ECLI:NL:RBAMS:2024:793

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
15 februari 2024
Publicatiedatum
15 februari 2024
Zaaknummer
10846091
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Goederenrecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aansprakelijkheid van voormalig bewindvoerder voor schade door niet gemelde schuld

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Amsterdam op 15 februari 2024 uitspraak gedaan in een geschil over de aansprakelijkheid van een voormalig bewindvoerder, Atalia Bewindvoering, voor schade die de rechthebbende heeft geleden door een niet-gemelde schuld aan Essent. De rechthebbende, vertegenwoordigd door haar huidige bewindvoerder, heeft Atalia aansprakelijk gesteld omdat deze niet op de hoogte was van de schuld die dateert uit 2012 en die niet was opgenomen in het schuldenoverzicht dat bij de overdracht van het bewind is verstrekt. De kantonrechter heeft vastgesteld dat Atalia, ondanks dat zij niet opzettelijk de schuld heeft verzwegen, wel degelijk tekort is geschoten in haar zorgplicht als bewindvoerder. Dit tekortschieten heeft geleid tot schade voor de rechthebbende, die nu geconfronteerd wordt met loonbeslag door Essent.

De procedure begon met een verzoek van de rechthebbende, die in 2014 onder bewind was gesteld vanwege problematische schulden. Atalia was van 2014 tot 2020 de bewindvoerder, waarna de huidige bewindvoerder, Meer dan Bewindvoering, werd aangesteld. Tijdens de mondelinge behandeling op 9 januari 2024 zijn de betrokken partijen verschenen en zijn de feiten en standpunten besproken. De kantonrechter heeft de aansprakelijkheid van Atalia beoordeeld aan de hand van artikel 1:444 van het Burgerlijk Wetboek, dat bepaalt dat een bewindvoerder aansprakelijk is voor schade die voortvloeit uit een tekortkoming in de zorg van een goed bewindvoerder.

De kantonrechter heeft geoordeeld dat Atalia aansprakelijk is voor de schade die de rechthebbende heeft geleden, vastgesteld op € 8.855,65, en heeft Atalia veroordeeld tot betaling van dit bedrag. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de rechthebbende direct aanspraak kan maken op de schadevergoeding. De kantonrechter heeft ook opgemerkt dat Atalia mogelijk dekking kan krijgen via haar beroepsaansprakelijkheidsverzekering voor de schadevergoeding die zij aan de rechthebbende moet betalen.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
Zaaknummer: 10846091 EB VERZ 23-13734
Uitspraakdatum: 17 januari 2024

Beschikking

Op een verzoek van:
[verzoekster] , wonende te [adres 1] ,
vertegenwoordigd door haar bewindvoerder: [bewindvoerder 1] h.o.d.n. Meer dan Bewindvoering, correspondentieadres: [adres 2] ,
tegen de voormalig bewindvoerder:
[bewindvoerder 2] h.o.d.n. Atalia Bewindvoering, [adres 3] .

Verloop van de procedure

De kantonrechter heeft kennisgenomen van:
- het e-mailbericht met bijlagen van de huidige bewindvoerder, ter griffie ingekomen op 21 november 2023.
Op 9 januari 2024 heeft de mondelinge behandeling plaatsgevonden, waar zijn verschenen: rechthebbende, de huidige bewindvoerder en de voormalig bewindvoerder. Van deze behandeling zijn aantekeningen gemaakt.

De feiten

Bij beschikking van de kantonrechter van 10 december 2014 is een bewind ingesteld over de goederen die (zullen) toebehoren aan rechthebbende als gevolg van verkwisting of het hebben van problematische schulden. [bewindvoerder 2] h.o.d.n. Atalia Bewindvoering (hierna: Atalia) is destijds tot bewindvoerder benoemd.
Bij beschikking van de kantonrechter van 18 november 2020 is Atalia ontslagen en is [bewindvoerder 1] h.o.d.n. Meer dan Bewindvoering (hierna: [bewindvoerder 1] ) benoemd tot opvolgend bewindvoerder.
In 2022 is aan rechthebbende een saneringskrediet door GKA verstrekt.
In oktober 2023 is er loonbeslag gelegd op het inkomen van rechthebbende vanwege een schuld aan Essent. De schuld van Essent dateert uit 2012. Deze schuld was bij de huidige bewindvoerder niet bekend en is derhalve niet meegenomen in de schuldenregeling.

Standpunten van partijen

[bewindvoerder 1] stelt namens rechthebbende Atalia aansprakelijk voor de schade die rechthebbende heeft geleden. Ze voert hiertoe aan dat Atalia van de schuld van Essent op de hoogte was. In december 2020 heeft [bewindvoerder 1] van Atalia een schuldenoverzicht ontvangen bij de overdracht van het bewind. Hier stond de schuld van Essent niet op. Naar later bleek stond de schuld wel op een overzicht uit 2017, opgesteld door Atalia.
Atalia stelt in reactie hierop dat hoewel het schuldenoverzicht dat ze aan [bewindvoerder 1] heeft verstrekt niet volledig was, dat niet wil zeggen dat ze aansprakelijk is voor de schade die de rechthebbende nu lijdt. Het had volgens Atalia op de weg van [bewindvoerder 1] gelegen na overdracht van het dossier na te gaan welke schuldeisers er waren en deze te contacteren. Ook voert Atalia aan dat [bewindvoerder 1] alle gerechtsdeurwaarders aan had moeten schrijven.

Beoordeling

Op grond van artikel 1:444 van het Burgerlijk Wetboek (verder te noemen: BW) is een bewindvoerder jegens rechthebbende aansprakelijk, indien hij in de zorg van een goed bewindvoerder tekort schiet, tenzij de tekortkoming hem niet kan worden toegerekend.
De kantonrechter kan dus – kort gezegd – de schade vaststellen, die rechthebbende als gevolg van slecht bewind door de bewindvoerder heeft geleden, en deze laatste tot vergoeding daarvan veroordelen. Van slecht bewind is ook sprake als de bewindvoerder niet gehandeld heeft zoals van een professionele bewindvoerder, met de nodige ervaring, redelijkerwijs mag worden verwacht. Van dit laatste is in onderhavige zaak sprake. Dat wordt als volgt toegelicht.
Door Atalia is niet bestreden dat zij, ten tijde dat zij de bewindvoerder was, op de hoogte was van het bestaan van de desbetreffende vordering van Essent. Deze vordering is ook onderwerp geweest van de schuldhulpverlening door Plangroep en van het (niet geslaagde) minnelijk traject opgezet door Madizo in 2018. Bij de overgang van het bewind van Atalia naar [bewindvoerder 1] is door Atalia een eindrekening en verantwoording opgesteld, met een schuldenlijst, die door [bewindvoerder 1] is overgenomen nadat zij daar vragen over had gesteld. Op die schuldenlijst heeft Atalia niet gemeld, ook niet na navraag van [bewindvoerder 1] over die schuldenlijst, dat er ook nog een schuld aan Essent was. Naar de mening van mevrouw [bewindvoerder 2] op zitting, is dit per abuis niet gebeurd.
Vaststaat dat de schuld aan Essent niet alsnog meegenomen kan worden in het huidige schuldhulptraject van GKA, dat Essent ook niet bereid is alsnog genoegen te nemen met hetzelfde percentage dat aan de andere schuldeisers in dat traject is aangeboden en dat rechthebbende schade ondervindt doordat Essent nu beslag legt op haar salaris (het beslag betreft een bedrag van €325,00 per maand). [bewindvoerder 1] heeft Atalia reeds aansprakelijk gesteld voor de schade die rechthebbende geleden heeft en nog leidt. Naar het oordeel van de kantonrechter is Atalia terecht door [bewindvoerder 1] aansprakelijk gesteld. Dat betekent ook dat de kantonrechter niet meegaat in het verweer van Atalia dat [bewindvoerder 1] deze schade had kunnen voorkomen door na overdracht van het bewindsdossier alle deurwaarders te benaderen met de vraag of zij een vordering op rechthebbende hadden. Een dergelijke algemene verplichting voor de opvolgend bewindvoerder bestaat er niet. Dat Atalia ‘vergeten’ is de schuld aan de opvolgend bewindvoerder te melden (van kwaad opzet is niet gebleken) betekent niet dat Atalia voor de gevolgen van deze ‘vergissing’ niet aansprakelijk is.
Wel wijst de kantonrechter Atalia erop dat mogelijkerwijs de beroepsaansprakelijkheidsverzekering dekking biedt voor hetgeen waartoe Atalia bij wijze van schadeloosstelling aan rechthebbende, wordt veroordeeld.

Beslissing

De kantonrechter:
  • bepaalt dat [bewindvoerder 2] h.o.d.n. Atalia Bewindvoering aansprakelijk is voor de door rechthebbende geleden schade;
  • stelt het bedrag aan schadeloosstelling vast op € 8.855,65;
  • veroordeelt [bewindvoerder 2] h.o.d.n. Atalia Bewindvoering tot betaling van dit bedrag door storting op de beheerrekening van rechthebbende;
  • verklaart de beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. R. Kruisdijk, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op bovengenoemde datum in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter