dhr. mr. R. Kruisdijk

Huurder en verhuurder in geschil over bergingsruimten op zolder. Rechter oordeelt dat deze ruimtes onderdeel zijn van het gehuurde en legt dwangsommen op voor inbreuk op huurgenot.

Kantonrechter oordeelt dat gedaagde moet betalen voor inkleuren wand, ondanks ontevredenheid over kwaliteit. Geen wanprestatie vastgesteld.

Vordering tot voortzetting huurovereenkomst na overlijden huurder afgewezen; duurzame gemeenschappelijke huishouding onvoldoende onderbouwd. Ontruiming toegewezen.

Passagiers vorderen compensatie na annulering vlucht. Rechter oordeelt dat vervoerder niet voldoende heeft onderbouwd dat annulering door buitengewone omstandigheden was. Vordering tot compensatie toegewezen.

Executiegeschil over ontruiming van bedrijfsruimte; ontruiming uitgesteld vanwege nieuw feit en huurachterstand ingelopen.

De kantonrechter verklaart de besluiten van de VvE van 25 juni 2024 nietig wegens strijd met de besluitvormingsregels, maar wijst het verzoek tot vernietiging van de vergadering en notulen af.

Eiser vordert achterstallig loon na beëindiging arbeidsovereenkomst. De rechter wijst de vorderingen af, oordelend dat de arbeidsovereenkomst rechtsgeldig is beëindigd.

Huisarts vordert terugbetaling van onverschuldigd betaald bedrag aan CGW. Kantonrechter oordeelt dat er geen rechtsgrond was voor de naheffingen en veroordeelt CGW tot terugbetaling van € 23.705,83.

In kort geding vordert verhuurder dat huurder horeca-activiteiten staakt, maar rechter wijst vorderingen af wegens onvoldoende bewijs van strijd met huurovereenkomst. Verhuurder moet proceskosten betalen.

Fusion Trade spant kort geding aan tegen Chip 1 en voormalige werknemers wegens schending van concurrentie- en geheimhoudingsbedingen. De rechter verbiedt hen om werknemers van Fusion Trade te ronselen en legt dwangsommen op.

Rochdale vordert ontruiming van sociale huurwoning wegens onderhuur en gebrek aan hoofdverblijf van [gedaagde 1] en [gedaagde 2]. De kantonrechter heeft de vordering toegewezen en de gedaagden veroordeeld tot ontruiming binnen acht dagen.

Eisers vorderen terugbetaling van een waarborgsom van € 2.000,- na beëindiging van de huurovereenkomst. Gedaagde houdt de borg in verband met vermeende schade, maar de kantonrechter oordeelt dat deze schade niet voldoende is onderbouwd.

De kantonrechter wijst de vordering van SMC Diemen af, omdat de zorgverlener geen voldoende gespecificeerde factuur heeft verstrekt. Gedaagde is niet gehouden te betalen en SMC Diemen wordt veroordeeld in de proceskosten van € 50,00.

Kantonrechter oordeelt dat huurder aansprakelijk is voor drugshandel in huurwoning tijdens afwezigheid. Ontruiming toegewezen en proceskosten verhaald op huurder.

Kantonrechter verklaart [eiser] niet-ontvankelijk in vordering tegen Gemeente Amsterdam over dwangsom; besluiten zijn onherroepelijk.

De kantonrechter wijst de ontruimingsvordering af omdat verhuurder de garant van de huurder niet heeft aangesproken.

[opposante] verzet zich tegen een vonnis over kosten van autoschade. De kantonrechter vernietigt het eerdere vonnis en veroordeelt [opposante] tot betaling van € 3.167,50 aan [geopposeerde].

Kantonrechter ontbindt arbeidsovereenkomst wegens onvoldoende re-integratie door [verweerder], maar kent transitievergoeding toe van € 5.156,- bruto.

Kantonrechter oordeelt dat gedaagde partij € 3.000,- aan eisende partij moet terugbetalen, inclusief rente en kosten, na een geldleningsovereenkomst via WhatsApp.

Eiser vordert terugbetaling van een lening van € 15.000,00. Gedaagde heeft € 7.950,00 terugbetaald, maar de resterende € 8.500,00 niet. De kantonrechter oordeelt dat er geen rente verschuldigd is en dat de hoofdsom is afgelost. Gedaagde moet wettelijke rente betalen over € 550,00.

Kantonrechter vernietigt kostenbeding in overeenkomst van opdracht, waardoor de overeenkomst vervalt. Vordering tot betaling advocatendeclaratie afgewezen.

Eiser vordert nakoming van een vaststellingsovereenkomst inzake free shares en schadevergoeding van € 74.880,00. De kantonrechter oordeelt dat Sia Partners gehouden is tot nakoming en wijst de vordering toe.

H & L Vastgoed vordert ontruiming van een bedrijfsruimte wegens huurachterstand. De gedaagde is failliet verklaard en verschijnt niet. Vonnis wijst ontruiming toe en legt betalingsverplichtingen op.

Kantonrechter oordeelt dat On Time Housing huurovereenkomst niet rechtsgeldig heeft beëindigd en moet kamer ter beschikking stellen aan [eiser].

Kantonrechter wijst vordering tot woningruil af, belang van sociale verhuurder zwaarder dan persoonlijke omstandigheden huurder.

Kantonrechter oordeelt dat voormalig bewindvoerder aansprakelijk is voor schade door niet-gemelde schuld aan Essent, vastgesteld op € 8.855,65.

GP Groot vorderde betaling van onbetaalde facturen van Coating. De kantonrechter wees de vordering toe en wees de reconventionele vordering van Coating af, omdat GP Groot niet aansprakelijk was voor de schade.

Kantonrechter oordeelt dat de overeenkomst tussen [verzoeker] en de Volkskrant een arbeidsovereenkomst is en vernietigt de opzegging per 1 september 2023.

Vordering tot ontbinding huurovereenkomst wegens dringend eigen gebruik afgewezen; privacy van huurders bij beveiligingscamera's gewaarborgd.

Dentsu vorderde herstel van gebreken aan een bedrijfsruimte. De kantonrechter wees de vorderingen af, omdat Dentsu geen spoedeisend belang meer had na een schikking.

Tussenvonnis van 16 januari 2024 over de vernietiging van een kostenbeding in een overeenkomst van opdracht tussen Sandjay Tuithof Advocatuur B.V. en een consument, wegens vermoedelijke oneerlijkheid.

Le 4 Holding verzoekt vernietiging van een besluit van de VvE over het gebruik van een terras. De kantonrechter vernietigt het besluit wegens schending van de oproepingstermijn en veroordeelt de VvE in proceskosten.

Kantonrechter beslist over huurkorting van € 3.866,47 voor [eiseres] vanwege omzetverlies door Covid-19; eisvermeerdering voor 2021 afgewezen.

Kantonrechter wijst vordering van werknemer af; geen boventalligheid door standplaatswijziging, reistijd voldoet niet aan vereisten Sociaal Plan.

De Rechtbank Amsterdam ontbindt de arbeidsovereenkomst tussen VUmc en [verweerder] per 1 januari 2024 wegens verstoorde arbeidsverhouding, met toekenning van een transitievergoeding van € 33.823,42.

Kantonrechter oordeelt dat werknemer terecht op staande voet is ontslagen wegens fraude met urenregistratie. FunFairGreen krijgt gefixeerde schadevergoeding en schadevergoeding toegewezen.

Kantonrechter oordeelt dat ontslag op staande voet onregelmatig was en kent verzoeker vergoedingen toe.

De kantonrechter oordeelt dat [eiseres] het exclusieve gebruik van de huurwoning krijgt na beëindiging van de relatie, met belangenafweging voor de minderjarige dochter.

Eiseres vordert huurprijsvermindering en schadevergoeding wegens gebreken in huurwoning. De kantonrechter wijst huurprijsvermindering van 10% toe, maar schadevergoeding wordt afgewezen wegens onvoldoende bewijs.

De kantonrechter oordeelt dat de huurder zijn tuin moet opruimen binnen twee weken, anders mag de verhuurder dit op kosten van de huurder doen. De huurder wordt ook veroordeeld in de proceskosten.

Eisers vorderen verwijdering van bomen door VvE, maar vordering is verjaard en VvE niet bevoegd. Eisers zijn in het ongelijk gesteld en veroordeling in proceskosten.

Tussenvonnis over huurprijsverlaging door Covid-19; kantonrechter erkent onvoorziene omstandigheden maar wijst specifieke huurverlaging af.

Rochdale vorderde ontruiming van een huurwoning wegens onderhuur en niet hoofdverblijf van gedaagde 1. De kantonrechter oordeelde dat de vordering gegrond was en veroordeelde gedaagde 3 tot ontruiming binnen twee maanden.

Kantonrechter oordeelt dat huurder tekortschiet in huurovereenkomst door hennepteelt; ontruiming toegewezen en boete gematigd tot € 2.500,00.

Tussenuitspraak over vordering tot betaling van advocatendeclaratie door STA tegen [gedaagde]. STA moet nadere stukken overleggen over de overeenkomst. Vonnis op 25 juli 2023.

Duwo vordert medewerking van gedaagde aan brandveiligheidswerkzaamheden in huurwoning. Kantonrechter oordeelt dat gedaagde verplicht is om mee te werken en wijst vordering toe, inclusief dwangsom.

Kantonrechter R. Kruisdijk oordeelt in kort geding over vordering tot betaling van € 8.723,63 door eiser voor verbouwingswerkzaamheden aan restaurant. Gedaagde betwist vordering en stelt gebreken vast. Gedaagde veroordeeld tot betaling van € 6.394,50 aan eiser.

Rechtbank Amsterdam wijst vorderingen van Tradin af in kort geding over non-concurrentiebeding tegen [gedaagde].

Eiser vorderde schadevergoeding van gedaagde wegens schade aan huurwoning door hennepplantage en wateroverlast. De kantonrechter oordeelde dat gedaagde aansprakelijk was voor schade aan de vloer en gederfde huur van februari 2022, totaal € 2.469,08.

Eiser vordert verplaatsing van een schutting op de erfgrens, maar de vordering wordt afgewezen omdat niet alle relevante partijen zijn gedagvaard.

Rechtbank Amsterdam oordeelt dat gedaagde een bedrijfsruimte onterecht onderverhuurde zonder toestemming, en veroordeelt hem tot ontruiming en betaling van een boete.

BHB c.s. verzoekt om toestemming voor uitbouw en dakterras, maar de kantonrechter wijst het verzoek af wegens gebrek aan redelijke grond voor toestemming van de VvE.

Allround Hollands Energie B.V. wint een vordering tot betaling van € 4.345,00 van een gedaagde partij die niet is verschenen. De kantonrechter heeft verstek verleend en de vordering toegewezen.

Eiser vordert huurprijsverlaging en herstel van gebreken aan de woonruimte. De kantonrechter oordeelt dat er gebreken zijn aan de voordeur en veranda, en wijst de vordering tot huurprijsverlaging en herstel toe.

Geschil over servicekosten tussen verhuurder en huurder; kantonrechter stelt voorschot op € 128,00 per maand vast en wijst vordering verhuurder af.

Huurachterstand en schadevergoeding in huurovereenkomst; vorderingen van [eiseres] afgewezen, [gedaagde] toegewezen € 155,00.

Kantonrechter oordeelt dat [eiseres] met uitsluiting van [gedaagde] gerechtigd is tot het gebruik van de gehuurde woning, [gedaagde] moet binnen vier weken vertrekken.

Kantonrechter verklaart huurder niet-ontvankelijk in verzoek tot vernietiging VvE-besluit; verzoek te laat ingediend en geen beroep op redelijkheid mogelijk.

Kantonrechter erkent [eiseres 1] als medehuurder van de woning van [eiseres 2] na vaststelling van duurzame gemeenschappelijke huishouding; vordering Eigen Haard tot ontruiming afgewezen.

De kantonrechter oordeelt dat het voorstel van de woningbouwvereniging om de plafonds in de huurwoning te vervangen niet redelijk is, en veroordeelt de woningbouwvereniging in de proceskosten.

Kantonrechter ontbindt arbeidsovereenkomst tussen AVL en werknemer wegens verstoorde arbeidsverhouding, ingaande 1 februari 2023, met toekenning van transitievergoeding van € 8.698,41.

Rechtbank Amsterdam oordeelt in kort geding dat gedaagde huurder moet ontruimen wegens ernstige overlast. Vonnis op 23-12-2022.

Verzoeker stelt gemeente en VGA aansprakelijk na ongeval op voetpad. Rechtbank oordeelt dat gemeente niet aansprakelijk is; verzoeken afgewezen.

De kantonrechter verklaart het besluit van de VvE om geen toestemming te geven voor verhuur van een appartement nietig, wegens schending van procedurele regels. VvE moet proceskosten vergoeden.

Eiser ontbindt de koop van een tweedehands auto wegens gebreken. De kantonrechter oordeelt dat de auto non-conform was en veroordeelt gedaagden tot terugbetaling van € 15.500,00 en het ongedaan maken van de tenaamstelling.

Dimensio vorderde terugbetaling van een bankgarantie van MBERP, maar de kantonrechter wees de vordering af wegens onvoldoende onderbouwing van onrechtmatig handelen door MBERP.

Eiser vordert betaling van een voorschot op zijn bonus over 2021. De kantonrechter wijst de vordering af, o.a. wegens onvoldoende bewijs van recht op de bonus.

De huurovereenkomst tussen Eigen Haard en de gedaagden is vernietigd op grond van dwaling door onjuiste inlichtingen over inkomen. Gedaagden moeten het gehuurde ontruimen en proceskosten vergoeden.

Ymere vordert ontruiming van de woning van [gedaagde] wegens ernstige overlast en bedreigingen. De kantonrechter oordeelt dat de ontruiming gerechtvaardigd is en veroordeelt [gedaagde] tot betaling van proceskosten.

Kantonrechter oordeelt dat gedaagde onverschuldigde huurbetalingen moet terugbetalen aan eiser, ondanks verweer dat zij slechts beheerder is.

Tussenuitspraak over huurrecht en fraude met inkomensgegevens door huurder. Eigen Haard vordert vernietiging huurovereenkomst op grond van dwaling en bedrog.

Toekomst Wonen B.V. verzoekt om benoeming van een deskundige voor huurprijsadvies. De kantonrechter benoemt mr. G.J.J. Nijsten en compenseert de proceskosten.

Adversa vordert dat de huurovereenkomst met Zoom.in niet rechtsgeldig is opgezegd en dat deze doorloopt tot 1 juli 2020. De kantonrechter heeft Adversa in het gelijk gesteld en Zoom.in veroordeeld tot betaling van € 332.437,99.

De kantonrechter ontbindt de arbeidsovereenkomst van een docent bij het Cornelius Haga Lyceum per 1 mei 2022, met toekenning van een transitievergoeding van € 7.293,40. Verzoeken om een billijke vergoeding en om de schorsing in te trekken worden afgewezen.

Huurrecht geschil over servicekosten en ontbinding huurovereenkomst; kantonrechter oordeelt dat geen ontbinding plaatsvindt en servicekosten niet tijdig zijn gevorderd.

Eiser vordert dat gedaagde, de executeur, rekening en verantwoording aflegt over de nalatenschap van de erflaatster. De kantonrechter oordeelt dat gedaagde dit moet doen en legt een dwangsom op bij niet-naleving.

Kantonrechter ontbindt huurovereenkomst tussen Unibail en Nanse wegens huurachterstand en wijst verweer op coronamaatregelen af.

De kantonrechter heeft de vorderingen van [eiseres] tegen KLM afgewezen, o.a. omdat de vaststellingsovereenkomst afstand doet van aanspraken op beloning in de functie van Shiftleader.

Kantonrechter verklaart beroep ongegrond inzake administratieve sanctie voor niet gebruiken rijbaan met bromfiets in voetgangersgebied.

De Rechtbank Amsterdam oordeelt dat een huurovereenkomst voor studioruimte niet als woonruimte kan worden aangemerkt. Eiseres wordt veroordeeld tot ontruiming binnen vier weken.

Huurprijsvermindering van € 341,38 per maand vastgesteld door de kantonrechter als gevolg van coronamaatregelen. Gedaagde moet € 9.232,10 betalen aan Steenhuys c.s.

Kantonrechter oordeelt dat Allianz niet aansprakelijk is voor letselschade van verzoeker na auto-ongeluk in 2016. Verzoeker is in het ongelijk gesteld en moet proceskosten betalen.

Eiseres vordert nabetaling van loon op basis van nulurencontract. De kantonrechter wijst de vorderingen af en veroordeelt eiseres in de proceskosten.

Kantonrechter oordeelt dat ontslag op staande voet niet rechtsgeldig was en kent [verzoeker] een billijke vergoeding toe van € 1.000,00, plus transitievergoeding en vergoeding wegens onregelmatige opzegging.

Kantonrechter ontbindt huurovereenkomst wegens huurachterstand en wijst verweer over gebreken af. Gedaagden krijgen een maand om te ontruimen.

De rechtbank heeft de vordering van Ymere tot vernietiging van huurovereenkomsten afgewezen wegens gebrek aan belang en onvoldoende bewijs van dwaling.

Kantonrechter oordeelt dat ontslag op staande voet van werknemer door Marmorai onterecht was en kent hem een billijke vergoeding van € 5.000,00 toe, naast schadevergoeding en transitievergoeding.

Verzoekers vragen om machtiging voor onderzoek naar geluidsoverlast en verwijdering van constructie in trappenhuis. VvE betwist dat het een VvE-kwestie is. Verzoeken worden afgewezen, verzoekers in proceskosten veroordeeld.

Kantonrechter vernietigt ontslag op staande voet na intrekking verzoekschrift door werknemer en wijst verzoek om proceskosten toe aan werkgever.

LeasePlan vordert € 10.211,13 van [gedaagde] voor onbetaalde leasetermijnen en kosten na beëindiging van de leaseovereenkomst. De kantonrechter wijst de vordering toe.

ANWB vordert betaling van € 722,97 op basis van een vermeende verzekeringsovereenkomst, maar de kantonrechter wijst de vordering af wegens onvoldoende onderbouwing.

De kantonrechter ontbindt de arbeidsovereenkomst van een directielid wegens ernstig verwijtbaar handelen in verband met fraude door een ondergeschikte, met ingang van 1 november 2021.

Q-Park vordert € 391,58 van gedaagde voor schadevergoeding na onrechtmatig verlaten van parkeergarage zonder geldig parkeerbewijs. De kantonrechter wijst de vordering toe, met aanpassing van het dagtarief.

Kantonrechter wijst vordering tot voortzetting huurovereenkomst af; ontruiming van de woning toegewezen, niet uitvoerbaar bij voorraad.

De kantonrechter heeft het verzoek van [verzoeker] tot vernietiging van een besluit van de VvE over extra bijdrage voor relinen van standleidingen afgewezen, en hem veroordeeld in de proceskosten.

In een kort geding vorderde eiser schorsing van de ontruiming door Eigen Haard. De kantonrechter wees de vordering af, oordelend dat de belangen van Eigen Haard zwaarder wegen dan die van eiser.

Bouwinvest vordert huurachterstand en ontruiming. Gedaagde stelt gebreken en coronamaatregelen als verweer. Vordering toegewezen, reconventionele vordering afgewezen.

Kantonrechter wijst vorderingen van eiseressen af inzake huurachterstand door coronamaatregelen; gedaagde krijgt gelegenheid tot bewijslevering.

Eiser vordert loon en toegang tot zijn werkaccount na ziekte. De kantonrechter oordeelt dat Huawei onterecht loonstop heeft toegepast, maar dat eiser geen recht heeft op loon vanaf 4 februari 2021. Huawei moet vakantiegeld en jaaropgaven betalen en toegang tot het werkaccount verlenen.

De onderhuurder moet € 2.800 gebruiksvergoeding betalen voor zijn kamer tussen 15 januari en 30 april 2021, ondanks dat hij niet wist dat hij onderhuurder was.

De vordering tot ontruiming van de woning wegens overlast en alcoholproblematiek is afgewezen, omdat er geen spoedeisend belang meer was door opname van gedaagde.

De kantonrechter oordeelt dat Huawei de loonstop van de werknemer onterecht heeft opgelegd en veroordeelt het bedrijf tot betaling van vakantiegeld en toegang tot het werkaccount.

Famed B.V. vordert betaling van tandheelkundige kosten van de gedaagde, die verweer voert tegen ontvangen nota's. De kantonrechter wijst de vordering toe en veroordeelt de gedaagde tot betaling.

Kantonrechter wijst vorderingen van [eiseres] af inzake huurprijsverhoging geliberaliseerde huurruimte, vanwege nieuwe wetgeving per 1 mei 2021.

Eisers vorderen vernietiging van een onredelijk bezwarend rentewijzigingsbeding in een kredietovereenkomst. De kantonrechter wijst de vorderingen af wegens verjaring en veroordeelt eisers in de proceskosten.

XXS vorderde inzage in documenten van ex-werknemers [gedaagde 1] en [gedaagde 2] in verband met concurrentiebeding en geheimhoudingsplicht. De kantonrechter wees de vordering toe en stelde DigiJuris B.V. aan als bewaarder.

Kantonrechter ontbindt huurovereenkomst per 29 februari 2020 wegens gebreken en achterstallig onderhoud door verhuurder. Eiseres [persoon A] in de kosten van de procedure veroordeeld.

Vosse vordert betaling voor installatie buitenkraan, gedaagde betwist factuur. Kantonrechter wijst vordering af, oordeelt dat gedaagde redelijk bedrag heeft betaald.

Eiseres vordert achterstallig loon en wedertewerkstelling van Sumo. De kantonrechter oordeelt dat er sprake is van een oproepovereenkomst en wijst de vorderingen toe.

Kantonrechter wijst verzoek om vervangende machtiging voor aanbouw op dakterras af; VvE had redelijke gronden voor weigering.

Kantonrechter verlengt ontruimingstermijn voor [verzoeker] tot 30 september 2021 in huurrechtelijk geschil met Ymere over bestemming bedrijfsruimte.

Kantonrechter ontbindt arbeidsovereenkomst van trambestuurder wegens ernstig verwijtbaar gedrag onder invloed van drugs, per 1 mei 2021.

De Rechtbank Amsterdam oordeelt dat de huurder verplicht is mee te werken aan de vervanging van open verbrandingstoestellen door een HR-ketel, ondanks eerdere afzeggingen vanwege Covid-19.

Auto1 vordert schadevergoeding wegens verborgen gebreken bij de verkoop van een auto. De kantonrechter wijst de vordering af en legt de proceskosten op aan Auto1.

VariaVastgoed vordert ontruiming van de woning voor renovatie, maar de kantonrechter wijst de vordering af wegens gebrek aan een redelijk voorstel aan de huurder.

De rechtbank oordeelt dat D.I.G. de sloop van het dakterras moet staken tot er een vergunning is voor terugplaatsing, en wijst de reconventionele vordering van D.I.G. af.

Iza Zorgverzekeraar N.V. vorderde € 500,- van gedaagde voor zorgkosten. Gedaagde was niet verschenen en had zijn verweer niet onderbouwd. De kantonrechter wees de vordering toe en veroordeelde gedaagde in proceskosten.

Rechtbank Amsterdam wijst de vordering tot ontruiming af vanwege bijzondere omstandigheden van [belanghebbende] en de buitengerechtelijke ontbinding van de huurovereenkomst door Eigen Haard.

De Stichting Studentenhuis vorderde machtiging voor aanvraag omzettingsvergunning. De kantonrechter oordeelde dat de Stichting gemachtigd werd om dit namens de erven te doen en veroordeelde de erven in de proceskosten.

De arbeidsovereenkomst van een managementassistente bij de HvA wordt per juni 2021 ontbonden wegens een ernstig verstoorde arbeidsrelatie, ondanks een opzegverbod door arbeidsongeschiktheid.

De Rechtbank Amsterdam heeft op 12 februari 2021 de ontruiming van de woning van [gedaagde] toegewezen wegens aanhoudende geluidsoverlast, veroorzaakt sinds oktober 2019, en veroordeelt [gedaagde] tot betaling van de proceskosten.

De kantonrechter heeft de gedaagde aansprakelijk gesteld voor de schade van de eiser na een aanrijding tussen een snorscooter en een fietser, waarbij de gedaagde geen voorrang verleende. De schadevergoeding bedraagt € 3.779,64, inclusief wettelijke rente.

De kantonrechter vernietigt de opzegging van de arbeidsovereenkomst van een muzikante bij Het Balletorkest en wijst haar vorderingen tot loonbetaling en wedertewerkstelling toe.

Kantonrechter oordeelt dat gedaagde aansprakelijk is voor schade na aanrijding; beroep op overmacht slaagt niet.

Woonbron vordert ontbinding huurovereenkomst en ontruiming wegens huurachterstand. Partijen bereiken betalingsregeling. Vonnis door mr. R. Kruisdijk op 27 november 2020.

Kantonrechter oordeelt dat [eiseres] recht heeft op salaris over reistijd tussen cliënten en wijst vorderingen voor 2018 en 2019 toe, ondanks eerdere finale kwijting.

De kantonrechter ontbindt de arbeidsovereenkomst van [verweerder] wegens disfunctioneren en verstoorde arbeidsrelatie, met ingang van 1 januari 2021, en kent een transitievergoeding toe van € 26.479,11.

Tussenvonnis waarin eiser zich mag uitlaten over het faillissement van gedaagde, die niet heeft geleverd op basis van een koopovereenkomst. Vordering kan niet tegen gedaagde worden ingesteld, maar moet bij de curator worden ingediend.

Eiseres vordert € 25.000,00 van gedaagde op basis van een koopovereenkomst. Gedaagde betwist de vordering en stelt dat de overeenkomst rechtsgeldig is ontbonden. De kantonrechter heeft gedaagde opgedragen bewijs te leveren van aanvullende afspraken.

Infomedics vorderde betaling van € 155,75 voor een onbetaalde factuur. De kantonrechter wees de vordering tot betaling toe, maar wees de buitengerechtelijke incassokosten af wegens gebrek aan bewijs van ontvangst.

Eiseres vordert schadevergoeding van gedaagde wegens lekkages. De kantonrechter oordeelt dat gedaagde niet verwijtbaar heeft gehandeld, maar kan toch aansprakelijk zijn. Deskundigenonderzoek wordt bevolen.

Eisers vorderen betaling van de helft van de kosten voor funderingsherstel van de mandelige muur. De gedaagde betwist de noodzaak van herstel. Mondelinge behandeling is bepaald.

Huurprijs geschil na aankoop pand; eiseres betwist verhoging en beroept zich op eerdere overeenkomst.

Eiser vordert vaststelling van arbeidsomvang op 24,2 uur per week en loonbetaling. De kantonrechter oordeelt dat eiser recht heeft op loon op basis van het rechtsvermoeden van artikel 7:610b BW en dat Detailconsult aansprakelijk is voor schade na een arbeidsongeval.

Hogeschool Rotterdam vorderde betaling van collegegeld van een student die zich te laat had uitgeschreven. De kantonrechter oordeelde dat de student € 135,86 verschuldigd was, inclusief rente en kosten.

De zaak betreft een vordering van eiseres tegen gedaagde over een betalingskwestie uit een overeenkomst. De kantonrechter toetst de relatieve bevoegdheid en houdt de zaak aan voor verdere toelichting.

Coty vorderde betaling van Moyzo en [gedaagde] op basis van verschillende overeenkomsten. De kantonrechter wees de vordering af wegens gebrek aan bewijs en veroordeling van Coty in proceskosten.

De kantonrechter ontbindt de arbeidsovereenkomst van [verweerder] wegens ernstige misdragingen en schending van integriteitseisen, en wijst de verzoeken van [verweerder] af.

Woningstichting Ressort Wonen vordert betaling van huurachterstand van € 2.833,80 van de bewindvoerder van de gedaagde. De kantonrechter wijst de vordering toe en veroordelt de bewindvoerder in de proceskosten.

Kantonrechter ontbindt huurovereenkomst en veroordeelt ontruiming wegens huurachterstand van bijna 8 maanden. Verweer van gebreken slaagt niet.

Kantonrechter oordeelt dat de huurovereenkomst van gedaagde buitengerechtelijk is ontbonden na drugsvondst in kelderbox. Ontruiming van de woning toegewezen.

Kantonrechter ontbindt huurovereenkomst en beveelt ontruiming wegens huurachterstand van € 4.872,85. Gedaagde wordt veroordeeld tot betaling van huurachterstand, wettelijke rente en proceskosten.

De kantonrechter bekrachtigt het verstekvonnis van 1 augustus 2019, waarbij [persoon B] is veroordeeld tot betaling aan [bedrijf A]. [persoon B] wordt in de kosten van de verzetprocedure veroordeeld.

Kantonrechter wijst verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst af wegens onvoldoende bewijs van disfunctioneren en verstoorde arbeidsrelatie.

Geschil over betaling voor grafische werkzaamheden; eiseres vordert betaling van openstaande facturen; mondelinge behandeling via Skype.

De Rechtbank Rotterdam oordeelt dat [gedaagde] als bestuurder van [naam bouwbedrijf] onrechtmatig heeft gehandeld door niet tot vereffening over te gaan, wat leidt tot persoonlijke aansprakelijkheid voor de schade van AA Schroefpalen.

Kantonrechter oordeelt dat gedaagde niet heeft bewezen zorgpremies te hebben betaald; vordering van Iza Zorgverzekeraar N.V. gedeeltelijk toegewezen.

De kantonrechter bekrachtigt het verstekvonnis tegen de gedaagde voor de eigen bijdrage aan zbo CAK en wijst de vordering toe, inclusief kosten en rente.

De kantonrechter heeft de vordering van [eiser] tot veroordeling van zijn bewindvoerder Obin afgewezen, omdat er geen postblokkade was en [eiser] zijn inlichtingenplicht niet is nagekomen.

Kantonrechter verlengt ontruimingstermijn voor Het Peutercollege tot 1 september 2020; partijen dragen eigen kosten.

Huurgeschil tussen Woonstad en De Schokbreker over huurachterstand en servicekosten, met een vordering van € 1.716,60 en een tegenvordering van € 23.192,65.

Kantonrechter ontbindt arbeidsovereenkomst tussen Huisman en [verweerder] wegens disfunctioneren en verstoorde arbeidsrelatie, met toekenning van transitievergoeding en billijke vergoeding.

Eiser vorderde schadevergoeding wegens auteursrechtinbreuk door gedaagde. De kantonrechter wees de vordering af, oordelend dat de inbreuk niet aan gedaagde kon worden toegerekend en veroordeelde eiser in de proceskosten.

Rechtbank Rotterdam oordeelt dat Je Zusje B.V. inbreuk heeft gemaakt op auteursrechten van Studio IDM met de Strandstoel XXL. Schadevergoeding van € 2.200,00 en € 220,00 voor immateriële schade toegewezen.

Kantonrechter wijst vordering tot voortzetting huurovereenkomst af; geen duurzame gemeenschappelijke huishouding aangetoond. Ontruiming gehuurde toegewezen.

CAK vordert betaling van eigen bijdrage zorg. Gedaagde betwist facturen, maar kantonrechter wijst vordering toe. Gedaagde moet € 285,05 betalen, inclusief rente en kosten.

Q-Park vordert betaling van schadevergoeding en verloren parkeertarief na treintje rijden. De kantonrechter oordeelt dat de gedaagde aansprakelijk is en wijst de vordering toe.

Kantonrechter oordeelt in kort geding dat huurder moet ontruimen wegens huurachterstand en overlast. Vordering verhuurder toegewezen, huurder krijgt een week om te ontruimen.

Rechtbank Rotterdam oordeelt in huurzaak dat huurder gelegenheid moet geven voor dringende en renovatiewerkzaamheden aan gehuurde woning, met dwangsom bij niet-naleving.

Rechtbank Rotterdam oordeelt in huurzaak dat gedaagde moet meewerken aan renovatiewerkzaamheden aan gehuurde woning, met dwangsom bij niet-naleving.

Eiseres vordert doorbetaling van loon wegens arbeidsongeschiktheid, maar de kantonrechter oordeelt dat er geen passende arbeid beschikbaar is bij Maasstad. Vordering wordt afgewezen en proceskosten worden gecompenseerd.

De kantonrechter heeft de vordering van Q-Park afgewezen, oordelend dat de gedaagde wel had betaald en dat de algemene voorwaarden onvoldoende duidelijk waren over het gebruik van het kentekenherkenningsysteem.

De rechtbank verklaart verzoeker niet-ontvankelijk in zijn verzoek tot wraking van de rechters van de wrakingskamer en mr. M. de Geus, omdat het verzoek na een eindbeslissing was ingediend.

Wrakingsverzoek van [naam verzoeker] tegen mr. I. de Greef en mr. R. Kruisdijk afgewezen; geen aanwijzingen voor partijdigheid.

Kantonrechter wijst vordering tot betaling boete wegens overtreding concurrentiebeding af; concurrentiebeding te ruim geformuleerd en onvoldoende bewijs van overtreding.

Zilveren Kruis wordt veroordeeld tot betaling van € 3.062,81 aan de gedaagde wegens misbruik van procesrecht en volledige proceskostenvergoeding.

Kantonrechter oordeelt dat loonvordering werknemer onder finale kwijting valt; vordering afgewezen. Verlofuren: gemeente onterecht uren afgetrokken, werknemer heeft recht op 188 uren.

Vordering tot ontruiming en huurachterstand afgewezen; twijfel over betalingsregeling en onvoldoende bewijs voor opeisbaarheid.

Kantonrechter wijst verzoek van bewoners af over onderhoudskosten bielzen afscheiding tuin; kosten blijven voor rekening van bewoners.

Kantonrechter oordeelt dat gedaagde onrechtmatig heeft gehandeld door € 10.000,00 van eiseres te ontvangen en niet te onderzoeken waar het geld vandaan kwam. Vordering tot terugbetaling wordt toegewezen.

Hortiglass leverde glas aan Q-Kas voor tuinbouwkassen. Q-Kas stelde dat de levering te laat was en het glas niet voldeed aan de specificaties. De kantonrechter oordeelde dat de levering tijdig was en de afwijkingen binnen de normen vielen. Vorderingen van Q-Kas werden afgewezen.

Kantonrechter veroordeelt gedaagde tot terugbetaling van € 22.000,00 aan eiser, vermeerderd met rente, wegens tekortschieten in de overeenkomst van opdracht.

De kantonrechter heeft de vorderingen van een werknemer afgewezen die haar werkgever aansprakelijk stelde voor verloren ringen uit de kluis, omdat de werkgever niet aansprakelijk is volgens artikel 7:658 BW en 7:611 BW.

Kantonrechter ontbindt arbeidsovereenkomst van werknemer wegens ernstig verwijtbaar gedrag en kent schadevergoeding toe aan werkgever. Concurrentiebeding gedeeltelijk vernietigd.

De Rechtbank Rotterdam oordeelt dat de werknemer de vaststellingsovereenkomst tijdig heeft ontbonden, waardoor de arbeidsovereenkomst niet is geëindigd. Gedaagde wordt veroordeeld tot betaling van loon en nakoming van verplichtingen.

Eisers vorderen schadevergoeding van hun tandarts wegens nalatigheid die heeft geleid tot gebitschade. De kantonrechter oordeelt dat de tandarts onvoldoende zorg heeft verleend en verwijst de zaak voor nadere schadeonderbouwing.

Kantonrechter ontbindt arbeidsovereenkomst wegens verstoorde arbeidsverhouding. Verweerder heeft zich herhaaldelijk ongepast gedragen. Geen recht op transitievergoeding of billijke vergoeding.

Kantonrechter oordeelt dat geen bemiddeling is en dat huurprijsverplichting onverkort geldt. Vordering tot huurprijsvermindering afgewezen, verklaring voor recht toegewezen.

Kantonrechter wijst verzoek tot ontbinding arbeidsovereenkomst af wegens geen ernstige verstoring arbeidsrelatie en geen verwijtbaar handelen werknemer.

De kantonrechter ontbindt de huurovereenkomst van gedaagde wegens overlast en veroordeelt tot ontruiming binnen twee weken.

Rechtbank Rotterdam wijst vorderingen van Yasbouw af; geen persoonlijke aansprakelijkheid van bestuurders voor onbetaald laten facturen door vennootschap in faillissement.

De kantonrechter wijst de vordering van Wereldhave tot beëindiging van de huurovereenkomst af, omdat niet is aangetoond dat de ruimte dringend nodig is voor duurzaam gebruik.

De kantonrechter oordeelt dat de werknemer sinds 25 februari 2017 van rechtswege in dienst is bij Sodexo door overgang van onderneming en veroordeelt Sodexo tot betaling van loon en toelating tot werkzaamheden.

Geldmobiel B.V. vorderde betaling van een bedrag van € 23.462,64, maar werd niet-ontvankelijk verklaard omdat zij ontbonden was. De vordering werd afgewezen en de gemachtigde kan in de kosten worden veroordeeld.

Kantonrechter ontbindt arbeidsovereenkomst wegens ernstig verwijtbaar handelen van werknemer, die zijn rijbewijs niet tijdig verlengde en niet bereikbaar was voor werkgever. Geen transitievergoeding toegekend.

De kantonrechter ontbindt de arbeidsovereenkomst tussen de Gemeente Rotterdam en [verweerder] per 1 oktober 2018 wegens ernstig verwijtbaar handelen van de werknemer.

De huurovereenkomst is ontbonden omdat de gedaagde bijna twee jaar niet haar hoofdverblijf in de woning had. De kantonrechter oordeelde dat de gedaagde niet voldeed aan haar verplichtingen als huurder.

Eiser heeft posters van Erdogan en Poetin opgehangen, die door de Gemeente zijn verwijderd. De kantonrechter oordeelt dat de Gemeente rechtmatig handelde om de openbare orde te waarborgen. Vordering van eiser afgewezen.

Kantonrechter ontbindt arbeidsovereenkomst wegens ernstig verwijtbaar handelen van werknemer die drugs aannam tijdens werktijd. Werknemer krijgt kans tot tegenbewijs.

Eiseres vorderde betaling van verlofsaldo en loon over gewerkte uren. De kantonrechter wees de vordering af, oordelend dat het niet uitbetalen van verlofdagen bij een slapend dienstverband niet in strijd is met goed werkgeverschap.

Kantonrechter ontbindt arbeidsovereenkomst tussen IPS Group B.V. en [verweerster] en kent vergoedingen toe na vaststelling van een verstoorde arbeidsverhouding en onvoldoende re-integratie-inspanningen.

Kantonrechter oordeelt dat juridisch adviseur tekort schoot in zijn verplichtingen, waardoor eiseres schadevergoeding ontvangt en de overeenkomst wordt ontbonden.

De kantonrechter heeft Havensteder in het gelijk gesteld en de gedaagde veroordeeld tot betaling van € 2.876,41, ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning.

Kantonrechter wijst verzoeken van [verzoekster] tot betaling van achterstallig loon en aanzegvergoeding af; [verzoekster] veroordeeld in proceskosten.

Kantonrechter ontbindt arbeidsovereenkomst en kent transitievergoeding van € 2.800,- en billijke vergoeding van € 8.000,- toe aan werknemer na vernietiging van ontslag op staande voet.

A-mac B.V. vorderde een verbod voor ex-werknemer [gedaagde] om bij Coolblue te werken, maar de kantonrechter oordeelde dat er geen overtreding van het concurrentie- en relatiebeding was.

Kantonrechter oordeelt dat de opzegging van de arbeidsovereenkomst door United Industries onterecht was; billijke vergoeding van € 10.000,00 toegewezen aan [verzoeker].

Kantonrechter ontbindt arbeidsovereenkomst CSU en [verweerster] wegens verwijtbaar handelen en niet nakomen re-integratieverplichtingen. Transitievergoeding van € 2.852,87 toegekend.

Kantonrechter oordeelt dat ASR onterecht aan vader heeft uitgekeerd; vader moet € 11.094,22 terugbetalen aan ASR.

Ontslag op staande voet van vijf Poolse werknemers door Roscaff B.V. wegens weigering om werkzaamheden tijdig aan te vangen en gebruik van PBM zonder toestemming. Ontslag werd rechtsgeldig verklaard.

Kantonrechter beëindigt huurovereenkomst per 1 februari 2018 wegens dringend eigen gebruik en kent verhuisvergoeding van € 5.910,00 toe aan huurder.

De kantonrechter heeft de vordering van Re-fund tot teruggave van luchthavenbelastingen afgewezen, omdat de reizigers bij annulering 100% van de kosten verschuldigd zijn voor non-refundable tickets.

De kantonrechter heeft de vordering van de Gemeente Rotterdam tot beëindiging van de huurovereenkomst afgewezen, omdat geen sprake was van dringend eigen gebruik en de belangenafweging in het voordeel van de huurder uitviel.

De rechtbank heeft het verzoek tot tussentijdse beëindiging van de schuldsaneringsregeling afgewezen, omdat verzoekster onvoldoende nieuwe feiten had aangetoond.

Kantonrechter oordeelt dat eiser recht heeft op loon, vakantiegeld en dertiende maand na beëindiging loondoorbetalingsverplichting door gedaagde.

Plaza 15 Vastgoed B.V. vorderde schadevergoeding van Teco Real Estate B.V. in een schadestaatprocedure. De kantonrechter wees de vordering voor gederfde huur af, maar kende € 5.000,- schadevergoeding toe. Teco kreeg de bankgarantie van € 28.875,00 terug.

Kantonrechter oordeelt dat ontslag op staande voet van [verzoeker] door Mendix niet rechtsgeldig was. Toekenning van billijke vergoeding, transitievergoeding en gefixeerde schadevergoeding aan [verzoeker].

Eiser vordert schadevergoeding voor gebreken aan laminaatvloer. Gedaagde wordt aansprakelijk gesteld op basis van non-conformiteit. Vordering van eiser wordt toegewezen.

Kantonrechter ontbindt huurovereenkomst tussen Havensteder en [gedaagde 1] wegens onderverhuur zonder toestemming en veroordeelt tot ontruiming en betaling van boete.

Kantonrechter oordeelt in kort geding dat [eiseres] weer moet worden toegelaten tot haar werkzaamheden als Chief Officer, met een dwangsom voor elke dag dat dit niet gebeurt.

De kantonrechter ontbindt de arbeidsovereenkomst van [verweerster] met SFVG wegens disfunctioneren, kent een transitievergoeding van € 46.489,- toe en wijst het verzoek om een billijke vergoeding af.

Huurverlaging toegewezen wegens gebreken in de woning, met een totaalbedrag van € 750,- dat Vestia aan [eiseres] moet terugbetalen.

De kantonrechter heeft de vordering van de eiser tot schadevergoeding afgewezen, oordelend dat de eiser de risico's van verborgen gebreken bij de aankoop van de zeilboot had aanvaard.

Rechtbank Rotterdam wijst de schuldsaneringsregeling toe aan verzoeker, omdat aan een schuldeiser geen aanbod is gedaan in het minnelijk traject, wat leidde tot complicaties in de schuldhulpverlening.

Kantonrechter wijst vordering van Woonstad af en stelt servicekosten over 2014 vast op € 670,70.

De kantonrechter heeft het verzoek tot opheffing van het beschermingsbewind afgewezen, omdat de gronden voor de onderbewindstelling nog steeds aanwezig zijn.

Rechtbank Rotterdam beëindigt de schuldsaneringsregeling wegens nieuwe bovenmatige schulden aan de Belastingdienst, met een boete van € 10.446,- voor onterecht ontvangen kinderopvangtoeslag.

Rechtbank Rotterdam schorst ontruiming van verzoeker voor zes maanden op basis van artikel 287b Faillissementswet, ondanks dat er nog geen overeenkomst met schuldhulpverlening is gesloten.

Rechtbank Rotterdam schorst de ontruiming van de huurwoning van verzoeker voor zes maanden, onder voorwaarden, vanwege zijn financiële situatie en opstart van budgetbeheer.

De rechtbank schorst de ontruiming van de huurwoning van verzoekster voor zes maanden, zodat zij een minnelijke schuldregeling kan treffen, en verklaart haar niet-ontvankelijk in het verzoek tot schuldsanering.

Verzoek om moratorium afgewezen wegens onvoldoende aannemelijkheid van huurbetalingen en verstoorde huurovereenkomst. Proceskostenveroordeling afgewezen.

De rechtbank weigert de tussentijdse beëindiging van de schuldsaneringsregeling, omdat de schuldenaar ontheven is van de arbeidsverplichting en de tekortkoming in de informatieverplichting is hersteld.

De rechtbank beëindigt de schuldsaneringsregeling van schuldenaren wegens niet-nakoming van verplichtingen, waaronder informatie- en sollicitatieverplichtingen.

De rechtbank beëindigt de schuldsaneringsregeling van de schuldenares wegens tekortkomingen in haar informatie- en sollicitatieverplichtingen.

Rechtbank Rotterdam dwingt CJIB om in te stemmen met schuldregeling van verzoekster, die door meerderheid van schuldeisers is goedgekeurd.

Verzoekers in faillissement krijgen de kans om aan te tonen dat zij de ingangsdatum van hun levensverzekering kunnen aanpassen en inzicht te geven in de besteding van het kapitaal.

De rechtbank vernietigt de faillissementsverklaring van de opposant en wijst het verzoek tot uitvoerbaar bij voorraad af, met vaststelling van de kosten voor de curator.

De rechtbank beëindigt de schuldsaneringsregeling van de schuldenares wegens schending van informatieverplichtingen en ontstaan van nieuwe schulden.

Rechtbank Rotterdam verklaart verzoeker niet-ontvankelijk in verzoek tot opheffing faillissement en toepassing schuldsaneringsregeling op 29 september 2015.

Rechtbank Rotterdam verleent schone lei aan schuldenares ondanks nieuwe schuld aan de Belastingdienst, gezien voldoende financiële ruimte voor aflossing.

De rechtbank weigert de tussentijdse beëindiging van de schuldsaneringsregeling en verlengt de looptijd met een jaar, ondanks schending van inlichtingenverplichting door schuldenaren.

De rechtbank wijst het verzoek tot opheffing van het faillissement en toepassing van de schuldsaneringsregeling af wegens onvoldoende goede trouw van de verzoeker.

Verzoekers zijn niet-ontvankelijk verklaard in hun verzoek om moratorium op grond van artikel 287b Fw wegens ontbrekende bewijsstukken.

De rechtbank beëindigt de schuldsaneringsregeling wegens nieuwe schulden en schending van de inlichtingenplicht, met een vergoeding voor de bewindvoerder van € 1.791,16.

De rechtbank verklaart de verweerder failliet en benoemt een curator, na vaststelling van pluraliteit van schuldeisers en opeisbare vorderingen in de faillissementen van twee B.V.'s.

Rechtbank Rotterdam beveelt UWV in te stemmen met schuldregeling verzoekster, ondanks weigering. UWV veroordeeld in kosten, verzoek tot schuldsaneringsregeling afgewezen.

De rechtbank heeft het verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling afgewezen wegens niet voldoen aan betalingsverplichtingen en gebrek aan schuldsaneringsgezindheid.

De rechtbank verklaart verzoekster niet-ontvankelijk in haar verzoek om tussentijdse beëindiging van de schuldsaneringsregeling, omdat het verzoek niet door een advocaat is ondertekend.

De rechtbank heeft het faillissementsverzoek van een besloten vennootschap afgewezen wegens gebrek aan baten en het risico van misbruik van bevoegdheid.

De Rechtbank Rotterdam wijst het verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling af, omdat de verzoeker niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij te goeder trouw is geweest in de afgelopen vijf jaar.

De rechtbank vernietigt de faillietverklaring van JUVI B.V. en verklaart het verzet gegrond, omdat er geen baten zijn voor de crediteuren. [betrokkene] wordt veroordeeld in de kosten van de procedure.

Rechtbank Rotterdam wijst verzoek crediteur af om bij te wonen bij de behandeling van het schuldsaneringsverzoek van de schuldenaar, ter bescherming van diens privacy.

De rechtbank verklaart het verzet van HEIJMERIKS ADVOCATEN B.V. niet-ontvankelijk en bekrachtigt de faillietverklaring van LEDET TRADING B.V. Opposant 1 wordt in de kosten van het geding veroordeeld.

De Rechtbank Rotterdam heeft op 11 juli 2013 het verzoek tot faillietverklaring op eigen aangifte afgewezen, omdat de aangever niet aannemelijk heeft gemaakt dat er voldoende baten zijn om de kosten van het faillissement te dekken.

De rechtbank heeft de schuldsaneringsregeling van de schuldenaar verlengd met zes maanden, ondanks eerdere tekortkomingen in het nakomen van sollicitatieverplichtingen.

De rechtbank oordeelt dat er een koopovereenkomst is gesloten tussen de curator van AZ Zorg B.V. en de gedaagden, die deze niet zijn nagekomen. De gedaagden worden veroordeeld tot schadevergoeding aan de boedel van € 34.498,80.

De Rechtbank Rotterdam heeft op 15 september 2011 het verzoek tot faillietverklaring van een openbare maatschap afgewezen, omdat niet is gebleken van betalingsonmacht.

De rechtbank oordeelt dat DNB de vergoedingen aan [A] en [B] correct heeft vastgesteld op basis van het depositogarantiestelsel. Het beroep van [B] is ongegrond, terwijl het beroep van [A] gegrond is, en DNB wordt veroordeeld in de proceskosten.

Eisers [A] en [B] betwisten de vergoedingen van DNB uit het depositogarantiestelsel na faillissement van DSB Bank. De rechtbank oordeelt dat DNB de wet correct heeft toegepast en verklaart de beroepen van eisers ongegrond.

De rechtbank Rotterdam oordeelt dat DNB de vergoedingen uit het depositogarantiestelsel correct heeft toegewezen aan [A] en [B] na het faillissement van DSB Bank. Het beroep van [B] is ongegrond.

Rechtbank Rotterdam bevestigt boete van € 24.000,- aan [A] B.V. voor bemiddelen in beleggingsobjecten zonder vergunning, maar vernietigt publicatiebesluit.

Rechtbank Rotterdam oordeelt dat [Bedrijfsnaam 1] een boete van € 24.000,- heeft gekregen van AFM voor het niet tijdig openbaarmaken van koersgevoelige informatie. De rechtbank bevestigt de boete, maar vernietigt de beslissing tot vroegtijdige publicatie.

Rechtbank Rotterdam vernietigt boetes van AFM voor [Bedrijfsnaam 1] wegens overtredingen van de Wft, boetes verlaagd van € 192.000,- naar € 96.000,-.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de terugvordering van WAO-uitkering en oplegging van boete wegens schending van de inlichtingenverplichting.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat betrokkene geen recht heeft op WIA-uitkering vanwege minder dan 35% arbeidsongeschiktheid. Uwv moet nader onderzoek doen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de arbeidsongeschiktheid van appellante op 35-45% en oordeelt dat het verzekeringsgeneeskundig onderzoek zorgvuldig was.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank over de herziening van de WAO-uitkering van appellant en oordeelt dat het verzekeringsgeneeskundig onderzoek zorgvuldig is uitgevoerd.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de WAO-uitkering van appellante, oordelend dat het verzekeringsgeneeskundig onderzoek zorgvuldig is uitgevoerd en de geselecteerde functies haar belastbaarheid niet overschrijden.

Hoger beroep van appellante tegen de weigering van een WAO-uitkering. De Centrale Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat de medische beoordeling door het Uwv correct was.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellant geen recht heeft op WIA-uitkering; voldoende medische en arbeidskundige grondslag vastgesteld.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat appellante geen recht heeft op WIA-uitkering wegens minder dan 35% arbeidsongeschiktheid en heropent het onderzoek voor schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellant geen recht heeft op WIA-uitkering wegens minder dan 35% arbeidsongeschiktheid. Verzekeringsgeneeskundig onderzoek is zorgvuldig uitgevoerd.

Hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard; verzoek om schadevergoeding afgewezen. Vertraging procedure volledig toe te rekenen aan appellante.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WIA-uitkering van appellant, oordeelt dat de medische beoordeling zorgvuldig is en wijst verzoek om onafhankelijk deskundige af. Uwv wordt veroordeeld in proceskosten.

De Centrale Raad van Beroep heeft de weigering van de WAO-uitkering aan de erven van de betrokkene bevestigd, omdat deze geschikt werd geacht voor zijn eigen werk per 23 januari 1992. De eerdere uitspraak van de rechtbank werd vernietigd.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de Wajong-uitkering van appellant, oordelend dat de medische grondslag zorgvuldig is en dat de functies geschikt zijn voor appellant.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellante, oordelend dat het Uwv haar belastbaarheid niet heeft overschat en de functies medisch geschikt zijn.

Centrale Raad bevestigt intrekking WAO-uitkering wegens minder dan 15% arbeidsongeschiktheid; geen nieuwe medische feiten die tot ander oordeel leiden.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de WAO-uitkering van appellant na zorgvuldig medisch onderzoek en oordeelt dat de FML correct is vastgesteld.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van de WAO-uitkering aan appellant, omdat hij onvoldoende medische gegevens heeft overgelegd die zijn arbeidsongeschiktheid in de relevante periode onderbouwen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de WAO-beoordeling van het Uwv, geen urenbeperking voor appellant, medische beperkingen zijn juist vastgesteld.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellante, oordeelt dat zij in staat was tot het verrichten van de werkzaamheden en onderschrijft de medische beoordeling door het Uwv.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank wegens schending van de goede procesorde en bevestigt de weigering van de WIA-uitkering, met inachtneming van de rechtsgevolgen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de WAO-uitkering van appellant, oordelend dat voldoende rekening is gehouden met medische en arbeidskundige grondslagen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de WAO-schatting van het Uwv en oordeelt dat appellant geschikt is voor algemeen geaccepteerde arbeid op opleidingsniveau 2 en 5.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het medisch onderzoek door het Uwv niet zorgvuldig is uitgevoerd, maar laat de rechtsgevolgen van het besluit in stand. De gezondheidstoestand van appellante is niet onjuist ingeschat en de geduide functies zijn passend.

De Centrale Raad van Beroep herroept de herziening van de WAO-uitkering van appellante en stelt deze vast op 80 tot 100% per 7 december 2003, na deskundigenonderzoek.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellante, oordelend dat de medische en arbeidskundige grondslagen van het besluit juist zijn.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de WAO-uitkering van de werkneemster, gebaseerd op het oordeel van een onafhankelijke deskundige.

Centrale Raad van Beroep bevestigt eerdere uitspraken over WAO-uitkering en maatmaninkomen, oordeelt dat het feitelijk genoten loon uitgangspunt is en dat de loonsverhoging nooit is betaald.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van de WIA-uitkering aan appellant, oordelend dat de medische en arbeidskundige beoordelingen adequaat zijn uitgevoerd.

Hoger beroep over WGA-uitkering en medische urenbeperking. Raad oordeelt dat Uwv belastbaarheid appellante heeft overschat en vernietigt eerdere besluiten.

De Raad vernietigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep ongegrond, waarbij de intrekking van de WAO-uitkering van appellante wordt gehandhaafd. Het Uwv wordt veroordeeld in de proceskosten van appellante.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van de WIA-uitkering aan appellante, o.b.v. medische beoordeling en arbeidsongeschiktheid, en verklaart het hoger beroep ongegrond.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de terugvordering van loonheffing op vakantiegeld door het Uwv, ondanks dat appellante geen te veel bruto uitkering heeft ontvangen.

Hoger beroep over intrekking WAO-uitkering. Raad bevestigt eerdere uitspraak, geen nieuwe medische feiten, voldoende onderbouwing van beperkingen.

Hoger beroep over de ontvankelijkheid van bezwaar tegen toerekeningsbesluit en overgang van onderneming in WAO-zaak. Uwv moet uitgebreider onderzoek doen naar feiten en omstandigheden.

Hoger beroep over intrekking WAO-uitkering. Centrale Raad bevestigt medische onderbouwing en geschiktheid functies. Uwv veroordeeld tot proceskosten en vergoeding griffierecht.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellant en oordeelt dat het bezwaar niet-ontvankelijk is wegens termijnoverschrijding.

Centrale Raad van Beroep bevestigt terugvordering van WAO-uitkering van appellant wegens werkzaamheden als krantendistributeur. Appellant's gezinssituatie biedt geen dringende reden om van terugvordering af te zien.

De Centrale Raad van Beroep wijst het verzoek om herziening van een eerdere WAO-uitspraak af, omdat er geen nieuwe feiten of omstandigheden zijn die herziening rechtvaardigen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellant geen recht heeft op WAO-uitkering; medische beoordeling door Uwv is zorgvuldig en correct.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en oordeelt dat terugvordering van Ziektewetuitkering terecht is. Uwv moet alsnog beslissen op bezwaar tegen afwijzing kwijtschelding.

Appellante heeft geen recht op WIA-uitkering; medische en arbeidskundige grondslag zijn voldoende. De Centrale Raad bevestigt de eerdere uitspraak van de rechtbank.

Hoger beroep over WIA-uitkering en terugvordering van voorschotten. Appellante heeft geen recht op WIA-uitkering per einde wachttijd. Terugvordering door Uwv is gerechtvaardigd. Aangevallen uitspraak wordt bevestigd.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak inzake arbeidsongeschiktheid en veroordeelt Uwv tot vergoeding van proceskosten en griffierecht.

Hoger beroep van [Appellante B.V.] tegen verhaalsbesluit Uwv over WAO-uitkering. Centrale Raad bevestigt dat appellante als eigen risicodrager verplicht was uitkering te betalen, maar dit niet deed.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat [betrokkene] geen recht heeft op terugwerkende kracht van de toeslag. Hoger beroep van Uwv slaagt, uitspraak rechtbank vernietigd.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAZ-uitkering van appellante, oordelend dat er geen medische noodzaak is voor een urenbeperking na oncologische behandeling.

Hoger beroep van appellante tegen intrekking WAJONG-uitkering. Raad bevestigt eerdere uitspraak, geen medische afwijkingen gevonden.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellante geen dienstbetrekking had en dat de WAO-uitkering terecht is teruggevorderd door het Uwv.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank en wijst het hoger beroep van appellante af inzake de herziening van haar WAO-uitkering en de vraag naar een urenbeperking.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat bezwaar tegen intrekking WAO-uitkering niet-ontvankelijk is en terugvordering door Uwv terecht is.

Centrale Raad van Beroep oordeelt over WGA-uitkering en proceskostenveroordeling. Appellant is voor 80-100% arbeidsongeschikt verklaard. Uwv moet wettelijke rente en proceskosten vergoeden.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat de WIA-uitkering van betrokkene ten onrechte is geweigerd op basis van onvoldoende gemotiveerde psychische klachten.

Hoger beroep van [naam B.V.] tegen afwijzing aanvraag terugkeer naar publiek bestel door Uwv. Raad bevestigt dat appellante niet voldeed aan 10%-norm en dat beleid consistent is toegepast.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de terugvordering van een onverschuldigd betaalde WAO-uitkering door het Uwv is verjaard, omdat het besluit na de verjaringstermijn werd genomen. De Raad vernietigt de eerdere uitspraak en herroept het besluit van 2 augustus 2006.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat het besluit van het Uwv tot herziening van de WAO-uitkering van betrokkene geen voldoende medische grondslag heeft.

Centrale Raad van Beroep vernietigt het bestreden besluit van het Uwv inzake de WAO-uitkering van appellante, oordeelt dat een urenbeperking noodzakelijk is en kent schadevergoeding toe.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellante, oordelend dat haar beperkingen niet zodanig zijn dat zij niet kan werken.

De Raad oordeelt dat de verjaring van de terugvordering van WAO-uitkering niet is gestuit door de stuitingsbrief, die niet op de juiste wijze was verzonden. De rechtsvordering is verjaard en het terugvorderingsbesluit wordt herroepen.

Hoger beroep van appellant tegen niet-ontvankelijk verklaring van beroep inzake WAJONG-uitkering. De Raad bevestigt eerdere uitspraken en oordeelt dat het Uwv niet bevoegd was om op bezwaar te beslissen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van een Wajong-uitkering aan appellante, die op haar zeventiende verjaardag geen ingezetene was in Nederland.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de WAO-uitkering van appellante, die niet in staat werd geacht tot arbeid, op basis van deskundigenadvies.

Hoger beroep van appellant tegen de weigering van een WIA-uitkering. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat het medisch onderzoek zorgvuldig was en appellant geschikt is voor zijn werk als goudsmid.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de herziening van de WAO-uitkering van betrokkene voldoende is gemotiveerd, ondanks zijn weigering om mee te werken aan medische onderzoeken. De eerdere uitspraak van de rechtbank wordt vernietigd.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellante als eigen risicodrager verplicht was de WAO-uitkering aan de werknemer te betalen en dat het Uwv deze kosten op haar mocht verhalen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering WIA-uitkering; medische grondslag en arbeidsongeschiktheid zijn juist beoordeeld.

De Centrale Raad van Beroep herzien de WAO-uitkering van appellante na behandeling van borstkanker en blijvende moeheidsklachten. De Raad oordeelt dat de klachten reëel zijn en dat appellante beperkt is in haar arbeidsduur.

Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep ongegrond, maar laat het bestreden besluit in stand. Uwv wordt veroordeeld in proceskosten van appellant.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellante, die minder dan 15% arbeidsongeschikt wordt geacht, na zorgvuldig medisch onderzoek door het Uwv.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellant, oordelend dat er onvoldoende bewijs is voor de aanwezigheid van psychische klachten op de relevante datum.

Hoger beroep van appellante tegen intrekking WAO-uitkering. De Raad bevestigt eerdere uitspraak, geen medische onderbouwing voor beperkingen. Geschiktheid functies niet in twijfel getrokken.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank over de herziening van de WAO-uitkering van appellante, waarbij de medische belastbaarheid niet geobjectiveerd kon worden.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van de Wajong-uitkering aan appellante, omdat er geen medische redenen zijn voor meer beperkingen dan door het Uwv vastgesteld.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking en terugvordering van de WAO-uitkering van appellant wegens verzwegen inkomsten uit arbeid. Appellant had bewust informatie achtergehouden, wat leidde tot onterecht ontvangen uitkeringen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de toerekening van WAO-uitkeringen aan een werkgever na de overgang van onderneming en wijst het hoger beroep van appellante af.

Hoger beroep over herziening WAO-uitkering. Raad bevestigt eerdere uitspraak, geen aanleiding voor psychiatrisch onderzoek.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellant, oordelend dat het medisch onderzoek door het Uwv zorgvuldig was en de geduide functies passend zijn.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de WAO-uitkering van appellante, oordelend dat de medische rapporten voldoende zijn en de geduide functies passend zijn.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank over de toekenning van een loongerelateerde WGA-uitkering aan appellante, die bezwaar maakte tegen de re-integratievisie. Het hoger beroep wordt afgewezen.

De Raad bevestigt de terugvordering van onverschuldigd betaalde WAZ-uitkeringen aan appellant, die geen tijdig bezwaar heeft gemaakt tegen eerdere besluiten van het Uwv.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van WIA-uitkering aan appellante op basis van voldoende medische en arbeidskundige grondslagen.

Centrale Raad van Beroep vernietigt uitspraak rechtbank Amsterdam over WIA-uitkering; Uwv moet nieuw besluit nemen na herbeoordeling van appellantes belastbaarheid.

Centrale Raad van Beroep verklaart bezwaar tegen WAO-toekenningsbesluit niet-ontvankelijk wegens termijnoverschrijding. Appellante was op de hoogte van het besluit en had eerder geen bezwaar gemaakt.

Appellante B.V. heeft hoger beroep ingesteld tegen de berekening van de wachttijd WAO en de tenaamstelling. De Raad bevestigt dat bevallingsverlof niet meetelt voor de wachttijd en vernietigt het besluit van het Uwv wegens onzorgvuldigheid.

Hoger beroep over WAO-uitkering van appellant; Raad vernietigt eerdere uitspraak en oordeelt dat functies niet passend zijn. Uwv moet nieuw besluit nemen en vergoedt proceskosten van € 1.288,-.

Centrale Raad van Beroep verklaart beroep appellante niet-ontvankelijk wegens gebrek aan actueel procesbelang; vernietigt eerdere uitspraak en veroordeelt Uwv in proceskosten.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de toekenning van een WGA-uitkering aan appellant, met een arbeidsongeschiktheidspercentage van 55,60%, en wijst het verzoek om schadevergoeding af.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de terugvordering van onverschuldigd betaalde voorschotten op een WIA-uitkering, omdat de gronden van appellant niet relevant zijn voor het bestreden besluit.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak rechtbank en verklaart beroep ongegrond in zaak over arbeidsongeschiktheid en WAO-uitkering.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere besluiten van het Uwv over arbeidsongeschiktheid van werkneemster en oordeelt dat onvoldoende onderzoek is gedaan.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellante als eigen risicodrager WAO verantwoordelijk is voor uitkeringen na faillissement van overgenomen onderneming. Hoger beroep afgewezen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt uitspraak rechtbank Zutphen over anticumulatiebepalingen in WAO voor eigen risicodrager.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing schadevergoeding door Uwv na overschrijding beslistermijn, geen causaal verband met schade vastgesteld.

Centrale Raad van Beroep vernietigt het besluit van het Uwv tot herziening van de WAO-uitkering wegens onvoldoende medische grondslag en onvoldoende rekening houden met concentratieproblemen. Schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn wordt heropend.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de terugvordering van WAO- en WAZ-uitkeringen van appellant door het Uwv, zonder dringende redenen om van terugvordering af te zien.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de terugvordering van onverschuldigd betaalde WAO- en WAZ-uitkeringen aan appellant, zonder dringende redenen om hiervan af te zien.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de WAO-uitkering van appellant, oordelend dat de deskundige voldoende gemotiveerd heeft dat er geen duurbeperking nodig is. Hoger beroep ongegrond verklaard.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de WAO-uitkering van appellant naar 55-65% arbeidsongeschiktheid, gebaseerd op medische grondslagen en rapporten van deskundigen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat appellante als eigen risicodrager verplicht was de WAO-uitkering te betalen en deze te verhalen op appellante. Er zijn geen bijzondere omstandigheden die een afwijking van dwingend recht rechtvaardigen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellant geen recht heeft op herziening van zijn WAO-uitkering. De rechtbank oordeelde dat de mate van arbeidsongeschiktheid correct was vastgesteld en er geen overschrijding van de redelijke termijn was.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de WAO-uitkering van appellant, oordeelt dat medische beoordeling zorgvuldig was en dat appellant in staat was tot de werkzaamheden.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing Wajong-uitkering en verhoging WAO-uitkering, maar oordeelt dat Uwv ook AAW had moeten toetsen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van de WIA-uitkering aan appellant, o.b.v. medische onderbouwing en arbeidsongeschiktheid.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de weigering van de WIA-uitkering aan appellante terecht was, maar vernietigt het besluit wegens een gebrek aan arbeidskundige motivering. De rechtsgevolgen blijven in stand en het Uwv wordt veroordeeld in de proceskosten.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing WIA-aanvraag; voldoende medische en arbeidskundige grondslag vastgesteld.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt over de herziening van de WAO-uitkering van appellant en bevestigt de aanpassing van de FML door het Uwv, waarbij de geschiktheid van functies wordt vastgesteld.

Hoger beroep over terugvordering WAO-uitkering wegens niet-gemelde inkomsten. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat appellant zijn inlichtingenverplichting heeft geschonden.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van WIA-uitkering aan appellante, omdat haar arbeidsongeschiktheid onder de 35% ligt. Voldoende onderzoek en motivering door verzekeringsartsen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van het Uwv om de WAO-uitkering van appellante te verhogen, omdat onvoldoende medische onderbouwing is aangetoond voor geregelde verzorging.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking en verlaging van de WAO-uitkering van appellante, oordelend dat medische gegevens geen steun bieden voor haar stelling dat haar belastbaarheid is overschat.

Centrale Raad van Beroep bevestigt niet-ontvankelijk verklaring bezwaar Uwv inzake WIA-uitkering. Termijnoverschrijding niet verschoonbaar, geen strijd met goede procesorde.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de WAO-uitkering van appellant, oordelend dat er voldoende medische grondslag is voor de vastgestelde belastbaarheid.

Hoger beroep over Wajong-uitkering en proceskostenvergoeding. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat de rechtshulp door de vader van appellant niet als beroepsmatige rechtsbijstand wordt aangemerkt.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van de WIA-uitkering aan appellant, o.b.v. medische beoordelingen door verzekeringsartsen. Geen overschatting van belastbaarheid vastgesteld.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellante na zorgvuldig medisch onderzoek en oordeelt dat de aangeboden functies passend zijn.

Hoger beroep over korting op WAO-uitkering en terugvordering na herberekening maatmaninkomen. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak van de rechtbank.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van een WIA-uitkering aan appellante, die minder dan 35% arbeidsongeschikt werd bevonden na medisch onderzoek.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de toekenning van een WIA-uitkering aan een werknemer, oordeelt dat de medische grondslag voldoende is en wijst verzoek om dvd's af.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en oordeelt dat Uwv opnieuw moet beslissen over WAZ-uitkering van appellant, met proceskostenvergoeding van € 644,-.

Hoger beroep over toerekeningsbesluit WAO-uitkering. Raad bevestigt rechtmatigheid en vernietigt eerdere uitspraak rechtbank.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de WAO-uitkering van appellante en oordeelt dat het Uwv de medische beperkingen niet heeft onderschat. Het beroep tegen het besluit van 11 april 2008 wordt ongegrond verklaard.

Hoger beroep van appellant tegen de weigering van een WIA-uitkering. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat het medisch onderzoek van het Uwv zorgvuldig was en de beperkingen correct zijn vastgesteld.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van de WIA-uitkering aan appellant, o.a. wegens onvoldoende medische onderbouwing van zijn beperkingen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt terugvordering onverschuldigd betaalde toeslag en boete wegens niet tijdig doorgeven wijziging leefvorm. Geen dringende redenen voor afzien van terugvordering. Boete van € 66,- is rechtmatig.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de toekenning van een WAO-uitkering aan appellant, oordeelt dat er voldoende medische grondslag is en dat het Uwv het aangepaste Schattingsbesluit terecht heeft toegepast.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt het besluit van het Uwv inzake de WAO-uitkering van appellante wegens onvoldoende zorgvuldigheid en ondeugdelijke motivering.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellante en herroept het besluit van het Uwv, waarbij appellante recht heeft op een uitkering van 15 tot 25% arbeidsongeschiktheid.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep tegen het bestreden besluit gegrond, maar laat de rechtsgevolgen van het vernietigde besluit in stand.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt over de herziening van de WAO-uitkering van appellant met terugwerkende kracht. De Raad bevestigt dat de herziening rechtmatig is en dat appellant geen nadeel heeft ondervonden.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep gegrond, omdat het Uwv ten onrechte de beslissing van 15 januari 2007 inhoudelijk heeft heroverwogen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van de WAZ-uitkering aan appellant, omdat inkomsten uit arbeid niet in mindering mogen worden gebracht op de uitkering.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de WAO-uitkering van appellante en oordeelt dat de functies die aan de schatting ten grondslag liggen, geschikt zijn.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de Wajong-uitkering van appellante, oordelend dat de vastgestelde beperkingen en de zorgvuldigheid van de beoordeling adequaat zijn. De uitspraak van de rechtbank Arnhem wordt bevestigd.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de WAO-uitkering van appellant op 25 tot 35% en oordeelt dat de geduide functies medisch geschikt zijn. Het beroep tegen het bestreden besluit wordt ongegrond verklaard.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellant, oordeelt dat de medische en arbeidskundige geschiktheid voldoende is gemotiveerd en ziet geen aanleiding voor proceskostenveroordeling.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing immateriële schadevergoeding, heropent onderzoek naar redelijke termijn in bestuursrechtelijke procedure.

Centrale Raad van Beroep vernietigt intrekking WAO-uitkering wegens schending van artikel 7:9 Awb, maar laat rechtsgevolgen in stand. Uwv veroordeeld in proceskosten van appellant.

Hoger beroep van appellant tegen Uwv over arbeidsongeschiktheid. Besluit van 16 maart 2009 vernietigd, rechtsgevolgen blijven in stand. Uwv veroordeeld in proceskosten van € 644,- en griffierecht van € 105,- vergoed.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt het besluit van het Uwv inzake de WAO-uitkering van een werknemer, oordeelt dat de functieselectie niet inzichtelijk was en kent een schadevergoeding van € 3.500,- toe aan de werkgever.

Hoger beroep van appellante tegen intrekking WAO-uitkering afgewezen. Geen nieuw gebleken feiten of veranderde omstandigheden. Beslissing bevestigd.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de toekenning van een afkoopsom op basis van artikel 18 LOW en het invaliditeitspercentage van 40% vastgesteld door het Uwv.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellant, oordelend dat hij onder bepaalde voorwaarden weer belastbaar is voor arbeid als schoonmaker.

De Centrale Raad van Beroep herzien de WAO-uitkering van appellant, oordeelt dat de medische beoordeling correct is en vernietigt de eerdere uitspraak van de rechtbank, maar laat de rechtsgevolgen in stand.

Centrale Raad van Beroep bevestigt WAO-uitkering en medische geschiktheid voor arbeid, oordeelt dat besluit Uwv op voldoende medische en arbeidskundige grondslag berust.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellante, oordelend dat zij op de datum in geding in staat was om de aan het besluit ten grondslag gelegde functies te vervullen.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellant wegens onvoldoende motivering en draagt het Uwv op een nieuw besluit te nemen.

Centrale Raad van Beroep oordeelt over WGA-loonaanvullingsuitkering en IVA-uitkering. Besluit Uwv onvoldoende onderbouwd, nieuwe beslissing op bezwaar vereist.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de WAO-uitkering van appellant en oordeelt dat de geduide functies passend zijn. Uwv wordt veroordeeld tot vergoeding van proceskosten en wettelijke rente.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de WAO-uitkering van appellant, oordeelt dat het medisch onderzoek voldoende zorgvuldig was en dat de arbeidsongeschiktheid correct is vastgesteld op 15 tot 25%.

De Centrale Raad van Beroep rectificeert een eerdere uitspraak over de arbeidsongeschiktheidsbeoordeling door het Uwv, waarbij een fout in de wachttijd is gecorrigeerd van 52 naar 104 weken.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de WAZ-uitkering van appellant, oordelend dat de functies medisch geschikt zijn en het bestreden besluit geen onjuiste arbeidskundige grondslag heeft.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellante, oordelend dat de medische beperkingen correct zijn vastgesteld en het onderzoek zorgvuldig is uitgevoerd.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat er geen twijfel is aan de zorgvuldigheid van het medisch onderzoek door het Uwv en bevestigt de weigering van de WIA-uitkering aan appellante.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de urenbeperking in de WAO-uitkering van betrokkene terecht is vastgesteld op basis van de FML van 10 juli 2006, en vernietigt de eerdere uitspraak van de rechtbank.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAZ-uitkering van appellante, oordelend dat het Uwv zorgvuldig heeft gehandeld en de medische beperkingen goed heeft beoordeeld.

Hoger beroep van appellante tegen de weigering van een WAZ-uitkering. De Raad bevestigt dat het Uwv op juiste medische gronden heeft gehandeld en dat er geen nieuwe relevante informatie is die de eerdere beoordeling kan ondermijnen.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en herstelt WAO-uitkering van appellante naar 80-100% arbeidsongeschiktheid, na nieuwe informatie van het Uwv.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van de WAO-uitkering aan appellante en de afwijzing van haar verzoek om herziening, omdat er geen nieuwe feiten of omstandigheden zijn die de eerdere beslissing ondermijnen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAZ-uitkering van appellante, oordelend dat de medische grondslag correct is vastgesteld en dat er geen objectieve onderbouwing is voor de klachten.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellant, oordelend dat er geen medische gronden zijn voor verdergaande beperkingen.

Hoger beroep over weigering WAO-uitkering. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank, vernietigt het besluit van 29 mei 2008, maar laat rechtsgevolgen in stand. Uwv veroordeeld in proceskosten.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellante, maar laat de rechtsgevolgen in stand. Geschiktheid van functies wordt bevestigd. Uwv veroordeeld in proceskosten.

Rechtbank Rotterdam bevestigt afwijzing vergunningaanvraag Select Financiële Diensten v.o.f. door AFM wegens onbetrouwbaarheid beleidsbepaler [X].

De Centrale Raad van Beroep bevestigt dat een eigen risicodrager onder de WAO verplicht is om de WAO-uitkering aan de werkneemster te betalen, ook voor uitkeringen die zijn ingegaan voordat de werkgever eigen risicodrager werd.

Hoger beroep over de verantwoordelijkheid van een eigen risicodrager onder de WAO voor de betaling van een uitkering aan een (ex-)werkneemster. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat de grieven van appellante niet aan de orde kunnen komen.

Hoger beroep over intrekking WAO-uitkering. Raad bevestigt dat medische beoordelingen door Uwv zorgvuldig zijn uitgevoerd. Hoger beroep slaagt niet.

Hoger beroep van appellante tegen de weigering van een WIA-uitkering. De Raad bevestigt dat het medisch onderzoek zorgvuldig was en dat de vastgestelde beperkingen juist zijn.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van de WGA-uitkering aan appellant op basis van voldoende medische grondslag en geschiktheid van functies, ondanks zijn klachten.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellante, o.b.v. voldoende medische en arbeidskundige grondslagen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de WAO-uitkering van appellant, die niet kan voldoen aan de opleidingseisen voor de functies die hem zijn voorgehouden. Appellant is in staat om de functies Chauffeur personenbusje, Monteur 1 en Elektronica monteur uit te oefenen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank over de korting en intrekking van de WAO-uitkering van appellant, gebaseerd op fluctuaties in zijn inkomsten.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellante na herbeoordeling, oordeelt dat het medisch onderzoek zorgvuldig was en verklaart het beroep ongegrond.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking WAO-uitkering van appellant; geen onzorgvuldig medisch onderzoek aangetoond.

Hoger beroep over herziening WAO-uitkering. Raad oordeelt dat medische gegevens voldoende zijn en bevestigt de uitspraak van de rechtbank.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Uwv onzorgvuldig heeft gehandeld in WAO-zaak en bevestigt eerdere uitspraak van de rechtbank, met opdracht tot nieuw besluit op bezwaar.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Uwv voldoende zorgvuldig onderzoek heeft gedaan naar de herziening van de WAZ-uitkering van appellant. Het bestreden besluit wordt vernietigd, maar de rechtsgevolgen blijven in stand. Uwv wordt veroordeeld in proceskosten.

De Raad oordeelt dat de herziening van de WAO-uitkering van appellant correct was, ondanks zijn bezwaren over medische inschattingen. De rechtsgevolgen van het vernietigde besluit blijven in stand.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van de WIA-uitkering en de toekenning van de WAZ-uitkering aan appellant, met als uitgangspunt de door hem opgegeven datum van arbeidsongeschiktheid.

Hoger beroep van appellante tegen voortzetting WAO-uitkering. Centrale Raad bevestigt medische grondslag Uwv en verklaart beroep ongegrond.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van WAO-uitkering aan appellant, die als uitvoerder werd aangemerkt, ondanks zijn beroep op stratenmakerfunctie.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Uwv onvoldoende onderbouwing heeft gegeven voor de beperkingen in de WAO-uitkering van een werkneemster en vernietigt het eerdere besluit.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellant, oordelend dat hij geschikt is voor zijn maatmanarbeid en dat er geen onzorgvuldig medisch onderzoek heeft plaatsgevonden.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellant, oordelend dat hij minder dan 15% arbeidsongeschikt is en geschikt voor zijn eigen werk.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering WIA-uitkering; medische geschiktheid en urenbeperking zijn leidend.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt de weigering van de Wajong-uitkering aan appellant en oordeelt dat het Uwv opnieuw op het bezwaar moet beslissen, met inachtneming van de uitspraak.

Centrale Raad bevestigt de mate van arbeidsongeschiktheid van appellant en oordeelt dat de functie machinaal metaalbewerker geschikt is, ondanks de medische bezwaren van appellant.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de WAO-schatting van appellant, oordeelt dat hij geschikt is voor arbeid en dat de eerdere uitspraak van de rechtbank in stand blijft.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de intrekking van de WAO-uitkering van appellante niet op een deugdelijke medische grondslag berustte en vernietigt de eerdere uitspraak.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de toekenning van de WGA-uitkering aan appellant en oordeelt dat de bezwaar- en beroepsprocedures niet onredelijk lang waren. De claims van partijdigheid en ongelijke behandeling worden verworpen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de terugvordering van WAO-uitkering door het Uwv en oordeelt dat er geen dringende redenen zijn om van terugvordering af te zien. De berekening van de aflossingscapaciteit is correct uitgevoerd.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt de herziening van de WAO-uitkering van appellant, oordeelt dat de functie portier niet passend is en verplicht het Uwv om opnieuw te beslissen.

Centrale Raad van Beroep vernietigt besluit Uwv over WAO-uitkering, herroept eerder besluit en kent schadevergoeding toe wegens vertraagde uitbetaling.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellant per 1 januari 2007, oordelend dat het UWV voldoende rekening heeft gehouden met zijn medische situatie en dat de intrekking op zorgvuldige wijze is voorbereid.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAZ-uitkering van betrokkene, ondanks vernietiging van het besluit door de rechtbank, en laat de rechtsgevolgen in stand.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank over de herziening van de WAZ-uitkering van appellant en oordeelt dat er geen sprake is van ongerechtvaardigde ongelijke behandeling.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt over de toekenning van een WAZ-uitkering aan een zelfstandig ondernemer en de causaliteitseisen tussen eerdere en latere arbeidsongeschiktheid. De eerdere uitspraak wordt vernietigd en het beroep van betrokkene gegrond verklaard.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat betrokkene voldoet aan de opleidingseis voor de functies die aan de WAO-schatting ten grondslag liggen.

Hoger beroep over intrekking WAO-uitkering. De Raad bevestigt dat het bestreden besluit op een ondeugdelijke medische grondslag is gebaseerd en veroordeelt appellant in proceskosten van € 644,-.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van het Uwv om appellant een Wajong-uitkering toe te kennen, omdat er geen nieuwe feiten zijn die het omzettingsbesluit van AAW naar WAZ rechtvaardigen.

Hoger beroep van appellant tegen Uwv over WAZ-uitkering. Centrale Raad oordeelt dat redelijke termijn is overschreden en verhoogt schadevergoeding naar € 2.500,-. Rechtsgevolgen van vernietigd besluit blijven in stand.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de intrekking van de WAO-uitkering van appellant terecht was, maar dat de redelijke termijn in de procedure met twee jaar en vier maanden is overschreden, wat leidt tot een schadevergoeding van € 2.500,-.

Centrale Raad van Beroep wijst verzoek om herziening af inzake WAO-uitkering; geen nieuwe feiten of omstandigheden aangetoond.

Hoger beroep over herziening WAO-uitkering. Appellant's bezwaren tegen de intrekking van zijn uitkering werden ongegrond verklaard. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de WAO-uitkering van appellante, oordelend dat het Uwv haar beperkingen correct heeft vastgesteld en geen aanleiding ziet voor een urenbeperking.

Hoger beroep van appellante tegen afwijzing Wajong-uitkering. Raad bevestigt eerdere uitspraak, voldoende medische grondslag en geen nieuwe gegevens.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking en terugvordering van een toeslag door het Uwv, ondanks de psychische klachten van appellant. Er zijn geen dringende redenen om van terugvordering af te zien.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de WAO-uitkering van appellant, oordelend dat het medisch onderzoek zorgvuldig was en geen aanwijzingen voor grotere beperkingen vertoonde.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de WAO-uitkering van appellante, oordelend dat de medische beoordeling door het Uwv correct was en dat appellante in staat was tot de geselecteerde functies.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep van betrokkene ongegrond, omdat er geen bewijs is voor concentratieproblemen die de herziening van de WAO-uitkering onderbouwen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de Wajong-uitkering van appellante en oordeelt dat zij geschikt is voor lichte arbeid op parttime basis.

Centrale Raad van Beroep bevestigt geschiktheid appellante voor eigen werk na ziekteverzuim. Hoger beroep niet geslaagd, medische rapporten voldoende zorgvuldig.

Hoger beroep over de juistheid van medisch onderzoek en schatting van arbeidsongeschiktheid in WAO-zaak. De Centrale Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de vernietiging van de WAO-herziening door de rechtbank, oordelend dat betrokkene in 2005 niet belastbaar was voor 20 uur per week. Uwv wordt veroordeeld in proceskosten.

Centrale Raad van Beroep bevestigt herziening WAZ-uitkering van appellant naar 55-65% en terugvordering van onverschuldigd betaalde uitkering van € 20.962,86.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellant, oordeelt dat er voldoende medische grondslag is en heropent het onderzoek voor schadevergoeding wegens mogelijke overschrijding van de redelijke termijn.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellant na zorgvuldig medisch onderzoek en verklaart het beroep tegen het besluit van 16 april 2007 ongegrond.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellante, oordelend dat zij in staat was de aan de schatting ten grondslag gelegde functies te vervullen.

Centrale Raad van Beroep oordeelt over WAO-uitkering en medische beoordeling. Beroep ongegrond verklaard en eerdere uitspraak vernietigd.

Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank Roermond en verklaart het beroep ongegrond, omdat het medisch onderzoek door de bezwaarverzekeringsarts het gebrek in de primaire beoordeling herstelde.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de WAO-uitkering van appellant naar 45-55% en oordeelt dat medische beperkingen niet zijn onderschat.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt over de intrekking van de WAO-uitkering van appellant, waarbij de medische grondslag zorgvuldig is onderzocht. De Raad vernietigt de eerdere uitspraak voor zover de rechtsgevolgen in stand zijn gelaten.

Hoger beroep over intrekking WAO-uitkering wegens minder dan 15% arbeidsongeschiktheid. Raad vernietigt besluit Uwv en oordeelt dat functies niet passend zijn.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van WAO-uitkering aan betrokkene op basis van medische beoordeling door deskundige, ondanks hoger beroep van UWV.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt over de herziening van de WAO-uitkering van betrokkene en bevestigt de vernietiging van het bestreden besluit, maar laat de rechtsgevolgen in stand. Uwv wordt veroordeeld in proceskosten.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van een werknemer, oordelend dat het Uwv terecht de internationale vrachtwagenchauffeur als maatman heeft aangemerkt.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Assen over de intrekking van de WAO-uitkering van appellant, waarbij de arbeidskundige grondslag voldoende gemotiveerd is bevonden.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van WAO-uitkering van appellante. Medische rapporten en deskundigenonderzoek wijzen op adequate beoordeling van beperkingen. Hoger beroep ongegrond verklaard.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de WAO-uitkering van appellante van 80-100% naar 65-80% en oordeelt dat de geselecteerde functies geschikt zijn.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellante wegens ondeugdelijke medische en arbeidskundige grondslagen, en draagt het Uwv op een nieuw besluit te nemen.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt de weigering van het Uwv om appellant een WIA-uitkering toe te kennen, maar laat de rechtsgevolgen in stand. Proceskosten worden vergoed.

De Raad vernietigt de intrekking van de WAJONG-uitkering van appellant, een TBS-patiënt, en oordeelt dat het Uwv onvoldoende heeft aangetoond dat begeleiding door een jobcoach effectief zou zijn.

Hoger beroep over weigering WIA-uitkering na ziekmelding. Raad bevestigt eerdere uitspraak, oordeelt dat medisch onderzoek zorgvuldig was en beperkingen correct zijn vastgesteld.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van de WIA-uitkering aan de appellant, oordelend dat het verzekeringsgeneeskundig onderzoek zorgvuldig was en de medische beperkingen correct zijn vastgesteld.

Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep ongegrond, omdat onvoldoende bewijs is voor volledige en duurzame arbeidsongeschiktheid.

Hoger beroep over intrekking WAO-uitkering. De Raad bevestigt dat appellant voldoende duurzaam benutbare mogelijkheden heeft, ondanks zijn klachten. De eerdere uitspraak van de rechtbank wordt bevestigd.

Hoger beroep over WAO-uitkering en eigenrisicodragerschap. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en legt de verantwoordelijkheden van eigenrisicodragers vast.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van het Uwv om de WAO-uitkering van appellant te heropenen, vanwege niet-nakoming van inlichtingenverplichting en termijnoverschrijding bij bezwaar.

Hoger beroep over intrekking WAO-uitkering van betrokkene met agorafobie. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat medische beperkingen onvoldoende zijn vastgesteld.

Hoger beroep over weigering WAZ-uitkering. Centrale Raad bevestigt dat Uwv correct heeft vastgesteld dat appellant minder dan 25% arbeidsongeschikt is. Hoger beroep afgewezen.

De Centrale Raad van Beroep heeft op 10 april 2009 het Uwv veroordeeld tot betaling van € 644,- aan appellante voor gemaakte kosten in hoger beroep, na intrekking van het beroep.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking WAO-uitkering na herbeoordeling. Appellante's beperkingen zijn correct vastgesteld; geen nieuwe medische gegevens die eerdere conclusies ondermijnen.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat de intrekking van de WAO-uitkering van betrokkene terecht is, omdat de arbeidskundige beoordeling voldoende inzichtelijk is.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Uwv aansprakelijk is voor overschrijding van de redelijke termijn in een WAO-zaak, en kent appellant € 1.000,- schadevergoeding toe.

Hoger beroep over intrekking WAO-uitkering. Geen onzorgvuldig onderzoek, appellante geschikt voor eigen werk. Hoger beroep afgewezen.

Hoger beroep van appellante tegen herziening WAO-uitkering. Centrale Raad vernietigt eerdere uitspraak en besluit van Uwv vanwege onvoldoende motivering arbeidskundige beoordeling. Taalvaardigheid speelt rol in geschiktheid voor arbeid.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellante, o.a. omdat het medisch onderzoek van het Uwv niet onzorgvuldig was en geen nieuwe medische informatie is ingediend.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellant, oordelend dat zijn belastbaarheid correct is vastgesteld en er geen nieuwe informatie is die deze beoordeling kan ondermijnen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep van de Ghanaese appellante tegen het besluit van het Uwv ongegrond, met betrekking tot haar WAO-uitkering.

Hoger beroep over de toepassing van artikel 18 WAO. De Centrale Raad van Beroep vernietigt het besluit van het Uwv en oordeelt dat er onvoldoende onderzoek is gedaan naar de arbeidsongeschiktheid bij aanvang van de verzekering.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellante, maar handhaaft de rechtsgevolgen van het besluit. Uwv moet proceskosten vergoeden.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellant, omdat de wettelijke wachttijd van 52 weken niet was doorlopen en er onvoldoende bewijs was voor doorlopende arbeidsongeschiktheid.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellante en oordeelt dat het Uwv onvoldoende heeft gemotiveerd waarom geen urenbeperking moet worden aangenomen in verband met haar aandoeningen.

Centrale Raad van Beroep vernietigt de toepassing van artikel 39a WAO door het Uwv en verplicht hen een nieuwe beslissing te nemen over de arbeidsongeschiktheid van appellante.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de niet-ontvankelijkheid van het bezwaar van appellant tegen de herziening van zijn WAO-uitkering, omdat geen verschoonbare termijnoverschrijding is aangetoond.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van een WIA-uitkering aan appellant, o.a. vanwege onvoldoende arbeidsongeschiktheid en geschiktheid voor de geduide functies.

Hoger beroep van appellante tegen toekenning WAO-uitkering. De Raad bevestigt dat appellante niet volledig geschikt was voor haar functie en dat het Uwv zorgvuldig onderzoek heeft verricht.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt over de toekenning van een WAO-uitkering en de terugvordering van teveel ontvangen uitkering. De Raad bevestigt de zorgvuldigheid van de medische beoordeling door het Uwv en vernietigt de uitspraak van de rechtbank voor zover deze de rechtsgevolgen in stand hield.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de herziening van de WAO-uitkering van betrokkene correct is, en bevestigt dat de rechtsgevolgen van het vernietigde besluit in stand blijven.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de WAO-uitkering van appellant naar 45-55% na toepassing van anticumulatiebepaling. De uitspraak is gedaan op 13 maart 2009.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Uwv onzorgvuldig heeft gehandeld bij afwijzing schadevergoeding na nabetaling uitkeringsbedrag. Onderzoek naar verwijtbaarheid is noodzakelijk.

De Raad vernietigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellante wegens onzorgvuldige voorbereiding en onvoldoende motivatie van het Uwv. Een nieuw besluit op bezwaar wordt opgedragen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt dat betrokkene maximaal 25 uur per week belastbaar is en dat het Uwv deze urenbeperking moet aanvaarden. Het Uwv wordt veroordeeld in de proceskosten van betrokkene.

Hoger beroep over korting en terugvordering WAO-uitkering wegens inkomsten uit dienstverband. De Raad bevestigt de rechtmatigheid van de terugvordering door het Uwv.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat een diagnose narcolepsie niet automatisch leidt tot arbeidsongeschiktheid. Beperkingen van appellante zijn zorgvuldig beoordeeld. Beroep tegen Uwv-besluit ongegrond verklaard.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellante, oordelend dat het medisch onderzoek door het Uwv zorgvuldig was en dat de functies voor appellante geschikt zijn.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellant met terugwerkende kracht, omdat hij geen opgave deed van zijn inkomsten uit arbeid.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellante als eigenrisicodrager verplicht was de WAO-uitkering aan werkneemster te betalen en dat het Uwv deze kosten op haar mocht verhalen. Hoger beroep van appellante wordt afgewezen.

Centrale Raad van Beroep vernietigt de weigering van de WIA-uitkering wegens onvoldoende medische onderbouwing en oordeelt dat het Uwv een nieuw besluit moet nemen.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt over de intrekking van de WAO-uitkering van appellante en de zorgvuldigheid van het medisch onderzoek. Het Uwv wordt veroordeeld tot betaling van proceskosten.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraken en besluiten van het Uwv over arbeidsongeschiktheid van werknemer, oordeelt dat Uwv onzorgvuldig heeft gehandeld en veroordeelt Uwv in proceskosten.

Rechtbank Rotterdam bevestigt weigering vergunning FAG Accountants door AFM wegens tekortkomingen in kwaliteitsbeheersing en zorgplicht.

Rechtbank Rotterdam bevestigt de weigering van de AFM om WSM B.V. een vergunning te verlenen voor het aanbieden van beleggingsobjecten, wegens onvoldoende waarborging van een integere bedrijfsvoering en betrouwbaarheid van beleidsbepalers.

Hoger beroep over arbeidsongeschiktheid en WAO-uitkering. De Raad bevestigt eerdere uitspraken en vernietigt het besluit van 14 februari 2007, waarbij het Uwv een nieuw besluit moet nemen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Amsterdam over de geschiktheid van appellante voor arbeid en de zorgvuldigheid van het medisch onderzoek door het Uwv.

Centrale Raad van Beroep vernietigt het besluit van het Uwv inzake WAO-uitkering wegens onvoldoende zorgvuldigheid in de medische beoordeling en oordeelt dat een nieuw besluit moet worden genomen.

De Centrale Raad van Beroep herziening WAO-uitkering van appellante, bevestigt de urenbeperking en oordeelt dat de medische grondslag van het Uwv juist is. Proceskosten worden vergoed.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellante, oordeelt dat de geschiktheid voor eigen werk onvoldoende is onderbouwd en veroordeelt het Uwv in de proceskosten.

Hoger beroep over WAZ-uitkering; Raad bevestigt eerdere uitspraak en vernietigt besluit Uwv wegens onvoldoende arbeidskundige grondslag.

De rechtbank verklaart het beroep van [A BV] en [B] ongegrond, omdat de AFM terecht de vergunning heeft geweigerd op basis van de onbetrouwbaarheid van [B] door een recente veroordeling voor diefstal.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat appellant niet arbeidsongeschikt is en dat de weigering van zijn Ziektewet-uitkering terecht was.

De Centrale Raad van Beroep heeft de intrekking van de WAO-uitkering van betrokkene bevestigd, waarbij de rechtsgevolgen van het vernietigde besluit in stand blijven.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellant, oordelend dat zijn medische beperkingen correct zijn vastgesteld en hij in staat is om de voorgehouden functies te verrichten.

Rechtbank Rotterdam oordeelt dat de AFM terecht de vergunningaanvraag van [A BV] en [B] heeft afgewezen vanwege de onbetrouwbaarheid van [B] door eerdere veroordelingen. De vergunningweigering is geen eigendomsontneming en is in overeenstemming met het EVRM.

De Centrale Raad van Beroep herzien de WAO-uitkering van appellant en oordeelt dat de medische grondslag van het Uwv in stand blijft. De uitspraak van de rechtbank wordt gedeeltelijk vernietigd.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat het Uwv bevoegd was om de WAO-uitkering van betrokkene te herbeoordelen, ondanks haar leeftijd. De eerdere uitspraak van de rechtbank wordt vernietigd en de zaak wordt terugverwezen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat werknemer recht heeft op WAO-uitkering van 25-35% en verklaart hoger beroep van werkgever ongegrond.

Hoger beroep van appellant tegen de weigering van het Uwv om terug te komen van een rechtens onaantastbaar WAO-besluit. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank, oordelend dat er geen nieuwe feiten zijn die heroverweging rechtvaardigen.

Hoger beroep over de verrekening van WAO-uitkering met bijstandsuitkering. Uwv hoeft geen maandspecificaties te verstrekken. Hoger beroep afgewezen.

Centrale Raad van Beroep oordeelt over de toekenning van een WAZ-uitkering en de weging van knieklachten in de FML. Het beroep van appellant wordt gegrond verklaard, en het Uwv wordt veroordeeld in de proceskosten.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat herziening van WAO-uitkering met terugwerkende kracht in strijd kan zijn met rechtszekerheid. Betrokkene had niet kunnen beseffen dat hij te veel uitkering ontving. UWV veroordeeld in proceskosten.

Hoger beroep over intrekking WAO-uitkering. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak; voldoende medische en arbeidskundige grondslag. Appellante heeft geen nieuwe gegevens overgelegd.

Hoger beroep over intrekking WAO-uitkering. Geen nieuwe medische feiten. Medische en arbeidskundige grondslag bevestigd. Proceskostenvergoeding aan appellante.

Hoger beroep over intrekking WAO-uitkering. De Raad vernietigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat de arbeidskundige grieven van appellant niet correct zijn behandeld.

Hoger beroep over intrekking WAO-uitkering. Geen grond voor urenbeperking of ontoereikende motivering van geschiktheid voor arbeid. Uitspraak bevestigd.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat het Uwv de medische urenbeperking van appellante onvoldoende heeft onderbouwd, waardoor het beroep gegrond wordt verklaard.

Hoger beroep over herziening WAZ-uitkering; geen toename arbeidsongeschiktheid vastgesteld. Uitspraak van de rechtbank vernietigd, beroep ongegrond verklaard.

Hoger beroep van appellante over arbeidsongeschiktheid wegens chronische pijn- en vermoeidheidsklachten. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat er onvoldoende medische basis is voor arbeidsongeschiktheid.

De Centrale Raad van Beroep wijst het verzoek om herziening af, omdat geen nieuwe feiten of omstandigheden zijn aangetoond die aan de wettelijke voorwaarden voldoen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Maastricht over de WAO-schatting van appellante, waarbij de grieven van appellante te laat zijn ingediend. Er is geen reden om aan te nemen dat appellante geen duurzaam benutbare arbeidsmogelijkheden heeft.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellant, o.b.v. medische beoordelingen die geen stoornis vaststelden.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering WAZ-uitkering aan betrokkene, oordeelt dat beperkingen juist zijn vastgesteld en dat functies passend zijn.

Hoger beroep over intrekking WAO-uitkering. Geen medische onderbouwing voor onderschatting beperkingen. Uitspraak bevestigd, griffierecht vergoed.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de WAO-uitkering van appellant en oordeelt dat de functies medisch geschikt zijn, waardoor het hoger beroep ongegrond wordt verklaard.

Appellant verzocht herhaaldelijk om schadevergoeding van het Uwv, maar zijn verzoeken werden afgewezen wegens verjaring. De Centrale Raad van Beroep vernietigde de eerdere uitspraak en verklaarde het beroep ongegrond, zonder termen voor proceskostenvergoeding.

Hoger beroep over de arbeidsongeschiktheid van een buschauffeur. De Raad oordeelt dat de betrokkene niet in staat is om voltijds te werken en vernietigt de eerdere uitspraak.

Centrale Raad van Beroep oordeelt over intrekking WAO-uitkering en bevestigt dat de inbreuk op eigendomsrecht gerechtvaardigd is. Proceskostenveroordeling Uwv vernietigd.

Centrale Raad van Beroep bevestigt toekenning WAO-uitkering aan werknemer met burnout, oordeelt dat Uwv niet geheel tegemoet is gekomen aan bezwaren appellante en vernietigt eerder besluit.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank die de intrekking van de WAO-uitkering van betrokkene vernietigde, omdat het medisch onderzoek niet door een geregistreerde arts was uitgevoerd.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking WAO-uitkering na herbeoordeling. Geen nieuwe medische feiten die urenbeperkingen rechtvaardigen. Hoger beroep van appellant slaagt niet.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de intrekking van de WAO-uitkering van betrokkene terecht is, en dat de proceskosten aan de griffier moeten worden betaald. Uwv veroordeeld tot vergoeding van proceskosten van € 1.567,83.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank en wijst het hoger beroep van appellant af, omdat geen nieuwe medische gegevens zijn ingediend die de eerdere beoordeling van het Uwv ondermijnen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de WAO-schatting van het Uwv en oordeelt dat appellante geschikt is voor geselecteerde functies, ondanks haar beperkingen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van de WAZ-uitkering aan appellant, oordelend dat de functies passend zijn en de eerdere uitspraak van de rechtbank voldoende gemotiveerd is.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering WAO-uitkering; onvoldoende medische onderbouwing voor psychische klachten.

Centrale Raad van Beroep vernietigt de weigering van het Uwv om de WAO-uitkering van appellant te herzien wegens gebrek aan deugdelijk medisch onderzoek.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de WAO-uitkering van appellant en oordeelt dat zijn medische beperkingen correct zijn vastgesteld. De geselecteerde functies zijn geschikt voor appellant.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellant, oordelend dat er geen medische noodzaak is voor een urenbeperking van 4 uur per dag.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellant, oordelend dat de medische grondslag door het Uwv voldoende is onderbouwd.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de WAO-schatting van het Uwv en oordeelt dat appellante geschikt is voor de geselecteerde functies, ondanks haar medische beperkingen.

De Centrale Raad van Beroep weigert de WAO-uitkering aan betrokkene, omdat niet aannemelijk is dat hij al op 10 december 1997 arbeidsongeschikt was door MS. De eerdere uitspraak van de rechtbank wordt vernietigd.

Centrale Raad van Beroep vernietigt de intrekking van WAO-uitkering en terugvordering door Uwv wegens schending van de redelijke termijn, en kent € 1.000,- schadevergoeding toe aan appellante.

De Raad bevestigt de vernietiging van de intrekking van de WAO-uitkering van betrokkene, omdat het onderzoek door een niet-geregistreerde arts niet voldeed aan de zorgvuldigheidsvereisten.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de WAO-schatting en oordeelt dat het medisch onderzoek door de verzekeringsarts zorgvuldig was. Hoger beroep van appellant wordt afgewezen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van de WAO-uitkering aan appellant, die minder dan 15% arbeidsongeschikt werd geacht na medisch onderzoek.

Centrale Raad van Beroep bevestigt dat appellant geen zwaarwegende redenen heeft om Wajong-uitkering naar Ethiopië te exporteren. Hoger beroep faalt.

Hoger beroep van appellant tegen Uwv over WAO-uitkering en schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn. Raad heropent onderzoek en oordeelt over proceskosten.

De rechtbank vernietigt de afwijzing van de AFM om handhavend op te treden tegen Mittal Steel in verband met de overname van Arcelor, wegens onzorgvuldig onderzoek naar koersgevoelige informatie.

Hoger beroep van appellante tegen intrekking WAO-uitkering. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank, oordeelt dat de medische en arbeidskundige grondslagen voldoende zijn en dat de psychische belastbaarheid correct is ingeschat.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt de eerdere uitspraak van de rechtbank en handhaaft de intrekking van de WAO-uitkering, omdat de betrokkene geschikt is voor de functie van parkeercontroleur.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellante en oordeelt dat het Uwv een nieuw besluit op bezwaar moet nemen, met aandacht voor de leesvaardigheidseisen in de geselecteerde functies.

Centrale Raad van Beroep bevestigt toekenning van WAO-uitkering en oordeelt dat bezwaarverzekeringsarts onvoldoende onderbouwd was in zijn beoordeling van beperkingen.

Hoger beroep over WIA-uitkering; vennootschap niet als belanghebbende aangemerkt. Besluit vernietigd.

Hoger beroep over WAO-uitkering. Procesbelang werknemer vervalt bij 65 jaar. Uwv had bezwaar werkgever tegen vervolguitkering niet-ontvankelijk moeten verklaren. Proceskostenvergoeding toegewezen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de geschiktheid van appellant met ME/CVS voor arbeid, ondanks zijn beperkingen, en handhaaft de eerdere uitspraak van de rechtbank.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat de appellant in staat is om de aan de WAO-schatting ten grondslag liggende functies te vervullen, ondanks zijn klachten.

Hoger beroep over intrekking WAO-uitkering. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak, oordeelt dat medische gegevens voldoende zijn en dat appellante niet arbeidsongeschikt was op de datum in geding.

Hoger beroep over herziening WAO-uitkering. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak, oordeelt dat Uwv voldoende medische en arbeidskundige grondslagen heeft voor wijziging arbeidsongeschiktheidsklasse.

De Centrale Raad van Beroep wijst het verzoek om herziening van de uitspraak van 1 februari 2008 af, omdat geen nieuwe feiten zijn aangevoerd die tot herziening kunnen leiden.

Hoger beroep over weigering WAZ-uitkering. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak; medische beperkingen zijn correct beoordeeld.

Hoger beroep over WAO-schatting en geschiktheid voor 40 uur arbeid. Medisch onderzoek door Uwv is zorgvuldig. Rechtsgevolgen van vernietigd besluit blijven in stand.

Hoger beroep van appellant tegen afwijzing verzoek om herziening arbeidsongeschiktheidsuitkering. Geen nieuwe feiten of omstandigheden. Beroep ongegrond verklaard.

Hoger beroep van appellante tegen intrekking WAO-uitkering. Centrale Raad bevestigt dat medische grondslag zorgvuldig is en intrekking niet onterecht was.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de intrekking van de WAO-uitkering van een oncologische patiënt onterecht was, gezien haar vermoeidheidsklachten na behandeling. De Raad bevestigt de eerdere uitspraak van de rechtbank en veroordeelt het UWV in proceskosten.

Hoger beroep van appellante tegen afwijzing van kwijtschelding van schuld door Uwv. De Raad bevestigt dat appellante niet voldeed aan de voorwaarden voor kwijtschelding.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking WAO-uitkering; geen onzorgvuldig onderzoek en voldoende motivering voor geschiktheid functies.

Hoger beroep van appellante tegen intrekking WAO-uitkering. Raad bevestigt eerdere uitspraak rechtbank, oordeelt dat Uwv zorgvuldig heeft gehandeld en dat maatmaninkomen correct is vastgesteld.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de intrekking van de WAO-uitkering van betrokkene terecht is, ondanks eerdere tekortkomingen in het medisch onderzoek. De bezwaarverzekeringsarts heeft de klachten zorgvuldig geïnventariseerd en de medische beperkingen correct vastgesteld.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt de herziening van de WAZ-uitkering van appellant na het overlijden van zijn zoon, oordelend dat onvoldoende rekening is gehouden met de psychische impact van dit life-event op zijn arbeidsongeschiktheid.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking WAO-uitkering van appellant zonder urenbeperking, oordeelt dat er geen medische gronden zijn voor een urenbeperking.

Centrale Raad van Beroep bevestigt geschiktheid appellant voor arbeid na herziening WAO-uitkering. Proceskosten voor rapporten en griffierecht worden vergoed door Uwv.

Centrale Raad van Beroep vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep tegen Uwv ongegrond, omdat nieuwe medische informatie niet correct is meegewogen.

Centrale Raad van Beroep vernietigt herziening WAO-uitkering; appellant was eerder arbeidsongeschikt dan vastgesteld.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de WAO-uitkering van appellant, die zich volledig arbeidsongeschikt achtte door psychische klachten. De Raad oordeelt dat de beperkingen niet zijn onderschat en dat appellant in staat was om werkzaamheden te verrichten.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de herziening van de WAO-uitkering van appellant op 35 tot 45% en oordeelt dat de medische grondslag zorgvuldig is onderzocht.

Centrale Raad van Beroep bevestigt weigering WAO-uitkering op basis van medische deskundigheid en urenbeperking. Proceskosten van € 644,- voor betrokkene toegewezen.

Centrale Raad van Beroep verklaart hoger beroep van appellante niet-ontvankelijk wegens gebrek aan procesbelang in de zaak over intrekking WAO-uitkering.

Hoger beroep over herziening en terugvordering WAO-uitkering. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak, oordeelt dat medisch onderzoek zorgvuldig was en appellant in staat is tot passende functies.

Centrale Raad van Beroep bevestigt herziening WAO-uitkering van appellant met gewrichtsklachten; geen onderschatting van beperkingen vastgesteld.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de vernietiging van het bestreden besluit over de WAO-uitkering, maar laat de rechtsgevolgen in stand. Het CBBS is aanvaardbaar mits goed onderbouwd.

Hoger beroep over mededeling aan werkgever over gevolgen eigenrisicodragerschap na WAO-uitkering. De Raad vernietigt de eerdere uitspraak en verwijst de zaak terug naar de rechtbank.

Hoger beroep over de toekenning van een WAO-uitkering aan een (ex)-werknemer en de vraag of de werkgever tijdig beroep heeft ingesteld. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat het beroep niet-ontvankelijk is.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de verlaging van de WAO-uitkering van appellant. Medisch onderzoek door Uwv wordt als voldoende zorgvuldig beoordeeld. Hoger beroep afgewezen.

Hoger beroep over herziening en terugvordering van toeslag na overlijden echtgenote. Geen toezegging Uwv, geen dringende redenen. Bevestiging eerdere uitspraak.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van WAO-uitkering aan betrokkene, oordeelt dat medisch onderzoek zorgvuldig was en dat arbeidskundige grondslag voldoende was gemotiveerd.

Hoger beroep van appellante tegen intrekking WAO-uitkering. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak, oordeelt dat Uwv voldoende rekening hield met medische beperkingen.

Hoger beroep over de WAO-uitkering van appellante, waarbij de Raad de uitspraak van de rechtbank bevestigt en oordeelt dat er geen ondubbelzinnige toezegging was van het Uwv over de toepassing van artikel 44 van de WAO.

Hoger beroep over intrekking WAO-uitkering. Centrale Raad oordeelt dat medische grondslag voldoende is onderbouwd. Uwv veroordeeld tot proceskosten en vergoeding griffierecht.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt over de herziening van de Wajong-uitkering van appellant en de toepassing van urenbeperkingen. De Raad vernietigt de eerdere uitspraak en verplicht het Uwv tot herziening van het besluit.

Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat het Uwv onzorgvuldig heeft gehandeld bij de weigering van de WAO-uitkering aan appellant. Het Uwv moet opnieuw beslissen op bezwaar.

Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat de WAO-uitkering van de betrokkene terecht is ingetrokken. Uwv moet nieuw besluit nemen, maar eerdere beëindiging blijft in stand.

Appellant vordert schadevergoeding wegens onrechtmatige intrekking AAW-uitkering. De Raad oordeelt dat schade door bedrijfsbeëindiging en extra huisvestingskosten vergoed moeten worden, en schat de schade op € 22.779,76.

Centrale Raad van Beroep oordeelt dat werkgeversbijdrage aan ziektekostenverzekering terecht als inkomen wordt aangemerkt bij de berekening van de WAO-uitkering, waardoor de eerdere uitspraak van de rechtbank wordt vernietigd.

Hoger beroep over intrekking WAO-uitkering. De Raad bevestigt dat het Uwv zorgvuldig heeft gehandeld en geen overleg met de behandelend psychiater nodig was. Hoger beroep faalt.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de herziening van de WAO-uitkering van betrokkene correct was en vernietigt de eerdere uitspraak van de rechtbank.

Centrale Raad van Beroep vernietigt de weigering van de WAZ-uitkering aan appellant wegens onvoldoende motivering en onzorgvuldige besluitvorming door het Uwv.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt over de herziening van de WAO-uitkering van betrokkene en de arbeidskundige beoordeling. De Raad vernietigt de eerdere uitspraak en verklaart het beroep voor het overige ongegrond.

De Raad vernietigt de weigering van de WAO-uitkering aan de appellant, oordeelt dat het Uwv niet zorgvuldig heeft gehandeld en veroordeelt het Uwv in de proceskosten.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de terugvordering van WAO-uitkering door het Uwv op basis van onjuist opgegeven inkomsten door appellant.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep van betrokkene ongegrond, omdat de intrekking van de WAO-uitkering door het Uwv op een juiste basis was genomen.

Hoger beroep over herziening WAO-uitkering. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat er geen medische urenbeperking nodig is. Hoger beroep ongegrond verklaard.

Centrale Raad van Beroep vernietigt de weigering van het Uwv om een WAZ-uitkering toe te kennen na wijziging van standpunt. Appellant krijgt recht op een nieuw besluit op bezwaar.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing van verzoek om vergoeding kosten rechtsbijstand in WAO-zaak, omdat appellant niet heeft aangetoond dat kosten zijn gemaakt.

Hoger beroep van appellante tegen intrekking WAO-uitkering. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak, oordeelt dat medische beoordeling door Uwv correct is.

Hoger beroep over intrekking WAO-uitkering. Centrale Raad van Beroep vernietigt gedeeltelijk eerdere uitspraak en bevestigt rechtsgevolgen van het bestreden besluit. Proceskostenvergoeding van € 322,- aan betrokkene.

Hoger beroep van appellante tegen Uwv over WAO-uitkering, terugvordering en boete wegens mededelingsplicht. Raad vernietigt eerdere besluiten en wijst proceskosten toe.

Hoger beroep over de weigering van een WAJONG-uitkering. De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de arbeidskundige grondslag van het bestreden besluit voldoende is onderbouwd en laat de rechtsgevolgen van het vernietigde besluit in stand.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAZ-uitkering van appellant, oordeelt dat het Uwv terecht een rekenfout corrigeerde en dat de arbeidsongeschiktheid per 1 januari 2003 minder dan 25% was.

Hoger beroep over herziening WAO-uitkering. Beperkingen vastgesteld na medisch onderzoek. Theoretische schatting staat reïntegratie niet in de weg. Proceskosten vergoed.

De Centrale Raad van Beroep herziening WAO-uitkering van appellante van 80-100% naar 15-25% vernietigd, maar rechtsgevolgen in stand gelaten. Proceskosten van € 1.127,- toegewezen aan appellante.

Hoger beroep over de toekenning van een gedeeltelijke WAZ-uitkering aan betrokkene, waarbij de Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de arbeidskundige motivering pas in hoger beroep is verstrekt, maar de rechtsgevolgen van het besluit in stand blijven.

Hoger beroep over WAZ-uitkering en medische urenbeperking. Appellant's verzoek om schadevergoeding en wettelijke rente wordt gedeeltelijk toegewezen. Hoger beroep ongegrond verklaard.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat appellante niet arbeidsongeschikt is, ondanks haar psychische klachten.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van schadevergoeding door Uwv voor belastingschade bij WAO-nabetaling. Termijnoverschrijding is verschoonbaar, maar schadebedrag niet gespecificeerd.

Hoger beroep over terugvordering WAO-uitkering. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak; appellante had moeten weten dat haar inkomsten invloed hadden op de uitkering.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellante, oordelend dat het Uwv op juiste wijze uitvoering heeft gegeven aan eerdere uitspraken en dat de medische grondslag correct is beoordeeld.

Hoger beroep over intrekking WAO-uitkering. De Centrale Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en volgt het oordeel van de deskundige, zonder bijzondere omstandigheden.

Hoger beroep over intrekking WAO-uitkering. Raad oordeelt dat Uwv onvoldoende heeft gemotiveerd. Besluit van Uwv wordt vernietigd, maar rechtsgevolgen blijven in stand. Proceskosten van appellante worden vergoed.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellante, oordelend dat het medisch onderzoek zorgvuldig was en het maatmanloon correct was vastgesteld.

Hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard wegens gebrek aan procesbelang; Uwv veroordeeld tot betaling van proceskosten van € 1288,- aan appellant.

Hoger beroep over WAO-uitkering en gedifferentieerde WAO-premie. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat de ziekmeldingen niet uit dezelfde oorzaak voortvloeien.

Hoger beroep over terugvordering van voorschot WAO-uitkering. Centrale Raad bevestigt dat medische beperkingen niet zijn onderschat en dat terugvordering wettelijk verplicht is.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de terugvordering van een dubbel betaalde WAO-uitkering door het Uwv, zonder dringende redenen om hiervan af te zien. Kosten van het hoger beroep worden aan de appellant opgelegd.

Hoger beroep over anticumulatie van WAO-uitkering met terugwerkende kracht. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak en oordeelt dat geen schending van rechtszekerheids- en vertrouwensbeginsel is.

Centrale Raad van Beroep vernietigt de weigering van de Wajong-uitkering, oordeelt over schending van de redelijke termijn en kent immateriële schadevergoeding toe aan appellante.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt de eerdere uitspraak en verklaart het beroep van appellant gegrond, maar het beroep tegen het besluit van 29 februari 2008 ongegrond. Uwv moet proceskosten vergoeden.

Hoger beroep over de arbeidskundige grondslag van een WAO-uitkering. De Raad oordeelt dat de functies passend zijn en bevestigt de eerdere beslissing van de rechtbank.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank over terugvordering van WAO-uitkering en inkomen uit arbeid. Hoger beroep van appellant slaagt niet.

Hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Zwolle-Lelystad over de afkoopsom op grond van de Liquidatiewet Ongevallenwetten. Hoger beroep ongegrond verklaard.

Hoger beroep over WAO-schatting; de Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de arbeidskundige grondslag van het bestreden besluit voldoende is onderbouwd en vernietigt de eerdere uitspraak van de rechtbank.

Hoger beroep over intrekking WAO-uitkering. Centrale Raad bevestigt intrekking, oordeelt dat medische beoordeling zorgvuldig was. Uwv veroordeeld in proceskosten.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking WAZ-uitkering wegens schending inlichtingenverplichting door appellant.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking WAO-uitkering van appellant, oordelend dat medische grondslag juist is en appellant in staat was zijn werk te verrichten.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep van betrokkene gegrond, waarbij de rechtsgevolgen van het vernietigde besluit in stand blijven.

Hoger beroep over weigering WAO-uitkering; appellante minder dan 15% arbeidsongeschikt; medische beperkingen vastgesteld in FML correct bevonden.

Hoger beroep over intrekking WAO-uitkering wegens minder dan 15% arbeidsongeschiktheid. Centrale Raad oordeelt dat Uwv de maatmanomvang op 18 uur per week terecht heeft vastgesteld en vernietigt eerdere uitspraak.

Hoger beroep over WAO-uitkering en medische beoordeling van werkneemster. Centrale Raad van Beroep vernietigt besluit Uwv over betaalbaarheid uitkering en bevestigt urenbeperking.

Hoger beroep over schorsing en terugvordering van WAZ-uitkering na vermoedelijke fraude. De Raad oordeelt dat appellant feitelijk werkzaam was en bevestigt de terugvordering van onterecht ontvangen uitkeringen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van een WAO-uitkering, oordelend dat de belastbaarheid van betrokkene is overschat. Een onafhankelijke deskundige concludeert dat betrokkene niet in staat was haar werk te verrichten.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt het besluit van het Uwv over de WAO-uitkering van appellant wegens onvoldoende onderbouwing van de medische grondslag en de invulling van de FML.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de verlaging van de WAO-uitkering van appellant en oordeelt dat de functies passend zijn, ondanks medische bezwaren.

Hoger beroep over vordering wegens niet tijdig inleveren OV-studentenkaart. Raad vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep gegrond, rechtsgevolgen blijven in stand.

Centrale Raad van Beroep oordeelt over omzetting studiefinanciering naar norm thuiswonende studerende bij afwijkend woonadres. Betrokkene verwijtbaar in handelen, beroep ongegrond verklaard.

Hoger beroep over intrekking WAO-uitkering. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak en oordeelt dat medische beoordeling correct was.

Centrale Raad van Beroep bevestigt herziening WAO-uitkering van appellant naar 55-65% arbeidsongeschiktheid. Medische onderbouwing niet onzorgvuldig, functie postbode geschikt.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat er geen dringende redenen zijn om af te zien van terugvordering van WAO-uitkeringen, ondanks de financiële en gezondheidsproblemen van appellant.

Hoger beroep van appellant tegen de weigering van het Uwv om de arbeidsongeschiktheid te herzien. De Raad bevestigt de eerdere uitspraak, er zijn geen nieuwe feiten.

Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van WAZ-uitkering aan appellant, oordeelt dat medische beperkingen correct zijn beoordeeld en verklaart beroep ongegrond.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank over de verlaging van de WAO-uitkering van appellant en oordeelt dat de aan hem voorgehouden functies geschikt zijn.

Hoger beroep van appellante tegen terugvordering van teveel betaalde WAO-uitkering. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat geen nieuwe argumenten zijn aangevoerd.

Centrale Raad van Beroep vernietigt de uitspraak van de rechtbank en het bestreden besluit van het Uwv inzake de weigering van een WAO-uitkering, maar laat de rechtsgevolgen in stand. Uwv wordt veroordeeld in proceskosten van € 1.288,-.

Hoger beroep over WAO-uitkeringen. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraken van de rechtbank en oordeelt dat het Uwv zorgvuldig heeft gehandeld in de besluitvorming.

Hoger beroep over WAO-uitkering en terugvordering door het Uwv. De Raad bevestigt de intrekking van de AAW-uitkering, maar vernietigt de tijdelijke weigering van de WAO-uitkering. Uwv moet nieuw besluit nemen.

De Centrale Raad van Beroep oordeelt over de herziening van de WAO-uitkering van appellante en de geschiktheid voor de functie van chauffeur. De uitspraak vernietigt de eerdere beslissing van de rechtbank en laat de rechtsgevolgen in stand.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing WAZ-uitkering; appellant minder dan 25% arbeidsongeschikt. Deskundige oordeelt dat appellant geschikt is voor eigen werk.

Hoger beroep van appellante tegen intrekking WAO-uitkering wegens minder dan 15% arbeidsongeschiktheid. Centrale Raad bevestigt dat medisch onderzoek zorgvuldig was en dat belastbaarheid correct is beoordeeld.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking en terugvordering WAZ-uitkering van appellant, oordeelt dat Uwv terecht handelde op basis van gewijzigde inkomsten en anticumulatiebepaling.

Hoger beroep over verhoging WAO-uitkering en causaal verband tussen klachten. Raad vernietigt eerdere uitspraak en oordeelt dat er wel degelijk een causaal verband is.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de weigering van een WAO-uitkering aan betrokkene, maar oordeelt dat de UWV een nieuw besluit op bezwaar moet nemen met inachtneming van de uitspraak. Proceskosten van € 644,-- worden vergoed.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking WAO-uitkering van appellante, oordeelt dat zij geschikt is voor maatmanfunctie en dat er geen medische noodzaak is voor urenbeperking.

Hoger beroep over WAO-schatting; Uwv intrekt uitkering. Centrale Raad oordeelt dat arbeidsongeschiktheidsbeoordeling voldoende is onderbouwd. Proceskostenvergoeding van € 966,- aan appellante.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de terugvordering van onverschuldigd betaalde WAO-voorschotten door het Uwv, ondanks de financiële situatie van appellant.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Groningen over de terugvordering van onverschuldigd betaalde WAO-uitkering aan appellant, zonder dringende redenen om van terugvordering af te zien.

Hoger beroep van L. tegen Uwv over korting op WAO-uitkering en terugvordering. Raad vernietigt eerdere uitspraak en verklaart beroep ongegrond.

Centrale Raad van Beroep vernietigt besluit Uwv wegens onzorgvuldig medisch onderzoek door niet-geregistreerde verzekeringsarts en oordeelt dat nieuw besluit op bezwaar moet worden genomen.

Hoger beroep van appellante tegen weigering verhoging WAO-uitkering en intrekking van de uitkering. Centrale Raad van Beroep bevestigt eerdere uitspraak en oordeelt dat appellante geschikt is voor eigen werk.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking WAO-uitkering van appellant, oordelend dat zijn beperkingen correct zijn vastgesteld en dat de functies die aan de schatting ten grondslag liggen, geschikt zijn.

Hoger beroep over intrekking WAO-uitkering. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak en oordeelt dat medische grondslag en functies passend zijn.

De Centrale Raad van Beroep herroept de WAZ-uitkering van appellant en kent deze toe met terugwerkende kracht vanaf 25 juni 2004, na vaststelling van de eerste arbeidsongeschiktheidsdag.

Hoger beroep van de erven van betrokkene tegen de weigering van een WAO-uitkering. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat het Uwv onterecht stelde dat de medische grondslag niet meer voor bezwaar vatbaar was, maar dat de erven hun bezwaren hadden moeten kenbaar maken.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat de mate van arbeidsongeschiktheid van appellant op 35 tot 45% is vastgesteld en dat zijn WAO-uitkering niet tot uitbetaling komt vanwege inkomsten uit arbeid.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Arnhem over de WAO-uitkering van appellante, die niet in staat wordt geacht om de geselecteerde functies te vervullen.

Hoger beroep over de toekenning van een WAO-uitkering. De Raad oordeelt dat de maatgevende arbeid in een omvang van 32 uren per week moet worden vastgesteld en vernietigt de eerdere uitspraak.

Centrale Raad van Beroep oordeelt over WAO-schatting en omvang maatman. Uwv moet nieuw besluit op bezwaar nemen en vergoedt proceskosten van appellante.

Hoger beroep over herziening WAO-uitkering van appellante met chronisch vermoeidheidssyndroom. De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank, maar vernietigt het bestreden besluit van het Uwv.

Hoger beroep van appellante tegen de weigering van een WAO-uitkering. De Centrale Raad bevestigt de eerdere uitspraak en oordeelt dat de medische beoordeling juist is.

Hoger beroep over korting op WAO-uitkering wegens inkomsten uit de onderneming van de echtgenoot. De Raad bevestigt het besluit van het Uwv en oordeelt dat de wet correct is toegepast.

Centrale Raad van Beroep bevestigt intrekking arbeidsongeschiktheidsuitkering na vrijheidsontneming. Appellant's verzoek om heropening per 18 augustus 2005 afgewezen.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van appellant wegens fraude en oordeelt dat hij geschikt is voor zijn maatmanfunctie.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank Haarlem en oordeelt dat de weigering van de WAO-uitkering aan appellante terecht is, gezien de vastgestelde beperkingen en geschiktheid voor geselecteerde functies.

Hoger beroep van appellante tegen intrekking WAZ-uitkering. Centrale Raad bevestigt eerdere uitspraak, oordeelt dat medische gronden ontbreken voor arbeidsongeschiktheid.

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de intrekking van de WAO-uitkering van een huishoudelijk medewerkster, oordelend dat de vastgestelde belastbaarheid juist is en dat er geen medische gronden zijn voor verdere beperkingen.

Centrale Raad van Beroep bevestigt afwijzing verzoek om aanhouding en oordeelt dat de schatting van arbeidsongeschiktheid door het Uwv adequaat was. Appellante werd niet als ernstiger beperkt beschouwd dan vastgesteld.

Hoger beroep over WAZ-uitkering en fiscale keuze. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank, geen nieuwe gezichtspunten in hoger beroep.

De Centrale Raad van Beroep vernietigt de eerdere uitspraak over de WAO-schatting en medische urenbeperking van appellant, en verplicht het Uwv een nieuw besluit te nemen.

Eiser verzocht om toegang tot daklozenopvang, maar werd geweigerd vanwege gebrek aan rechtmatig verblijf. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en bevestigt dat maatschappelijke opvang niet kan worden verstrekt aan personen zonder rechtmatig verblijf.

Rechtbank Rotterdam bevestigt boete van € 45.000 aan Swedish Match B.V. wegens overtreding van het tabaksreclameverbod op de Country Fair Doorn.