dhr. mr. R.C. Stam

De Regeling aanpak flitskrediet is onverbindend verklaard; AFM mag niet optreden tegen Spaanse kredietaanbieder. Nederland heeft Spanje niet vooraf geïnformeerd, wat in strijd is met het Unierecht.

Hoger beroep van administratiekantoor [naam 2] tegen boete wegens overtreding Wwft ongegrond verklaard. Hoge contante omzet supermarkt niet gemeld, verscherpt toezicht niet uitgevoerd.

Het College bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat Bpf Vervoer de vrijstelling van deelname aan het pensioenfonds niet mag beperken tot bestaande werknemers. Proceskosten van €1.814,- worden toegewezen aan Chainges.

Het College bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat Nedcargo vrijstelling krijgt van deelname aan Bpf Vervoer voor alle werknemers, ook toekomstige, na wijziging van bedrijfsactiviteiten.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, oordelend dat er geen gerede twijfel is aan de uitvoerbaarheid van het plan van Transdev voor de concessie openbaar busvervoer in Utrecht.

Bestuurlijke boete vervalt na overlijden van de overtreder; erven ontvangen schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn.

Hoger beroep van een melkveehouderij tegen boetes voor overtredingen van de Meststoffenwet. Het College bevestigt de boetes, maar matigt er een wegens overschrijding van de redelijke termijn.

Het College oordeelt dat de minister terecht een randvoorwaardenkorting heeft opgelegd aan de maatschap wegens overschrijding van gebruiksnormen in 2015. De verjaring is tijdig gestuit. Schadevergoeding voor overschrijding van de redelijke termijn wordt toegekend.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verlaagt de randvoorwaardenkorting voor [naam 1] B.V. van 20% naar 15% wegens onvoldoende motivatie van de minister over de niet-naleving van gewasbeschermingsmiddelen voorschriften.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening van Arriva afgewezen, omdat de scores van de beoordelingscommissie houdbaar zijn en er geen afwijkingen van de procedure zijn vastgesteld.

Het College oordeelt dat TenneT geen kosten voor de verplaatsing van de aansluiting bij AVEBE mag doorberekenen en de periodieke aansluitvergoeding niet eenzijdig mag verhogen.

Het College oordeelt dat TenneT de kosten voor de verplaatsing van de aansluiting niet bij Twence mag doorberekenen, omdat het niet gaat om vervanging in de zin van de Tarievencode elektriciteit.

Het College bevestigt de rechtmatigheid van spoedbestuursdwang door de minister bij overtredingen van het Besluit houders van dieren, met kostenverhaal op de dierhouder.

Het College verklaart het beroep van de melkveehouder ongegrond, oordelend dat de minister bevoegd was om bestuursdwang op te leggen wegens overtredingen van het Besluit houders van dieren.

Beroep tegen heffing Diergezondheidsfonds ongegrond verklaard; appellanten zijn geen belanghebbenden. Dubbele heffing voor kalkoenen niet toegestaan volgens wet.

Hoger beroep over boete slachthuis wegens condensvorming. Boete gematigd van € 5.000,- naar € 4.500,- vanwege overschrijding redelijke termijn. Minister veroordeeld in proceskosten.

Hoger beroep over boete slachthuis wegens verontreiniging met baansmeer. Boete van € 2.500 gematigd tot € 1.500 vanwege redelijke termijn overschrijding. Overtreding van hygiënevoorschriften bevestigd.

Het CBb vernietigt de erkenning van EFS als dochterstamboekvereniging voor Falabella-paarden wegens onvoldoende onderzoek door de minister en draagt hem op een nieuwe beslissing te nemen.

Het College oordeelt dat de opgelegde diergezondheidsheffing aan de pluimveehouder rechtmatig is en geen ongeoorloofde inmenging vormt in het eigendomsrecht. Tevens wordt een schadevergoeding van € 3.500,- toegekend wegens overschrijding van de redelijke termijn.

Het College vernietigt de last onder bestuursdwang voor honden, katten en kippen, maar handhaaft deze voor paarden en pony’s. Proceskosten van € 1.750,- aan de houder.

College vernietigt last onder bestuursdwang voor honden, katten, kippen en overige vogels; minister in strijd met wetgeving door betrokkenheid dierenarts.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat het belang van de Bijenstichting bij bezwaar tegen het verlengingsbesluit is komen te vervallen.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de minister het ontheffingsverzoek voor fosfaatrechten terecht heeft afgewezen, met voldoende motivatie en zonder strijd met het evenredigheidsbeginsel.

De minister heeft terecht een last onder bestuursdwang opgelegd aan de houder van paarden wegens onvoldoende verzorging van de hoeven, in strijd met de Wet Dieren. Het beroep van de houder is ongegrond verklaard.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven wijst het verzoek om schadevergoeding van een melkveebedrijf af, omdat er geen causaal verband bestaat tussen de schade en de heffingsbesluiten van de minister.

Hoger beroep van vervoerder tegen boetebesluit voor niet wegen van mest vóór export. Boete herroepen, minister veroordeeld tot proceskostenvergoeding.

Het College vernietigt de intrekking van de derogatievergunning voor de melkveehouderij wegens gebrek aan belangenafweging door de minister.

Het College vernietigt de decertificering van vijf partijen zonnebloempitten en de intrekking van het biocertificaat van de graanhandel, oordeelt dat Skal haar bevoegdheid te buiten is gegaan en draagt Skal op een nieuw besluit te nemen.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat de minister terecht een randvoorwaardenkorting van 5% heeft opgelegd aan varkenshouder [naam 1] wegens onvoldoende hokverrijking, in strijd met artikel 2.22 van het Besluit houders van dieren.

Hoger beroep over boete voor onvoldoende hokverrijking voor varkens. College bevestigt eerdere uitspraak en boete van € 1.500,- blijft staan.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat de Bijenstichting niet is geschaad in haar verdediging bij de toelating van het biocide Maxforce Quantum. Schadevergoeding wordt toegekend wegens overschrijding van de redelijke termijn.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven bevestigt de sancties opgelegd aan [naam 2] wegens onvoldoende hokverrijkingsmateriaal voor varkens, en verklaart de beroepen ongegrond.

Het College verklaart het beroep van de maatschap tegen het besluit van de minister gegrond, maar het beroep tegen het vervangingsbesluit ongegrond. Verzoek om schadevergoeding afgewezen.

Beroep ongegrond; afwijzing GLB steunaanvraag door verhindering bedrijfscontrole. Minister handelde conform Verordening 1306/2013.

Het College verklaart het beroep van een landbouwbedrijf gegrond, omdat de minister ten onrechte de GLB-uitbetaling weigerde op basis van een gebrek aan geldige gebruikstitel.

Het College vernietigt het vervangingsbesluit van de minister inzake GLB-betalingen, oordeelt dat de minister onvoldoende zorgvuldig heeft gehandeld en draagt hem op een nieuw besluit te nemen.

Het College herstelt een eerdere uitspraak en oordeelt dat de minister ten onrechte de aanvraag voor extra betaling voor jonge landbouwers heeft afgewezen. De minister wordt veroordeeld tot schadevergoeding van € 1.000,- en moet proceskosten vergoeden.

Het College verklaart de beroepen van [naam] B.V. ongegrond, omdat de mededelingen en waarschuwingen van de minister geen besluiten zijn in de zin van de Awb.

Het College verklaart het beroep van de V.O.F. gegrond en vernietigt de afwijzing van de aanvraag voor extra betaling voor jonge landbouwers, oordelend dat er sprake is van blokkerende zeggenschap.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft het beroep van World Wide Potatoes B.V. ongegrond verklaard, omdat de onderneming niet als actieve landbouwer geregistreerd stond op de peildatum voor uitbetaling van GLB-rechten.

Beroep ongegrond; randvoorwaardenkorting van 20% op rechtstreekse betalingen GLB terecht vastgesteld wegens niet-naleving mestgebruikseisen.

Hoger beroep over aanwijzing en benoeming curator van BK Groep wegens overtredingen van de Wtt 2018. DNB's aanwijzing werd bevestigd, maar de benoeming van de curator was in strijd met het evenredigheidsbeginsel.

Hoger beroep van slachterij tegen boete voor aanbieden bezoedelde karkassen. Boete verlaagd naar € 2.125,- wegens overschrijding redelijke termijn.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van de maatschap niet-ontvankelijk wegens te late indiening van het beroepschrift, dat na de beroepstermijn is ontvangen.

DNB's verzoek om voorlopige voorziening tegen cryptodienstverleners afgewezen; proceskosten van € 1.674,- aan cryptodienstverleners.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven heeft op 12 december 2023 uitspraak gedaan in een zaak over een dwangsombesluit en bestuursdwangbesluit tegen [naam 1] wegens overtredingen van de Wet Dieren. De minister werd veroordeeld in de proceskosten van [naam 1].

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de minister terecht een dwangsombesluit heeft genomen tegen [naam 1] wegens overtredingen van de Wet dieren, maar vernietigt het bestuursdwangbesluit vanwege strijd met de wet. De minister wordt veroordeeld in de proceskosten van [naam 1].

Verzoek om teruggave van honden in bewaring afgewezen; onvoldoende bewijs dat honden privébezit zijn van [naam 1].

Hoger beroep ongegrond verklaard tegen bestuurlijke boete van € 10.000,- voor overtreding Wwft door financieel administratiekantoor [naam 1].

Hoger beroep ongegrond; bevestiging van de uitspraak van de rechtbank Rotterdam over bestuurlijke boetes aan [naam 1], [naam 2] en [naam 3] wegens overtredingen van de Wft.

Hoger beroep tegen boetes voor niet-melden ongebruikelijke transactie door trustkantoor en feitelijk leidinggevende. Boetes verlaagd wegens overschrijding redelijke termijn.

De voorzieningenrechter heeft de verzoeken om voorlopige voorzieningen afgewezen, waardoor de tijdelijke sluiting van de hondenfokkerij in stand blijft.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven vernietigt het teeltverbod van de minister op grond van onvoldoende bewijs van besmetting met knolcyperus op het volledige perceel.

Het College verklaart het beroep van HBM ongegrond; bezwaar tegen kwekersrecht niet-ontvankelijk verklaard.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat de minister fytosanitaire maatregelen ter bestrijding van spintmijt op kerststerren terecht heeft opgelegd. Het beroep van [naam 1] B.V. is ongegrond verklaard.

Hoger beroep van slachterij tegen boetes voor overtredingen van levensmiddelenhygiëne. Twee boetes vernietigd, derde boete gematigd tot € 4.750,-.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven vraagt het Hof van Justitie om uitleg over de Verordening (EU) 2015/751 inzake afwikkelingsvergoedingen, in het kader van een geschil tussen Amex en KLM over de toepassing van deze regels op co-brandingpartners.

Het College verklaart het herzieningsverzoek van [naam] niet-ontvankelijk wegens onredelijk late indiening, bijna vijf jaar na de oorspronkelijke uitspraak.

Hoger beroep gegrond; boete voor te lage dosering desinfectiemiddel herroepen wegens onvoldoende bewijs van overtreding.

Hoger beroep gegrond. Boete voor te lage dosering desinfectiemiddel herroepen. Onvoldoende bewijs voor overtreding. Minister veroordeeld in proceskosten.

Het College verklaart het beroep van [naam] ongegrond, omdat de waarschuwing geen besluit is in de zin van de Awb. Geen recht op schadevergoeding, redelijke termijn niet overschreden.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van [naam 1] ongegrond inzake teeltverboden voor knolcyperus, omdat de besmetting niet is bestreden.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van [naam 1] B.V. ongegrond inzake de weigering van de toelating van de biocide Vapona spray, vanwege onaanvaardbare risico's voor het milieu.

Het College bevestigt de uitspraak van de rechtbank over de boete van de AFM wegens overtreding van de prospectusplicht. Hoger beroep slaagt niet.

Het College van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Rotterdam over de boete van de AFM voor overtreding van de prospectusplicht. Hoger beroep slaagt niet.

Hoger beroep van [naam 1] B.V. tegen DNB over boetes voor overtredingen van de Wwft. Het College oordeelt dat [naam 1] tekort is geschoten in cliëntonderzoek. Boete verlaagd tot € 7.600,- en proceskosten vastgesteld op € 5.022,-.

KPN B.V. heeft in hoger beroep de opgelegde boete van ACM wegens misleidende handelspraktijken aangevochten. Het College vernietigde de boete en stelde deze vast op € 375.000,-. Ook het openbaarmakingsbesluit werd vernietigd omdat het niet duidelijk was dat overtredingen op submerken waren geconstateerd.

College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt over misleidende informatie door T-Mobile en legt een boete van € 300.000,- op voor eenmalige kosten die niet vermeld waren.

Vodafone Libertel B.V. heeft hoger beroep ingesteld tegen een boete van ACM voor misleidende handelspraktijken. Het College oordeelt dat de boete voor de misleidende omissie te hoog was en stelt deze vast op € 200.000,-.

Hoger beroep van T-Mobile tegen ACM's boete wegens misleidende informatie over abonnementen. College oordeelt dat ACM onvoldoende bewijs heeft geleverd voor misleiding. Boete vernietigd en proceskosten vergoed.

Het College bevestigt de aanwijzing van DNB aan [naam 1] B.V. wegens overtredingen van de Wft en Wwft. Hoger beroep ongegrond verklaard.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om thuisquarantaine voor een hond uit Georgië af, gezien het rabiësrisico en de omstandigheden van verzoeker.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om thuisquarantaine van een hond af, omdat de hond een risico vormt voor rabiës en verzoekster niet over de benodigde voorzieningen beschikt.

De voorzieningenrechter schorst het besluit van de minister om pluimvee preventief te doden vanwege vogelgriep, met ingang van 29 oktober 2022 om 22:00 uur.

De voorzieningenrechter schorst de bestreden besluiten van de minister inzake preventieve ruimingen van pluimvee vanwege vogelgriep, met ingang van 29 oktober 2022 om 22:00 uur.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat de zwijnen als gehouden dieren worden beschouwd en verzoeker niet heeft voldaan aan de opgelegde maatregelen.

De voorzieningenrechter schorst de maatregelen uit het primaire besluit tot zes weken na de beslissing op bezwaar en veroordeelt de minister in de proceskosten van de verzoeker.

Hoger beroep van American Express en Visa niet-ontvankelijk verklaard wegens gebrek aan procesbelang, na stopzetting van de Bijenkorf Card.

Het CBB oordeelt over de besmetverklaring van een pluimveevermeerderingsbedrijf met Salmonella enteritidis en de vraag of er reden is voor een verificatietest na positieve testresultaten. Prejudiciële vragen worden gesteld aan het Hof van Justitie van de EU.

Hoger beroep over boete voor gebruik elektrische prikker bij varkens. College bevestigt eerdere uitspraak van rechtbank, oordeelt dat rapport van bevindingen voldoende is en dat appellante de Wet dieren heeft overtreden.

Het College bevestigt dat Bpf HiBiN de vrijstelling van RRM niet mocht intrekken op basis van het vertrouwensbeginsel, omdat RRM redelijkerwijs mocht aannemen dat de groepsvoorwaarde niet meer gold.

De voorzieningenrechter wijst de verzoeken om voorlopige voorzieningen af in een zaak over last onder dwangsom en bestuursdwang inzake de huisvesting van cavia's en kanaries.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af voor een hond uit Oekraïne, omdat onvoldoende bewijs is dat de hond veilig thuisquarantaine kan ondergaan.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af, omdat de honden niet over de benodigde vaccinatie-documenten beschikken en een gevaar vormen voor rabiës in Nederland.

De voorzieningenrechter schorst de schorsing van de slachthuiserkenning van verzoekster tot zes weken na de beslissing op bezwaar, vanwege onvoldoende onderbouwing van de minister en de spoedeisendheid van de situatie.

Het College verklaart het beroep van VOF [naam 1] ongegrond, omdat de bezwaren tegen de voorschotbesluiten niet-ontvankelijk zijn verklaard wegens gebrek aan procesbelang.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep ongegrond omdat de appellant de accountantsverklaring te laat heeft ingediend, waardoor de aanvraag voor de graasdierpremie is afgewezen.

VEH heeft hoger beroep ingesteld tegen DNB over de niet-ontvankelijkheid van haar handhavingsverzoek. Het College bevestigt dat VEH belanghebbende is en dat DNB een nieuw besluit moet nemen.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af inzake de besmetverklaring van een pluimveevermeerderingsbedrijf met salmonella.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van appellanten niet-ontvankelijk wegens gebrek aan procesbelang na intrekking van de toelating van Calypso.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van een kalverhouderij ongegrond, betreffende maatregelen tegen MDMA in snijmais.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de wijziging van de HRN-concessie en de subsidieverlening aan NS voor de NightJet rechtmatig zijn. Het beroep van appellanten is ongegrond.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven vraagt het Hof van Justitie om verduidelijking over de beoordeling van hormoonontregelende eigenschappen bij de toelating van gewasbeschermingsmiddelen, specifiek in de zaak van Pitcher.

Hoger beroep van appellante tegen een bestuurlijke boete van de AFM wegens overtreding van de Wft. Boete vernietigd en herroepen.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de gemeente Groningen ten onrechte de bijzondere bijstand voor bewindvoering heeft stopgezet, omdat de appellant niet verplicht kan worden om over te stappen naar de GKB.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de gemeente Groningen de bijzondere bijstand voor kosten van bewindvoering onterecht heeft beëindigd, omdat appellante niet gedwongen kan worden om haar huidige bewindvoerder te ontslaan.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de gemeente Groningen ten onrechte bijzondere bijstand voor bewindvoering heeft stopgezet, omdat de GKB niet als voorliggende voorziening kan worden aangemerkt zonder benoeming door de kantonrechter.

De voorzieningenrechter heeft op 4 april 2022 bepaald dat twee honden aan verzoekster moeten worden teruggegeven, maar de teruggave van 75 katten niet verantwoord is.

Het College bevestigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het hoger beroep ongegrond in de zaak over een boete voor hygiëneovertredingen in een pluimveeslachterij.

Centrale Raad van Beroep vernietigt maatregel opgelegd door college van Gouda wegens onvoldoende bewijs dat appellant arbeid heeft geweigerd.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat verzoeker geen spoedeisend belang heeft bij de last onder dwangsom wegens overtredingen van de Wet dieren.

Hoger beroep over overtredingen van de Wwft door [naam 1] B.V. Het College oordeelt dat er voldoende aanwijzingen waren voor een hoger risico op witwassen. Boete vastgesteld op € 2.000,-.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de tijdelijke vrijstelling voor het gebruik van Virkon S ter bestrijding van het ToBRF-virus in de tomatenteelt gerechtvaardigd is, ondanks bezwaar van appellanten over de beschikbaarheid van een ander middel.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af inzake een last onder bestuursdwang voor overtredingen van het Besluit houders van dieren.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, omdat de teruggave van de dieren niet verantwoord is gezien de omstandigheden.

Het College bevestigt de eerdere uitspraak van de rechtbank dat verweerders belanghebbenden zijn bij het instemmingsbesluit van DNB over de fusie van Optas en Aegon. DNB wordt veroordeeld tot proceskosten en het dwangsombesluit wordt vernietigd.

Het College bevestigt dat CRH geen belanghebbende is bij de intrekkingsbesluiten van Bpf HiBiN, omdat haar belang afgeleid is en niet rechtstreeks betrokken.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van de appellant ongegrond wegens te late indiening van het bezwaarschrift tegen de beslissing op zijn aanvraag voor betalingsrechten.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van appellant ongegrond wegens te late indiening van de aanvraag voor betalingsrechten en vergroeningsbetaling.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de afwijzing van de graasdierpremie en de oplegging van een sanctie door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft de boete van € 50.000,- opgelegd door de AFM verlaagd tot € 30.000,-, oordelend dat de boete niet in verhouding stond tot de ernst van de overtreding en de rol van appellant.

Hoger beroep van WindShareFund N.V. tegen last onder dwangsom van AFM wegens misleidende informatie over investeringen in windturbines. Overtredingen van de Wet handhaving consumentenbescherming vastgesteld.

Hoger beroep tegen boetes voor overtreding van de Pensioenwet door bestuurders van een pensioenfonds. Boetes vernietigd wegens onvoldoende duidelijkheid van de norm.

Het College vernietigt de boetes opgelegd aan een pensioenfonds en vermogensbeheerder wegens overtredingen van de Pensioenwet, oordelend dat de norm onvoldoende duidelijk was.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af wegens spoedeisende situatie bij overtreding van de Wet Dieren.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de activiteiten van [naam 1] onder de jacht vallen, waardoor de Verordening 1099/2009 niet van toepassing is. Het beroep van Stichting Animal Rights is ongegrond.

Het College bevestigt de toepassing van spoedbestuursdwang door de minister wegens ernstige overtredingen van de Wet dieren en het Besluit houders van dieren, met kosten van € 51.291,41.

Verzoekster vorderde schadevergoeding wegens onrechtmatig besluit tot weigering van betalingsrechten. Het College oordeelde dat de minister aansprakelijk was voor de schade en kende een schadevergoeding van € 11.594,80 toe, vermeerderd met rente.

Hoger beroep over boetes voor overtredingen van de Verordening 1099/2009 en de Wet dieren, waarbij de boete voor de geitenbokjes is herroepen en de andere boetes zijn bevestigd.

Het College bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat de AFM onvoldoende bewijs heeft geleverd voor de opgelegde boetes aan [naam 1] en [naam 2] wegens overtredingen van de Wft.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat verzoeker zelf verantwoordelijk is voor zijn situatie door verkoop van fosfaatrechten.

De voorzieningenrechter verklaart het verzoek om voorlopige voorziening niet-ontvankelijk wegens het ontbreken van connexiteit met de bezwaarprocedure.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat TenneT niet voldoende maatregelen heeft genomen om een stroomstoring te voorkomen, en verklaart de klacht van de appellante deels gegrond. ACM wordt veroordeeld tot vergoeding van proceskosten.

Hoger beroep van appellanten tegen AFM over afwijzing aansprakelijkstelling voor schade door gedragingen van FA. College bevestigt eerdere uitspraak en verklaart zich onbevoegd voor schadevergoeding.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven heeft op 6 mei 2021 beslist over de geheimhouding van stukken in hoger beroep tegen DNB, waarbij het belang van transparantie voor de appellanten zwaarder woog dan de geheimhoudingsbelangen van DNB.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt over geheimhouding van stukken in hoger beroep tegen DNB. Bepaalde geheimhouding is gerechtvaardigd, maar appellanten hebben recht op kennisname van relevante informatie voor hun verdediging.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af inzake de ontheffing voor openbaar vervoer op bedrijventerrein Westpoort, verleend aan GVB Commercieel Vervoer B.V.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft een voorwaardelijk wrakingsverzoek van [naam 1] en [naam 2] afgewezen, omdat de Awb geen mogelijkheid biedt voor een dergelijk verzoek.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven heeft de beroepen van Spack Trading B.V. en een andere B.V. ongegrond verklaard, betreffende de decertificering van zonnebloempitten door Stichting Skal vanwege herbicide residuen.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van B.V. [naam 1] ongegrond inzake de decertificering van zonnebloempitten door Stichting Skal, wegens ontbrekende transportdocumenten en onregelmatigheden in de biologische productie.

Afwijzing van aanvullende betalingsrechten voor jonge landbouwers en toewijzing van schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat de beroepen van de Bijenstichting en anderen tegen de toelating van imidacloprid niet-ontvankelijk zijn, omdat de middelen niet meer zijn toegelaten. De risicobeoordeling door het Ctgb wordt als voldoende onderbouwd beschouwd.

Appellant verzocht om uitbetaling van GLB-betalingen, maar zijn aanvraag werd afgewezen omdat hij geen originele etiketten van zaaizaad aanleverde. Het College verklaarde het beroep ongegrond.

Beroep van Maatschap [naam 1] tegen intrekking van betalingsrechten en herberekening uitbetaling GLB ongegrond verklaard.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart de beroepen van appellant gegrond en vernietigt de bestreden besluiten over de toewijzing van betalingsrechten uit de Nationale reserve voor landbouwpercelen.

Het College verklaart het beroep van de Maatschap [naam] tegen de besluiten van de minister van Landbouw ongegrond en niet-ontvankelijk, met betrekking tot de toewijzing van betalingsrechten uit de Nationale reserve.

Het College verklaart het beroep ongegrond wegens het ontbreken van etiketten van zaaizaad, wat leidt tot een korting op de vergroeningsbetaling.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van een maatschap tegen de minister van Landbouw ongegrond inzake herziening van de extra betaling jonge landbouwers 2016.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af wegens overtreding van de Regeling I&R door verzoeker, die zijn dieren niet heeft geoormerkt.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt over bestuursdwang en dwangsom opgelegd aan een hondenfokkerij. Beroep tegen invorderingsbesluit niet-ontvankelijk, schadevergoeding van € 2.500,- toegekend.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven vernietigt het bestreden besluit en herroept de last onder bestuursdwang wegens een onredelijk korte begunstigingstermijn. Tevens wordt de minister veroordeeld tot schadevergoeding van € 500,- voor immateriële schade en € 1.068,- voor proceskosten.

Het College vernietigt de last onder dwangsom en het invorderingsbesluit, oordelend dat deze in strijd zijn met artikel 5:6 Awb. Verweerder wordt veroordeeld in de proceskosten van appellante.

Het College verklaart het beroep gegrond, vernietigt het bestreden besluit en draagt verweerder op binnen twee maanden een nieuw besluit te nemen over de toewijzing van betalingsrechten.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van [naam 1] V.O.F. ongegrond inzake de weigering van betalingsrechten uit de nationale reserve door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van Maatschap [naam 1] ongegrond, omdat de minister de afkeuring van percelen 45 en 188 voldoende heeft gemotiveerd.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van de appellant ongegrond, omdat de minister terecht betalingsrechten heeft ingetrokken op basis van gewijzigde subsidiabele oppervlakten.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft op 8 december 2020 het beroep van appellante gegrond verklaard en de bestreden besluiten van de minister van Landbouw vernietigd, omdat niet kon worden aangetoond dat het aandeel grassen op de percelen minder dan 50% was.

Het College van Beroep vernietigt het besluit van de minister over de afkeuring van landbouwpercelen als niet-subsidiabel en draagt de minister op een nieuw besluit te nemen.

Het College vernietigt het besluit van de minister over de afkeuring van percelen voor subsidiabele hectares en veroordeelt de minister in de proceskosten.

Hoger beroep over verkoop van een big met verboden residu. Appellante betwist de overtreding, maar het College bevestigt de eerdere uitspraak en legt de boete van € 2.500,- handhaving.

Hoger beroep van [naam 1] B.V. tegen boetes van ACM wegens overtredingen van de Wet handhaving consumentenbescherming en de Prijzenwet. Boetes van € 200.000 en € 150.000 bevestigd.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat het product 'Pure Air' van [naam] B.V. als biocide moet worden gekwalificeerd, omdat het schadelijke organismen bestrijdt, en bevestigt de opgelegde last onder dwangsom.

Hoger beroep van [naam 1] tegen boete van € 5.000,- opgelegd door AFM wegens oneerlijke handelspraktijken. Het College bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat appellant verantwoordelijk was voor misleidende informatieverstrekking aan beleggers.

Het College oordeelt dat de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit onterecht betalingsrechten op naam van appellant heeft geregistreerd na een melding van verhuur door een natuurorganisatie. Beroep gegrond, herberekening vernietigd.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de generieke korting op het fosfaatrecht van appellante geen individuele en buitensporige last oplevert. Het beroep is ongegrond verklaard.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat appellante niet aannemelijk heeft gemaakt dat het fosfaatrechtenstelsel een buitensporige last oplegt. Het beroep tegen het vervangingsbesluit is ongegrond, maar het griffierecht wordt vergoed.

Het College verklaart het beroep van appellante ongegrond, oordeelt dat de muizenplaag geen calamiteit is voor de knelgevallenregeling en dat appellante niet heeft aangetoond dat het fosfaatrechtenstelsel een buitensporige last oplegt.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven rectificeert op 25 augustus 2020 een eerdere uitspraak van 17 maart 2020, waarbij een kennelijke onjuistheid werd vastgesteld in de vermelding van een gemachtigde en de proceskostenvergoeding.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven rectificeert op 25 augustus 2020 een eerdere uitspraak van 7 juli 2020 inzake fosfaatrechten, waarbij een onjuiste peildatum werd gecorrigeerd van 1 januari 2019 naar 1 januari 2009.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart zich onbevoegd in zaken over openbaarmaking van milieu-informatie, omdat de Wob van toepassing is en niet de Wgb.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van Maatschap [naam 1] ongegrond, omdat de aanvraag voor betalingsrechten uit de Nationale Reserve niet voldoet aan de wettelijke voorwaarden.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de minister het fosfaatrecht van een melkveehouder moet verhogen na vernieling van zijn jongveestal door aardbevingen, met een proceskostenveroordeling van € 2.100,-.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat appellante niet aannemelijk heeft gemaakt dat zij door het fosfaatrechtenstelsel een individuele en buitensporige last ervaart, en verklaart het beroep ongegrond.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat de fosfaatrechten van appellante correct zijn vastgesteld en dat haar beroep ongegrond is. De gekozen bedrijfsstrategie voldeed niet aan de eisen van navolgbaarheid.

Het College vernietigt het vervangingsbesluit inzake fosfaatrecht en stelt het fosfaatrecht vast op 3.707 kg, na vaststelling dat appellant op 2 juli 2015 één melkkoe hield.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat appellante, een melkveehouderij, niet kan aantonen dat het fosfaatrechtenstelsel een individuele en buitensporige last vormt. Het beroep wordt ongegrond verklaard, maar verweerder moet griffierecht en proceskosten vergoeden.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt over fosfaatrechten en schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn. De Staat wordt veroordeeld tot betaling van € 500,- schadevergoeding en € 1.050,- proceskosten.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat de beslissing van appellante om haar melkveebedrijf te verplaatsen en uit te breiden niet navolgbaar is, gezien de risico's en omstandigheden. Het fosfaatrecht wordt vastgesteld op 2.273 kg, maar het bestreden besluit is onvoldoende gemotiveerd, wat leidt tot proceskostenvergoeding voor appellante.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat de minister het fosfaatrecht van de appellante terecht heeft vastgesteld en dat de knelgevallenregeling niet van toepassing is. Het beroep wordt ongegrond verklaard, maar de minister wordt veroordeeld tot vergoeding van het griffierecht en proceskosten.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van appellant ongegrond en oordeelt dat hij zelf de risico's van zijn investeringsbeslissingen draagt, met betrekking tot de vaststelling van zijn fosfaatrecht.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van een veehouder tegen de verlaging van fosfaatrechten ongegrond, omdat geen sprake is van een individuele en buitensporige last.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat het fosfaatrechtenstelsel voor biologische melkveehouders niet in strijd is met Europese regelgeving en verklaart het beroep van de appellante niet-ontvankelijk.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat het fosfaatrechtenstelsel appellante financieel raakt, maar geen individuele en buitensporige last oplevert. Het beroep wordt ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van appellante ongegrond inzake de vaststelling van fosfaatrechten, waarbij de generieke korting is toegepast en de grondgebondenheid niet is aangetoond.

Appellante verzocht om verhoging van het fosfaatrecht op basis van een vervuild vaccin. De rechtbank oordeelde dat onvoldoende bewijs was geleverd en stelde het fosfaatrecht vast op 1.820 kg.

Het College verklaart het beroep gegrond, vernietigt het bestreden besluit, maar houdt de rechtsgevolgen in stand en veroordeelt de minister in de proceskosten van de appellant.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van appellante ongegrond, omdat zij niet voldoet aan de voorwaarden voor de knelgevallenregeling en geen individuele en buitensporige last ervaart door het fosfaatrechtenstelsel.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van appellant ongegrond inzake fosfaatrechten en de startersregeling, omdat hij niet voldoet aan de voorwaarden voor een nieuw gestart bedrijf.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van appellant inzake fosfaatrechten niet-ontvankelijk wegens ontbreken van procesbelang.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven rectificeert op 9 juni 2020 een eerdere uitspraak van 7 april 2020 vanwege kennelijke verschrijvingen in de vermelding van procespartijen.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat het bestreden besluit over fosfaatrechten onvoldoende gemotiveerd is. Het fosfaatrecht van appellante wordt vastgesteld op 9.155 kg.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven rectificeert op 26 mei 2020 een eerdere uitspraak over fosfaatrechten, waarbij het aantal rechten wordt vastgesteld op 7.523 kg in plaats van 7.348 kg.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een melkveehouder ongegrond inzake fosfaatrechten, maar veroordeelt de minister tot vergoeding van griffierecht en proceskosten.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat appellante onvoldoende bewijs heeft geleverd voor haar claim over het fosfaatrechtenstelsel, maar kent schadevergoeding toe wegens overschrijding van de redelijke termijn.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van de maatschap niet-ontvankelijk en het beroep van Toldijk ongegrond, met veroordeling van verweerder in proceskosten van Melkvee.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een melkveehouder ongegrond inzake de vaststelling van fosfaatrechten, waarbij geen rekening wordt gehouden met niet gerealiseerde uitbreidingsplannen en het ontbreken van bewijs voor salmonellabesmetting.

Het College verklaart het beroep van een melkveehouder ongegrond, oordeelt dat vertraging in vergunningverlening voor risico van de melkveehouder komt, en vergoedt het griffierecht.

Appellant komt niet in aanmerking voor verhoging van fosfaatrecht; onvoldoende bewijs van individuele en buitensporige last door fosfaatrechtenstelsel.

Het College oordeelt dat het beroep van appellante gegrond is, omdat bij de berekening van het fosfaatrecht één melkkoe te weinig is meegenomen. Het verzoek om schadevergoeding wordt afgewezen.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat de minister het fosfaatrecht van appellant correct heeft vastgesteld en dat de knelgevallenregeling niet van toepassing is. Beroep ongegrond en griffierecht vergoed.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een melkveehouderij ongegrond, omdat het beroep op de knelgevallenregeling niet slaagt.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van een melkveehouderij ongegrond, oordelend dat het fosfaatrechtenstelsel geen buitensporige last oplevert en dat appellante zelf de risico's van haar investeringen draagt.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft het beroep van een melkveehouderij gegrond verklaard en het fosfaatrecht vastgesteld op 3.351 kg, na vernietiging van het eerdere besluit van de minister.

Het College verklaart het beroep van een melkveehouder tegen de vaststelling van het fosfaatrecht ongegrond, omdat stagnatie door dierziekte niet gecompenseerd hoeft te worden.

Het College verklaart het beroep van Maatschap [naam 1] niet-ontvankelijk wegens ontbreken procesbelang, nadat de minister het fosfaatrecht heeft herzien naar 445 kg. Verweerder wordt veroordeeld in de proceskosten van € 643,16.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat appellant niet als nieuw gestart bedrijf kan worden aangemerkt voor fosfaatrechten. Het beroep wordt ongegrond verklaard, maar griffierecht wordt vergoed.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een melkveehouderij tegen het fosfaatrechtenstelsel ongegrond, omdat appellante niet aannemelijk heeft gemaakt dat het stelsel een individuele en buitensporige last oplegt.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een melkveehouderij ongegrond inzake fosfaatrechten en de knelgevallenregeling, omdat de 5%-drempel correct is vastgesteld.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van Dutch Dairy Genetics B.V. ongegrond, omdat zij op de peildatum geen feitelijk houderschap had over melkvee, ondanks eigendom.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt over fosfaatrechten van een melkveehouderij en vernietigt het besluit van de minister, waarbij het fosfaatrecht wordt vastgesteld op 7.523 kg.

Het College vernietigt het vervangingsbesluit van de minister inzake fosfaatrechten en kent appellante een schadevergoeding van € 500,- toe.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de investeringsbeslissing van de appellant in zijn melkveehouderij een ondernemersrisico is. Het fosfaatrechtenstelsel vormt geen onaanvaardbare inbreuk op zijn eigendomsrecht. Beroep ongegrond, schadevergoeding van € 500,- toegekend.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de dieren van appellante niet als melkvee kunnen worden aangemerkt, omdat zij primair voor geneesmiddelenonderzoek worden gehouden. Het beroep is ongegrond en proceskosten worden vergoed.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat de Duitse grond van appellante niet meetelt voor fosfaatrechten. Het beroep is ongegrond, maar griffierecht en proceskosten worden vergoed.

Het College vernietigt de vaststelling van het fosfaatrecht van appellante en oordeelt dat de korting op het fosfaatrecht een individuele en buitensporige last vormt, in strijd met artikel 1 van het EP.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat appellante geen individuele en buitensporige last ondervindt door het fosfaatrechtenstelsel en verklaart het beroep niet-ontvankelijk.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van een melkveehouderij ongegrond inzake fosfaatrechten, omdat niet is aangetoond dat sprake is van een individuele en buitensporige last.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een melkveehouder ongegrond, omdat hij niet voldoet aan de voorwaarden van de knelgevallenregeling voor fosfaatrechten.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven heeft het beroep van appellante gegrond verklaard, omdat verweerder de knelgevallenregeling niet correct toepaste bij het vaststellen van het fosfaatrecht, ondanks gezondheidsproblemen van de stier.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat voor melkkoeien een andere peildatum mag worden gehanteerd dan voor jongvee bij de toepassing van de knelgevallenregeling. Het fosfaatrecht van appellant wordt vastgesteld op 6.662 kg.

Het beroep van een maatschap tegen de minister van Landbouw over fosfaatrecht wordt ongegrond verklaard. De knelgevallenregeling is niet bedoeld voor niet gerealiseerde uitbreidingen.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat appellante niet aan haar stelplicht heeft voldaan in de zaak over het fosfaatrechtstelsel. Proceskosten worden vergoed.

Het College verklaart het beroep van appellante ongegrond, maar veroordeelt de minister tot betaling van proceskosten van € 4.281,53 vanwege gebrekkige motivering van het bestreden besluit.

Het College verklaart het beroep gegrond, vernietigt het bestreden besluit en veroordeelt de minister tot vergoeding van € 1.050,- aan proceskosten.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat het fosfaatrechtenstelsel niet in strijd is met artikel 1 van het EP. Appellante heeft niet aangetoond dat er sprake is van een individuele en buitensporige last. Beroep ongegrond verklaard.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een melkveehouder ongegrond inzake de vaststelling van fosfaatrechten, waarbij de oppervlakte landbouwgrond op 15 mei 2015 bepalend is voor de fosfaatruimte.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de niet-ontvankelijkheid van het bezwaarschrift van appellant tegen het fosfaatrecht.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van appellant ongegrond, omdat hij niet kon aantonen dat hij een beëindigd bedrijf heeft overgenomen voor fosfaatrechten.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven wijst het beroep van appellant op de startersregeling en knelgevallenregeling af, omdat hij geen nieuw bedrijf heeft gestart en niet voldoet aan de voorwaarden voor de knelgevallenregeling.

Het College verklaart het beroep van appellante gegrond, herroept het fosfaatrecht en stelt het vast op 8.685 kg, en veroordeelt de minister in de proceskosten.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van een melkveehouder tegen het fosfaatrecht ongegrond, omdat hij niet voldoet aan de voorwaarden van de knelgevallenregeling. Proceskosten worden vergoed.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van maatschap [naam 1] ongegrond, omdat appellante niet het bewijs heeft geleverd van feitelijke beschikkingsmacht over 16 ha maïsland.

Het College vernietigt het besluit van ACM over de Informatiecode, oordeelt dat er geen geldige verwerkingsgrondslag is voor gegevensverstrekking en veroordeelt ACM in proceskosten.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van v.o.f. Melkveebedrijf ongegrond en oordeelt dat het fosfaatrechtenstelsel niet in strijd is met het recht op eigendom.

Het College oordeelt dat de knelgevallenregeling in het fosfaatrechtenstelsel correct is toegepast en dat appellant geen buitensporige last ervaart. Het bestreden besluit wordt vernietigd voor de kostenvergoeding in bezwaar.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat appellante niet heeft aangetoond dat dierziekte heeft geleid tot een lager fosfaatrecht en verklaart het beroep ongegrond, met vergoeding van griffierecht en proceskosten.

Het College verklaart het beroep van een melkveehouderij ongegrond, maar veroordeelt de minister tot vergoeding van griffierecht en proceskosten.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de minister de knelgevallenregeling correct heeft toegepast en dat Agriservice niet heeft aangetoond dat het fosfaatrechtenstelsel een buitensporige last vormt. Het beroep wordt ongegrond verklaard, maar het griffierecht wordt vergoed.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat appellante niet voldoende bewijs heeft geleverd voor een individuele en buitensporige last in het fosfaatrecht. Het beroep wordt gegrond verklaard en het fosfaatrecht vastgesteld op 23.733 kg.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat het fosfaatrechtenstelsel geen individuele en buitensporige last vormt voor de melkveehouderij. Het beroep wordt ongegrond verklaard, maar verweerder wordt veroordeeld in de proceskosten van € 1.024,-.

Het College vernietigt het besluit tot vaststelling van fosfaatrechten en stelt deze vast op 10.556 kg, met proceskostenveroordeling van € 2.048,- voor verweerder.

Appellante betwist fosfaatrecht en stelt dat het stelsel een buitensporige last oplegt. College verklaart beroep ongegrond en vergoedt proceskosten.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van Maatschap [naam 1] ongegrond inzake fosfaatrechten, omdat niet voldaan is aan de voorwaarden van de startersregeling.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat het fosfaatrechtenstelsel geen individuele en buitensporige last vormt voor de melkveehouderij. Proceskosten van € 1.024,- worden vergoed door de minister.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de appellant niet heeft aangetoond dat het fosfaatrechtstelsel hem een buitensporige last oplegt. Het beroep wordt ongegrond verklaard en verweerder wordt veroordeeld tot vergoeding van proceskosten.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat arbeidsongeschiktheid van appellante op 31 december 2015 causaal verband houdt met zwangerschap en bevalling, en vernietigt eerdere uitspraak.

Centrale Raad van Beroep verklaart hoger beroep niet-ontvankelijk wegens gebrek aan procesbelang; appellant ontvangt al WIA-uitkering.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van een melkveehouderij tegen de vaststelling van fosfaatrechten ongegrond, oordeelt over grondgebondenheid en veroordeelt de minister in proceskosten.

Het College verklaart het beroep gegrond en vernietigt het besluit van de minister over fosfaatrechten, met de opdracht tot herbeoordeling.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een taxichauffeur ongegrond, bevestigt de rechtmatigheid van het TTO-systeem en de intrekking van de Taxxxivergunning.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van Maatschap [naam 1] ongegrond, omdat niet is aangetoond dat de ziekte van de zoon causaal verband houdt met de lagere fosfaatrechten. Het griffierecht wordt vergoed en verweerder wordt veroordeeld in de proceskosten.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven heeft de beroepen van TenneT en GTS gegrond verklaard, de WACC voor 2021 vastgesteld op 3,0% en ACM veroordeeld in de proceskosten van TenneT.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven vernietigt het methodebesluit Net op Zee 2017-2021 van ACM en oordeelt dat de WACC voor 2021 3,0% moet zijn, met verplichting tot nacalculatie van onderhoudskosten.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart de beroepen van Netbeheer Nederland gegrond en vernietigt de methodebesluiten van ACM inzake de WACC voor 2021, die vastgesteld wordt op 3,0%.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van een melkveehouder ongegrond inzake fosfaatrechten, omdat omzetting van varkensrechten niet mogelijk is zonder de benodigde maatregel.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een maatschap ongegrond inzake fosfaatrechten, omdat onvoldoende bewijs is geleverd van ingrijpende financiële gevolgen voor het gehele bedrijf.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de startersregeling voor fosfaatrechten niet van toepassing is op appellante, die al vóór 2014 melk produceerde. Het beroep wordt ongegrond verklaard, maar de minister wordt veroordeeld in de proceskosten.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat de fosfaatrechtenvaststelling niet in strijd is met artikel 1 van het EP. Appellant heeft niet aangetoond dat hij een buitensporige last ondervindt. Beroep ongegrond verklaard.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat de appellante niet aannemelijk heeft gemaakt dat het fosfaatrechtenstelsel een buitensporige last op haar legt. Het beroep wordt ongegrond verklaard, maar de minister wordt veroordeeld in de proceskosten van de appellante.

Het College heeft het beroep van een melkveehouderij gegrond verklaard, het fosfaatrecht vastgesteld op 1.929 kg en de minister veroordeeld in de proceskosten.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van appellante ongegrond, oordelend dat de knelgevallenregeling correct is toegepast en dat appellante onvoldoende bewijs heeft geleverd voor een individuele en buitensporige last.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft het beroep van appellante ongegrond verklaard, omdat zij niet in aanmerking komt voor de knelgevallenregeling en de startersregeling. Appellante heeft onvoldoende onderbouwd dat het fosfaatrechtenstelsel een individuele en buitensporige last op haar legt.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de startersregeling strikt is en niet van toepassing op de voortzetting van bestaande bedrijven. Het beroep van appellant wordt ongegrond verklaard, maar verweerder wordt veroordeeld in de proceskosten.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een melkveehouderij ongegrond inzake fosfaatrechten, oordelend dat geen sprake is van een individuele en buitensporige last.

Het College verklaart het beroep van de melkveehouder ongegrond, oordeelt dat de fosfaatrechtenvaststelling niet in strijd is met het EP, en veroordeelt de minister in proceskosten van € 1.024,-.

Het College vernietigt de fosfaatrechtenvaststelling van appellante en oordeelt dat bouwwerkzaamheden wel degelijk meetellen voor de knelgevallenregeling. Verweerder moet binnen zes weken een nieuw besluit nemen.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven vernietigt het wijzigingsbesluit van de minister van Landbouw inzake fosfaatrecht, omdat appellante niet voldoende bewijs heeft geleverd voor haar omschakelingsplan naar een melkveehouderij.

Appellant verliest beroep tegen fosfaatrecht vaststelling; knelgevallenregeling niet van toepassing. Geen individuele en buitensporige last vastgesteld.

Het College verklaart het beroep van een maatschap tegen de fosfaatrechtenbesluit niet-ontvankelijk en het beroep tegen het vervangingsbesluit ongegrond, met proceskostenvergoeding van € 2.304,-.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat de knelgevallenregeling niet van toepassing is op niet gerealiseerde uitbreidingsplannen en dat appellante geen individuele en buitensporige last ondervindt van het fosfaatrechtenstelsel. Het beroep is ongegrond verklaard.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de knelgevallenregeling niet van toepassing is op niet gerealiseerde uitbreidingsplannen en verklaart het beroep ongegrond.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat appellant niet voldoet aan de 5%-drempel voor fosfaatrechten en dat er geen sprake is van een individuele en buitensporige last. Het beroep wordt ongegrond verklaard.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een taxichauffeur ongegrond, oordelend dat het TTO-systeem in Amsterdam niet in strijd is met het EVRM.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de gedwongen verplaatsing van een melkveehouderij niet leidt tot een verhoging van het fosfaatrecht, omdat appellante op 2 juli 2015 niet tijdelijk minder melkvee hield. Het beroep op artikel 1 van het EP wordt verworpen.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de minister het griffierecht van € 338,- aan appellante moet vergoeden na intrekking van het beroep inzake fosfaatrechten.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van appellante ongegrond en oordeelt over de toepassing van de knelgevallenregeling in het fosfaatrechtenstelsel.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van Melkveehouderij [naam] ongegrond, omdat de knelgevallenregeling correct is toegepast en geen compensatie voor stagnatie in groei wordt gegeven.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep gegrond en vernietigt het bestreden besluit inzake fosfaatrechten, waarbij verweerder wordt opgedragen een nieuw besluit te nemen.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft het beroep van appellante gegrond verklaard en haar fosfaatrecht vastgesteld op 50 kg, na vernietiging van eerdere besluiten van de minister.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een maatschap tegen de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit ongegrond, omdat appellante niet kon aantonen dat zij een nieuw gestart bedrijf voerde.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van appellante ongegrond, omdat zij op 15 mei 2015 geen feitelijke beschikkingsmacht had over de verhuurde percelen.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van appellante ongegrond, omdat de knelgevallenregeling niet van toepassing is op niet gerealiseerde uitbreidingsplannen.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een melkveebedrijf ongegrond, omdat het huurperceel niet meetelt voor de fosfaatruimte, gezien de feitelijke beschikkingsmacht op de peildatum.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven rectificeert een eerdere uitspraak over griffierecht, waarbij het bedrag van € 1.998,- aan FlixBus moet worden vergoed.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van een biologisch bedrijf ongegrond inzake fosfaatrechten, oordelend dat geen strijd is met het EP en dat appellante niet als starter kan worden aangemerkt.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat de appellante geen individuele en buitensporige last ondervindt van het fosfaatrechtenstelsel. Het beroep wordt ongegrond verklaard, maar verweerder wordt veroordeeld in proceskosten.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat het fosfaatrechtenstelsel geen individuele en buitensporige last oplevert voor appellante, die haar vergunningen niet tijdig had verkregen. Het beroep wordt ongegrond verklaard, maar proceskosten worden vergoed.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft het beroep van een melkveebedrijf gegrond verklaard en het fosfaatrecht verhoogd naar 8.910 kg, na erkenning als knelgeval door de minister.

Appellant verliest beroep over fosfaatrechten; onvoldoende bewijs voor bijzondere omstandigheden. Proceskostenvergoeding van € 1.024,- aan appellant.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat appellante niet in aanmerking komt voor de knelgevallenregeling voor fosfaatrechten. Het beroep is gegrond voor proceskostenvergoeding.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat appellante niet aannemelijk heeft gemaakt dat er sprake is van een individuele en buitensporige last met betrekking tot fosfaatrechten. Het beroep wordt ongegrond verklaard, maar verweerder wordt veroordeeld in de proceskosten van appellante.

Appellant, een veehandelaar, betwist de vaststelling van zijn fosfaatrecht en de classificatie van zijn koeien. Het College oordeelt dat de appellant niet kan aantonen dat de koeien als melkvee moeten worden aangemerkt en verklaart het beroep ongegrond.

Het College verklaart het beroep van appellante ongegrond en oordeelt dat het fosfaatrechtenstelsel niet in strijd is met artikel 1 van het EP. Verweerder wordt veroordeeld in de proceskosten van appellante.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat het fosfaatrechtenstelsel niet in strijd is met artikel 1 van het EP. Appellante draagt geen individuele en buitensporige last. Het beroep wordt ongegrond verklaard.

Appellante, een melkveebedrijf, betoogt dat het fosfaatrechtenstelsel in strijd is met artikel 1 van het EP. Het College oordeelt dat er geen sprake is van een individuele en buitensporige last en verklaart het beroep ongegrond.

Appellante, een biologisch melkveebedrijf, verzocht om fosfaatrechten zonder kosten bij uitbreiding en om een ministeriële regeling. Het College verklaarde het beroep ongegrond, omdat het niet bevoegd was om de minister te dwingen een regeling te treffen.

Het College verklaart het beroep gegrond, vernietigt het bestreden besluit en stelt het fosfaatrecht van appellante vast op 3.122 kg.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat CAK eigen bijdrage Wlz moet kwijtschelden tot het zak- en kleedgeldniveau, na hoger beroep van appellante.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering pgb aan betrokkene op basis van ongeschiktheid van de beheerder, [Z.], die de zorgaanbieder boekhoudt.

Het College verklaart het beroep ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af, omdat appellante niet aannemelijk heeft gemaakt dat zij de feitelijke beschikkingsmacht had over de percelen.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van een melkveehouder ongegrond, omdat hij geen feitelijke beschikkingsmacht had over het natuurlijk grasland, wat invloed had op zijn fosfaatruimte.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de korting op het fosfaatrecht van appellante, als gevolg van verpachting, leidt tot een individuele en buitensporige last. Het bestreden besluit wordt vernietigd en verweerder moet compensatie bieden.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat de fosfaatrechten en generieke korting geen onredelijke last vormen voor de appellante, een melkveehouderij, en verklaart het beroep ongegrond.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een stille maatschap tegen de fosfaatrecht vaststelling ongegrond, omdat de minister de knelgevallenregeling correct heeft toegepast.

Het College verklaart het beroep ongegrond inzake de vaststelling van het fosfaatrecht en de knelgevallenregeling in de Meststoffenwet.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van maatschap [naam 1] ongegrond inzake de vaststelling van het fosfaatrecht door de minister, waarbij geen rekening is gehouden met niet gerealiseerde uitbreidingen.

Het College vernietigt het bestreden besluit van de minister en stelt het fosfaatrecht van appellante vast op 5.968 kg, met proceskostenvergoeding van € 1.536,-.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft het beroep van de appellant gegrond verklaard en het fosfaatrecht vastgesteld op 3.136 kg, na vernietiging van het eerdere besluit van de minister.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van de appellant ongegrond inzake het fosfaatrecht vastgesteld op basis van de Meststoffenwet.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van V.O.F. ongegrond, omdat de grondmonsters onvolledig waren bemonsterd en niet representatief voor de fosfaattoestand.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat appellante niet heeft aangetoond dat het fosfaatrecht een individuele en buitensporige last vormt. Het beroep is ongegrond verklaard.

Appellant, een melkveehouder, verzet zich tegen de vaststelling van zijn fosfaatrechten. Het College oordeelt dat hij geen individuele en buitensporige last ondervindt, omdat hij niet over de benodigde vergunningen beschikte. Het beroep wordt ongegrond verklaard en de minister wordt veroordeeld in de proceskosten.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een veehouderij ongegrond, oordelend dat de financiële gevolgen van het fosfaatrechtenstelsel op grond van haar ondernemersrisico voor rekening van appellante blijven.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van appellante ongegrond en oordeelt dat zij geen individuele en buitensporige last ondervindt van het fosfaatrechtenstelsel. De minister wordt veroordeeld in de proceskosten van appellante tot € 1.024,-.

Het College vernietigt het wijzigingsbesluit van de minister inzake het fosfaatrecht van appellante, oordelend dat dit een buitensporige last vormt en onvoldoende is onderbouwd.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van V.O.F. [naam 1] ongegrond inzake fosfaatrechten, waarbij de knelgevallenregeling niet van toepassing is op niet gerealiseerde uitbreidingsplannen.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van de appellant ongegrond inzake fosfaatrechten en grondgebondenheid, zonder proceskostenveroordeling.

Beroep van Maatschap [naam 1] tegen fosfaatrecht vaststelling ongegrond; herzieningsbesluit leidt tot proceskostenvergoeding.

Het College vernietigt de herziening van fosfaatrechten en stelt deze vast op 288 kg, omdat de vereiste instemming van de inschaarder ontbreekt.

Het CBB verklaart het beroep van een landbouwer ongegrond inzake fosfaatrechten, omdat instemming van de inschaarder ontbreekt. Proceskosten worden vergoed.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van v.o.f. Melkveehouderij [naam 1] ongegrond, omdat de instemming van de inschaarder voor verhoging van fosfaatrechten ontbreekt.

Het College van Beroep verklaart het beroep van de appellant niet-ontvankelijk wegens ontbreken van procesbelang in een zaak over fosfaatrecht onder de Meststoffenwet.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een V.O.F. tegen de vaststelling van het fosfaatrecht door de minister ongegrond, omdat niet is aangetoond dat de 5%-drempel voor verhoging is overschreden.

Appellante verliest beroep tegen afwijzing melding lagere melkproductie door dierziekte; fosfaatrecht blijft vastgesteld op 7.334 kg.

Het College vernietigt de vaststelling van het fosfaatrecht en draagt de minister op een nieuwe beslissing te nemen, rekening houdend met bijzondere omstandigheden.

Het College vernietigt het besluit van de minister over fosfaatrechten, omdat grondmonsters uit 2016 ten onrechte zijn uitgesloten. Nieuwe beslissing vereist binnen zes weken.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven vernietigt het besluit van de minister over fosfaatrechten, omdat grondmonsters uit 2016 ten onrechte zijn genegeerd. De minister moet binnen zes weken een nieuw besluit nemen.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van de appellant tegen het fosfaatrecht ongegrond, omdat er geen recht op verhoging bestond.

Het beroep tegen een niet-appellabel besluit inzake fosfaatrechten is niet-ontvankelijk verklaard. De minister moet het griffierecht van € 338,- vergoeden aan de appellante.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van appellante ongegrond, omdat de percelen niet tot haar bedrijf behoren en de generieke korting op fosfaatrechten terecht is toegepast.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een maatschap ongegrond inzake fosfaatrechten en grondgebondenheid, omdat bewijs onbruikbaar is en de appellante niet slaagt in haar bewijsvoering.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat de schade door ganzenvraat geen disproportionele last vormt voor de biologische melkveehouder. Het fosfaatrecht wordt herzien naar 4.165 kg.

Het College vernietigt het tariefbesluit van ACM voor de dienst Project- en bulkmigraties en oordeelt dat T-Mobile procesbelang heeft. ACM moet binnen zes weken een nieuw besluit nemen en vergoedt de proceskosten van T-Mobile.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep gegrond, vernietigt het bestreden besluit en stelt het fosfaatrecht van de appellant vast op 3.011 kg, met proceskostenvergoeding van € 1.024,- aan de appellant.

Het College verklaart het beroep van appellante niet-ontvankelijk en veroordeelt de minister tot vergoeding van proceskosten en griffierecht, na volledige tegemoetkoming aan appellante in fosfaatrechten.

Het College verklaart het beroep gegrond, vernietigt het bestreden besluit en stelt het fosfaatrecht van de appellant vast op 1.229,4 kg. Verweerder wordt veroordeeld in de proceskosten van € 2.048,- en het griffierecht van € 170,- moet worden vergoed.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven vraagt het Hof van Justitie of partijen zonder aansluiting op het landelijke net ook een klacht kunnen indienen tegen de netbeheerder, na een stroomstoring op 27 maart 2015.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven heeft op 23 april 2019 de boetes voor [naam 1] en [naam 2] in het kader van de Meststoffenwet herzien, waarbij de boetes voor [naam 1] zijn verlaagd tot € 7.784,- en de hoger beroepen van [naam 2] niet-ontvankelijk zijn verklaard.

Het College verklaart het beroep van Maatschap [naam 1] niet-ontvankelijk wegens ontbreken schriftelijke machtiging van de gemachtigde.

Hoger beroep van appellante tegen afwijzing verzoek om terug te komen van besluit Uwv over beëindiging WIA-uitkering. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak, geen nieuwe feiten voor wijziging besluit.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart de beroepen van T-Mobile en Tele2 ongegrond, bevestigt de tariefplafonds van ACM voor MDF Pair Bonding en benadrukt de noodzaak van transparantie in kostentoerekening.

Het beroep van appellante is niet-ontvankelijk verklaard wegens te late indiening van de gronden van het beroep in een fosfaatrechtzaak.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van de appellant ongegrond inzake de tegemoetkoming voor melkproductie, omdat de steun niet was overgedragen bij de aankoop van een andere boerderij.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat TenneT niet in strijd heeft gehandeld met de wet inzake de enkelvoudige storingsreserve, maar dat zij niet alles heeft gedaan om de stroomstoring te voorkomen. ACM wordt veroordeeld tot betaling van proceskosten aan TenneT.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de niet-ontvankelijkheid van het bezwaar wegens termijnoverschrijding zonder verschoonbaarheid.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep ongegrond wegens niet verschoonbare termijnoverschrijding in bezwaar tegen fosfaatrechten.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van Frisia Zout B.V. ongegrond, omdat de kosten voor abandonnering niet direct toerekenbaar zijn aan S&O-werkzaamheden.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart zich onbevoegd in een zaak over handhaving op grond van de Warmtewet, waarbij de rechtbank Rotterdam exclusief bevoegd is.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart zich onbevoegd in een handhavingszaak op grond van de Warmtewet, waarbij de rechtbank Rotterdam bevoegd is.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft het beroep van de appellant ongegrond verklaard, omdat de Taxiverordening geen ontheffingsmogelijkheid biedt voor de eis van een SKRT-certificaat voor een RTX-vergunning.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep ongegrond en bevestigt dat afgekeurde planten als prototypes met commerciële betekenis kunnen worden aangemerkt, waardoor de werkzaamheden niet als S&O zijn aan te merken.

Appellante heeft geen S&O-verklaring gekregen omdat zij niet heeft aangetoond zelf technische knelpunten te hebben opgelost. Het beroep is ongegrond verklaard.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat ROGplus niet verplicht was om extra hulp te verstrekken voor boodschappen en glazenwasser, maar dat ROGplus ten onrechte geen maatwerkvoorziening voor wasverzorging heeft verstrekt.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft de vertrouwelijke behandeling van persoonsgegevens van een tipgever in hoger beroep tegen ACM gerechtvaardigd geacht, en verzocht om instemming van appellanten voor uitspraak op basis van vertrouwelijke stukken.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven vernietigt de uitspraak van de rechtbank Gelderland en verklaart het beroep van appellante gegrond, herroept de bestuurlijke boete en draagt de minister op het griffierecht te vergoeden.

Appellanten [naam 1] B.V. en [naam 2] B.V. hebben subsidieaanvragen voor een tweede energiescherm afgewezen gekregen vanwege te hoog energieverbruik. Het College verklaart het beroep ongegrond.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep ongegrond inzake de intrekking van de chauffeurskaart van de appellant wegens het niet tijdig overleggen van een VOG.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt over geheimhouding in hoger beroep inzake mededingingswet en clementieverklaringen, waarbij belangen van partijen worden afgewogen.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van Essent niet-ontvankelijk wegens termijnoverschrijding. Essent diende te laat beroep in tegen een besluit van de ACM.

Hoger beroep van maatschap [naam 1] tegen boete wegens overtreding Meststoffenwet. College vernietigt eerdere uitspraak en boete, oordeelt over handhavingsmarges.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven vernietigt de bestuurlijke boete opgelegd aan een melkveehouder wegens overtreding van de Meststoffenwet, oordeelt dat de staatssecretaris onvoldoende bewijs heeft geleverd en herroept de eerdere besluiten.

Het College bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat de minister onvoldoende bewijs heeft geleverd voor de overtreding van de Meststoffenwet door de maatschap. De minister wordt veroordeeld tot proceskostenvergoeding.

Anexo B.V. heeft beroep ingesteld tegen ACM's wijziging van tariefstructuren, maar werd niet-ontvankelijk verklaard omdat zij niet als belanghebbende werd aangemerkt.

NEPROM heeft beroep ingesteld tegen ACM's tariefbesluit 2017 voor Stedin. Het College verklaart het beroep ongegrond, oordelend dat NEPROM als belanghebbende kan worden aangemerkt en dat de kosten voor de prijsstijging gerechtvaardigd zijn.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat de op de peildatum afgevoerde melkkoe meegeteld moet worden bij het referentieaantal in het fosfaatreductieplan. De bestreden besluiten worden vernietigd en de minister moet nieuwe besluiten nemen.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een melkveehouder ongegrond inzake fosfaatreductie en grondgebondenheid.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat afgevoerde melkkoeien meetellen voor het referentieaantal in het fosfaatreductieplan. De bestreden besluiten worden vernietigd en de minister wordt veroordeeld in proceskosten van € 1.878,75.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een melkveebedrijf ongegrond, omdat de heffingen op basis van de Regeling Fosfaatreductieplan 2017 niet in strijd zijn met het recht op eigendom en geen individuele en buitensporige last opleveren.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een melkveehouder ongegrond, omdat de knelgevallenregeling niet van toepassing is en de heffingen niet als een buitensporige last worden beschouwd.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een melkveehouderij ongegrond, omdat de knelgevallenregeling geen ruimte biedt voor niet-gerealiseerde groei van de veestapel en de opgelegde heffingen niet in strijd zijn met het recht op eigendom.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een melkveehouder ongegrond, omdat zijn verzoek om verhoging van het referentieaantal te laat was ingediend en de opgelegde heffingen niet in strijd zijn met het recht op ongestoord genot van eigendom.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af in de zaak over herziening van fosfaatrechten onder de Meststoffenwet, waarbij jongvleesvee niet onder melkvee valt.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af in de zaak over herziening van fosfaatrechten, waarbij de vraag centraal staat of jongvleesvee tot melkvee behoort.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af in de zaak over de herziening van fosfaatrechten, waarbij jongvleesvee niet onder melkvee valt volgens de gewijzigde wetsuitleg.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af in de zaak over herziening van fosfaatrechten onder de Meststoffenwet, omdat er geen onverwijlde spoed is.

Centrale Raad van Beroep verklaart het hoger beroep niet-ontvankelijk omdat appellante de gewenste maatwerkvoorziening heeft gekregen, waardoor er geen procesbelang meer is.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart de beroepen van T-Mobile en Tele2 ongegrond, bevestigt de tariefplafonds van ACM voor KPN en Reggefiber en oordeelt dat de concurrentiemogelijkheden niet onterecht worden belemmerd.

Het College oordeelt dat KPN tot 1 april 2019 dominant is op de wholesalemarkt voor tweevoudige gespreksdiensten, maar dat deze dominantie daarna niet kan worden gehandhaafd. De aan KPN opgelegde verplichtingen blijven tot 31 maart 2019 in stand.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt over de geheimhouding van documenten in fusieonderzoek. Beperking van kennisneming is gerechtvaardigd, behalve voor stuk 72, dat teruggezonden moet worden aan ACM.

Jump Staff NL B.V. kreeg subsidieaanvraag afgewezen door de minister van Economische Zaken. College oordeelt dat er geen afstemming met provincie heeft plaatsgevonden en vernietigt het besluit.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van Arch Timber Protection Limited ongegrond, bevestigt dat Tanalith E 3462 niet kan worden toegelaten in gebruiksklasse 4b vanwege onaanvaardbare milieueffecten.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven vraagt het Hof van Justitie om uitleg over de definitie van biociden in relatie tot het middel Pure Air, dat door appellante wordt aangeboden.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de niet-ontvankelijk verklaring van het bezwaar tegen de fosfaatrechtenbeschikking.

Het College vernietigt het marktanalysebesluit van ACM inzake 24-uurs zakelijke post, o.a. vanwege onvoldoende bewijs dat digitale communicatie niet tot de relevante markt behoort.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart de beroepen van PostNL tegen ACM niet-ontvankelijk, omdat PostNL geen procesbelang meer heeft.

Het verzoek om voorlopige voorziening van een startend melkveebedrijf voor fosfaatrechten is afgewezen door de voorzieningenrechter.

Het College vernietigt de heffingen op basis van het Fosfaatreductieplan 2017, omdat verweerder onvoldoende rekening heeft gehouden met de individuele omstandigheden van de appellant, een melkveehouder.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat de Regeling Fosfaatreductieplan 2017 een legitiem doel dient, maar dat verweerder onvoldoende rekening heeft gehouden met de individuele omstandigheden van de appellante. Het bestreden besluit wordt vernietigd.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat het Fosfaatreductieplan 2017 een legitieme inmenging in het eigendomsrecht vormt, maar dat verweerder onvoldoende rekening heeft gehouden met de individuele omstandigheden van de melkveehouder, wat leidt tot vernietiging van het besluit.

Het College vernietigt het besluit van de minister inzake het Fosfaatreductieplan 2017, omdat niet voldoende is gemotiveerd dat de heffingen geen disproportionele last vormen voor de appellant.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van een melkveehouder ongegrond, oordelend dat de heffingen op basis van de Regeling Fosfaatreductieplan 2017 rechtmatig zijn en niet in strijd met het eigendomsrecht.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een melkveehouder ongegrond, bevestigt de rechtmatigheid van de Regeling Fosfaatreductieplan 2017 en de opgelegde heffingen.

Het College verklaart het beroep van appellante niet-ontvankelijk in de zaak over fosfaatrechten, omdat de melding en de beslissing op het bezwaar onlosmakelijk verbonden zijn.

Het College verklaart het beroep van V.O.F. [naam] niet-ontvankelijk, omdat de melding van bijzondere omstandigheden onderdeel uitmaakt van de bezwaarprocedure tegen de fosfaatrechten.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van de appellant niet-ontvankelijk, omdat de melding over fosfaatrechten deel uitmaakt van de lopende bezwaarprocedure.

Het College verklaart het beroep van appellante niet-ontvankelijk in de zaak over fosfaatrechten, omdat de melding deel uitmaakte van de lopende bezwaarprocedure.

Het College verklaart het beroep van C.V. niet-ontvankelijk in de zaak over fosfaatrechten, zonder zitting, op basis van artikel 8:54 Awb.

Appellante heeft beroep ingesteld tegen het uitblijven van een beslissing op bezwaar inzake fosfaatrechten. Het College verklaart het beroep gegrond en legt de minister een dwangsom op.

Het College verklaart het beroep van een melkveehouder niet-ontvankelijk in een geschil over fosfaatrechten en meldingen onder de Meststoffenwet.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep ongegrond inzake de afwijzing van een subsidieaanvraag voor een zonneboiler, omdat de aanschaf vóór 1 januari 2016 plaatsvond.

Appellante heeft beroep ingesteld tegen het uitblijven van een beslissing over fosfaatrechten. Het College verklaart het beroep niet-ontvankelijk omdat de minister inmiddels heeft beslist.

Appellante heeft beroep ingesteld tegen het uitblijven van een beslissing op haar aanvraag fosfaatrechten. Het College oordeelt dat de minister in gebreke is en legt een dwangsom op van € 1.260,-. De minister moet binnen twee weken alsnog beslissen.

Appellante heeft beroep ingesteld tegen het uitblijven van een besluit over fosfaatrechten. Het College heeft de dwangsom vastgesteld op € 1.260,- en verweerder veroordeeld in de proceskosten van € 247,50.

Het College verklaart het beroep gegrond en draagt de minister op binnen twee weken alsnog te beslissen op het bezwaar inzake fosfaatrechten. Proceskosten van € 247,50 worden vergoed.

Het College verklaart het beroep gegrond, stelt de dwangsom vast op € 1.260,- en veroordeelt de minister tot vergoeding van proceskosten van € 247,50.

Appellante heeft beroep ingesteld tegen het uitblijven van een beslissing op haar aanvraag fosfaatrechten. Het College heeft de minister veroordeeld tot betaling van een dwangsom van € 1.260,- en proceskosten van € 247,50.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de arbeidsongeschiktheid van appellante na 2 juli 2014 wel degelijk het gevolg is van zwangerschap en bevalling, en herroept het besluit van het Uwv.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellant niet duurzaam arbeidsongeschikt is voor IVA-uitkering; verzoek om schadevergoeding afgewezen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing Wajong-aanvraag; appellant kan ten minste 75% van minimumloon verdienen ondanks medische beperkingen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing herhaalde WIA-aanvraag en beëindiging ZW-uitkering, geen nieuwe medische feiten aangetoond.

Het College verklaart het beroep van GTS gegrond, vernietigt het methodebesluit van ACM en draagt ACM op een nieuw besluit te nemen. Het beroep van VEN is ongegrond.

Tussenuitspraak van het CBB over de methodebesluiten van ACM voor TenneT, waarbij ACM wordt opgedragen de WACC en frontier shift te herberekenen en de gebreken in de besluiten te herstellen.

Het College vernietigt de methodebesluiten van ACM voor regionale netbeheerders en oordeelt dat ACM een nieuw besluit moet nemen binnen zes maanden.

Het College vernietigt de afwijzing van ontheffingen voor openbaar vervoer door FlixBus, oordelend dat de provincie onvoldoende onderbouwing heeft gegeven voor de onevenredige afbreuk aan bestaande concessies.

Frisia Zout B.V. verliest beroep tegen afwijzing S&O-verklaring voor casing-reparatiekosten; onvoldoende bewijs voor directe toerekening aan S&O-project.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van [naam 1] B.V. tegen het subsidiebesluit van de minister van Economische Zaken en Klimaat ongegrond.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van [naam 1] B.V. niet-ontvankelijk wegens faillissement en terugvordering van subsidie.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat de ACM terecht concludeerde dat KPN geen aanmerkelijke marktmacht heeft op de wholesalemarkt voor toegang tot glasvezelnetwerken, ondanks de beroepen van telecomaanbieders.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven vraagt het Hof van Justitie om uitleg over de verenigbaarheid van een uniform capaciteitstarief met artikel 13 van de Gasverordening, na bezwaren van VGN en TAQA tegen ACM's tariefbesluiten.

De voorzieningenrechter wijst de verzoeken om voorlopige voorziening af inzake fosfaatrechten, maar veroordeelt de minister tot vergoeding van proceskosten.

De voorzieningenrechter wijst de verzoeken om voorlopige voorziening af inzake fosfaatrechten voor een startend melkveebedrijf, maar veroordeelt de minister tot vergoeding van proceskosten.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft op 7 juni 2018 verzoeken om voorlopige voorzieningen inzake fosfaatrechten afgewezen, maar de minister werd veroordeeld tot vergoeding van proceskosten.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af inzake fosfaatrechten van de Maatschap [verzoekster] tegen de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af in de zaak over fosfaatrechten, waarbij verzoekster een verhoging van haar fosfaatrecht vroeg.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart de beroepen van [naam 1] B.V. ongegrond, bevestigt de intrekking van de subsidie en de vaststelling op nihil, en oordeelt dat de hoorplicht niet is geschonden.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van Zuivelbeheer Nederland B.V. tegen de opgelegde superheffing ongegrond, oordelend dat de melkquoteringsregeling nog van kracht was en de omrekeningsfactor rechtmatig was.

Appellanten hebben beroep ingesteld tegen de afwijzing van registratie van tijdelijke overdrachten van melkquotum. Het College verklaart het beroep ongegrond.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af inzake fosfaatrechten. De verzoekster voldeed niet aan de voorwaarden voor verhoging van fosfaatrechten.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven vernietigt de vaststelling van het fosfaatrecht van een maatschap en oordeelt dat de minister rekening moet houden met individuele omstandigheden. Proceskosten van € 1002,- worden vergoed.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep ongegrond inzake de last onder dwangsom voor taxivervoer zonder vergunning, met een dwangsom van € 10.000,- per overtreding.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de intrekking van de chauffeurskaart van appellant wegens het niet tijdig overleggen van een nieuwe VOG rechtmatig was, ondanks schending van de hoorplicht.

College van Beroep verklaart beroep gegrond, vernietigt intrekking taxivergunning wegens gebrek aan bewijs voor aanbieden taxivervoer op opstapmarkt.

Het College vernietigt de niet-ontvankelijkverklaring van de bezwaren van appellanten tegen heffingen op grond van het fosfaatreductieplan en veroordeelt de minister in proceskosten.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit de bezwaren van appellanten ten onrechte niet-ontvankelijk heeft verklaard en vernietigt de bestreden besluiten.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven vernietigt de herroeping van proceskostenvergoedingen aan appellanten in het kader van de Regeling Fosfaatreductieplan 2017 en veroordeelt de minister tot betaling van € 1000,- aan proceskosten.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven wijst het verzoek om voorlopige voorziening af inzake de omzetting van varkensrechten naar fosfaatrechten. De voorzieningenrechter oordeelt dat de feiten onvoldoende aanleiding geven voor een voorlopige voorziening.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft op 25 april 2018 een verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, waarbij de verzoeker zijn varkensrechten wilde omzetten in fosfaatrechten. De voorzieningenrechter oordeelde dat er geen recht op omzetting bestaat en dat de feiten onvoldoende aanleiding geven voor een voorlopige voorziening.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van een pootaardappelteler ongegrond, omdat de minister aan zijn vergewisplicht heeft voldaan bij de bestrijding van schadelijke organismen.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt over de openbaarmaking van milieu-informatie en geheimhouding in het kader van gewasbeschermingsmiddelen. De beroepen van [naam 1] en [naam 2] zijn gegrond verklaard en het bestreden besluit is vernietigd.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de subsidie voor het project "Zeeakkers" terecht op nihil is vastgesteld. De minister van Justitie en Veiligheid wordt veroordeeld tot schadevergoeding van € 1.500,- en terugbetaling van griffierecht van € 331,- aan appellante.

Het College van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank en herroept de boetes aan de bestuurders van [naam 1] B.V. wegens overtredingen van het spamverbod, maar bevestigt de boetes aan [naam 1] zelf, met matiging.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt over de bedrijfstoeslag en randvoorwaardenkorting voor 2011 en 2012. De beroepen van appellante worden grotendeels ongegrond verklaard, met uitzondering van één zaak waarin het bestreden besluit wordt vernietigd.

Het College verklaart het beroep ongegrond in de zaak over de herroeping van een superheffing en de afwijzing van proceskostenvergoeding.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven vernietigt de afwijzing van tijdelijke overdracht fabrieksquotum en veroordeelt de minister in proceskosten.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft het beroep van appellante ongegrond verklaard, omdat het verzoek tot reactivering van een vervallen melkquotum te laat was ingediend.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep ongegrond inzake de afwijzing van een duplicaat paspoort voor een paard, omdat het originele paspoort niet als zoekgeraakt wordt beschouwd.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven heeft besloten dat de beperking van kennisneming van vertrouwelijke stukken gerechtvaardigd is in het hoger beroep onder de Mededingingswet.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de verzoeken van ACM om vertrouwelijke behandeling van enquêtegegevens niet gerechtvaardigd zijn, behalve voor persoonsgegevens van medewerkers.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft de aanvraag van de appellant voor betalingsrechten en vergroeningsbetaling afgewezen, omdat hij niet voldeed aan de Europese voorwaarden. Het beroep is ongegrond verklaard.

Het College vernietigt de noodmaatregelen van verweerder betreffende gewasbeschermingsmiddelen, oordeelt dat de onderbouwing voor spoedeisende maatregelen onvoldoende is, en herroept eerdere besluiten.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven vernietigt de intrekking van de taxivergunning van een taxichauffeur wegens onvoldoende bewijs van gevaarzettend gedrag.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart de beroepen van netbeheerders tegen wijzigingen van x- en q-factoren door ACM ongegrond, oordelend dat de wijzigingen niet in strijd zijn met het rechtszekerheidsbeginsel.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van [naam 1] ongegrond inzake de indeling in tariefcategorieën voor aansluit- en transporttarieven door Enexis.

Hoger beroep ongegrond; AFM's afwijzing van vergunningaanvraag bevestigd; geen appellabel besluit.

Hoger beroep ongegrond; boete van € 40.000,- voor niet melden ongebruikelijke transactie onder Wwft bevestigd.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart de beroepen van leveranciers en vakbond tegen het marktanalysebesluit 24-uurs zakelijke post niet-ontvankelijk, omdat zij geen rechtstreeks belanghebbenden zijn.

Het verzoek om voorlopige voorziening in het kader van het Fosfaatreductieplan is afgewezen. De voorzieningenrechter oordeelt dat de feiten onvoldoende aanleiding geven voor een voorlopige voorziening.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven vernietigt het besluit van de staatssecretaris van Economische Zaken over schadevergoeding wegens paprikasnuitkever, vanwege motiveringsgebrek en oordeelt dat een nieuw besluit moet worden genomen.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een agrariër ongegrond, bevestigt een randvoorwaardenkorting van 20% op rechtstreekse betalingen GLB wegens niet-emissiearm gebruik van mest.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een pootaardappelteler ongegrond tegen de aanzegging van maatregelen vanwege besmetting met Meloidogyne fallax. Schadevergoeding wordt afgewezen.

Hoger beroep van de minister van Economische Zaken tegen uitspraak rechtbank Rotterdam over handhavingsverzoek van [naam] inzake FM-frequenties. Het College oordeelt dat [naam] geen belanghebbende is en verklaart het beroep ongegrond.

Het College vernietigt de bestreden besluiten van de staatssecretaris van Economische Zaken over de terugvordering van subsidievoorschotten voor het project Co-op Duurzaam, wegens onvoldoende onderbouwing van de verlaging van het subsidiebedrag.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verlaagde de boete voor verkeerd gebruik van gewasbeschermingsmiddelen van € 1.125,- naar € 500,- en verklaarde het beroep gegrond.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven vernietigt de randvoorwaardenkorting op GLB-subsidies wegens gebrek aan bewijs van overtreding door de appellant.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven vernietigt de boete opgelegd aan appellant wegens gebrek aan bewijs voor het gebruik van glyfosaathoudend gewasbeschermingsmiddel op een talud.

Het College verklaart het beroep ongegrond inzake de subsidievaststelling en de niet-subsidiabele kosten in het kader van de Regeling LNV-subsidies.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat Uber International en Uber B.V. als medeplegers van overtredingen van de vergunningplicht voor taxivervoer kunnen worden aangemerkt. De handhaving is gerechtvaardigd, behalve voor invorderingsbesluit V, dat wordt vernietigd.

KPN heeft hoger beroep ingesteld tegen boetes van ACM wegens overtredingen van non-discriminatie- en transparantieverplichtingen. Het College herzag de boete tot € 70.000,- en vernietigde eerdere uitspraken.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft op 7 september 2017 de beroepen van Welgro B.V. en Welgro Holding B.V. ongegrond verklaard, waarbij aanvragen voor S&O-verklaring zijn afgewezen wegens gebrek aan technische nieuwheid.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven heeft de beroepen van MasterShip Software B.V. en anderen ongegrond verklaard, omdat hun aanvragen voor S&O-verklaringen niet als speur- en ontwikkelingswerk konden worden aangemerkt.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af en veroordeelt de staatssecretaris tot vergoeding van proceskosten en griffierecht.

Het College vernietigt de boete van ACM aan Pretium B.V. wegens gebrek aan bewijs dat het recht van verzet niet werd aangeboden tijdens telemarketinggesprekken.

Het College heropent het onderzoek naar de tariefbesluiten van GTS en oordeelt dat TAQA Onshore B.V. en TAQA Piek Gas B.V. als belanghebbenden moeten worden aangemerkt. Prejudiciële vragen worden gesteld aan het Hof van Justitie van de EU over de uitleg van artikel 13 van de Gasverordening.

Hoger beroep over overtreding Meststoffenwet; appellanten 1 en 2 gegrond verklaard, boetes herroepen; appellant 4 blijft boete houden.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven bevestigt de regulering van de markt voor ontbundelde toegang door ACM, oordeelt dat KPN AMM heeft en verklaart de beroepen van KPN en anderen ongegrond.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven heeft op 10 juli 2017 de verzoeken om voorlopige voorzieningen van KPN, T-Mobile en VodafoneZiggo afgewezen, omdat er geen onverwijlde spoed was. De tariefplafonds zijn rechtmatig vastgesteld op basis van het pure BULRIC systeem.

Het College vernietigt het Tariefbesluit MDF Pair Bonding van 25 november 2013 en stelt de ingangsdatum van de gewijzigde tariefplafonds op 1 januari 2012. ACM wordt veroordeeld in de proceskosten.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van Maatschap [naam 1] ongegrond, omdat de aanvraag voor betalingsrechten en vergroeningsbetaling terecht is afgewezen door de staatssecretaris van Economische Zaken.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van appellante ongegrond, omdat de herbeplantplicht op grond van de Boswet van toepassing blijft.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van Edelmetaal Waarborg Nederland B.V. ongegrond, betreffende de aanwijzing van WaarborgHolland als waarborginstelling onder de Waarborgwet.

College van Beroep voor het bedrijfsleven wijst verzoek om voorlopige voorziening af inzake betaling geldsom Regeling Fosfaatreductieplan. Geen onverwijlde spoed, onvoldoende bewijs van liquiditeitsproblemen.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, omdat de intrekking van de taxivergunning van de verzoeker gerechtvaardigd was wegens ernstig gevaarzettend gedrag.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een B.V. ongegrond inzake wijziging S&O-verklaring en fictieve dienstbetrekking, omdat er geen loonbetalingsverplichting bestond.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft geoordeeld dat de AFM onvoldoende redenen heeft aangevoerd voor beperking van de kennisneming van documenten in hoger beroep. De documenten worden teruggezonden aan de AFM voor ongekuiste versie.

College vernietigt besluit staatssecretaris over subsidie voor daglichtvoorzieningen in stal; appellante niet gehoord en regelgeving onjuist toegepast.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven weigert de EIA-verklaring voor energiebesparende voorzieningen van een scheepvaartbedrijf, omdat onvoldoende bewijs is geleverd voor de gestelde energiebesparing.

DVC Holding B.V. verliest beroep tegen weigering EIA-verklaring voor zonnepanelen met grootverbruikaansluiting. College oordeelt dat aanvraag terecht is geweigerd.

EconGas GmbH is niet-ontvankelijk verklaard in beroep tegen ACM's tariefbesluit. Het College oordeelt dat EconGas geen voldoende persoonlijk belang heeft dat haar onderscheidt van anderen.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven vernietigt de verlaagde subsidie aan de gemeente Enkhuizen wegens overschrijding van de uitvoeringstermijn, maar oordeelt dat de korting wegens aanbestedingsregels niet terecht was.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft het beroep van een beleggingsmaatschappij ongegrond verklaard, omdat zij niet tijdig bewijs heeft geleverd voor haar status als actieve landbouwer en onder de uitsluitingen voor betalingsrechten valt.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven vernietigt de niet-ontvankelijkheid van het bezwaar van appellant tegen de schorsing van zijn taxivergunning en veroordeelt verweerder in de proceskosten.

Appellant kreeg geen chauffeurskaart omdat hij een onjuiste VOG indiende. Het College verklaarde het beroep ongegrond op 20 april 2017.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat de problemen in de slachterij van verzoekster groot en hardnekkig zijn, ondanks verbeteringen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van verzoek om bevordering; geen nieuwe feiten of gelijkheidsbeginsel van toepassing.

Centrale Raad van Beroep wijst verzoek om bevordering naar schaal 8 af; geen nieuwe feiten of veranderde omstandigheden.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van de appellant ongegrond inzake de toewijzing van betalingsrechten voor 2015, waarbij de subsidiabele oppervlakte van landbouwpercelen ter discussie stond.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van de appellant ongegrond wegens niet-naleving van meststoffenrandvoorwaarden, zonder aanleiding voor proceskostenveroordeling.

Fruitteeltbedrijf [naam 1] v.o.f. verliest beroep tegen staatssecretaris van Economische Zaken over nihilstelling bijdrage door verhindering controle. Beroep ongegrond verklaard op 7 april 2017.

Einduitspraak van het College van Beroep voor het Bedrijfsleven over het tariefbesluit transporttaken 2013 van TenneT, waarbij ACM in de proceskosten wordt veroordeeld.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van VETNL ongegrond, oordelend dat GTS in overeenstemming met de Gaswet handelt en geen verplichting heeft om capaciteitsboekingen te reduceren voor gasopslagen.

College van Beroep voor het Bedrijfsleven vernietigt besluiten ACM over tarieven 084-/087-dienstverlening en veroordeelt ACM in proceskosten.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft de boetes aan KPN wegens overtredingen van de Telecommunicatiewet verlaagd en enkele besluiten van ACM vernietigd.

Appellanten hebben beroep ingesteld tegen de verlening van een concessie aan NS voor het hoofdrailnet. Het College verklaart het beroep ongegrond, o.a. omdat de staatssecretaris voldoende gemotiveerd heeft waarom de HSL-Zuid als openbaredienstverplichting is aangemerkt.

Het College verklaart het beroep tegen niet tijdig beslissen niet-ontvankelijk en het beroep tegen besluit 1 ongegrond. Proceskosten van € 990,- en griffierecht van € 168,- worden vergoed.

Beroep van Stichting Platform Verantwoord Huisdierenbezit tegen staatssecretaris Economische Zaken niet-ontvankelijk verklaard. Proceskostenveroordeling van € 990,- en griffierecht van € 331,- vergoed.

Verzoek om voorlopige voorziening afgewezen; geen onverwijlde spoed meer aanwezig. Ecolab B.V. had aanvragen voor biociden ingediend die niet in behandeling zijn genomen.

KPN's beroep tegen ACM's Tariefbesluit HKWBT/HL en wijzigingsbesluit wordt deels gegrond verklaard; tariefplafonds voor FttH-diensten vervallen.

Hoger beroep van [naam 1] B.V. tegen boete van € 2.000.000 door AFM wegens overtreding Wft. College bevestigt uitspraak rechtbank, gebrek aan kennis van het recht niet verschoonbaar.

Gasunie Transport Services B.V. verzoekt informatie van ACM, maar krijgt dit niet. Hoger beroep ongegrond verklaard.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van Dow Netwerk B.V. ongegrond inzake een ontheffingsbesluit van ACM voor een gesloten distributiesysteem, en oordeelt dat Trinseo niet als derde-belanghebbende kan worden toegelaten.

De voorzieningenrechter schorst het besluit tot uitsluiting van Taxistad B.V. van de taxistandplaats Leidseplein tot 8 januari 2017, wegens onvoldoende bewijs van overtredingen.

De voorzieningenrechter schorst het besluit van de gemeente Amsterdam om Haf B.V. uit te sluiten van de taxistandplaats Leidseplein tot 8 januari 2017, wegens onvoldoende bewijs van overtredingen.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven vernietigt de methodebesluiten van ACM inzake elektriciteit en gas 2014-2016 vanwege onjuiste toepassing van de voorzichtigheidsmarge en geeft ACM vier weken om het gebrek te herstellen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van bijstand aan appellant op basis van bijschrijvingen van leningen, die als middelen worden aangemerkt.

Centrale Raad van Beroep bevestigt herziening en terugvordering van bijstand wegens schending van inlichtingenverplichting door appellant, die ten onrechte alleenstaande ouderkorting ontving voor pleegkind.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing bijzondere bijstand voor huurschuld; geen dringende redenen aangetoond.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van Utility Support Group B.V. ongegrond in het geschil over aansluit- en transporttarieven met Enexis B.V.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven vernietigt de tariefverplichting opgelegd aan KPN door de ACM, oordelend dat deze niet noodzakelijk en evenredig is. KPN wordt in het gelijk gesteld en ACM wordt veroordeeld in de proceskosten.

Het College vernietigt de last onder dwangsom van ACM aan PostNL wegens discriminatoir handelen en oordeelt dat PostNL niet in strijd met de Postwet heeft gehandeld.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven vernietigt de uitspraak van de rechtbank Rotterdam en herroept de last onder dwangsom opgelegd aan PostNL door ACM.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van Oxea Nederland B.V. niet-ontvankelijk in de zaak tegen ACM over de afwijzing van een ontheffing voor een netbeheerder.

Hoger beroep over strafontslag van ambtenaar wegens plichtsverzuim en onterecht ingediende BPM-aangiften. Centrale Raad bevestigt bewijs voor plichtsverzuim en rechtvaardigt inhouding van bezoldiging.

Appellante heeft hoger beroep ingesteld tegen een bestuurlijke boete van € 15.900,50 wegens overtreding van de Meststoffenwet. Het College bevestigt dat appellante niet aannemelijk heeft gemaakt dat zij de feitelijke beschikkingsmacht over de percelen had.

Hoger beroep tegen bestuurlijke boete wegens overtreding Meststoffenwet; boete verlaagd van € 22.879,- naar € 20.492,10.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart de beroepen van TenneT tegen ACM ongegrond, betreffende de tariefregulering en de toepassing van efficiëntieparameters op de NorNed-kosten.

Tussenuitspraak van het College van Beroep voor het Bedrijfsleven over het tariefbesluit van ACM voor TenneT, met nadruk op nacalculatie van kosten en belangenafweging.

Het College vernietigt de afwijzing van de RDA-aanvraag van Swedish Match Lighters B.V. wegens onvoldoende bewijs van commerciële betekenis van de proeflijn en draagt de minister op een nieuw besluit te nemen.

Rendant Parknet Beheer B.V. verliest beroep tegen ACM's afwijzing ontheffingsaanvraag Gaswet; College oordeelt dat appellante niet voldoet aan vereisten.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van Rendant Parknet Beheer B.V. ongegrond, omdat niet voldaan is aan de voorwaarden voor ontheffing van netbeheerder volgens de Elektriciteitswet 1998.

Het College verklaart het beroep ongegrond en wijst de toelating van Eneco als derde-belanghebbende af, met uitleg over de Gaswet en aansluitplicht in warmtegebieden.

Sandd B.V. heeft hoger beroep ingesteld tegen de weigering van ACM om informatie openbaar te maken op basis van de Wob, waarbij ACM zich beroept op de geheimhoudingsplicht van artikel 7 van de Iw. Het College oordeelt dat ACM niet zonder onderzoek kan stellen dat alle gevraagde informatie onder de geheimhoudingsplicht valt en vernietigt de uitspraak van de rechtbank.

Het College vernietigt de afwijzing van de taxivergunning aan appellante, oordelend dat zij als vervoerder kan worden aangemerkt. Verweerder moet binnen 10 weken een nieuw besluit nemen.

Het College verklaart het beroep ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af, omdat de appellant niet tijdig een VOG heeft overgelegd.

Centrale Raad van Beroep oordeelt over schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn in bestuursrechtelijke procedure. Verzoekster ontvangt € 1.500,- schadevergoeding en € 496,- proceskosten van de Staat der Nederlanden.

Herbeoordeling van WIA-uitkering van appellante na psychische problemen; Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt het besluit van het Uwv inzake WIA-uitkering, oordeelt dat het Uwv niet heeft voldaan aan de opdracht voor medisch onderzoek op Aruba en herroept het eerdere besluit.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van de vereniging [naam 1] ongegrond, betreffende de erkenning van [naam 4] voor het bijhouden van een stamboek voor Shetland pony’s.

Gasunie Transport Services verzocht ACM om gegevens van Duitse TSO's, maar ACM verklaarde het bezwaar niet-ontvankelijk. Het College verklaart het beroep ongegrond.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een taxichauffeur ongegrond, na intrekking van zijn vergunning wegens gevaarzettend gedrag op 4 november 2014.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van de appellant ongegrond, omdat hij geen belanghebbende is in de zin van de Awb met betrekking tot het Tariefbesluit van de ACM.

Tele2 Nederland B.V. heeft hoger beroep ingesteld tegen ACM over de uitleg van het tariefplafond voor KPN. Het College bevestigt de eerdere uitspraak dat KPN zich aan de tariefplafonds heeft gehouden en verklaart het hoger beroep ongegrond.

Het College verklaart de beroepen van Vopak Terminal Botlek B.V. en Vopak Terminal Europoort B.V. niet-ontvankelijk, omdat de gevraagde ontheffingen inmiddels zijn verleend. Proceskostenvergoeding wordt afgewezen.

NLCR verzocht om als derde belanghebbende toegelaten te worden in een bestuursrechtelijke procedure, maar dit verzoek werd afgewezen. Het College bevestigde deze afwijzing, oordelend dat NLCR geen belanghebbende was in de zin van de Awb.

Hoger beroep van de minister van Economische Zaken tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam over de verlenging van frequentievergunningen en de voorwaarden voor regiogerichtheid en digitalisering van commerciële radio-omroep.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt over de proceskostenveroordeling en de bandsnelheid in slachterijprocedures, waarbij het beroep van Vitelco B.V. in de meeste zaken ongegrond wordt verklaard, maar in één zaak gegrond.

Tussenuitspraak over het Tariefbesluit MDF Pair Bonding; ACM moet WACC van NERA hanteren en gebreken in besluit herstellen.

Hoger beroep over WIA-uitkering; Raad bevestigt eerdere uitspraak dat medische beoordeling door Uwv zorgvuldig was en geen toegenomen beperkingen aantoonde.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een dierenhandelaar ongegrond wegens onvoldoende huisvesting van eekhoorns, waarbij de bewijslast bij de appellant ligt.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep ongegrond inzake de afkeuring van een rund voor menselijke consumptie na postmortemkeuring door NVWA.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellante, oordelend dat haar medische beperkingen niet zijn onderschat en de geselecteerde functies passend zijn.

Tussenuitspraak van het CBB over de kostenvoet voor vreemd vermogen in de WACC-regeling, waarbij ACM wordt opgedragen om gebreken te herstellen en bestaande leningen mee te nemen in de berekening.

Hoger beroep van appellant tegen een boete van € 12.475,- voor illegale etheruitzendingen. Het College verlaagde de boete naar € 5.000,- en oordeelde dat appellant als functioneel dader kon worden aangemerkt.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven heeft de boete voor etherpiraterij verlaagd van € 7.500 naar € 5.000 en de minister veroordeeld in de proceskosten van appellant tot € 268,32.

Hoger beroep van appellant tegen boete van € 14.022,- wegens overtreding van de Telecommunicatiewet. Boete verlaagd naar € 5.000,-.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van Bedrijvenpark Oostflakkee Beheer B.V. ongegrond, wegens weigering van ontheffingen voor een gesloten distributiesysteem door ACM.

Het College vernietigt de intrekking van de ontheffing voor NXP, oordeelt dat ACM niet kon aantonen dat onjuiste gegevens zijn verstrekt en veroordeelt ACM in proceskosten.

Het verzoek om voorlopige voorziening tot schorsing van de toelating van gewasbeschermingsmiddelen op basis van imidacloprid is afgewezen, omdat onvoldoende bewijs is geleverd voor risico’s voor bijen en hommels.

Het verzoek om voorlopige voorziening van Adama Registrations B.V. tegen de herroeping van de toelating van Potatoprid wegens risico's voor bijen is afgewezen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellante te veel Wajong-uitkering heeft ontvangen en dat het Uwv rechtmatig terugvordering heeft ingesteld. Geen dringende redenen om van terugvordering af te zien.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van de WIA-uitkering aan appellant, omdat er geen verzekeringsplichtige arbeidsverhouding was op de datum van ziekmelding.

Centrale Raad van Beroep oordeelt over herziening en terugvordering kinderbijslag; appellant heeft onvoldoende bijgedragen aan onderhoud kinderen in Egypte.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van de WIA-uitkering aan appellant, oordelend dat de medische beoordeling zorgvuldig was en dat appellant niet meer dan 35% arbeidsongeschikt was.

Centrale Raad van Beroep bevestigt uitspraak rechtbank over toekenning toeslag met terugwerkende kracht, oordeelt dat Uwv aanvraag niet correct heeft beoordeeld.

Hoger beroep van appellante tegen niet-ontvankelijk verklaring van haar beroep inzake schadevergoeding WIA. De Centrale Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het hoger beroep ongegrond inzake accountantstucht, waarbij geen wanverhouding tussen kosten en prestaties werd vastgesteld.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven bevestigt de berisping van een accountant wegens schending van de geheimhoudingsplicht en belangenverstrengeling bij de opstelling van een overdrachtsbalans na wijziging van aandeelhouders.

Hoger beroep over examenfraude; Raad oordeelt dat werkstuk geen deel uitmaakte van examenonderdeel, ongeldigverklaring niet gerechtvaardigd. Hoger beroep gegrond verklaard.

Centrale Raad van Beroep vernietigt disciplinaire straf wegens onvoldoende bewijs van examenfraude en herroept eerder besluit van korpschef.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de vertrouwelijke behandeling van mondelinge clementieverklaringen niet gerechtvaardigd is, omdat het verdedigingsbelang van de beboete ondernemingen zwaarder weegt dan het belang van ACM.

Het College legt aan accountant [naam 1] een berisping op wegens schending van deskundigheid en zorgvuldigheid in zijn rapport over Converse schoenen.

Hoger beroep ongegrond; betrokkene heeft rapportages op basis van digitale administratie opgesteld. Klacht tegen registeraccountant niet gegrond verklaard.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven vernietigt besluiten inzake de Winkeltijdenwet en herroept het primaire besluit, met proceskostenveroordeling van € 2.450,-.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven legt een schriftelijke waarschuwing op aan een accountant wegens het niet melden van ongebruikelijke transacties, ondanks dat de accountantskamer geen maatregel oplegde.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de functietypering van politieambtenaren als adequaat, ook zonder expliciete vermelding van 'Chef van Dienst'.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt het voorwaardelijk ontslag van een ambtenaar wegens ernstig plichtsverzuim na het versturen van een kritische e-mail, en wijst het verzoek om schadevergoeding af.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing verzoek om herziening ontslag appellant bij provincie Zuid-Holland. Geen nieuwe feiten of omstandigheden aangetoond.

Hoger beroep ongegrond verklaard. Klachten over schending van geheimhouding, professioneel gedrag en integriteit door accountant zijn ongegrond verklaard.

Hoger beroep ongegrond verklaard; accountant niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. Klacht omvatte schending van gedragscode, maar bewijs ontbrak.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart de beroepen van SGV Nederland, DB Schenker en NS niet-ontvankelijk wegens termijnoverschrijding. De uitspraak vond plaats op 7 oktober 2015.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart de beroepen van appellanten ongegrond inzake wijzigingsverzoeken in het handelsregister. De Kamer van Koophandel heeft terecht eerdere verzoeken afgewezen.

Het College bevestigt de rechtmatigheid van de last onder dwangsom opgelegd door de AFM aan appellant voor het niet verstrekken van bankafschriften. Hoger beroep ongegrond verklaard.

Het College bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat de AFM bevoegd was om bankafschriften te vorderen en dat de last onder dwangsom rechtmatig was opgelegd.

College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt over heffingen voor kokkels en overige schelpdieren; hoorplicht geschonden, maar rechtsgevolgen blijven in stand.

Appellante, [naam 1] B.V., heeft beroep ingesteld tegen heffingen voor kokkels en schelpdieren. Het College oordeelt dat de hoorplicht is geschonden, vernietigt het bestreden besluit, maar laat de rechtsgevolgen in stand. Proceskosten van € 1.225,00 worden toegewezen.

Het College vernietigt de uitspraak van de rechtbank en het besluit van de minister inzake een boete voor overtreding van de Tabakswet, oordelend dat onvoldoende bewijs is geleverd voor de werkgeverschap van de appellant.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart de beroepen van appellanten ongegrond wegens te late indiening van meldingen voor tijdelijke overdracht van melkquotum, zonder hardheidsclausule.

Tussenuitspraak over de vergoeding van operationele kosten van de NorNed-kabel en de toepassing van de WACC door ACM, waarbij ACM wordt opgedragen gebreken te herstellen.

Het CBB wijst het verzoek van ACM om verlenging van de hersteltermijn af, omdat onvoldoende onderbouwing is gegeven voor de noodzaak van verlenging.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven bevestigt de niet-ontvankelijkheid van het beroep tegen de zendvergunning, omdat appellant geen procesbelang heeft aangetoond.

Tussenuitspraak over geschil tussen Tele 2, BT en KPN over tarieven 084/087-dienstverlening. ACM moet gebreken in besluiten herstellen binnen 13 weken.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat stelsels van gas- en elektriciteitsleidingen fysiek verbonden moeten zijn om als gesloten distributiesysteem te worden aangemerkt. De aanvragen van Schiphol voor ontheffingen werden afgewezen.

Het College vernietigt de boetes opgelegd aan loterijen wegens onvoldoende bewijs van overtreding van de Telecommunicatiewet.

Hoger beroep van loterijen tegen boetes van ACM wegens overtredingen van de Telecommunicatiewet. Het College vernietigt de boetes wegens onvoldoende bewijs van overtredingen.

Het College bevestigt de boete van € 50.000,- aan appellante wegens niet-nakoming van de transactierapportageverplichting, ondanks aangevoerde omstandigheden.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af wegens gebrek aan spoedeisend belang.

Verzoek om voorlopige voorziening afgewezen; boete van ACM blijft in stand; geen spoedeisend belang bij schorsing publicatie.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de gemeente het bezwaar van appellante tegen de niet-ontvankelijkheid ten onrechte heeft afgewezen. De brief van 16 mei 2014 wordt aangemerkt als een besluit. De gemeente moet binnen vier weken een nieuw besluit nemen.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft de last onder bestuursdwang aan appellant vernietigd wegens een te korte termijn voor herstelmaatregelen, in strijd met de Algemene wet bestuursrecht.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart de beroepen van Zebra Gasnetwerk B.V. en Enexis B.V. ongegrond, betreffende de vaststelling van de GAW van EHD-netten door ACM.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van Maatschap [naam 1] ongegrond inzake de invordering van een dwangsom van € 2.500,- voor niet-nakoming van verplichtingen voor vleeskuikenbedrijf.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart de beroepen van een veehouder ongegrond wegens overtredingen van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren en de Regeling GLB-inkomenssteun, na constateringen van ernstige tekortkomingen in de verzorging van de dieren.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven heeft op 18 maart 2015 de intrekking van de chauffeurskaart van appellant herroepen en het bestreden besluit vernietigd, omdat het bezwaar ten onrechte niet-ontvankelijk was verklaard.

Tussenuitspraak over beroep van GTS tegen ACM's methodebesluit. Deels gegrond; x-factorbesluit vernietigd. ACM moet gebreken herstellen binnen 6 maanden.

Tussenuitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven over ACM's methodebesluiten voor netbeheerders elektriciteit en gas. ACM moet gebreken in de besluiten herstellen binnen zes maanden.

De voorzieningenrechter schorst de intrekking van de taxivergunning van een chauffeur door de gemeente Amsterdam wegens onvoldoende bewijs van gevaarzettend gedrag.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven vernietigt het besluit van de Staatssecretaris over de bedrijfstoeslag en stelt de geconstateerde oppervlakte vast op 19.95 hectare, zonder extra korting voor de appellant.

ProRail B.V. heeft hoger beroep ingesteld tegen de Minister van Infrastructuur en Milieu, maar het College verklaart het hoger beroep niet-ontvankelijk wegens gebrek aan procesbelang.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening toegewezen en de intrekking van de chauffeurskaart geschorst totdat verzoeker een nieuwe chauffeurskaart ontvangt.

Het College bevestigt de uitspraak van de rechtbank en herroept de boetes van ACM wegens onvoldoende bewijs dat e-mailberichten aan abonnees zijn verzonden.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven vernietigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep van Quality RTV B.V. ongegrond, met betrekking tot de verlenging van analoge vergunningen en de digitale verplichtingen.

Appellante verliest beroep tegen weigering subsidie voor mestopslagcapaciteit; College oordeelt dat regelgeving correct is toegepast.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep ongegrond inzake de afwijzing van de bedrijfstoeslag door de Staatssecretaris, wegens te late indiening van de aanvraag.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van de appellante ongegrond wegens te late indiening van de aanvraag voor bedrijfstoeslag, zonder uitzonderlijke omstandigheden.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat er onvoldoende bewijs is voor illegaal uitzenden door appellant. De eerdere boete wordt herroepen en de minister moet de proceskosten vergoeden.

Het College bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat KPN de Telecommunicatiewet niet heeft overtreden, waardoor de boete van ACM onterecht was.

Koninklijke KPN N.V. heeft hoger beroep ingesteld tegen een boete van € 523.164,- opgelegd door ACM wegens overtredingen van de Telecommunicatiewet. Het College bevestigt de eerdere uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat KPN de non-discriminatieverplichting heeft geschonden.

Hoger beroep tegen boete van ACM wegens overtreding van de Telecommunicatiewet. Appellant werd als verzender aangemerkt en de boete werd verlaagd tot €127.500. Het beroep tegen de last onder dwangsom is ongegrond verklaard.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven handhaafde een randvoorwaardenkorting van 20% op GLB-inkomenssteun wegens mestgebruik op bevroren grond, wat in strijd is met de regelgeving.

Het College vernietigt de besluiten van de staatssecretaris over randvoorwaardenkorting op GLB-inkomenssteun en slachtpremie, maar houdt de rechtsgevolgen in stand. Appellanten kregen gelijk in hun beroep.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat ACM niet bevoegd is om boetes op te leggen voor het niet naleven van contractsvoorwaarden door energieleveranciers. De eerdere uitspraak wordt vernietigd en de boetes herroepen.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven schorst het besluit tot uit de handel nemen van runderen van [naam 1] B.V. vanwege onduidelijkheid over de aanwezigheid van furazolidon in urinemonsters.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van BTD en BDN ongegrond in een geschil over medegebruik van antenne-opstelpunten voor DAB+, waarbij voorwaarden voor medegebruik door ACM zijn vastgesteld.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van Classens Pluimveebedrijven B.V. ongegrond inzake de last onder bestuursdwang voor overtredingen van het Legkippenbesluit.

Het College vernietigt de last onder bestuursdwang aan Awic B.V. wegens strijd met het gelijkheidsbeginsel, maar bevestigt de overtreding van het Legkippenbesluit.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven wijst het verzoek om voorlopige voorziening af in een zaak over maatregelen tegen furazolidone bij runderen. Verzoekers hadden geen nieuwe feiten aangedragen die een andere beslissing rechtvaardigden.

De voorzieningenrechter schorst de bestuursdwang en veroordeelt de Staatssecretaris tot betaling van proceskosten in een dierenwelzijnszaak.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven vernietigt de last onder bestuursdwang opgelegd aan [naam 1] B.V. wegens strijd met het gelijkheidsbeginsel en oordeelt dat de Staatssecretaris een nieuw besluit moet nemen.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat verzoeker onvoldoende maatregelen heeft getroffen voor zijn runderen en de bestuursdwang gerechtvaardigd was.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven vernietigt het besluit van de Staatssecretaris van Economische Zaken over kosten keuringswerkzaamheden en herroept het primaire besluit, met veroordeling in proceskosten.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt over schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn in bestuursrechtelijke procedures. De verzoekers krijgen in totaal € 30.000 aan schadevergoeding toegewezen.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven vernietigt de last onder dwangsom opgelegd aan SD&P Interactive B.V. door ACM, omdat geen afmeldmogelijkheid vereist was in de verzonden SMS-berichten.

Het College bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat de brief van SD&P als bezwaarschrift moet worden aangemerkt en veroordeelt ACM tot vergoeding van proceskosten.

Het College vernietigt de bindende aanwijzing van ACM aan Liander N.V. inzake geheimhoudingsplicht, oordeelt dat deze niet proportioneel is en veroordeelt ACM in proceskosten van € 974,-.

Hoger beroep van appellant tegen boete van € 1.000,- opgelegd door Agentschap Telecom voor overtreding van de Telecommunicatiewet. Boete verlaagd naar € 850,- wegens overschrijding van de redelijke termijn.

Hoger beroep over vergunningverlening aan de NPO voor frequentie 94.7 MHz en verdeling van frequenties voor NLCO. Uitspraken van de rechtbank Rotterdam zijn bevestigd.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de beperking van kennisneming van een e-mailbericht van een tipgever niet gerechtvaardigd is, en verzoekt de verweerster om het document binnen twee weken toe te sturen.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven vernietigt de Gebiedsindeling Gas-RNB van ACM, oordeelt dat ACM haar wettelijke taak niet volledig heeft vervuld en veroordeelt ACM in de proceskosten van VEMW.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat Stedin Netbeheer B.V. ten onrechte systeemdienstentarieven in rekening heeft gebracht aan Dordrecht Energy Supply Company C.V. (Desco), omdat Desco geen elektriciteit verbruikte.

Hoger beroep tegen boete van ACM wegens overtreding van de Telecommunicatiewet. Boete verlaagd van € 20.000 naar € 10.500 na schending van het recht op een redelijke termijn.

Hoger beroep van ACM tegen uitspraak rechtbank die appellant niet als overtreder aanmerkt. College bevestigt uitspraak en verklaart hoger beroep ongegrond.

Het College vernietigt de besluiten van ACM over tarieven voor medegebruik van antenne-opstelpunten, oordeelt dat ACM onvoldoende heeft gemotiveerd en opgedragen nieuwe besluiten te nemen.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af in de zaak tussen KPN en ACM over inlichtingen vorderingen op basis van de Telecommunicatiewet.

Hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard wegens gebrek aan procesbelang in geschil over multibandveilingen en intellectuele eigendomsrechten.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep gegrond en vernietigt het bestreden besluit over de bedrijfstoeslag 2011, met proceskostenvergoeding van € 974,-.

Appellant verzet zich tegen besluiten over bedrijfstoeslag 2010. Het College verklaart beroep tegen eerdere besluiten niet-ontvankelijk en beroep tegen besluit 3 ongegrond.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven vernietigt de afwijzing van de subsidieaanvraag voor een duurzame stal en oordeelt dat de Staatssecretaris niet zorgvuldig heeft gehandeld. Verweerder moet binnen vier weken een nieuw besluit nemen.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven vraagt het Hof van Justitie om verduidelijking over de rechtmatigheid van artikel 5 BI in relatie tot de Universeledienstrichtlijn, na een geschil tussen KPN en ACM over tariefregulering voor niet-geografische nummers.

Hoger beroep van BNT tegen vergunningwijziging voor DVB-T frequentieruimte. BNT betwistte de wijziging, die volgens haar een monopoliepositie voor Digitenne creëerde. Het College bevestigde de uitspraak van de rechtbank, maar kende BNT schadevergoeding toe voor termijnoverschrijding.

KPN verzocht om een voorlopige voorziening tegen een boetebesluit van ACM wegens overtredingen van de Telecommunicatiewet. Het verzoek werd afgewezen, waardoor de boete gepubliceerd kan worden.

Het verzoek om voorlopige voorziening inzake het verbod op vervoer van runderen is afgewezen, omdat er geen spoedeisend belang was.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft op 15 januari 2014 de beroepen van Euronet, Tele2 en Vodafone ongegrond verklaard en de intrekking van de verplichtingen voor lage kwaliteit wholesalebreedbandtoegang door ACM bevestigd.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van J[naam] B.V. ongegrond, wegens niet-nakoming van belastingverplichtingen en openbaarmaking van jaarrekeningen, leidend tot ontbinding.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een B.V. ongegrond, wegens ontbinding vanwege gebreken in jaarrekening en aangifte vennootschapsbelasting.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van de appellante ongegrond, omdat de niet-naleving van randvoorwaarden door een derde aan haar kan worden toegerekend.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven vernietigt de last onder bestuursdwang tegen een schapenhouder en herroept deze, maar bevestigt een randvoorwaardenkorting van 3% wegens niet-naleving van dierenwelzijnseisen.

Appellant verliest beroep tegen de vaststelling van zijn bedrijfstoeslag 2010. Het College oordeelt dat de Staatssecretaris zorgvuldig heeft gehandeld en geen fysieke inspectie nodig was. Proceskostenveroordeling van € 236,--.

Beroep gegrond verklaard; Staatssecretaris moet kosten GPS-rapport van € 1.635,- vergoeden; proceskosten van € 552,- en griffierecht van € 310,- ook vergoed.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven vernietigt het marktanalysebesluit van ACM, oordelend dat KPN niet over aanmerkelijke marktmacht beschikt op de ODF-access (FttO) markt. Proceskosten worden toegewezen aan de appellanten.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep ongegrond inzake de wijziging van de bedrijfstoeslag 2009 op basis van opzettelijk onjuiste opgave van percelen door appellante.

Het College vernietigt de randvoorwaardenkorting van 3% opgelegd aan een veehouderij wegens het vervoederen van onveilige diervoeders, oordelend dat er geen nalatigheid was.

Appellant heeft beroep ingesteld tegen de vaststelling van zijn bedrijfstoeslag 2010. Het College vernietigt het besluit van 7 september 2012 en draagt verweerder op een nieuw besluit te nemen, met een proceskostenvergoeding van € 472,--.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van appellant ongegrond inzake de bijdrage voor het handelsregister over 2009, oordelend dat de betalingsverplichting van toepassing was.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van appellante ongegrond, omdat zij geen bewijs heeft geleverd van de actieve status van haar onderneming, wat leidde tot ambtshalve doorhaling in het handelsregister.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van appellanten ongegrond inzake de registratie van bestuurswijzigingen in het handelsregister, omdat de vernietigingsbevoegdheid is vervallen.

Quality RTV B.V. gaat in hoger beroep tegen de niet-ontvankelijkheid van bezwaar tegen de Regeling verlenging en digitalisering commerciële radio-omroep. Het College bevestigt de eerdere uitspraak van de rechtbank en verklaart het hoger beroep ongegrond.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven vernietigt de tuchtuitspraak tegen [A] B.V. en legt een geldboete van € 1.500,00 op wegens overtreding van de vloeroppervlakte norm voor vleeskuikenouderdieren.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van de Maatschap [naam 1] en [naam 2] ongegrond, wegens opzettelijk onjuiste opgave van percelen voor bedrijfstoeslag.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt over de subsidiabiliteit van bedrijfstoeslag voor landbouwgrond op een vliegveld. Het beroep van de appellant wordt gegrond verklaard voor 2010, maar ongegrond voor 2011. Proceskosten worden vergoed.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de Svb wettelijke rente verschuldigd is over nabetalingen AOW-toeslag vanaf 1 april 2006 tot 1 november 2010, na verzuim in informatievoorziening.

Tuchtzaak tegen [A] B.V. wegens overschrijding van welzijnseisen voor legkippen. Geldboete van € 1.250,-- opgelegd door het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 13 november 2013.

Tuchtzaak tegen [A] B.V. over de verkoop van kooieieren zonder naleving van de wettelijke eisen voor legkippen. Geldboete verlaagd van € 1.250,-- naar € 1.000,--.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven bevestigt de boete van € 1.500 voor appellant wegens overtreding van de Verordening monitoring kritische stoffen bij kalveren, en oordeelt dat appellant verplicht is zijn kalveren te laten onderzoeken op kritische stoffen.

Tussenuitspraak over afwijzing subsidieaanvraag voor duurzame stal; College oordeelt dat verweerder onvoldoende zorgvuldigheid heeft betracht en stelt hersteltermijn van acht weken in.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van appellante tegen de opgelegde superheffing ongegrond, omdat de overschrijding van de nationale referentiehoeveelheid bepalend is voor de heffing.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van appellant ongegrond wegens overtreding van mestgebruikregels, ondanks beroep op overmacht.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van appellant ongegrond inzake de afwijzing van zijn aanvraag voor toeslagrechten uit de Nationale Reserve 2010.

Netbeheer Nederland verzoekt kostenveroordeling tegen ACM na gedeeltelijke tegemoetkoming in beroep. Het College wijst het verzoek toe en veroordeelt ACM tot betaling van € 708 aan Netbeheer.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat de Staatssecretaris onterecht de bedrijfstoeslag voor landbouwgrond op een vliegveld niet toekende. Het besluit wordt vernietigd en de Staatssecretaris moet opnieuw beslissen.

Het College vernietigt de besluiten van de Staatssecretaris inzake bedrijfstoeslag voor landbouwgrond op een vliegveld en draagt hem op een nieuw besluit te nemen.

Beroep van Maatschap [A], [B] en [C] tegen de vaststelling van bedrijfstoeslag door de Staatssecretaris van Economische Zaken ongegrond verklaard. Proceskostenvergoeding van € 1.416,- toegekend.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van maatschap [A] tegen de Staatssecretaris van Economische Zaken ongegrond, wegens een kennelijke fout in de aanvraag om GLB-inkomenssteun.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de betrokkene, als familielid van een EU-burger, niet inburgeringsplichtig is. Het eerdere besluit van het college van burgemeester en wethouders wordt herroepen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van de Svb om appellant toe te laten tot de vrijwillige ANW-verzekering wegens overschrijding van de aanmeldingstermijn.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat Cvz terecht een E 121-verklaring heeft afgegeven aan appellant, die recht heeft op zorg in Frankrijk. Schadevergoeding van € 2.500,- wegens overschrijding van de redelijke termijn door Cvz.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van kinderbijslag aan appellant, omdat hij niet heeft aangetoond in voldoende mate bij te dragen aan het onderhoud van zijn kinderen in Polen.

Het College vernietigt de besluiten van de Staatssecretaris over de bedrijfstoeslag van appellant, oordeelt dat de percelen wel subsidiabel zijn en veroordeelt de Staatssecretaris tot betaling van proceskosten.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van Maatschap [A] en [B] gegrond en vernietigt de beslissing van de Staatssecretaris van Economische Zaken over de bedrijfstoeslag voor een perceel op vliegveld [C].

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van appellant gegrond en vernietigt de beslissing van de Staatssecretaris over de bedrijfstoeslag voor 2010, omdat de percelen op een vliegveld ten onrechte niet als subsidiabel zijn aangemerkt.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt over de WPC-besluiten van ACM inzake co-locatietarieven. Beroepen van telecombedrijven zijn ongegrond, maar ACM moet gebreken in haar besluiten herstellen binnen zes maanden.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart de beroepen van Vokar B.V. ongegrond, betreffende de verrekening van slachtpremie en bedrijfstoeslag met een openstaande vordering van het Produktschap Zuivel.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven heeft de intrekking van de erkenning van Ruva Karreveld B.V. als koper in het kader van de Regeling Superheffing onterecht geacht en het beroep van appellanten gegrond verklaard.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven heeft de superheffing voor melkproductie over de jaren 2003-2008 ten onrechte opgelegd aan appellanten. De besluiten zijn vernietigd en de appellanten zijn in het gelijk gesteld.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van een vennootschap onder firma tegen de vaststelling van de bedrijfstoeslag voor landbouwgrond ongegrond, omdat de oppervlakte van het perceel met bomen niet subsidiabel is.

Hoger beroep over frequentievergunningen voor regionale radiozenders; minister verleende vergunningen in strijd met de wet; afwijzing aanvraag RATO terecht.

Appellant verliest beroep tegen besluit staatssecretaris Economische Zaken over GLB-inkomenssteun; beroep tegen eerdere besluit niet-ontvankelijk verklaard, proceskostenvergoeding van € 1.180,- toegekend.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van Lycamobile ongegrond in geschil over MTA-tarief met KPN, bevestigt ACM's besluit om tarief op host-niveau vast te stellen.

Het College schorst de tariefplafonds voor gespreksafgifte van ACM en stelt interim tarieven vast van 1,861 eurocent voor mobiel en 0,302 eurocent voor vast.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, omdat de verzoeker niet over een VOG beschikte en er geen bijzondere omstandigheden waren die de intrekking van zijn chauffeurskaart onterecht maakten.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, omdat de intrekking van de chauffeurskaart niet alleen verzoeker treft en de belangen van de samenleving zwaarder wegen.

Het College bevestigt de niet-ontvankelijkheid van bezwaren tegen de Regeling vaststelling eenmalig bedrag landelijke commerciële radio-omroep 2011. Hoger beroepen van Sky Radio, Q-Music en Radio 538 falen.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft op 25 juli 2013 het beroep van [A] B.V. ongegrond verklaard inzake de intrekking van haar vergunning door NIWO op basis van de Wet Bibob, waarbij de onschuldpresumptie en het recht op een eerlijk proces niet zijn geschonden.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van Verhuur en Garagebedrijf Beek B.V. ongegrond, waarbij de intrekking van de communautaire vergunning op basis van de Wet Bibob wordt bevestigd.

Het College verklaart het beroep van appellant tegen de bedrijfstoeslag 2011 niet-ontvankelijk wegens gebrek aan procesbelang. Verweerder moet griffierecht en proceskosten vergoeden.

Rendo's beroep tegen ACM's besluit over elektriciteitsregulering is niet-ontvankelijk verklaard. ACM moet griffierecht en proceskosten vergoeden.

VEMW's beroep tegen het herstelbesluit van ACM werd niet-ontvankelijk verklaard, omdat niet was aangetoond dat het hen in een nadeliger positie bracht.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van Westland Infra Netbeheer B.V. ongegrond en bevestigt de beslissing van ACM over de kosten van decentrale invoeding van elektriciteit.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het verzoek om herziening van Westland Infra Netbeheer B.V. niet-ontvankelijk, omdat verzoekster geen partij was in het eerdere geding.

Hoger beroep tegen een bestuurlijke boete voor illegale radiouitzending zonder vergunning. Appellant ontkent ontvangst van post. Het College bevestigt de boete en verklaart het hoger beroep ongegrond.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat KPN zich aan de tariefplafonds van het WPC-besluit heeft gehouden en verklaart het beroep van Tele2 e.a. ongegrond.

Hoger beroep tegen boetebesluit ACM wegens overtredingen van de Telecommunicatiewet. Het College verklaart het beroep van A, B en E gegrond en vernietigt de boetes. Hoger beroep van C en D niet-ontvankelijk.

Het College verklaart het beroep van appellante tegen de vaststelling van de bedrijfstoeslag ongegrond en het beroep tegen een eerder besluit niet-ontvankelijk. Verweerder wordt veroordeeld in de proceskosten.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van maatschap [A] ongegrond inzake de vaststelling van de bedrijfstoeslag voor 2011 op basis van de Regeling GLB-inkomenssteun 2006.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het verzet ongegrond en handhaaft de eerdere uitspraak van niet-ontvankelijkheid van het beroep inzake GLB-inkomenssteun.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep ongegrond inzake de vaststelling van de bedrijfstoeslag op basis van GLB-inkomenssteun 2011, waarbij de GPS-meting van appellante niet voldoende overtuigend was.

Het College vernietigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep van [A] ongegrond, waardoor de boetes voor overtredingen van de Tabakswet in stand blijven.

Hoger beroep van [A] B.V. tegen de minister van VWS over overtreding van de Tabakswet. Het College bevestigt de boete van € 300 voor het niet waarborgen van een rookvrije werkplek.

Het College bevestigt de boete voor [A] B.V. wegens overtreding van de Tabakswet op een terras in een overdekt winkelcentrum, omdat de uitzondering voor 'in de open lucht' niet van toepassing is.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van appellante ongegrond inzake de terugvordering van bedrijfstoeslag 2006 door de Staatssecretaris van Economische Zaken.

Appellant heeft beroep ingesteld tegen de vaststelling van zijn bedrijfstoeslag voor 2011. Het College oordeelt dat appellant op de peildatum een gebruikstitel had voor perceel 4, vernietigt het bestreden besluit en draagt de Staatssecretaris op opnieuw te beslissen.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van appellante ongegrond, omdat de vastgestelde bedrijfstoeslag voor 2010 op basis van de AAN-laag correct was en appellante niet had aangetoond dat zij geen schuld had aan de onjuiste oppervlakteopgave.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van A ongegrond wegens termijnoverschrijding bij bezwaar tegen de afwijzing van de bedrijfstoeslag 2010.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van de erven A ongegrond, omdat het bezwaar tegen de bedrijfstoeslag 2010 niet ontvankelijk was.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening van de Bijenstichting af, omdat de geheimhouding van 49 documenten gerechtvaardigd is en de gevolgen van openbaarmaking onomkeerbaar zijn.

De voorzieningenrechter schorst de openbaarmaking van documenten inzake gewasbeschermingsmiddelen tot uitspraak op het beroep van BCS, vanwege onomkeerbare gevolgen van openbaarmaking.

De zaak betreft de maatschap A en B die bezwaar maakt tegen de korting op hun toeslagrechten voor 2010. Het College oordeelt dat appellante geen gebruik heeft gemaakt van de inkeerregeling en verklaart het beroep ongegrond.

Het College vernietigt de last onder dwangsom opgelegd aan KPN door OPTA, oordelend dat deze onevenredige gevolgen heeft en niet leidt tot een gelijk speelveld in de aanbesteding.

Het College verklaart het beroep van appellante niet-ontvankelijk en bepaalt dat verweerder het griffierecht van € 302,- vergoedt.