tot een proceskostenvergoeding van € 6.459,40 na intrekking van het hoger beroep door appellante, die volledig tegemoetgekomen is door het Uwv.

Herziening en terugvordering van WIA-uitkering van € 56.214,51 wegens niet voldoen aan inkomenseis. Geen dringende redenen om van herziening en terugvordering af te zien.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de hervatting van de WAO-uitkering van appellant per 8 januari 2022, na beëindiging wegens niet-naleving van de inlichtingenplicht.

Het verzoek om herziening van de uitspraak van 21 juli 2017 is niet-ontvankelijk verklaard omdat het onredelijk laat is ingediend.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Uwv terecht een WIA-voorschotuitkering heeft teruggevorderd van appellant, omdat de hoogte van het inkomen correct is vastgesteld en het beroep op het vertrouwensbeginsel niet slaagt.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van het Uwv om appellante een WIA-uitkering toe te kennen, omdat zij minder dan 35% arbeidsongeschikt is. Medische en arbeidskundige beoordelingen ondersteunen deze beslissing.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de vaststelling van het WIA-dagloon op € 131,52, geen rekening gehouden met overuren die na de referteperiode zijn uitbetaald.

Centrale Raad van Beroep vernietigt het besluit van het Uwv om een verzoek om terug te komen op een onjuist toerekeningsbesluit af te wijzen, en oordeelt dat het Uwv onvoldoende rekening heeft gehouden met de belangen van appellante.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart het beroep van appellante gegrond inzake de toerekening van WGA-uitkering, die ten onrechte was toegewezen.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en oordeelt dat Uwv onterecht weigerde WGA-uitkering met terugwerkende kracht te herzien na erkenning van onjuiste grondslag.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Uwv onterecht de toerekening van de WGA-uitkering aan appellante heeft gehandhaafd en vernietigt het besluit. Uwv moet opnieuw beslissen en proceskosten vergoeden.

Centrale Raad van Beroep verklaart verzoek om herziening niet-ontvankelijk wegens niet tijdig betalen griffierecht.

Centrale Raad van Beroep vernietigt besluit Uwv over WGA-uitkering; Uwv moet nieuw besluit nemen met belangenafweging.

De WIA-uitkering van appellant is terecht geschorst en ingetrokken omdat hij niet op het spreekuur van de verzekeringsarts verscheen. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank.

Intrekking en terugvordering van een WIA-toeslag wegens schending van de inlichtingenplicht door appellante. Terugvordering vastgesteld op € 4.900,-. Geen dringende redenen om geheel van terugvordering af te zien.

Centrale Raad van Beroep veroordeelt Uwv in proceskosten na intrekking hoger beroep door appellant, met een totale vergoeding van € 2.625,- en griffierecht van € 185,-.

Appellante heeft het hoger beroep ingetrokken omdat het Uwv volledig aan haar bezwaren is tegemoetgekomen. De Raad veroordeelt het Uwv in de proceskosten van € 875,- en het griffierecht van € 136,-.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de terugvordering van de WIA-uitkering van appellant, die gedetineerd was. Er zijn geen dringende redenen om van terugvordering af te zien. Appellant ontvangt geen proceskostenvergoeding.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing verzoek verhoging dagloon voor vrijwillige ZW- en WIA-verzekering. Beroep op vertrouwensbeginsel slaagt niet.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging WIA-uitkering van appellante wegens minder dan 35% arbeidsongeschiktheid. Medische en arbeidskundige grondslagen zijn voldoende onderbouwd.

Hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard wegens niet tijdig betalen griffierecht.

De Raad bevestigt de beëindiging van de ZW-uitkering van appellant per 19 mei 2021, oordelend dat het Uwv zorgvuldig medisch onderzoek heeft verricht en dat appellant in staat is om geselecteerde functies te verrichten.

Centrale Raad van Beroep bevestigt herziening en terugvordering WIA-uitkering wegens schending inlichtingenplicht door appellant.

Centrale Raad van Beroep veroordeelt Uwv tot vergoeding van proceskosten en wettelijke rente na intrekking hoger beroep.

Centrale Raad van Beroep veroordeelt Uwv in proceskosten na intrekking hoger beroep, met een vergoeding van € 875,- en griffierecht van € 136,-.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat appellant recht heeft op een IVA-uitkering met ingang van 11 januari 2019, na vernietiging van de eerdere weigering door het Uwv.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van het Uwv om appellant te begeleiden bij re-integratie als zelfstandig ondernemer, gezien zijn beperkingen en de ongeschiktheid van zelfstandig ondernemerschap.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de beëindiging van de ZW-uitkering van appellante per 28 oktober 2021, oordelend dat het Uwv voldoende medische en arbeidskundige grondslag heeft voor deze beslissing.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van de Wajong-uitkering aan appellant, omdat hij over arbeidsvermogen beschikt en niet als jonggehandicapte kan worden aangemerkt.

Appellant verzocht om een Wajong-uitkering, maar het Uwv weigerde dit. De rechtbank en de Raad bevestigden de weigering, omdat er geen nieuwe feiten waren die herziening rechtvaardigden.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering Wajong-uitkering; appellant kan in toekomst basale werknemersvaardigheden ontwikkelen.

Centrale Raad van Beroep verklaart hoger beroep niet-ontvankelijk wegens ontbreken van gronden in beroepschrift. Appellant heeft geen gronden ingediend ondanks meerdere verzoeken om herstel.

Centrale Raad van Beroep verklaart hoger beroep niet-ontvankelijk wegens te late indiening van het beroepschrift.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de arbeidsongeschiktheid van appellante op 52,41% en wijst verzoek om onafhankelijke deskundige af. Uwv wordt veroordeeld in proceskosten van € 6.713,12.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing herzieningsverzoek WAO-uitkering; geen nieuwe feiten of omstandigheden aangevoerd.

Hoger beroep over beëindiging WIA-uitkering. Appellante betwist arbeidsongeschiktheid beoordeling. Deskundige bevestigt FML, met aanpassing. Uwv's besluit blijft in stand. Schadevergoeding voor termijnoverschrijding toegekend.

De Centrale Raad van Beroep heeft geoordeeld dat betrokkene recht heeft op een IVA-uitkering, omdat zijn volledige arbeidsongeschiktheid duurzaam is. De eerdere uitspraak van de rechtbank is vernietigd.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de arbeidsongeschiktheid van appellante op 35,66% en wijst haar verzoek om een IVA-uitkering af.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de WIA-uitkering van appellant met een arbeidsongeschiktheidspercentage van 59,54%.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat bezwaren tegen betaalspecificaties van het Uwv niet-ontvankelijk zijn, omdat deze geen besluiten zijn in de zin van de Awb.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat het Uwv terecht het bezwaar van appellante tegen de betaalspecificatie ongegrond heeft verklaard. Appellante kan bezwaren tegen beslaglegging aan de civiele rechter voorleggen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt niet-ontvankelijk verklaring van bezwaren tegen betaalspecificaties van uitkering. Hoger beroep slaagt niet.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de WW-uitkering van betrokkene over een bepaalde periode moet worden meegenomen in de berekening van het WIA-dagloon. Uwv moet besluit herstellen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van het Uwv om appellant een WIA-uitkering toe te kennen, omdat hij minder dan 35% arbeidsongeschikt is.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering WIA-uitkering aan appellant, oordeelt dat medisch onderzoek zorgvuldig is uitgevoerd en dat appellant minder dan 35% arbeidsongeschikt is.

Hoger beroep over de toekenning van een WGA-uitkering en de mate van arbeidsongeschiktheid van 48,96%. De Raad oordeelt dat het Uwv de FML moet herzien en vernietigt het bestreden besluit.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt dat het Uwv de bovenwettelijke uitkering niet heeft betrokken bij de berekening van het WIA-dagloon. Het hoger beroep van appellante wordt afgewezen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de toekenning van een WIA-uitkering aan appellant, vastgesteld op 41,76% arbeidsongeschiktheid. Appellant's argumenten over meer beperkingen worden niet gevolgd.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de beëindiging van de ZW-uitkering van appellant per 11 juli 2022, oordelend dat hij geschikt is voor eerdere geduide functies ondanks toegenomen beperkingen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van het Uwv om terug te komen van eerdere besluiten inzake Wajong-ondersteuning, omdat er geen nieuwe feiten zijn.

Hoger beroep over de vaststelling van het WIA-dagloon van € 16,49. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat het Uwv de startersregeling correct heeft toegepast en dat er geen strijd is met het evenredigheidsbeginsel.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Uwv terecht WIA-uitkering weigerde, maatmanarbeid vastgesteld op laatst verrichte werk bij [naam bedrijf 2].

Centrale Raad van Beroep bevestigt de toekenning van een WIA-uitkering aan appellant, waarbij het dagloon is vastgesteld op € 166,02. De startersregeling heeft geen onredelijke gevolgen voor de appellant, en de uitspraak van de rechtbank wordt bevestigd.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering WIA-uitkering; appellante is minder dan 35% arbeidsongeschikt volgens medisch onderzoek.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging WIA-uitkering van appellante per 5 juni 2022, oordelend dat zij minder dan 35% arbeidsongeschikt is.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van het Uwv om appellant een WIA-uitkering toe te kennen, omdat hij minder dan 35% arbeidsongeschikt is. De medische beoordeling door het Uwv wordt onderschreven.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Uwv terecht geen rekening heeft gehouden met de waarnemingstoeslag bij de vaststelling van het dagloon van de IVA-uitkering, omdat deze niet is opgebouwd in de referteperiode.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat het Uwv het dagloon op € 49,30 heeft vastgesteld. Appellant heeft niet aangetoond dat de gegevens in de polisadministratie onjuist zijn.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering ZW-uitkering wegens benadelingshandeling door appellant. Appellant had recht op uitkering prijsgegeven en de maatregel was terecht opgelegd.

Centrale Raad van Beroep oordeelt over verzoek om proceskostenvergoeding en schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn. Uwv veroordeeld tot € 1.672,78 en Staat tot € 2.000,- schadevergoeding.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Uwv terecht het WW-dagloon van betrokkene heeft vastgesteld en dat er geen aanleiding is om van de referteperiode af te wijken.

Hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard wegens ontbreken beroepsgronden en machtiging. Appellante heeft verzuimen niet hersteld na herhaalde verzoeken.

Hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard wegens niet tijdig betalen griffierecht van € 136,-.

Centrale Raad van Beroep verklaart hoger beroep niet-ontvankelijk wegens niet tijdig betalen griffierecht.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering ZW-uitkering; voldoende medische grondslag en zorgvuldig onderzoek door Uwv.

De Centrale Raad van Beroep verklaart het hoger beroep niet-ontvankelijk wegens het ontbreken van beroepsgronden. Appellante heeft geen gronden ingediend ondanks herhaalde verzoeken.

Hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard wegens ontbreken van beroepsgronden. Appellante heeft geen gronden ingediend na herhaaldelijke verzoeken.

Centrale Raad van Beroep verklaart hoger beroep niet-ontvankelijk wegens gebrek aan informatie over de aangevallen uitspraak.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging WIA-uitkering wegens arbeidsongeschiktheid onder 35%. Medische beoordeling door Uwv wordt als voldoende gemotiveerd beschouwd.

Hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard wegens niet tijdig betalen griffierecht van € 136,-. Appellante was op de hoogte van de betalingsverplichting, maar heeft niet binnen de gestelde termijn betaald.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de WAO-uitkering van appellant naar 25 tot 35% en oordeelt dat het Uwv de beperkingen juist heeft ingeschat.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging WIA-uitkering appellante wegens minder dan 35% arbeidsongeschiktheid. Medisch onderzoek zorgvuldig, geen twijfel aan beperkingen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging toeslag TW; appellant en echtgenote leven niet duurzaam gescheiden.

Hoger beroep over de hoogte van het dagloon voor ZW-uitkering, vastgesteld op € 79,36. Schadevergoeding van € 500,- wegens overschrijding van de redelijke termijn.

Centrale Raad bevestigt beëindiging WIA-uitkering van appellante wegens minder dan 35% arbeidsongeschiktheid. Medische beoordeling door Uwv is zorgvuldig en functies zijn passend.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van het Uwv om terug te komen op eerdere beslissingen over de hoogte van de WIA-uitkering van appellant, omdat er geen nieuwe feiten of omstandigheden zijn.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de beëindiging van de WIA-uitkering van appellante, omdat zij minder dan 35% arbeidsongeschikt is. De medische en arbeidskundige grondslagen zijn voldoende onderbouwd.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van het Uwv om appellante een WIA-uitkering toe te kennen, omdat zij minder dan 35% arbeidsongeschikt is. De Raad oordeelt dat het medisch onderzoek zorgvuldig is uitgevoerd en dat appellante in staat is de geselecteerde functies te vervullen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering WIA-uitkering; geen toegenomen beperkingen uit dezelfde ziekteoorzaak vastgesteld.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van de Wajong-uitkering, oordelend dat appellant arbeidsvermogen heeft en de medische beoordeling zorgvuldig was.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van WIA-uitkering aan appellant, die minder dan 35% arbeidsongeschikt is, na zorgvuldig medisch onderzoek door het Uwv.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de beëindiging van de ZW-uitkering van appellante per 30 mei 2022, oordelend dat het Uwv dit terecht heeft gedaan op basis van medische en arbeidskundige beoordelingen.

Verzoek om herziening van de uitspraak van 14 juli 2021 afgewezen. De Raad oordeelt dat er geen nieuwe feiten zijn die herziening rechtvaardigen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van het Uwv om appellant een WIA-uitkering toe te kennen, omdat hij minder dan 35% arbeidsongeschikt is. De medische beoordeling is zorgvuldig uitgevoerd en appellant heeft benutbare mogelijkheden voor arbeid.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de beëindiging van de ZW-uitkering van appellant, oordelend dat het Uwv terecht heeft vastgesteld dat appellant meer dan 65% van zijn laatst verdiende loon kan verdienen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de arbeidsongeschiktheid van appellant op 49,70% per 23 november 2021, oordeelt dat Uwv correct heeft gehandeld en wijst verzoek om deskundige af.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de mate van arbeidsongeschiktheid van 76,34% en de einddatum van de WGA-loonaanvullingsuitkering op 1 juli 2023. Hoger beroep van appellant slaagt niet.

Hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard wegens niet tijdig betalen griffierecht en ontbreken beroepsgronden.

Centrale Raad van Beroep verklaart hoger beroep niet-ontvankelijk wegens niet tijdig betalen griffierecht en ontbreken beroepsgronden.

Hoger beroep over WIA-uitkering en kostenvergoeding bezwaar. Geen wijziging rechtspositie, dus geen herroeping en geen kostenvergoeding.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank over de toekenning van een WIA-uitkering en de vaststelling van het dagloon op € 73,50, zonder aanleiding om van de regelgeving af te wijken.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering WIA-uitkering aan appellante wegens onvoldoende arbeidsongeschiktheid en geen toegenomen beperkingen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de toekenning van een WIA-uitkering van 51,24% aan appellant, oordelend dat het Uwv de arbeidsongeschiktheid correct heeft vastgesteld.

Appellant verzocht om wijziging van de eerste arbeidsongeschiktheidsdag naar 10 december 2007, maar het Uwv handhaafde deze op 11 oktober 2011. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat het Uwv terecht heeft geweigerd de datum te wijzigen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de beëindiging van het ziekengeld van appellante per 4 oktober 2020, oordelend dat zij in staat was om meer dan 65% van haar laatst verdiende loon te verdienen in geselecteerde functies.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering WIA-uitkering; appellante is minder dan 35% arbeidsongeschikt na bedrijfsongeval.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de WAO-uitkering van appellant naar 25-35% arbeidsongeschiktheid, oordelend dat het Uwv de belastbaarheid correct heeft ingeschat.

Appellante heeft het hoger beroep ingetrokken na tegemoetkoming door het Uwv. De Centrale Raad van Beroep heeft het Uwv veroordeeld tot vergoeding van proceskosten en wettelijke rente.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van de WIA-uitkering aan appellant, oordeelt dat het Uwv zorgvuldig heeft gehandeld en dat de ingangsdatum en hoogte van de uitkering correct zijn vastgesteld.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de voortzetting van de WAO-uitkering van appellante per 19 april 2020, oordeelt dat het Uwv zorgvuldig medisch onderzoek heeft verricht en dat de geselecteerde functies geschikt zijn.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van het Uwv om terug te komen van de beëindiging van de Ziektewet-uitkering van appellant, omdat er geen nieuwe feiten zijn die een herziening rechtvaardigen.

Hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard wegens ontbreken beroepsgronden. Appellante heeft geen gronden ingediend na twee gegeven termijnen.

Centrale Raad van Beroep verklaart hoger beroep niet-ontvankelijk wegens gebrek aan procesbelang; verzoek om schadevergoeding afgewezen.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat betrokkene niet aanmaande binnen de referteperiode voor overuren, waardoor het Uwv de WIA-uitkering correct heeft vastgesteld.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van het Uwv om een WIA-uitkering toe te kennen aan de appellant wegens onvoldoende medische onderbouwing en een laattijdige aanvraag.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat het Uwv terecht uitvoering heeft gegeven aan executoriaal beslag op WIA-uitkering van appellant, zonder voorafgaand overleg. Hoger beroep ongegrond verklaard.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat het Uwv terecht de WAO-uitkering van appellant heeft beëindigd en geen nieuwe uitkering heeft toegekend op basis van de Amber-bepalingen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt herziening en terugvordering van WAO-toeslag, oordeelt dat appellante niet in Nederland woonde.

Centrale Raad van Beroep oordeelt over de verrekening van WGA-uitkering met bijstandsbetalingen en toekenningsprocedures. Schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn toegewezen.

Centrale Raad van Beroep oordeelt over weigering WIA-uitkering en terugvordering. Medisch onderzoek niet zorgvuldig, redelijke termijn overschreden. Schadevergoeding van € 1.500,- toegekend.

Centrale Raad van Beroep bevestigt vaststelling dagloon Ziektewet op € 116,11 door Uwv; eerdere uitspraak rechtbank vernietigd.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat het Uwv de arbeidsongeschiktheid van appellant terecht op 62,19% heeft vastgesteld per 18 juli 2019.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de vaststelling van de arbeidsongeschiktheid van appellante op 72% en oordeelt dat het onderzoek door het Uwv zorgvuldig is geweest.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van het Uwv om appellant een WAZ-uitkering toe te kennen, ondanks toegenomen beperkingen. De uitspraak van de rechtbank wordt bevestigd.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de arbeidsongeschiktheid van appellant op 54,85% en wijst het hoger beroep af.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering WIA-uitkering aan appellant, oordelend dat geen toegenomen beperkingen uit dezelfde ziekteoorzaak zijn vastgesteld.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de beëindiging van de WIA-uitkering van appellante per 19 april 2022, omdat haar arbeidsongeschiktheid minder dan 35% is vastgesteld.

Centrale Raad van Beroep bevestigt toekenning loongerelateerde WGA-uitkering en verrekening met reeds betaalde voorschotten, zonder recht op WW-vakantiegeld.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging ZW-uitkering van appellante, oordelend dat haar medische beperkingen niet zijn toegenomen ten opzichte van WIA-beoordeling.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering WIA-uitkering aan appellant, oordelend dat hij minder dan 35% arbeidsongeschikt is en dat medische informatie geen aanleiding geeft voor wijziging van de belastbaarheid.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de beëindiging van de ZW-uitkering van appellante per 8 december 2014, omdat er geen nieuwe feiten zijn die herziening rechtvaardigen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de beslissing van het Uwv dat appellant per 9 mei 2020 een WGA-loonaanvullingsuitkering ontvangt op basis van 73,61% arbeidsongeschiktheid.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Uwv onvoldoende onderbouwing heeft gegeven voor de toekenning van een WGA-uitkering aan ex-werkneemster met 100% arbeidsongeschiktheid en geeft opdracht tot herstel van het besluit.

De Raad oordeelt dat het Uwv de mate van arbeidsongeschiktheid van appellant onzorgvuldig heeft vastgesteld en geeft opdracht tot herstel van de medische beoordeling.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de toekenning van een IVA-uitkering aan een ex-werknemer per 25 mei 2021, oordelend dat er geen eerdere datum van volledige en duurzame arbeidsongeschiktheid is aan te wijzen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van het Uwv om de WAO-uitkering van appellant te heropenen, omdat er geen nieuw gebleken feiten of veranderde omstandigheden zijn.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering WIA-uitkering aan appellant wegens minder dan 35% arbeidsongeschiktheid, na zorgvuldig medisch onderzoek.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de beëindiging van de ZW-uitkering van appellant per 11 november 2020, oordelend dat hij geschikt was voor eerder geselecteerde functies. Hoger beroep ongegrond verklaard.

Hoger beroep over laattijdige aanvraag WIA-uitkering. De Centrale Raad oordeelt dat appellante de wachttijd niet heeft vervuld en bevestigt de eerdere uitspraak van de rechtbank.

Centrale Raad van Beroep bevestigt herziening WGA-vervolguitkering van appellant naar 55-65% arbeidsongeschiktheid per 1 oktober 2020.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering IVA-uitkering aan appellant wegens niet-duurzame arbeidsongeschiktheid. Verzoek om schadevergoeding afgewezen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging WIA-uitkering van appellante wegens minder dan 35% arbeidsongeschiktheid. Medische beoordeling Uwv wordt onderschreven.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging WIA-uitkering van appellante per 17 januari 2021 en oordeelt dat geduide functies medisch geschikt zijn.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van de WIA-uitkering aan appellant, oordeelt dat het verzekeringsgeneeskundig onderzoek zorgvuldig is uitgevoerd en dat de medische beoordeling voldoende onderbouwd is.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de rechtbank het bezwaar van de werkgever ten onrechte niet-ontvankelijk verklaarde, maar bevestigt dat de weigering van ziekengeld aan de werkneemster in stand blijft.

Centrale Raad van Beroep bevestigt loonsanctie voor werkgever wegens onvoldoende re-integratie-inspanningen van zieke werknemer.

De Raad verklaart het hoger beroep van appellant niet-ontvankelijk, omdat hij geen belang heeft bij de beoordeling. Het verzoek om schadevergoeding wordt afgewezen en het Uwv wordt veroordeeld in de proceskosten.

De Raad voor de Rechtspraak oordeelt dat de medische beoordeling door het Uwv juist is en stelt de mate van arbeidsongeschiktheid van appellant vast op 47,6%.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de WIA-herziening van 71,42% arbeidsongeschiktheid van appellante. Medische en arbeidskundige onderzoeken zijn zorgvuldig uitgevoerd, en de klachten van appellante zijn niet voldoende onderbouwd.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Uwv bij de dagloonberekening van appellante in strijd heeft gehandeld met het evenredigheidsbeginsel. Het Uwv moet een nieuw besluit nemen en schadevergoeding betalen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt eerdere uitspraak rechtbank over WAO-uitkering; hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard, verzoek om schadevergoeding afgewezen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking en terugvordering WIA-uitkering door Uwv wegens schending inlichtingenplicht door appellante.

Hoger beroep over WIA-uitkering en all-in loon bij MUP-overeenkomst. Centrale Raad bevestigt dat appellant geen extra vakantierechten opbouwt en dat de dagloonberekening correct is.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de vaststelling van het WIA-dagloon op €26,71 na een auto-ongeluk, zonder ruimte voor afwijkingen door persoonlijke omstandigheden.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van de WIA-uitkering aan appellant, oordelend dat de medische grondslag juist is en geen nieuwe argumenten zijn aangevoerd.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de arbeidsongeschiktheid van appellant op 42,76% en de geschiktheid van geselecteerde functies, ondanks bezwaar van appellant.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging WIA-uitkering wegens minder dan 35% arbeidsongeschiktheid en wijst verzoek om deskundige af.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging ZW-uitkering van appellant, geschikt geacht voor arbeid als machineoperator. Hoger beroep afgewezen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat het WW-dagloon van betrokkene op € 189,52 moet worden vastgesteld, waarbij het volledige bedrag van de eindejaarsuitkering van € 5.000,- in aanmerking moet worden genomen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van het Uwv om het ZW-dagloon van appellant met terugwerkende kracht te herzien, er was geen toezegging gedaan.

Centrale Raad van Beroep bevestigt eerdere uitspraak; appellante slaagt niet in verzoek om terug te komen van besluiten WIA uit 2006 en 2009.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering WIA-uitkering aan appellante, oordelend dat zij minder dan 35% arbeidsongeschikt is. Proceskostenvergoeding voor appellante toegekend.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van het Uwv om terug te komen van een eerder besluit inzake WIA-uitkering, omdat er geen nieuwe feiten of veranderde omstandigheden zijn.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellante per 12 november 2018 geschikt is voor werk en geen recht heeft op WIA-uitkering. Weigering blijft in stand.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van het Uwv om appellant een WIA-uitkering toe te kennen en veroordeelt het Uwv in de proceskosten van appellant tot € 3.766,50.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging toeslag WGA-uitkering op basis van artikel 3 Toeslagenwet; geen disproportionele gevolgen voor appellant.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de maatregel van 25% korting op WGA-uitkering van appellant wegens onvoldoende medewerking aan re-integratieverplichtingen.

Appellante verzocht om terug te komen van een besluit dat haar geschikt verklaarde voor eigen werk. De Raad oordeelde dat er geen nieuwe feiten waren en bevestigde de eerdere uitspraak van de rechtbank.

Centrale Raad van Beroep oordeelt over de ingangsdatum van een IVA-uitkering en bevestigt dat het Uwv geen bijzonder geval aanwezig achtte voor een eerdere toekenning.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de toekenning van WGA- en IVA-uitkering met ingangsdatum van een jaar voor aanvraag. Geen bijzondere omstandigheden voor terugwerkende kracht vastgesteld.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Uwv terecht een WGA-vervolguitkering heeft toegekend aan appellant, berekend naar 35-45% arbeidsongeschiktheid. Appellant's bezwaar wordt ongegrond verklaard, maar krijgt proceskosten vergoed.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat het Uwv geen compensatie vanuit de WAO kan bieden voor inkomensachteruitgang in het tweede ziektejaar. Hoger beroep van appellant afgewezen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellant niet volledig arbeidsongeschikt is en recht heeft op WGA-uitkering na herbeoordeling.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellant verwijtbaar werkloos is en dat het Uwv terecht geen WW-uitkering heeft verstrekt. Proceskosten worden vergoed aan appellant.

Appellante heeft hoger beroep ingesteld tegen de vaststelling van haar WIA-dagloon. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat het WIA-dagloon van € 58,78 correct is vastgesteld, en dat de verlaging van de WW-uitkering niet ter discussie kan worden gesteld.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat het Uwv terecht geen WIA-uitkering aan appellant heeft toegekend, ondanks bezwaren over medisch onderzoek. Proceskosten van € 3.439,70 worden vergoed.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank over de arbeidsongeschiktheid van appellante, oordeelt dat het medisch onderzoek zorgvuldig was en dat de vastgestelde beperkingen juist zijn.

Centrale Raad van Beroep bevestigt eerdere uitspraak; appellant heeft geen nieuw gebleken feiten aangedragen voor herziening van WAO- en WIA-besluiten.

Intrekking en terugvordering van WIA-uitkering wegens schending van de inlichtingenverplichting door appellant tijdens detentie. Hoger beroep ongegrond verklaard.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging ziekengeld op basis van verdiencapaciteit; appellant kan meer dan 65% van zijn maatmaninkomen verdienen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat de arbeidsongeschiktheid van betrokkene niet duurzaam is, waardoor geen recht op IVA-uitkering bestaat.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellante geen recht heeft op IVA-uitkering, omdat zij niet volledig en duurzaam arbeidsongeschikt is.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing WIA-uitkering; medisch onderzoek was zorgvuldig. Hoger beroep van appellante slaagt niet.

Hoger beroep over arbeidsongeschiktheid en WAZ-uitkering; Uwv veroordeeld in proceskosten; medische beoordeling zorgvuldig.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat het Uwv het dagloon van appellante correct heeft vastgesteld op € 97,43, zonder ruimte voor een medische afzakker.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de vaststelling van het dagloon van appellant op € 62,53 en wijst verzoek om schadevergoeding af.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de hoogte van het dagloon van € 38,24 in het kader van de Wet WIA, met 30 april 2018 als eerste arbeidsongeschiktheidsdag.

Centrale Raad van Beroep oordeelt over arbeidsongeschiktheid na bedrijfsongeval. Hoger beroep gegrond verklaard, eerdere uitspraak vernietigd. Schadevergoeding afgewezen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging ZW-uitkering van appellant na medische beoordeling en geschiktheid van functies op 7 juni 2023.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de arbeidsongeschiktheid van 55,59% voor appellante per 1 oktober 2021, na beoordeling van medische geschiktheid van functies door het Uwv.

Centrale Raad van Beroep oordeelt over de arbeidsongeschiktheid van appellante en de zorgvuldigheid van het medisch onderzoek. Beroep gegrond verklaard, besluit vernietigd, rechtsgevolgen blijven in stand.

Centrale Raad van Beroep bevestigt verlaging WAO-uitkering van appellant naar 35-45% op basis van medische beoordeling, waarbij hart- en psychische klachten niet zijn betrokken.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering WIA-uitkering per 2 oktober 2019; zorgvuldige beoordeling van medische situatie door Uwv.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat er geen bijzondere omstandigheden zijn voor een hogere kostenvergoeding in WAZ-zaak. Hoger beroep van appellante afgewezen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de arbeidsongeschiktheid van appellante op 53,47% en oordeelt dat het Uwv de medische rapporten voldoende heeft betrokken in de beoordeling.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Gelderland over WGA-uitkering en arbeidsongeschiktheid, veroordeelt Uwv in proceskosten.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging ZW-uitkering na eerstejaars ZW-beoordeling; appellant betwist medische beoordeling.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de maatregel van 25% korting op WIA-uitkering wegens niet-naleving van re-integratieverplichtingen door appellant.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellant niet volledig arbeidsongeschikt is en dat het Uwv op juiste gronden een Werkplan heeft opgesteld voor re-integratie.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de mate van arbeidsongeschiktheid van appellant op 79,79% en oordeelt dat de medische rapporten zorgvuldig zijn opgesteld.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellante minder dan 35% arbeidsongeschikt is en weigert WIA-uitkering.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en draagt Uwv op nieuw besluit te nemen over herziening en terugvordering WIA-uitkering.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking en terugvordering van toeslag wegens schending van de inlichtingenverplichting door appellante.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking WAO-uitkering wegens schending inlichtingenplicht; artikel 43a WAO niet van toepassing.

Centrale Raad van Beroep bevestigt vaststelling dagloon ZW-uitkering op € 191,90; artikel 12e Dagloonbesluit niet van toepassing.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Uwv het dagloon voor de Wazo-uitkering correct heeft vastgesteld op € 81,31 en vernietigt de eerdere uitspraak van de rechtbank.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de hoogte van het WIA-dagloon, dat door de startersregeling van de WW is verlaagd. Appellante's hoger beroep wordt afgewezen.

Hoger beroep over loon tijdens vakantie en dagloonberekening. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond.

Centrale Raad van Beroep rectificeert eerdere uitspraak van 29 december 2022 inzake griffierecht van € 1.064,-.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellant geen recht heeft op IVA-uitkering en dat het dagloon correct is vastgesteld op € 27,27.

Hoger beroep over de vaststelling van het WIA-dagloon op € 177,32. De Raad bevestigt dat het Uwv de WW-uitkering van juli 2016 niet mee mocht tellen, conform de wet- en regelgeving.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond; betrokkene heeft niet aangetoond dat urenvermindering medische noodzaak had.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Uwv het WIA-dagloon van appellant terecht op € 86,27 heeft vastgesteld en verklaart het beroep ongegrond.

Hoger beroep over WIA-uitkering en controleerbaarheid van het CBBS. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak en wijst beroepsgronden af.

Centrale Raad van Beroep oordeelt over proceskostenveroordeling in hoger beroep tegen Uwv; integrale kostenvergoeding afgewezen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de ongewijzigde voortzetting van de ZW-uitkering van ex-werkneemster; medisch onderzoek zorgvuldig, geen twijfel aan belastbaarheid.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van WIA-uitkering aan appellant, o.b.v. medische en arbeidskundige beoordeling. Geen aanleiding voor twijfel aan FML.

Hoger beroep over beëindiging WGA-loonaanvullingsuitkering. Centrale Raad bevestigt dat Uwv terecht arbeidsongeschiktheid op minder dan 35% heeft vastgesteld.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Uwv onvoldoende heeft gemotiveerd waarom de ZW-uitkering van appellante is beëindigd. De Raad draagt het Uwv op om het besluit te herstellen binnen zes weken.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering WIA-uitkering; geen toename van medische beperkingen vastgesteld.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Rotterdam over de WGA-vervolguitkering van appellant, die zijn arbeidsongeschiktheid op 35 tot 45% heeft vastgesteld.

Tussenuitspraak over de weigering van een WIA-uitkering en terugvordering van voorschot door het Uwv. Medisch onderzoek niet zorgvuldig uitgevoerd; Raad draagt Uwv op het gebrek te herstellen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat het Uwv de loonbetaling op 3 juli 2018 terecht niet heeft meegenomen in de dagloonberekening voor de WIA-uitkering van appellant.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging ZW-uitkering van appellant, omdat hij meer dan 65% kan verdienen van zijn maatmaninkomen. Geschiktheid van functies is voldoende gemotiveerd.

Centrale Raad van Beroep bevestigt herziening arbeidsongeschiktheidsklasse naar 35-45% in WAO-zaak. Medische en arbeidskundige grondslag voldoende onderbouwd.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellante geen recht meer heeft op ziekengeld, omdat zij meer dan 65% van haar maatmaninkomen kan verdienen na een hersenbloeding.

Centrale Raad van Beroep bevestigt herziening WIA-uitkering en terugvordering door Uwv voor periode van 29 augustus 2018 tot 31 december 2018, maar vernietigt herziening voor eerdere periode.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking en terugvordering Wajong-uitkering na aantreffen hennepkwekerij en oplegging van boete wegens schending van inlichtingenverplichting.

Hoger beroep over de hoogte van het dagloon. Uwv heeft het dagloon correct vastgesteld. Geen sprake van indirecte discriminatie. Uitspraak bevestigd.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van een WIA-uitkering aan appellant na bedrijfsongeval, oordelend dat de medische beoordeling correct was.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van een WIA-uitkering aan appellant wegens onvoldoende toegenomen beperkingen.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Uwv de maatmanomvang en het maatmaninkomen onjuist heeft vastgesteld en draagt het Uwv op om het besluit te herstellen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de beëindiging van de WAO-uitkering van appellant per 14 februari 2019, omdat hij minder dan 15% arbeidsongeschikt is. De Raad oordeelt dat het medisch onderzoek zorgvuldig is uitgevoerd en dat de beëindiging gerechtvaardigd is.

Hoger beroep over WIA-beoordeling. Uwv heeft onvoldoende gemotiveerd waarom geen verdergaande urenbeperking is aangenomen. Centrale Raad vernietigt eerdere uitspraak en draagt Uwv op nieuwe beslissing te nemen.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat Uwv onvoldoende zorgvuldig medisch onderzoek heeft verricht in WIA-zaak en draagt herstel op.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellant verwijtbaar werkloos is geworden door onterecht gebruik van de tankpas, waardoor zijn recht op WW-uitkering niet tot uitbetaling komt.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellant geen recht heeft op IVA-uitkering, ondanks 87,70% arbeidsongeschiktheid, omdat deze niet duurzaam is.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de dagloonvaststelling van het Uwv in het kader van de Wet WIA, zonder ruimte voor afwijkingen. Appellant's argumenten over referteperiode en vakantiedagen worden verworpen.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat appellante recht heeft op een WGA-uitkering van 100% per 26 februari 2018, wegens onvoldoende onderbouwing van arbeidsongeschiktheid door het Uwv.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering WW-uitkering wegens verwijtbare werkloosheid na ontslag op staande voet door mishandeling.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank over de arbeidsongeschiktheid van appellant en de WIA-uitkering, na herbeoordeling door het Uwv.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging WIA-uitkering van appellante, die in hoger beroep aanvoert dat haar belastbaarheid onjuist is vastgesteld. De Raad volgt de rechtbank in haar oordeel over de deskundigenrapporten.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging WGA-uitkering na zorgvuldig medisch onderzoek en vaststelling van minder dan 35% arbeidsongeschiktheid.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging WIA-uitkering appellante per 27 juni 2019 op basis van artikel 56, derde lid, Wet WIA; beroep op gelijkheids- en vertrouwensbeginsel slaagt niet.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt dat de vordering tot terugvordering van de WIA-uitkering niet is verjaard, omdat besluiten binnen vijf jaar na de interne melding zijn genomen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat de eerste ziektedag van de werkneemster op 28 juni 2016 ligt, gebaseerd op medische gegevens en adviezen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van een WIA-uitkering aan appellante, o.b.v. onvoldoende arbeidsongeschiktheid en medische beoordeling.

Hoger beroep over WIA-uitkering; maatregel van 20% wegens te late aanvraag terecht opgelegd. Schadevergoeding van € 1.000,- toegewezen wegens overschrijding van de redelijke termijn.

Centrale Raad bevestigt dat (ex-)werkgever niet onterecht ziekengeldsanctie kreeg opgelegd; re-integratie-inspanningen waren adequaat gezien de omstandigheden.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat het Uwv het bedrag van de 30%-regeling niet heeft meegenomen bij de berekening van het WW-dagloon, omdat dit een eindheffingsbestanddeel is.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat het Uwv de betaling voor overwerk in maart 2015 niet aan de referteperiode heeft toegerekend, omdat appellant niet kon aantonen dat het loon niet inbaar was.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat het Uwv de nabetaling van € 4.572,96 niet in de dagloonberekening heeft meegenomen, omdat appellante niet aantoonde dat het loon inbaar was tijdens de referteperiode.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Uwv onvoldoende gemotiveerd heeft waarom er geen urenbeperking is opgenomen in de FML van appellante. Het Uwv moet het gebrek in het besluit herstellen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat het Uwv terecht de ZW-uitkering in mindering heeft gebracht op de WIA-uitkering, conform de wetgeving.

Tussenuitspraak over de weigering van het Uwv om met terugwerkende kracht terug te komen van een toerekeningsbesluit in het kader van de WIA.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het WW-dagloon van betrokkene correct is vastgesteld op € 61,50, ondanks eerdere tegenstrijdige uitspraak van de rechtbank.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Uwv het medisch onderzoek zorgvuldig heeft uitgevoerd en bevestigt de afwijzing van de WIA-uitkering aan appellante. Proceskosten van € 4.118,- worden vergoed.

Hoger beroep over WIA-uitkering; betrokkene's werkzaamheden werden passend geacht, en zijn verdiensten representatief voor zijn verdiencapaciteit. Hoger beroep werkgeefster niet-ontvankelijk.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de arbeidsongeschiktheid van appellant op 49,23% per 1 oktober 2018 en oordeelt dat zijn functie niet als witte ravenbaan kan worden aangemerkt.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat werkgeefster al op 11 juni 2018 in betalingsonmacht verkeerde. Uwv moet nieuwe beslissing nemen op bezwaar van appellant.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt dat de ex-werkneemster recht had op ZW-uitkering tot 15 februari 2020, ondanks de beëindiging van het dienstverband. De ziekengeldsanctie was niet aangevochten door appellante.

Centrale Raad van Beroep bevestigt herziening en terugvordering Wajong-uitkering wegens schending inlichtingenverplichting. Boete van € 2.199,- is passend.

Centrale Raad van Beroep bevestigt herziening en terugvordering WW-uitkering wegens verblijf in Zweden en schending inlichtingenplicht. Boete van € 40,- opgelegd.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Uwv onvoldoende heeft gemotiveerd dat appellante geen benutbare mogelijkheden had. Uwv moet besluit herstellen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt eerdere uitspraken over herziening ZW- en WIA-dagloon; schadevergoeding van € 1.000,- voor overschrijding redelijke termijn.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het medisch onderzoek in de bezwaarfase niet zorgvuldig is uitgevoerd en geeft het Uwv opdracht om het gebrek in het besluit te herstellen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de beëindiging van de WIA-uitkering van appellante, oordelend dat zij geschikt is voor haar maatgevende arbeid na zorgvuldige herbeoordeling.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging ZW-uitkering en weigering WIA-uitkering; appellant voldeed niet aan voorwaarden.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging WIA-uitkering; voldoende medisch onderzoek en geen reden tot twijfel aan arbeidsongeschiktheid.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing schadevergoeding WAZ-uitkering; appellant maakt geen schade aannemelijk.

Centrale Raad van Beroep bevestigt beëindiging ZW-uitkering na zorgvuldig medisch onderzoek door arts bezwaar en beroep.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van het Uwv om appellant een WIA-uitkering toe te kennen, o.b.v. onvoldoende arbeidsongeschiktheid en geschiktheid van functies.

Herziening van ZW- en WIA-uitkering van appellant wegens schending van inlichtingenverplichting. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag IVA-uitkering; appellant niet arbeidsongeschikt voor eigen werk.

Centrale Raad van Beroep oordeelt over herziening en terugvordering van WIA-uitkering. Appellante had in eerste periode te veel ontvangen, maar niet in tweede periode. Uwv moet nieuwe beslissing nemen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellant geen recht heeft op WAO-uitkering vanwege niet gemelde inkomsten uit arbeid en wederrechtelijk verkregen voordeel.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de volledige arbeidsongeschiktheid van appellante duurzaam is en herroept eerdere besluiten van het Uwv, waardoor appellante recht heeft op een IVA-uitkering.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Uwv de gratificatie en schikkingsvoorstel CAO ten onrechte heeft meegenomen bij de vaststelling van het gemiddelde inkomen voor de WIA-uitkering. De uitspraak van de rechtbank wordt vernietigd.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Uwv de arbeidsongeschiktheid van appellant terecht op 60,55% heeft vastgesteld. Schadevergoeding en proceskosten worden toegewezen.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt over de arbeidsongeschiktheid van appellant in het kader van de Wet WIA en bevestigt de vastgestelde percentages van 39,83% en 48,27%, maar vernietigt het bestreden besluit van het Uwv wegens onzorgvuldigheid.

Centrale Raad van Beroep bevestigt eerdere uitspraken over WW-uitkering; appellanten kunnen geen bijzonder geval aantonen voor uitbetaling met terugwerkende kracht.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking en terugvordering WAO-uitkering van appellant wegens niet gemelde inkomsten uit zelfstandige arbeid. Geen relevante wijziging in gezondheid aangetoond.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van WW-uitkering aan appellante wegens verwijtbare werkloosheid na zelfontslag. Hoger beroep afgewezen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking WIA-uitkering na zorgvuldige beoordeling van beperkingen en juiste referteperiode voor maatmaninkomen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing Wajong-aanvraag; appellante heeft arbeidsvermogen ondanks grote begeleidingsbehoefte.

Hoger beroep over afwijzing vervoersvoorziening Wajong; geen medische noodzaak aangetoond; beroep op gelijkheidsbeginsel slaagt niet.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing aanvraag toeslag na loonsanctie; appellant voldeed niet aan voorwaarden voor loondervingsuitkering.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat onverschuldigd betaalde toeslag kan worden verrekend met nabetaling WAO-uitkering.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Overijssel over de vaststelling van het WIA-dagloon en de inbaarheid van loonvordering van appellant.

Rechtbank Den Haag oordeelt over ingangsdatum verblijfsvergunning en heroverweging in asielprocedure. Eiser heeft procesbelang, maar verzoek tot eerdere ingangsdatum wordt afgewezen. Rechtsgevolgen van het bestreden besluit blijven in stand.

Rechtbank Den Haag wijst verzoek om proceskostenvergoeding af na intrekking bestreden besluit. De intrekking werd niet gezien als erkenning van onrechtmatigheid.

Rechtbank Den Haag vernietigt de afwijzing van de verblijfsvergunning van eiseres op basis van familieleven en oordeelt dat er onvoldoende is gemotiveerd waarom er geen hechte persoonlijke banden zijn met haar broertje.

Rechtbank Den Haag vernietigt de afwijzing van de verblijfsvergunning op basis van familieleven en draagt de Staatssecretaris op een nieuw besluit te nemen.

Rechtbank Midden-Nederland verklaart het beroep van eiseres ongegrond inzake de terugvordering van onverschuldigd betaald salaris na strafontslag.

Rechtbank Den Haag verklaart beroep ongegrond; eiser komt niet in aanmerking voor uitstel van vertrek wegens geen medische noodsituatie.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de niet-ontvankelijkheid van het bezwaar van de zorgverlener tegen de intrekking van pgb's, wegens termijnoverschrijding.

Rechtbank Den Haag vernietigt de afwijzing van de asielaanvraag van een Guatemalaanse eiser, oordelend dat de motivering van de ongeloofwaardigheid van zijn verklaringen onvoldoende is.

Rechtbank Den Haag vernietigt afwijzing asielaanvraag Colombiaanse eiser, oordeelt dat Staatssecretaris onvoldoende gemotiveerd heeft waarom vrees voor vervolging ongeloofwaardig is.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af en veroordeelt verweerder tot vergoeding van griffierecht en proceskosten.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep van eiseres gegrond, vernietigt de afwijzing van de aanvraag voor een verblijfsdocument en oordeelt dat verweerder zijn onderzoeksplicht heeft geschonden.

Eiser heeft beroep ingesteld tegen het besluit van de gemeente Lelystad over het uurtarief voor begeleiding op basis van de Wmo. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, het uurtarief van € 12,76 is toereikend.

Rechtbank Den Haag verklaart beroep ongegrond inzake afwijzing proceskostenvergoeding in vreemdelingenzaak.

Rechtbank vernietigt afwijzing asielaanvraag van Iraanse eiser op basis van onvoldoende gemotiveerde beoordeling van geloofwaardigheid van bekering tot het christendom.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, maar veroordeelt verweerder in de proceskosten van verzoeker tot € 748,-.

Eiser verzocht om afstemming van bijstandsverlening na beëindiging gezamenlijke huishouding. De rechtbank oordeelde dat de gemeente dit verzoek ten onrechte had afgewezen en vernietigde het besluit.

De voorzieningenrechter heeft op 29 november 2021 een voorlopige voorziening toegewezen in een vreemdelingenzaak, waarbij de afwijzing van een verblijfsvergunning werd geschorst.

Rechtbank Den Haag vernietigt de niet-ontvankelijk verklaring van de asielaanvraag van eiser en draagt verweerder op opnieuw te beslissen, met inachtneming van de uitspraak.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, maar verweerder veroordeeld in de proceskosten van verzoeker tot € 748,-.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af in de asielzaak van verzoeker, omdat een eerdere uitspraak in een aanverwante zaak is gedaan.

Voorlopige voorziening toegewezen in vreemdelingenzaak; aanvraag verblijfsvergunning afgewezen, maar spoedeisend belang van verzoekster erkend.

Rechtbank Midden-Nederland verklaart beroep ongegrond inzake maandelijkse afdracht van bijstandsuitkering door derdenbeslag, ondanks hogere kosten voor eiseres.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat de verlenging van de maatregel van bewaring onrechtmatig was en kent eiser een schadevergoeding van € 900,- toe.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep van eiser ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af in verband met de maatregel van bewaring.

Rechtbank vernietigt inreisverbod wegens onvoldoende motivatie, maar verklaart maatregel van bewaring ongegrond. Proceskostenvergoeding van €1496,- toegewezen aan eiser.

Rechtbank Den Haag verklaart de beroepen van een Albanese eiser tegen een terugkeerbesluit en inreisverbod ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af.

De rechtbank verklaart het beroep van een Poolse Unieburger tegen zijn maatregel van bewaring ongegrond, met afwijzing van het verzoek om schadevergoeding.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af in een vreemdelingenzaak met zicht op uitzetting naar Sierra Leone.

De Rechtbank Den Haag heeft op 16 november 2021 het beroep van een Egyptische asielzoeker tegen zijn bewaring ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen.

Eiser verzocht om bijzondere bijstand voor woninginrichting, maar de rechtbank oordeelde dat de kosten niet voortvloeien uit bijzondere omstandigheden. Beroep ongegrond verklaard.

De rechtbank vernietigt de afwijzing van de mvv-aanvraag van een Nepalese eiseres op basis van gezinsleven, oordeelt dat niet alle relevante belangen zijn betrokken en draagt de Staatssecretaris op een nieuw besluit te nemen.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, omdat de eiser de kosten voor bijzondere bijstand al had gemaakt voordat de aanvraag was ingediend.

De rechtbank verklaart het beroep van eiseres ongegrond en bevestigt de opgelegde boete van € 635,40 wegens schending van de inlichtingenplicht bij bijstandsuitkering.

Rechtbank Midden-Nederland verklaart het beroep van eiseres ongegrond inzake herziening kinderbijslag, omdat artikel 7aa AKW geen terugwerkende kracht heeft.

De rechtbank vernietigt de besluiten van verweerder over de opschorting en intrekking van bijstand aan eiser, oordeelt dat de opschorting niet gerechtvaardigd was en herroept de primaire besluiten.

Rechtbank Midden-Nederland oordeelt dat de WOZ-waarde van de woning te hoog is vastgesteld vanwege overlast van een ondergrondse afvalcontainer. WOZ-waarde vastgesteld op € 325.000,-.

De rechtbank verklaart het beroep van een jongvolwassen eiser ongegrond, omdat de aanvraag voor een mvv werd afgewezen op basis van het jongvolwassenebeleid en het ontbreken van gezinsleven volgens artikel 8 EVRM.

De rechtbank Den Haag verklaart het beroep van een Poolse eiser ongegrond, oordelend dat de belangen van de Staat zwaarder wegen dan de medische omstandigheden van de eiser.

De rechtbank heeft de asielaanvraag van een Nigeriaanse vrouw afgewezen, omdat zij niet in een kwetsbare positie verkeert en onvoldoende bewijs heeft geleverd voor haar vrees voor besnijdenis van haar dochter.

De rechtbank verklaart het beroep van een Nigeriaanse asielzoeker ongegrond, omdat hij onvoldoende bewijs heeft geleverd voor vervolging op basis van homoseksualiteit en cult-activiteiten.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af in de asielzaak van een Nigeriaanse verzoeker, omdat een eerdere uitspraak in een andere zaak dit overbodig maakt.

De rechtbank Midden-Nederland verklaart het beroep van eiser tegen de WOZ-waarde ongegrond en veroordeelt verweerder in de proceskosten van € 1068,- en het griffierecht van € 48,-.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, omdat eiseres niet tijdig de benodigde stukken heeft aangevoerd en de WOZ-waarde van € 359.000,- als niet te hoog is vastgesteld.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond; de WOZ-waarde van de woning is niet te hoog vastgesteld.

De rechtbank verklaart het beroep van eiseres ongegrond, omdat de afwijzing van haar visumaanvraag op grond van bedreiging voor de volksgezondheid door COVID-19 terecht was.

De rechtbank verklaart het beroep van de Filipijnse eiseres ongegrond, omdat haar visumaanvraag werd afgewezen op grond van bedreiging voor de volksgezondheid door het coronavirus.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep van eiseres ongegrond, visumaanvraag afgewezen wegens bedreiging volksgezondheid door COVID-19.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond inzake de afwijzing van een visumaanvraag vanwege bedreiging voor de volksgezondheid door het coronavirus.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep van een asielzoeker ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af, omdat de bewaring op juiste gronden was opgelegd.

Rechtbank vernietigt verlaging van bijstandsuitkering; eiser heeft recht op volledige bijstand op basis van woonkosten.

Beroep gegrond; WOZ-waarde niet te hoog vastgesteld; schending redelijke termijn; schadevergoeding van € 500,-; proceskostenvergoeding van € 1068,-.

Rechtbank Den Haag vernietigt afwijzing asielaanvraag Somaliër, maar laat rechtsgevolgen in stand. Eiser onvoldoende onderbouwd in bedreigingen door Al-Shabaab.

De rechtbank verklaart het beroep van een Afghaanse eiser ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af, omdat de maatregel van bewaring gerechtvaardigd is op basis van de Dublinverordening.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af in de zaak van een vreemdeling met onbekende nationaliteit die in bewaring is gesteld.

De rechtbank verklaart het beroep van een Afghaanse eiser ongegrond, die tegen zijn bewaring in beroep was gegaan. De rechtbank oordeelt dat de maatregel van bewaring gerechtvaardigd is en wijst het verzoek om schadevergoeding af.

Beroep tegen afwijzing aanvraag huishoudelijke hulp is ongegrond. De rechtbank oordeelt dat eisers tijdig beroep hebben ingesteld, maar dat de aanvraag terecht is afgewezen omdat gebruikelijke hulp door meerderjarige kinderen kan worden geboden.

Rechtbank Den Haag verklaart beroep ongegrond; eiseres voldoet niet aan mvv-vereiste voor verblijfsvergunning.

De rechtbank heeft de aanvraag van eiser tot mvv voor verblijf als adoptiekind afgewezen wegens ontbrekende beginseltoestemming. Het beroep is ongegrond verklaard en het verzoek om voorlopige voorziening is afgewezen.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat intrekking verblijfsvergunning asiel van eiser terecht is, wegens gevaar voor openbare orde na veroordeling voor ontucht met minderjarige dochter. Beroep ongegrond verklaard.

De rechtbank heeft de aanvraag van een Surinaamse eiser voor een verblijfsvergunning op humanitaire gronden afgewezen, omdat hij niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij zorg- en opvoedtaken verricht voor zijn dochters. Het verzoek om een voorlopige voorziening werd eveneens afgewezen.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de afwijzing van de mvv-aanvraag voor Eritrese familieleden, omdat de familierechtelijke relatie niet is aangetoond en er geen feitelijke gezinsband bestaat.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat de vreemdelingenbewaring van eiser rechtmatig was en wijst het verzoek om schadevergoeding af.

Rechtbank Den Haag vernietigt de afwijzing van een verblijfsdocument EU/EER voor een Braziliaanse minderjarige, oordeelt dat bijzondere omstandigheden niet zijn onderkend en draagt verweerder op een nieuw besluit te nemen.

De rechtbank verklaart het beroep van eiseres ongegrond, omdat zij de inlichtingenplicht heeft geschonden door ontvangen giften niet te melden, wat leidde tot herziening en terugvordering van haar bijstandsuitkering.

De rechtbank verklaart de beroepen van een Libisch gezin tegen de vrijheidsbeperkende maatregel ongegrond, oordelend dat de maatregel rechtmatig is opgelegd en dat de belangen van de kinderen zijn meegewogen.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af, omdat de maatregel van bewaring niet onrechtmatig was en eiser niet meewerkte aan zijn overdracht.

De rechtbank verklaart het beroep van eiser ongegrond, waarbij het inkomen van de partner bij de bijstandsverlening is betrokken. Terugvordering van bijstand is niet kennelijk onredelijk.

De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard, omdat de aanvraag voor bijzondere bijstand voor huurdoorbetaling tijdens detentie is afgewezen op basis van het beleid van verweerder.

Rechtbank Midden-Nederland verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de intrekking van bijstand wegens schending van de inlichtingenplicht door eiser.

Rechtbank Den Haag verklaart beroep van eiser niet-ontvankelijk wegens gebrek aan procesbelang bij afwijzing mvv-aanvraag nareis.

De rechtbank vernietigt de afwijzing van de asielaanvraag van een Colombiaanse vrouw vanwege onvoldoende motivatie van de vrees voor vervolging bij terugkeer naar Colombia.

De rechtbank verklaart het beroep van de Russische eiseres ongegrond, omdat zij niet voldoet aan de inburgeringsverplichting en haar verblijfsvergunning niet gelijkstaat aan de status van EU-langdurig ingezetene.

Rechtbank oordeelt dat strafontslag van politieagent onterecht was door onzorgvuldig onderzoek en gebrek aan verbeterkans.

De voorzieningenrechter verklaart het verzoek om een voorlopige voorziening niet-ontvankelijk, omdat verzoeker geen procesbelang heeft.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening toegewezen en de uitzetting van verzoeker tot vier weken na beslissing op bezwaar verboden.

De rechtbank verklaart het beroep van eiser ongegrond, omdat zijn afgeleid verblijfsrecht is geëindigd door de verhuizing van zijn referente naar het Verenigd Koninkrijk.

De rechtbank verklaart het beroep van eiser tegen het voortduren van de maatregel van bewaring ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af.

Rechtbank Midden-Nederland oordeelt dat het besluit van de gemeente over pgb voor begeleiding van een jongen met autisme onzorgvuldig is voorbereid. Beroep gegrond verklaard en maatwerkvoorziening toegekend voor 21 uur per week.

Rechtbank vernietigt afwijzing bijzondere bijstand voor curatele; onvoldoende onderzoek naar hardheidsclausule.

Rechtbank Midden-Nederland verklaart bezwaar tegen intrekking bijstandsrecht gegrond wegens gebrekkige verzendadministratie.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat het beroep van verzoeker naar verwachting geen redelijke kans van slagen heeft.

De rechtbank vernietigt het strafontslag van een ambtenaar wegens onzorgvuldig onderzoek door de werkgever. Het onderzoek voldeed niet aan de eisen van zorgvuldigheid, waardoor de beschuldigingen niet konden worden onderbouwd.

Rechtbank Den Haag verklaart beroep ongegrond en wijst verzoek om schadevergoeding af in vreemdelingenzaak betreffende onrechtmatige bewaring.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat de maatregel van bewaring van eiseres onrechtmatig was vanaf 15 april 2021, maar wijst het verzoek om schadevergoeding af. Verweerder wordt wel veroordeeld in de proceskosten van eiseres tot € 1.068,-.

Rechtbank Midden-Nederland oordeelt dat bijstandsuitkering van eiseres terecht is ingetrokken wegens schending van de inlichtingenplicht. Terugvordering van € 22.530,81 is gerechtvaardigd. Beroep ongegrond verklaard.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, omdat de brief van 7 mei 2020 niet als besluit kan worden aangemerkt. Eiser voldoet niet aan de opleidingseisen voor het pgb-tarief.

Rechtbank Den Haag vernietigt de afwijzing van de mvv-aanvraag van een Chinese kennismigrant wegens onzorgvuldig onderzoek door verweerder.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep van eiseres ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af, omdat de maatregel van bewaring rechtmatig was.

De rechtbank Den Haag heeft op 2 juni 2021 de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid veroordeeld tot betaling van € 534 aan eiseres voor proceskosten in een samenhangende bestuursrechtelijke zaak.

Verzoek om voorlopige voorziening afgewezen wegens gebrek aan spoedeisend belang in bijstandszaak.

De rechtbank heeft de asielaanvraag van een Gambiaanse eiser afgewezen wegens ongeloofwaardige nationaliteit en relaas. Eiser kon zijn claims niet onderbouwen, waardoor er geen sprake was van vluchtelingschap.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat een uitspraak in de aanverwante zaak reeds is gedaan.

De rechtbank heeft de asielaanvraag van eiseres uit Marokko afgewezen, oordelend dat Marokko als veilig land van herkomst kan worden beschouwd en dat eiseres niet aannemelijk heeft gemaakt dat zij daar geen bescherming kan krijgen.

De rechtbank verklaart het beroep van een Algerijnse asielzoeker niet-ontvankelijk, omdat hij met onbekende bestemming is vertrokken zonder contact met zijn gemachtigde.

De rechtbank Den Haag heeft de aanvraag van eiseres voor een verblijfsdocument afgewezen wegens onvoldoende bewijs van een duurzame en exclusieve relatie met referent. Het beroep is ongegrond verklaard.

De rechtbank verklaart het beroep van eiser niet-ontvankelijk wegens gebrek aan procesbelang, aangezien hij inmiddels rechtmatig verblijf heeft.

Rechtbank Den Haag vernietigt de afwijzing van visumaanvragen van Iraanse eisers wegens onvoldoende sociale binding en middelen, en draagt verweerder op een nieuw besluit te nemen.

De rechtbank verklaart het beroep van eiser ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af, omdat de maatregel van bewaring op juiste gronden is opgelegd.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep ongegrond en wijst verzoek om schadevergoeding af in vreemdelingenzaak.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening toe en verbiedt uitzetting van de verzoekster tot vier weken na beslissing op bezwaar.

De rechtbank wijst het verzoek om schadevergoeding af wegens gebrek aan causaal verband tussen de gestelde schade en het onrechtmatige besluit.

De rechtbank heeft de asielaanvraag van een Oekraïense LHBTI-vrouw afgewezen, oordelend dat Oekraïne een veilig land van herkomst is en dat de vrouw niet voldoende bewijs heeft geleverd voor haar vrees voor vervolging.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat de aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel als kennelijk ongegrond is afgewezen.

Rechtbank Midden-Nederland oordeelt dat verweerder in gebreke is gebleven bij het tijdig beslissen over een verzoek om noodopvang, en kent proceskostenvergoeding toe aan verzoekers.

De rechtbank verklaart het asielberoep van eiser niet-ontvankelijk omdat hij met onbekende bestemming is vertrokken en geen procesbelang meer heeft.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat verzoeker met onbekende bestemming is vertrokken en geen procesbelang meer heeft.

De voorzieningenrechter verklaart het verzoek om voorlopige voorziening niet-ontvankelijk, omdat verzoeker met onbekende bestemming is vertrokken en geen procesbelang meer heeft.

De rechtbank verklaart het asielberoep van eiser niet-ontvankelijk omdat hij met onbekende bestemming is vertrokken en geen procesbelang meer heeft.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, omdat de aanvragen voor mvv en verblijf als gezinslid niet aannemelijk zijn gemaakt en het advies van de RvO zorgvuldig was.

De rechtbank heeft de aanvraag van een Nigeriaanse eiser voor een verblijfsvergunning op humanitaire gronden afgewezen, omdat zijn aanwezigheid in Nederland niet noodzakelijk was voor een strafrechtelijk onderzoek. Het verzoek om een voorlopige voorziening werd eveneens afgewezen.

De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard en het inreisverbod in stand gelaten, omdat eiser nog steeds een actuele bedreiging voor de openbare orde vormt.

Eiser heeft beroep ingesteld tegen niet-ontvankelijk verklaring van bezwaar tegen naheffingsaanslag parkeerbelasting. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en is onbevoegd over ambtshalve beslissing te oordelen.

Rechtbank Midden-Nederland verklaart beroep ongegrond tegen naheffingsaanslag parkeerbelasting. Eiser kon niet aantonen dat hij niet kon betalen door defecte automaat. Gelijkheidsbeginsel niet geschonden.

Rechtbank Midden-Nederland oordeelt dat de naheffingsaanslag parkeerbelasting aan eiseres terecht is opgelegd, omdat zij niet tijdig heeft betaald.

De rechtbank verklaart het beroep van de eiser ongegrond, omdat hij onvoldoende bewijs heeft geleverd van zijn verblijf in België met zijn partner. Het verzoek om een voorlopige voorziening wordt afgewezen.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond tegen de boete van € 1.230,- wegens schending van de inlichtingenverplichting. Overschrijding van de beslistermijn leidt niet tot verval van bevoegdheid.

De rechtbank verklaart het beroep van eiser ongegrond, oordelend dat de Nederlandse socialezekerheidswetgeving van toepassing is op de eiser die in meerdere EU-lidstaten werkzaam was.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat de maatregel van bewaring van eiser onrechtmatig was en kent schadevergoeding toe van € 160,- voor twee dagen onrechtmatige detentie.

De rechtbank verklaart de beroepen van Syrische eisers ongegrond en wijst verzoeken om schadevergoeding af, omdat de bewaring niet onrechtmatig was.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat de aanvraag voor een verblijfsvergunning van een minderjarige gegrond is, vernietigt het bestreden besluit en wijst de voorlopige voorziening toe.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat er al uitspraak is gedaan in de aanverwante zaak NL21.2007.

De rechtbank heeft het beroep van een Iraakse eiser tegen de afwijzing van zijn asielaanvraag ongegrond verklaard, omdat zijn identiteit en seksuele geaardheid niet geloofwaardig waren.

De voorzieningenrechter wijst de verzoeken om voorlopige voorziening af, omdat de noodzaak hiervoor is komen te vervallen na uitspraak in andere zaken.

De rechtbank heeft de asielaanvragen van Roma uit Noord-Macedonië afgewezen als kennelijk ongegrond, omdat Noord-Macedonië als veilig land van herkomst wordt beschouwd.

De rechtbank vernietigt de afwijzing van de aanvraag voor woningaanpassing door de gemeente Almere, omdat niet is aangetoond dat er geschikte woningen beschikbaar waren.

Rechtbank Midden-Nederland oordeelt dat eisers bijstandsrecht hebben geschonden door niet te melden dat zij inschrijvingen bij de KvK hadden en op geld waardeerbare werkzaamheden verrichtten. Beroep ongegrond.

Rechtbank Midden-Nederland verklaart het beroep ongegrond inzake intrekking bijstandsrecht en boete wegens termijnoverschrijding.

De rechtbank verklaart het beroep van eiser tegen de uitkeringsspecificatie ongegrond, omdat hij geen bewijs heeft geleverd dat hij in september 2019 geen huurinkomsten ontving.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af in een zaak over de maatregel van bewaring.

De rechtbank verklaart het beroep van de eiser ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af, omdat de maatregel van bewaring terecht is opgelegd op basis van het risico van onttrekking aan toezicht.

De rechtbank verklaart het beroep van eiseres ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af, omdat de maatregel van bewaring gerechtvaardigd is.

De rechtbank heeft het beroep van eiseres gegrond verklaard en verweerder opgedragen om uitstel van vertrek te verlenen voor één jaar, wegens onvoldoende motivering van de afwijzing.

De rechtbank Den Haag verklaart het beroep van eiser tegen het verlengingsbesluit van de maatregel van bewaring ongegrond, met afwijzing van het verzoek om schadevergoeding.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening toegewezen en de overdracht van verzoeker aan Luxemburg verboden tot op het bezwaar is beslist, vanwege zijn medische gesteldheid.

Eiseres heeft beroep ingesteld tegen de terugvordering van pgb wegens niet-nakoming van verplichtingen. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep van eiser ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af in een vreemdelingenzaak.

De rechtbank verklaart het beroep van eiser tegen de WOZ-waarde ongegrond, omdat de heffingsambtenaar aannemelijk heeft gemaakt dat de waarde niet te hoog is vastgesteld.

Rechtbank Den Haag verklaart de beroepen van een Albanese eiser tegen een terugkeerbesluit en inreisverbod ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af.

Rechtbank Den Haag wijst asielaanvraag af wegens ongeloofwaardige bekering tot het christendom. Eiseres heeft tegenstrijdige verklaringen afgelegd en onvoldoende bewijs geleverd voor haar motieven.

Rechtbank Midden-Nederland verklaart beroep ongegrond inzake terugvordering IOAZ-uitkering wegens schending inlichtingenplicht. Eiser had geen recht op uitkering en dringende redenen voor afzien van terugvordering zijn niet onderbouwd.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat er geen noodzaak meer is na uitspraak in een andere zaak.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de niet-ontvankelijk verklaring van de verblijfsvergunning asiel voor eiser, die subsidiaire bescherming geniet in Italië.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af in een zaak over bewaring op grond van de Vreemdelingenwet.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond inzake het terugkeerbesluit en inreisverbod voor een Albanese vreemdeling, opgelegd door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af in een vreemdelingenzaak.

Rechtbank Den Haag vernietigt het inreisverbod van Albanese eisers wegens motiveringsgebrek, maar verklaart de beroepen tegen het terugkeerbesluit ongegrond.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af in een zaak over de onrechtmatigheid van bewaring van een vreemdeling.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep van een Albanese vreemdeling ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep van een Albanese vreemdeling ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af, omdat de bewaring rechtmatig was.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af, omdat eiser niet alle benodigde stukken heeft overgelegd.

De rechtbank heeft de aanvraag voor een verblijfsvergunning regulier afgewezen omdat eiser niet ingeschreven stond in het Handelsregister, wat een vereiste is voor arbeid als zelfstandige.

De rechtbank verklaart het beroep van de asielzoeker ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af, omdat de bewaring op juiste gronden was opgelegd.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep van eiser ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af in een zaak over bewaring en terugkeerbesluit.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, omdat verweerder niet bevoegd was om te beslissen op het bezwaar van eiser en de ingebrekestellingen geen doel troffen.

Rechtbank Midden-Nederland verklaart beroep ongegrond inzake eigen bijdrage WMO; geen belang bij inhoudelijke behandeling, CAK moet griffierecht vergoeden.

De rechtbank verklaart het beroep van eiser ongegrond, omdat de ingebrekestelling onredelijk laat was ingediend en er geen bijzondere omstandigheden waren die dit rechtvaardigden.

Rechtbank Midden-Nederland verklaart het beroep van eiser ongegrond inzake afwijzing van verzoek om uitstel van betaling en herziening van zorgfacturen. Eiser heeft onvoldoende bewijs geleverd voor onjuiste zorguren.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af in een vreemdelingenzaak betreffende de maatregel van bewaring.

De rechtbank heeft de asielaanvragen van eisers gegrond verklaard en de bestreden besluiten vernietigd, omdat verweerder onvoldoende rekening heeft gehouden met de geloofwaardigheid van de verklaringen van eiseres over haar afstand nemen van de islam.

De voorzieningenrechter wijst de verzoeken om voorlopige voorziening af, maar veroordeelt de Staatssecretaris tot betaling van de proceskosten van verzoekers tot € 525,-.

De rechtbank verklaart het beroep van eiser ongegrond, omdat zijn verklaringen over bedreigingen niet geloofwaardig zijn. De asielaanvraag wordt afgewezen als kennelijk ongegrond.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af, omdat deze niet meer nodig is na uitspraak in een andere zaak.

De rechtbank verklaart het beroep van eiser ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af, omdat de maatregel van bewaring op grond van artikel 59a Vw terecht is opgelegd.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep van de eiser ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af in een zaak over de maatregel van bewaring.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af, omdat de overdracht aan Duitsland geen redelijke kans van slagen heeft en de vrees voor besmetting met COVID-19 niet voldoende is onderbouwd.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening toegewezen en verweerder opgedragen binnen twee weken vast te stellen dat verzoeker vanaf 1 januari 2020 verzekerd is voor de Wlz.

De rechtbank Den Haag verklaart het beroep van de eiser tegen de maatregel van vreemdelingenbewaring ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af.

De rechtbank Den Haag verklaart het beroep van eiser tegen de maatregel van vreemdelingenbewaring ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat de beëindiging van de bijstandsuitkering terecht was na aantreffen hennepkwekerij.

Rechtbank Midden-Nederland vernietigt het bestreden besluit inzake bijstandsaanvraag wegens onduidelijkheid over inlichtingenplicht en documentverzending. Verweerder moet nieuw besluit nemen en griffierecht vergoeden.

De rechtbank vernietigt de afwijzing van asielaanvragen van Iraanse eisers op basis van motiveringsgebreken en draagt de Staatssecretaris op een nieuw besluit te nemen.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat verzoeker geen spoedeisend belang heeft aangetoond en het bestreden besluit niet evident onrechtmatig is.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep van een Marokkaanse asielzoeker ongegrond, omdat zijn asielrelaas niet geloofwaardig is en Marokko als veilig land van herkomst wordt aangemerkt.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat een uitspraak in de bodemzaak reeds is gedaan.

Eiseres heeft beroep ingesteld tegen de afwijzing van bijzondere bijstand voor prothese bh's en badpak. De rechtbank verklaart het beroep gegrond en vernietigt het bestreden besluit.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af, omdat een eerdere uitspraak in een andere zaak dit overbodig maakt.

Eiser, die Gambiaanse nationaliteit claimt, heeft beroep ingesteld tegen de afwijzing van zijn asielaanvraag. De rechtbank oordeelt dat de staatssecretaris onzorgvuldig heeft gehandeld door geen herkomstonderzoek te verrichten en vernietigt het besluit.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat de noodzaak hiervoor niet meer aanwezig is na uitspraak in een verwante zaak.

De Rechtbank Den Haag verklaart het beroep van een Marokkaanse eiser ongegrond, omdat zijn asielaanvraag als kennelijk ongegrond is afgewezen op basis van de geloofwaardigheid van zijn relaas en de status van Marokko als veilig land van herkomst.

Rechtbank Midden-Nederland vernietigt afwijzing bijstandsaanvraag; eiser verkeerde in bijstandbehoevende omstandigheden en recht op bijstand niet vastgesteld.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, omdat de aanvraag voor een verblijfsdocument terecht is afgewezen. Eiser kan geen afgeleid verblijfsrecht ontlenen aan zijn dochter, die de Nederlandse nationaliteit heeft, omdat hij in Spanje een geldige verblijfsvergunning heeft.

De rechtbank verklaart het beroep van eiseres ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af, omdat de maatregel van bewaring terecht was opgelegd.

De rechtbank verklaart het beroep van eiser ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af, omdat de maatregel van bewaring rechtmatig is en er geen redelijk vooruitzicht op verwijdering is aangetoond.

De rechtbank verklaart het beroep van eiser ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af, omdat de gronden voor bewaring voldoende zijn.

De rechtbank verklaart het beroep gegrond, vernietigt het bestreden besluit en verklaart het bezwaar van eiseres tegen het besluit van 1 oktober 2019 ongegrond.

Tussenuitspraak over afwijzing bijstandsaanvraag wegens motiveringsgebrek en onduidelijkheid over documenten.

Rechtbank Midden-Nederland vernietigt de terugvordering van bijstand van eiser, oordeelt dat schulden niet correct zijn meegenomen en dat de vrij te laten vermogensgrens niet goed is toegepast.

De rechtbank verklaart het beroep van eisers ongegrond inzake de herziening van bijstand en terugvordering door de gemeente Almere.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond wegens intrekking van bijstand op basis van niet opgegeven arbeid en schending van de inlichtingenplicht.

De rechtbank verklaart het beroep van een Egyptische vreemdeling ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af, omdat er voldoende inspanningen zijn verricht voor uitzetting.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep van eiseres om uitstel van vertrek ongegrond, o.a. op basis van BMA-advies dat geen medische noodsituatie op korte termijn verwacht.

Rechtbank Den Haag oordeelt over vrijheidsbeperkende maatregelen en wijst verzoek om proceskostenveroordeling toe aan eisers. Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid wordt veroordeeld tot betaling van € 525,- aan proceskosten.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat de bewaring van eiser onrechtmatig was en kent schadevergoeding toe van € 480,- voor onrechtmatige vrijheidsontneming.

De rechtbank verklaart het beroep van eiser tegen zijn staandehouding en ophouding ongegrond, oordelend dat de aanhouding rechtmatig was en de coronasituatie in Spanje geen belemmering vormt voor de ophouding.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep van eiser tegen zijn vreemdelingenbewaring ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af.

De rechtbank verklaart het beroep van de asielzoeker ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af, omdat de maatregel van bewaring terecht is opgelegd.

Rechtbank Den Haag vernietigt het terugkeerbesluit van de eiser, maar laat de rechtsgevolgen in stand. De maatregel van bewaring blijft in stand en verzoek om schadevergoeding wordt afgewezen.

Rechtbank Den Haag verklaart beroep ongegrond en wijst verzoek om schadevergoeding af in vreemdelingenrechtelijke zaak.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af in een zaak over de maatregel van bewaring.

De rechtbank verklaart de beroepen van eiser niet-ontvankelijk, omdat hij geen actueel procesbelang heeft bij de toekenning van een vervoersvoorziening of schadevergoeding.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep van eiser ongegrond; afwijzing mvv-aanvraag op basis van verblijfsrecht in Italië en geen schending hoorplicht.

Eiseres, een politieambtenaar, kreeg strafontslag wegens het indienen van onterecht reisdeclaraties en het ontvangen van onterecht vergoedingen. De rechtbank oordeelt dat dit ernstig plichtsverzuim is en dat het ontslag niet onevenredig is.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af in de zaak van een Marokkaanse eiser die in bewaring is gesteld.

De rechtbank Den Haag verklaart het beroep tegen de maatregel van bewaring ongegrond en het beroep tegen een terugkeerbesluit niet-ontvankelijk.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af, omdat eiseres niet voldoet aan de voorwaarden voor een verblijfsvergunning.

Eiser verzet zich tegen zijn eervol ontslag en de hoogte van de loopbaanpremie na een vrijwillige overstap naar een niet substantieel bezwarende functie. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep van een Iraakse vrouw ongegrond; asielaanvraag afgewezen wegens onvoldoende bewijs van gevaar bij terugkeer naar Irak.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep van een Roemeense vreemdeling gegrond, vernietigt het besluit van de Staatssecretaris en verplicht hem een nieuw besluit te nemen binnen zes weken.

Rechtbank Midden-Nederland verklaart het beroep ongegrond inzake opschorting, intrekking en terugvordering van bijstand. Eiser heeft besluiten ontvangen, ondanks zijn ontkenning.

Rechtbank Midden-Nederland oordeelt dat ontslag van politieambtenaar terecht is wegens ongeschiktheid, gebrek aan integriteit en zelfreflectie.

Rechtbank vernietigt disciplinaire straf en overplaatsing van ambtenaar wegens plichtsverzuim, legt passende straf op van 24 verlofuren en herstelt vertrouwensfunctie.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat tijdelijke belemmering door coronavirus geen reden is om zicht op verwijdering te ontkennen; beroep ongegrond.

De rechtbank Midden-Nederland verklaart het beroep van eiseres ongegrond, omdat bijschrijvingen op haar rekening terecht als inkomen zijn aangemerkt, wat leidde tot intrekking van haar bijstandsuitkering.

Eiseres verzocht om plaatsing in hogere LFNP-functie, maar aanvraag werd afgewezen. Rechtbank verklaart beroep ongegrond, bevestigt afwijzing op basis van RAAF.

Rechtbank vernietigt ontslagbesluit van ambtenaar wegens onvoldoende motivering en toerekenbaarheid van plichtsverzuim.

Rechtbank Midden-Nederland wijst het beroep van eiseres tegen de afwijzing van dubbele kinderbijslag af, omdat geen intensieve zorg nodig is volgens het CIZ-advies.

Rechtbank Midden-Nederland verklaart het beroep van eiser ongegrond inzake de afwijzing van dubbele kinderbijslag voor zijn dochter met Diabetes Mellitus type 1, omdat geen intensieve zorg is vastgesteld.

Eisers verzochten om aanpassing van de beslagvrije voet met terugwerkende kracht. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond, omdat eisers niet tijdig de benodigde gegevens hadden aangeleverd.

De rechtbank Den Haag verklaart het beroep van een Ethiopische asielzoeker ongegrond, oordelend dat de situatie in Ethiopië voor oppositiegroepen is verbeterd en geen specifieke vervolging van de eiser aannemelijk is.

Rechtbank Den Haag wijst aanvraag verblijfsvergunning Turkse zelfstandige af; verweerder moet dwangsom van € 1.442,- betalen wegens niet tijdig beslissen.

De rechtbank heeft de intrekking van de bijstandsuitkering van eiseres per 1 juni 2018 gegrond verklaard, maar de terugvordering van bijstandsuitkeringen over de periode van 1 februari 2018 tot en met 31 mei 2018 vernietigd vanwege dringende redenen.

Rechtbank Midden-Nederland verklaart het beroep ongegrond; eiseres schond inlichtingenplicht bijstandsverlening door niet melden van op geld waardeerbare activiteiten.

De rechtbank heeft de asielvergunning van eiser ingetrokken wegens onjuiste gegevens over zijn seksuele geaardheid. Eiser's beroep werd ongegrond verklaard, omdat er geen beschermenswaardig gezinsleven was en de belangen van de staat zwaarder wogen.

Rechtbank Den Haag bevestigt beëindiging rechtmatig verblijf van unieburger en echtgenote wegens onvoldoende middelen van bestaan. Beroep ongegrond verklaard.

Rechtbank Den Haag verklaart beroep ongegrond inzake intrekking verblijfsvergunning en inreisverbod van eiser wegens gevaar voor openbare orde.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat eiseres recht heeft op duurzaam verblijf als burger van de Unie. Beroep gegrond verklaard, bestreden besluit vernietigd, rechtsgevolgen in stand gelaten.

De rechtbank heeft het beroep van eiseres ongegrond verklaard, omdat de afwijzing van de aanvraag om bijzondere bijstand voor een individuele studietoeslag op basis van het wettelijk minimumloon terecht was.

Tussenuitspraak over ontslag van ambtenaar wegens plichtsverzuim; rechtbank oordeelt dat werkgever onvoldoende onderzoek heeft gedaan naar toerekenbaarheid en biedt herstelmogelijkheid.

Rechtbank Midden-Nederland oordeelt dat de gemeente Utrecht aansprakelijk is voor de ziekte van Lyme van een ambtenaar, omdat de gemeente niet aan haar zorgplicht heeft voldaan.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat eiser met Armeense nationaliteit geen risico loopt bij terugkeer naar Armenië. Beroep gegrond, besluit vernietigd maar rechtsgevolgen in stand gelaten.

De rechtbank oordeelt dat een politieagent terecht is ontslagen wegens het bezit en gebruik van harddrugs, wat als ernstig plichtsverzuim wordt aangemerkt.

Tussenuitspraak van de Rechtbank Den Haag over de afwijzing van uitstel van vertrek op basis van medische noodsituatie. De rechtbank oordeelt dat het BMA onvoldoende heeft beoordeeld of de uitzetting een risico voor de gezondheid van eiseres inhoudt.

Twee ambtenaren zijn ontslagen wegens schending van de geheimhoudingsplicht en onherstelbare vertrouwensbreuk. De rechtbank verklaarde de beroepen ongegrond.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat de maatregel van bewaring van een Iraanse asielzoekster onrechtmatig was en kent schadevergoeding toe van € 1.360,-.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat de bewaring van Dublinclaimanten onrechtmatig was en beveelt opheffing, met schadevergoeding van € 480,- en proceskosten van € 1.002,-.

Tussenuitspraak over intrekking verblijfsvergunning asiel van Iraakse eiser vanwege niet gemelde Armeense nationaliteit. Verweerder krijgt gelegenheid tot herstel van besluit.

Rechtbank Den Haag vernietigt de intrekking van de verblijfsvergunning van eiser wegens onvoldoende motivering van de verweerder over de belangenafweging met betrekking tot de emotionele banden van eiser en zijn strafbare feiten.

De rechtbank bevestigt de intrekking van pgb's van eisers wegens fraude en onjuiste verantwoording, en verklaart hun beroep ongegrond.

Rechtbank Midden-Nederland oordeelt dat de afwijzing van bijzondere bijstand voor rechtsbijstand terecht was, maar vernietigt de afwijzing voor deurwaarderskosten en veroordeelt verweerder tot vergoeding.

De rechtbank heeft de aanvragen voor bijzondere bijstand van eiser afgewezen, omdat er geen acute noodsituatie was die bijstandsverlening rechtvaardigde. Eiser kon zijn kosten niet onderbouwen met voldoende medische informatie.

De rechtbank verklaart het beroep van eiser ongegrond inzake bijzondere bijstand en ontheffing aanvragen op basis van de Participatiewet.

Rechtbank Midden-Nederland verklaart beroep ongegrond inzake opschorting en intrekking van uitkering op grond van de Participatiewet wegens gezamenlijke huishouding.

Rechtbank Midden-Nederland verklaart beroep ongegrond tegen boete van € 140,- wegens schending van de inlichtingenplicht onder de Participatiewet. Geen grond voor matiging van de boete.

De rechtbank heeft het verzoek om herziening van een bijstandsbesluit afgewezen, omdat er geen nieuwe feiten of veranderde omstandigheden zijn. Het beroep is ongegrond verklaard.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond. Eiseres' aanvraag voor bijzondere bijstand is afgewezen omdat de kosten niet onder artikel 35 Pw vallen, maar algemene noodzakelijke kosten zijn.

De rechtbank Midden-Nederland verklaart het beroep van een Marokkaanse asielzoeker ongegrond en bevestigt de rechtmatigheid van de maatregel van bewaring.

De rechtbank oordeelt dat eisers nooit rechtmatig verblijf in Nederland hebben gehad, omdat eiseres 1 niet heeft aangetoond dat zij reële arbeid heeft verricht. Het beroep is ongegrond verklaard.

De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard en de intrekking van zijn verblijfsvergunning asiel bevestigd, omdat de verklaringen van eiser en zijn echtgenote over de dood van zijn vader niet overeenkomen en niet geloofwaardig zijn.

De rechtbank vernietigt de afwijzing van de asielaanvraag van een Libische eiser, maar laat de rechtsgevolgen in stand. De situatie in Libië is niet uitzonderlijk volgens de Definitierichtlijn.

Strafontslag van een hoofdagent wegens uploaden van kinderporno; rechtbank oordeelt dat dit zeer ernstig plichtsverzuim is en dat ontslag gerechtvaardigd is.

De rechtbank vernietigt het besluit van het college van Bunschoten over jeugdhulp voor [A] wegens onvoldoende onderzoek en motivering door het Sociaal team.

Rechtbank vernietigt besluit van gemeente om aanvraag voor maatwerkvoorziening te weigeren, oordeelt dat hulp van zoon niet als verplichting kan worden opgelegd.

Eiseres verzoekt om toepassing van de hardheidsclausule voor de ouderbijdrage Jeugdwet, maar de rechtbank verklaart het beroep ongegrond omdat de financiële situatie toereikend is.

Eiser heeft beroep ingesteld tegen de verantwoording van zijn pgb over 2014, maar de rechtbank oordeelt dat er geen bewijs is van verantwoording en verklaart het beroep ongegrond.

Rechtbank Midden-Nederland oordeelt dat eiser, gehuwd met [A], niet als ongehuwd kan worden aangemerkt en geen recht heeft op bijstand, omdat er geen duurzaam gescheiden leven is.

Broers en zussen in geschil over nalatenschap; eiser vordert inbreng van giften, gedaagden betwisten dit. Rechtbank wijst vorderingen af en veroordeelt gedaagden tot betaling aan eiser.

Erfrechtelijk geschil over legitieme portie en inkorting van schenkingen; gedaagde veroordeeld tot betaling van € 22.500,= aan eiseres, vermeerderd met wettelijke rente.

De rechtbank wijst de vorderingen van de eiser af in de zaak over de afwikkeling van nalatenschappen en legitieme portie tussen broers en zus.

De rechtbank spreekt de echtscheiding uit tussen partijen, waarbij het verzoek van de vrouw tot scheiding van tafel en bed wordt afgewezen. De vrouw kan haar pensioenverweer niet onderbouwen.

De rechtbank verklaart de uiterste wilsbeschikking van [erflaatster] van 1 augustus 2011 nietig wegens wilsbekwaamheid, op basis van artikel 3:34 BW.

De rechtbank beoordeelt de omvang van het geschil en het toepasselijke recht in een echtscheidingsprocedure, waarbij partijen hun verzoeken aanvullen en de zaak pro forma aanhoudt tot 28 maart 2012.

Rechtbank Utrecht verklaart de klacht van verzoekster over dwangmedicatie gegrond, oordeelt dat er geen wettelijke basis is voor dwangmedicatie en wijst het verzoek tot schadevergoeding af.

De rechtbank oordeelt dat Convoi aansprakelijk is voor schade door gebrekkige fundering tijdens hijswerkzaamheden. Gedaagden krijgen schadevergoeding voor waardevermindering van betonbakken en schade aan de kade.

De rechtbank oordeelt dat gedaagde sub 1 niet aansprakelijk is voor de schade van eiser, omdat onvoldoende bewijs is dat hij wist van het drugstransport. Eiser wordt veroordeeld tot schadevergoeding aan gedaagde sub 1 voor onrechtmatig beslag.

Rechtbank Utrecht wijst vorderingen van [eiser] af en bevrijdt [gedaagden] van verplichtingen wegens schuldeisersverzuim van [eiser].

Eiser stelt gedaagde aansprakelijk voor schade aan zijn auto na een APK-keuring. De rechtbank wijst de vordering af wegens overschrijding van de klachttermijn ex artikel 6:89 BW en veroordeelt eiser in de proceskosten.