ECLI:NL:RBAMS:2024:47

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
2 januari 2024
Publicatiedatum
5 januari 2024
Zaaknummer
10191574 CV EXPL 22-14707
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Huurkorting bedrijfsruimte in verband met Covid-19 maatregelen

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Amsterdam op 2 januari 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen Altera Vastgoed N.V. en [eiseres], die optreedt onder de handelsnaam [handelsnaam]. De zaak betreft huurkorting voor een bedrijfsruimte in verband met de gevolgen van de Covid-19 maatregelen. De eiseres heeft een huurkorting van bijna € 4000,00 gevorderd over een aantal maanden in 2020, waarin zij een omzetverlies van 30% of meer heeft geleden. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de eiseres over de maanden juli en november 2020 niet voldoet aan de criteria voor huurkorting zoals eerder vastgesteld in een tussenvonnis van 5 september 2023. De totale huurkorting die is toegewezen bedraagt € 3.866,47, gebaseerd op de berekeningen van de eiseres die door de gedaagde niet zijn weersproken. De gedaagde had ook een vermeerdering van eis ingediend voor huurkorting over het jaar 2021, maar deze werd afgewezen wegens strijd met de goede procesorde. De kantonrechter heeft het vonnis uitvoerbaar bij voorraad verklaard en het meer of andere gevorderde afgewezen.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaaknummer: 10191574 CV EXPL 22-14707
vonnis van: 2 januari 2024
fno.: 47653

vonnis van de kantonrechter

I n z a k e

[eiseres] (h.o.d.n. [handelsnaam] )

wonende te [woonplaats]
eiseres
nader te noemen: [eiseres]
gemachtigde: mr. G.H.A. Vlierhuis (Stichting Achmea Rechtsbijstand)
t e g e n

Altera Vastgoed N.V.

gevestigd te Amstelveen
gedaagde
nader te noemen: Altera
gemachtigden: mr. C. Hoogenboom en mr. A. Heerschop.

VERDER VERLOOP VAN DE PROCEDURE

De kantonrechter heeft kennis genomen van:
  • het tussenvonnis van 5 september 2023;
  • de akte van 3 oktober 2023 met producties van gedaagde tevens houdende vermeerdering van eis;
  • de akte van 27 oktober 2023 van Altera.
De kantonrechter heeft beslist dat heden uitspraak wordt gedaan.

GRONDEN VAN DE BESLISSING

1. De kantonrechter verwijst voor de feiten, de vordering en het verweer alsmede de overwegingen naar het tussenvonnis van 5 september 2023, waar de kantonrechter bij blijft.
2. [eiseres] heeft, onderbouwd met stukken, berekend over welke maanden van het jaar 2020 zij een omzetverlies heeft geleden van 30% of meer. Deze berekening door [eiseres] is op zichzelf door Altera niet weersproken, zodat ook de kantonrechter daarvan uitgaat. Uit die berekening volgt dat over de maanden juli en november 2020 niet wordt voldaan aan de in de uitspraak van 5 september 2023 gegeven maatstaf, zodat over die twee maanden geen aanspraak bestaat op huurkorting.
3. De door [eiseres] berekende huurkorting over de andere maanden van 2020 leidt tot een totaal bedrag aan huurkorting over dat jaar van € 3.866,47. Dit bedrag is als volgt opgebouwd:
- maart 2020: €509,76
- april 2020: € 541,18
- mei 2020: € 568,76
- juni 2020: € 450,00
- augustus 2020: € 509,36
- september 2020: € 446,46
- oktober 2020: € 299,08
-
december 2020: € 541,87 +
- totaal derhalve: € 3.866,47.
4. De door gedaagde bij akte ingediende vermeerdering van eis (zij vordert nu ook over het jaar 2021 huurkorting) wordt afgewezen vanwege strijd met de goede procesorde.
5. Over de proceskosten is reeds geoordeeld bij het tussenvonnis van 5 september 2023.

BESLISSING

De kantonrechter:
- bepaalt de huurkorting over het jaar 2020 waarop [eiseres] jegens Altera aanspraak heeft op € 3.866,47;
- verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
- wijst af het meer of andere gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. R. Kruisdijk, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 2 januari 2024 in aanwezigheid van de griffier.
de griffier de kantonrechter