ECLI:NL:CBB:2020:552
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van beroepen inzake diergezondheidsheffing
Op 18 augustus 2020 heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven uitspraak gedaan op de verzetten van meerdere appellanten tegen de niet-ontvankelijk verklaring van hun beroepen inzake besluiten van de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. De appellanten, vertegenwoordigd door hun gemachtigde J.A. Brok, hadden beroep ingesteld tegen besluiten van de minister van 21 juni tot en met 17 juli 2019, waarbij hun bezwaren tegen een diergezondheidsheffing ongegrond waren verklaard. De beroepen waren eerder op 12 november 2019 niet-ontvankelijk verklaard omdat het griffierecht niet tijdig was betaald.
Tijdens de zitting op 8 juli 2020 werd het verzet behandeld. De gemachtigde voerde aan dat er veel communicatie met de griffie had plaatsgevonden om de zaken efficiënt af te handelen, maar dat door omstandigheden in de vakantieperiode het griffierecht niet tijdig kon worden betaald. Het College oordeelde echter dat er geen verschoonbare reden was voor het niet tijdig betalen van het griffierecht. De appellanten waren herhaaldelijk herinnerd aan de betalingsverplichting en er was geen uitstel mogelijk.
Het College verklaarde de verzetten ongegrond en bevestigde de eerdere beslissing dat de beroepen terecht niet-ontvankelijk waren verklaard. Er was geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak werd openbaar uitgesproken door mr. T.G.M. Simons, in aanwezigheid van griffier mr. L.N. Foppen.