ECLI:NL:CBB:2020:549
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van beroepen inzake diergezondheidsheffing
Op 18 augustus 2020 heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven uitspraak gedaan over de verzetten van verschillende appellanten tegen eerdere besluiten van de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. De appellanten, waaronder meerdere B.V.'s en maatschappen, hadden beroep ingesteld tegen besluiten van de minister van 9 mei tot en met 18 juni 2019, waarbij hun bezwaren tegen een diergezondheidsheffing ongegrond waren verklaard. In een eerdere uitspraak van 19 november 2019 had het College deze beroepen niet-ontvankelijk verklaard, omdat het griffierecht niet tijdig was betaald. De appellanten hebben vervolgens verzet aangetekend tegen deze uitspraak, wat heeft geleid tot de zitting op 8 juli 2020.
Tijdens de zitting heeft de gemachtigde van de appellanten aangevoerd dat er veel communicatie met de griffie heeft plaatsgevonden om de zaken efficiënt af te handelen, vooral in de vakantieperiode. Ondanks deze inspanningen was het niet gelukt om het griffierecht tijdig te betalen voor alle 92 betrokken pluimveehouders. Het College heeft echter geoordeeld dat er geen verschoonbare reden was voor het niet tijdig betalen van het griffierecht. De appellanten waren herhaaldelijk herinnerd aan de betalingsverplichting en er was geen mogelijkheid voor uitstel. Het College heeft daarom de verzetten ongegrond verklaard en de eerdere beslissing bevestigd.
De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheid van appellanten om tijdig aan hun financiële verplichtingen te voldoen, ongeacht het aantal ingediende beroepen. De beslissing is openbaar uitgesproken en er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten van de verzetten.