mw. mr. L.N. Foppen

De rechtbank vernietigt het bestreden besluit over de omgevingsvergunning voor het complex ‘Oostvaarders te Almere’, maar laat de vergunning in stand. Proceskosten worden vergoed aan de eisers.

Rechtbank Midden-Nederland oordeelt dat eiser de inlichtingenplicht heeft geschonden, maar het Uwv onvoldoende onderzoek heeft gedaan naar zijn werkzaamheden. Het Uwv moet nader onderzoek verrichten.

Rechtbank vernietigt besluit Uwv over WW-uitkering wegens onvoldoende onderzoek naar verwijtbare werkloosheid.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een onderneming ongegrond, die tegen de nihil vaststelling van subsidie op grond van de TVL in beroep was gegaan. De minister had terecht vastgesteld dat de onderneming niet voldeed aan de eis van 30% omzetverlies.

Beroep van vennootschap tegen minister over subsidie COVID-19 ongegrond verklaard. Omzetbepaling en terugvordering van voorschot in geschil.

Beroepen van [naam 1] B.V. tegen afwijzing subsidieaanvragen COVID-19 ongegrond verklaard. Minister wijzigde juridische grondslag, maar onderneming niet benadeeld. Proceskostenvergoeding toegewezen.

De rechtbank oordeelt dat eiseres terecht is ontslagen wegens diefstal uit de woning van een vriendin. De beroepen zijn ongegrond verklaard.

De rechtbank verklaart het beroep van een politieambtenaar om nadeelcompensatie ongegrond, omdat de intrekking van zijn toestemming voor nevenwerkzaamheden binnen zijn normale risico valt.

Beroep ongegrond; minister mocht vastgestelde subsidie COVID-19 baseren op aangifte omzetbelasting. Geen strijd met vertrouwensbeginsel. Geen proceskostenvergoeding.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep ongegrond inzake de herziening en intrekking van subsidie voor grote ondernemingen op grond van de TVL.

Tussenuitspraak over de subsidievaststelling en terugvordering van NOW-subsidies. De rechtbank oordeelt dat de minister onvoldoende heeft gemotiveerd en geeft gelegenheid tot herstel.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft op 8 oktober 2024 de herzieningsverzoeken van [naam] B.V. afgewezen, omdat er geen nieuwe feiten of omstandigheden waren. De beroepen zijn ongegrond verklaard.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft de afwijzing van een subsidieaanvraag op grond van de TVL bevestigd, omdat deze te laat was ingediend en geen bijzondere omstandigheden aanwezig waren.

Het College verklaart het beroep van de ondernemer ongegrond, omdat de minister de omzet van beide activiteiten mocht meenemen voor de subsidie TVL, gezien de ondernemer over zijn gehele omzet omzetbelasting betaalt.

College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart beroep ongegrond; subsidieaanvraag COVID-19 afgewezen omdat onderneming niet als MKB-onderneming kwalificeert.

De beroepen van [naam] B.V. tegen de vaststelling van de subsidie op € 0,- zijn ongegrond verklaard. De minister heeft terecht de aangiften omzetbelasting gebruikt voor de berekening van het omzetverlies.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een ondernemer ongegrond, omdat hij niet voldoet aan de drempeleis van 30% omzetverlies voor subsidie op basis van COVID-19 steunmaatregelen.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat de belangen van de volks- en diergezondheid zwaarder wegen dan die van mevrouw [naam 1] en haar katten.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek van een veehouder om een voorlopige voorziening af, waarbij hij verplicht werd drie runderen te euthanaseren. De noodzaak van euthanasie werd onderbouwd door dierenartsen.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven heeft de aanvraag van een onderneming voor subsidie op basis van de TVL afgewezen wegens te late indiening. De onderneming kon haar stelling van tijdige indiening niet onderbouwen. Het beroep is ongegrond verklaard.

De aanvragen voor subsidie door de onderneming zijn afgewezen omdat deze te laat zijn ingediend. De minister heeft terecht geoordeeld dat de termijnoverschrijding voor rekening van de onderneming komt.

De aanvraag voor TVL-subsidie is afgewezen omdat deze te laat is ingediend. Het College bevestigt de afwijzing en verklaart het beroep ongegrond.

De rechter-commissaris heeft besloten dat beperkte kennisneming van notulen van interne overleggen gerechtvaardigd is op grond van artikel 8:29 Awb, in het hoger beroep van [naam 1] B.V. tegen de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

De rechter-commissaris heeft besloten dat beperkte kennisneming van notulen van interne overleggen gerechtvaardigd is op grond van artikel 8:29 Awb, in het hoger beroep van [naam 1] B.V. tegen de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

De rechter-commissaris heeft besloten dat de beperking van kennisneming van vertrouwelijke stukken in de zaak van [naam 1] B.V. gerechtvaardigd is, op grond van artikel 8:29 Awb.

De rechter-commissaris heeft besloten dat beperkte kennisneming van notulen van interne overleggen gerechtvaardigd is op grond van artikel 8:29 Awb, en verzoekt de onderneming om instemming voor uitspraak op basis van vertrouwelijke stukken.

De rechter-commissaris heeft besloten dat beperkte kennisneming van notulen van interne overleggen gerechtvaardigd is op grond van artikel 8:29 Awb, ter bescherming van vertrouwelijke informatie.

De rechter-commissaris heeft besloten dat beperkte kennisneming van notulen van interne overleggen gerechtvaardigd is op grond van artikel 8:29 Awb, in het hoger beroep van [naam 1] B.V. tegen de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

De rechter-commissaris heeft besloten dat de beperking van kennisneming van vertrouwelijke stukken in hoger beroep gerechtvaardigd is, en verzoekt de onderneming om binnen twee weken schriftelijk aan te geven of zij instemt met de uitspraak op basis van deze stukken.

Beroep is niet-ontvankelijk verklaard wegens het ontbreken van procesbelang; geschil is opgelost.

Tandtechniek Nederland B.V. (TTN) verliest beroep tegen afwijzing subsidieaanvraag COVID-19 vanwege onvoldoende omzetonderbouwing. Minister hoeft geen proceskosten te vergoeden, maar griffierecht wordt vergoed.

Het College verklaart het beroep van [naam 1] ongegrond en bevestigt de niet-ontvankelijkheid van het bezwaar tegen de subsidie op nihil.

Het College verklaart het beroep ongegrond en oordeelt dat appellante niet als startende onderneming kan worden aangemerkt. Verweerder moet griffierecht en proceskosten vergoeden.

Verzoek om voorlopige voorziening afgewezen; beroep niet-ontvankelijk verklaard.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af wegens onvoldoende bewijs van omzet in de referentieperiode voor de TVL Q4 2021.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat verzoekster niet kon aantonen dat zij in de referentieperiode omzet had gemaakt die voldeed aan de eisen voor de TVL-subsidie.

Het College verklaart het beroep van [naam] B.V. ongegrond, omdat de minister zijn beleid consistent heeft toegepast en er geen bijzondere omstandigheden zijn die een afwijking van de Beleidsregel rechtvaardigen.

Appellante heeft beroep ingesteld tegen besluiten over NVWA-tarieven voor keuringen in slachthuizen. Het College verklaart het beroep gegrond en vernietigt het bestreden besluit.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart de verzetten ongegrond wegens niet tijdig betalen van griffierecht in zaken over diergezondheidsheffing.

Verzetten ongegrond verklaard; griffierecht niet tijdig betaald door appellanten.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart de verzetten ongegrond wegens niet tijdige betaling van het griffierecht in beroepen tegen besluiten over een diergezondheidsheffing.

Het College verklaart de verzetten ongegrond wegens niet tijdige betaling van het griffierecht door appellanten, bestaande uit 92 pluimveehouders.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart de verzetten ongegrond wegens niet tijdige betaling van het griffierecht in zaken over diergezondheidsheffing.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart de verzetten ongegrond wegens niet tijdig betalen van griffierecht in zaken over diergezondheidsheffing.

Het College verklaart het verzet ongegrond; griffierecht niet tijdig betaald, geen verschoonbare reden.

Het College oordeelt dat spoedbestuursdwang terecht is toegepast op 23 honden wegens overtredingen van het Besluit houders van dieren. Beroep tegen kostenbesluit ongegrond verklaard.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de minister van LNV niet bevoegd was tot het opleggen van bepaalde maatregelen aan de appellant, maar bevestigt wel enkele overtredingen met betrekking tot dierenwelzijn.

Het College verklaart het beroep ongegrond inzake het kostenbesluit van de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, waarbij appellante kosten van bestuursdwang in rekening zijn gebracht.

Het College verklaart zich onbevoegd ten aanzien van de heffing Diergezondheidsfonds Pluimvee 2016 en oordeelt dat verweerder ten onrechte het verzoek om herziening niet inhoudelijk heeft behandeld.

Het College vernietigt het besluit tot euthanasie van een pony, oordeelt dat de minister niet bevoegd was tot spoedbestuursdwang en wijst het verzoek om schadevergoeding af.