mw. mr. L. Mundt

De rechtbank Den Haag heeft [verzoeker] toegelaten tot de WSNP en de ingangsdatum vastgesteld op 27 januari 2025, met een termijn van achttien maanden.

De rechtbank heft het faillissement van de heer [naam] op en laat hem toe tot de WSNP met een verkorte looptijd van 9 maanden.

De rechtbank heeft het faillissement van de heer [naam] opgeheven en hem toegelaten tot de WSNP voor 18 maanden, met diverse verplichtingen.

De rechtbank heeft het verzoek van de heer [naam 1] om een dwangakkoord toegekend, omdat [bedrijf] niet akkoord ging met de schuldregeling. De rechtbank oordeelt dat de persoonlijke omstandigheden van de heer [naam 1] en de instemming van de meerderheid van de schuldeisers dit rechtvaardigen.

De rechtbank wijst het verzoek van verzoeker tot opschorting van loonbeslag af, omdat spoedeisend belang onvoldoende is aangetoond. Verdere behandeling van WSNP-verzoek op 10 april 2025.

De rechtbank heeft het verzoek van verzoekster om opschorting van loonbeslag afgewezen, omdat spoedeisend belang onvoldoende is aangetoond. Verdere behandeling van WSNP-verzoek op 10 april 2025.

De rechtbank heeft de heer [verzoeker] toegelaten tot de WSNP op basis van een geslaagd beroep op de hardheidsclausule, ondanks zijn problematische schuldensituatie en de onzekerheid rondom zijn strafzaak.

De rechtbank heeft het verzoek van de heer [naam 1] om een dwangakkoord op te leggen aan DBO Finance toegewezen, omdat DBO niet akkoord ging met de schuldregeling. Het verzoek om toelating tot de WSNP is afgewezen.

De rechtbank heeft het verzoek van de heer [naam] om een dwangakkoord op te leggen aan [bedrijfsnaam 1] B.V. toegewezen, omdat de meerderheid van de schuldeisers heeft ingestemd met de schuldregeling.

De rechtbank heeft het verzoek van mevrouw [naam] om een dwangakkoord op te leggen afgewezen, omdat het aanbod niet het maximaal haalbare was en niet alle schuldeisers ermee instemden.

De rechtbank heeft mevrouw [verzoekster] toegelaten tot de WSNP na een succesvol beroep op de hardheidsclausule, gezien haar schulden onder controle zijn.

De rechtbank verklaart het verzet van de opposant gegrond en vernietigt het faillissement, omdat er een betalingsregeling is getroffen.

De rechtbank heeft de heer [verzoeker] toegelaten tot de WSNP, met ingangsdatum 20 juni 2024, en de termijn vastgesteld op achttien maanden.

De rechtbank heeft een voorlopige voorziening toegewezen aan de heer [naam 1], waardoor de ontruiming van zijn woning door de heer [naam 2] voor twee maanden wordt verboden.

Rechtbank Den Haag wijst het verzoek van mevrouw [naam 1] om een dwangakkoord op te leggen aan Gastouderhuis Zuid-Holland toe, en wijst het WSNP-verzoek af.

De rechtbank heeft een voorlopige voorziening toegewezen aan mevrouw [naam 1], waardoor de ontruiming van haar woning door Haag Wonen voor zes maanden is verboden, onder voorwaarde van tijdige huurbetaling.

De rechtbank heeft de ontruiming van de woning van verzoekers verboden voor zes maanden, zodat zij hun schulden kunnen regelen.

De rechtbank wijst het verzoek om voorlopige voorziening af en verklaart mevrouw [naam 1] niet-ontvankelijk in haar WSNP-verzoek vanwege een financieel onstabiele situatie.

De Rechtbank Den Haag heeft op 17 januari 2025 mevrouw [naam] toegelaten tot de WSNP, ondanks recente schulden, op basis van de hardheidsclausule.

De rechtbank verklaart het verzet gegrond en vernietigt het faillissement van de opposant, die een minnelijke regeling heeft getroffen met de geopposeerden.

De rechtbank heeft het verzoek van mevrouw [naam] om een dwangakkoord op te leggen afgewezen, omdat het aanbod niet het maximaal haalbare was. De rechtbank oordeelde dat de schuldbemiddeling correct was uitgevoerd, maar de belangenafweging niet in haar voordeel uitviel.

De rechtbank heeft de heer [verzoeker] toegelaten tot de WSNP vanwege een problematische schuldensituatie en onvoldoende afloscapaciteit. De ingangsdatum is vastgesteld op 29 september 2024.

De rechtbank heeft de heer [verzoeker] toegelaten tot de WSNP op 28 november 2024, na een geslaagd beroep op de hardheidsclausule.

De rechtbank heeft de heer [verzoeker] toegelaten tot de WSNP met toepassing van de hardheidsclausule, ingaande op 1 juli 2024, en benoemt mr. L. Mundt tot rechter-commissaris.

Rechtbank Den Haag wijst verzoek om ontruiming woning te verbieden toe en wijst proceskostenveroordeling af.

De rechtbank Den Haag verleent de heer [naam] de schone lei in het kader van de WSNP, ondanks een onverdeelde nalatenschap. De heer [naam] heeft voldaan aan zijn verplichtingen en de rechtbank oordeelt dat de kosten van afwikkeling van de nalatenschap niet opwegen tegen de baten.

De rechtbank heeft het verzoek tot instelling van een voorlopige schuldeiserscommissie in de faillissementen van [bedrijf 1] B.V. en [bedrijf 2] B.V. afgewezen, omdat de aard en omvang van de faillissementen geen aanleiding geven voor een commissie.

De rechtbank heeft mevrouw Nadia [verzoekster] toegelaten tot de WSNP op basis van de hardheidsclausule, ondanks dat het minnelijk traject niet volledig was doorlopen.

De Rechtbank Den Haag heeft op 12 november 2024 een verzoek tot faillietverklaring van een besloten vennootschap toegewezen, met benoeming van een rechter-commissaris en curator.

Rechtbank Den Haag wijst het verzoek van mevrouw [naam 1] om een dwangakkoord op te leggen toe, ondanks verzet van enkele schuldeisers. WSNP-verzoek afgewezen.

De rechtbank heeft het verzoek van de heer [naam 1] om een dwangakkoord op te leggen aan BridgeFund B.V. toegewezen, omdat de weigering van BridgeFund onredelijk is. Het verzoek om toelating tot de WSNP is afgewezen.

De rechtbank heeft het verzoek van de heer [naam 1] om een dwangakkoord op te leggen aan FAME Fitness toegewezen, omdat het aanbod het maximaal haalbare was en de meerderheid van de schuldeisers had ingestemd.

De rechtbank verklaart [bedrijfsnaam 3] B.V. failliet op verzoek van de curator, ondanks verweer van de vennootschap. Er is sprake van een redelijk belang en meerdere schulden.

De rechtbank wijst het verzoek van de heer [naam 1] om een dwangakkoord op te leggen aan I-Finance af, omdat het voorstel niet het maximaal haalbare is en de weigering van I-Finance niet onredelijk is.

De rechtbank heeft het verzoek van de heer [naam 1] om een dwangakkoord op te leggen aan zijn schuldeisers toegewezen, gezien zijn duurzame arbeidsongeschiktheid en het feit dat het voorstel het maximaal haalbare is.

Rechtbank Den Haag wijst het verzoek van mevrouw [naam 1] om een dwangakkoord op te leggen aan schuldeiser [naam 2] toe, gezien haar problematische schuldensituatie en de belangenafweging.

De rechtbank heeft het verzoek van de heer [naam 1] om een dwangakkoord op te leggen aan zijn schuldeisers afgewezen, omdat de weigering van de schuldeisers niet onredelijk was en het aanbod niet het maximaal haalbare was.

De rechtbank heeft de heer [naam] toegelaten tot de WSNP, maar zijn verzoek om een eerdere ingangsdatum is afgewezen vanwege onvoldoende sollicitatie-inspanningen.

De rechtbank heeft de verzoeker toegelaten tot de WSNP met een ingangsdatum van 17 augustus 2023 en de termijn vastgesteld op negentien maanden.

De rechtbank heeft de verzoeker toegelaten tot de WSNP, maar het verzoek om een eerdere ingangsdatum is afgewezen wegens het niet voldoen aan de inspanningsverplichting.

De rechtbank heeft het verzoek van de heer [naam] tot toelating tot de WSNP afgewezen wegens onvoldoende saneringsbereidheid en het ontbreken van medische gegevens.

De rechtbank heeft het faillissementsverzoek van [bedrijf 1] tegen [bedrijf 2] afgewezen wegens onvoldoende bewijs van een vordering.

De rechtbank heeft het verzet van Spaarsamenkaart B.V. gegrond verklaard en het faillissement vernietigd, na een betalingsregeling met de geopposeerde.

De rechtbank heeft het verzoek van mevrouw [de vrouw] om een dwangakkoord op te leggen afgewezen, omdat de weigering van Qredits niet onredelijk was. De rechtbank oordeelde dat de belangen van mevrouw [de vrouw] niet onredelijk werden geschaad en dat de schuldbemiddeling correct was uitgevoerd.

De rechtbank verlengt de inbewaringstelling van gefailleerde [naam 1] met dertig dagen en schorst deze onder voorwaarden, omdat hij niet voldoet aan zijn inlichtingenplicht in het faillissement.

Eisers vorderden terugbetaling van een beëindigingsvergoeding bij vervroegde aflossing van hun hypothecaire lening. De rechtbank oordeelde dat het beding in de algemene voorwaarden van ING niet onredelijk bezwarend of oneerlijk was en wees de vorderingen af.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat Uniper door bevrijdende verjaring recht van erfpacht heeft verkregen op gronden van een energiecentrale. Gemeente in proceskosten veroordeeld.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat gedaagde verplicht is om facturen aan Techmission B.V. te betalen, ondanks verweer over gebrekkige uitvoering en ontbreken van driepartijenovereenkomst. Gedaagde moet € 32.615,99 betalen, vermeerderd met rente en kosten.

Verdachte veroordeeld voor bezit van wapens en munitie, en valse aangifte van beschieting. Gevangenisstraf van 15 maanden, waarvan 5 voorwaardelijk.

De Rechtbank Den Haag heeft de verdachte veroordeeld tot vijf jaar gevangenisstraf voor woninginbraak, fraude met corona QR-codes, wapenbezit en voorbereidingshandelingen voor harddrugs.