Beoordeling
6. Gezien de nauwe samenhang zullen de verzoeken en tegenverzoeken in het navolgende gezamenlijk worden besproken.
7. De kantonrechter dient te beoordelen of de reden die FunFairGreen aan het ontslag op staande voet ten grondslag heeft gelegd als een dringende reden kwalificeert als bedoeld in artikel 7:677 BW. Bij de beoordeling van de gerechtvaardigdheid van het ontslag moeten de omstandigheden van het geval in onderlinge samenhang worden bezien. De aard en de ernst van het gedrag van de werknemer spelen daarbij een rol, evenals de duur van de arbeidsovereenkomst en ook de (persoonlijke) omstandigheden van de werknemer en de gevolgen die een ontslag op staande voet voor de werknemer heeft.
8. Kern van het geschil is de vraag of [verweerder] niet gewerkte uren in het systeem heeft geadministreerd ten behoeve van zijn broer en zus en dat hij vervolgens de door zijn broer en zus ten onrechte gefactureerde uren heeft geaccordeerd en heeft laten uitbetalen.
9. [verweerder] heeft aangevoerd dat FunFairGreen geen enkel bewijs heeft aangedragen van de door haar gestelde fraude. De kantonrechter volgt [verweerder] hierin niet. In het verzoekschrift en de akte met de vermeerdering van het verzoek en de daarbij overgelegde producties staat uitgebreid omschreven welk onderzoek FunFairGreen heeft gedaan en op grond waarvan zij tot de conclusie is gekomen dat [verweerder] fraude heeft gepleegd. Uit overzichten blijkt wanneer [verweerder] extra diensten ten behoeve zijn broer en zus in het systeem heeft geboekt. Als voorbeeld heeft FunFairGreen verwezen naar de maand april 2023. Op 1 mei 2023 zijn met betrekking tot de maand april 2023 door [verweerder] achteraf 13 diensten toegevoegd, terwijl uit het inloggegevens van haar computersysteem volgt dat de broer en zus op die dagen niet hebben gewerkt, aldus FunFairGreen.
10. [verweerder] heeft als verklaring gegeven voor deze extra toegevoegde diensten/uren dat er vaak een ZZP-er niet op kwam dagen zodat hij zijn broer en/of zus moest inschakelen. Deze diensten waren dus niet op voorhand ingeroosterd en deze diensten heeft hij aan het eind van de maand toegevoegd op verzoek van zijn broer en zus.
11. Ter zitting heeft FunFairGreen door [verweerder] opgestelde “Morning Meeting”-rapporten overlegd. Onweersproken is gebleven dat uit deze rapporten niet volgt dat op de desbetreffende dagen ZZP-ers niet zijn komen opdagen zodat niet is komen vast te staan dat het voor [verweerder] noodzakelijk was om zijn broer of zus toen op te roepen. Ook heeft [verweerder] geen valide verklaring gegeven voor de omstandigheid dat de broer en zus niet waren ingelogd op het werk op de dagen die hij veel later heeft toegevoegd in het rooster, maar dat zij wel waren ingelogd op de dagen dat zij
voorafwaren ingepland in het rooster.
12. De kantonrechter heeft ter zitting gevraagd hoe [verweerder] de extra diensten van zijn broer en zus heeft bijgehouden. Hield hij bijvoorbeeld een schaduwboekhouding bij? Daarop heeft [verweerder] geantwoord dat hij zelf geen administratie bij hield, maar zijn broer en zus wel. Aan het eind van de maand gaven zij (mondeling aan het ontbijt bijvoorbeeld, of telefonisch) aan hem door welke extra uren zij hadden gewerkt in de voorafgaande maand. Hij heeft de extra diensten niet meteen ingevoerd op het werk maar pas aan het eind van de maand of het begin van de volgende maand omdat het heel erg druk was op de werkvloer. De administratie van zijn broer en zus is helaas niet meer beschikbaar omdat zij hun administratie hebben weggegooid, aldus [verweerder] . Op de vraag van de kantonrechter of er niet iets is vastgelegd over extra diensten in whatapp-correspondentie met zijn broer en zus heeft [verweerder] geantwoord dat hij zijn whatsapp geschiedenis van de maand mei 2023 helaas heeft verwijderd. Dit staat in schril contrast met hetgeen hij verklaard heeft op 12 mei 2023 tijdens het gesprek met zijn werkgever, toen hij heeft aangegeven alles via zijn telefoon bij te houden.
13. [verweerder] heeft hiermee geen geloofwaardige uitleg gegeven over hoe en op basis van welke gegevens hij op 1 mei 2023 tot de invoer van dertien extra diensten is overgegaan en waarom hij dat tijdens het gesprek op 12 mei 2023 niet heeft uitgelegd of kunnen uitleggen aan zijn werkgever. De door [verweerder] gegeven verklaring op grond waarvan hij extra diensten heeft toegevoegd is onnavolgbaar. Immers, dit zou betekenen dat [verweerder] zonder eigen administratie en uit het hoofd na mondelinge opgave van zijn broer en zus (bijvoorbeeld) bij het ontbijt een paar uur later op zijn werk de verschillende diensten, met wisselende uren, over de maand april (13 in totaal) heeft toegevoegd op 1 mei 2023.
14. Het is aan [verweerder] om met een gemotiveerde betwisting van de door FunFairGreen gestelde feiten te komen. [verweerder] heeft echter geen geloofwaardige verklaring kunnen geven over de vraag hoe hij deze extra diensten heeft kunnen toevoegen. Zonder redelijke andersluidende verklaring van de zijde van [verweerder] voor de wijze van administreren van de extra uren voor zijn broer en zus, welke ontbreekt, kan uit het voorgaande slechts wordt geconcludeerd dat [verweerder] zijn broer en zus extra uren heeft toebedeeld met het kennelijke doel zijn zus en broer onrechtmatig te bevoordelen. De handelwijze van [verweerder] is naar het oordeel van de kantonrechter dermate ernstig van aard dat dit kwalificeert als een dringende reden voor het gegeven ontslag op staande voet.
15. [verweerder] heeft verder geen concrete en onderbouwde (persoonlijke) omstandigheden aangevoerd die zouden kunnen meewegen bij de beoordeling van de gerechtvaardigdheid van het ontslag. De arbeidsovereenkomst is van korte duur geweest.
16. Nu niet ter discussie staat dat het ontslag op staande voet onverwijld is gegeven, onder onverwijlde mededeling van de reden, staat daarmee vast dat sprake is van een rechtsgeldig gegeven ontslag op staande voet. Dat betekent dat [verweerder] op grond van artikel 7:677 lid 2 BW een gefixeerde schadevergoeding aan FunFairGreen verschuldigd is, gelijk aan het loon over de termijn dat de arbeidsovereenkomst bij regelmatige opzegging had behoren voort te duren. Nu FunFairGreen onweersproken heeft gesteld dat het loon bij regelmatig opzegging over de periode van 12 mei 2023 tot 1 juli 2023 € 5.042,52 bruto bedraagt, zal dat bedrag als gefixeerde schadevergoeding worden toegewezen. De daarover gevorderde wettelijke rente wordt, nu deze op de wet is gegrond en door [verweerder] niet is weersproken, toegewezen op de wijze zoals in de beslissing is vermeld.
17. Voor wat betreft de gevorderde schadevergoeding geldt het volgende. Nu uit het voorgaande volgt dat [verweerder] opzettelijk achteraf uren heeft ingevoerd die niet zijn gewerkt, waarna hij de facturen heeft goedgekeurd en liet uitbetalen heeft hij aan FunFairGreen schade toegebracht. Uit de overgelegde stukken volgt voldoende duidelijk dat de broer en zus ten onrechte in totaal het bedrag € 14.642,21 (inclusief BTW) hebben gedeclareerd. Het schadebedrag is niet betwist, anders dan dat volgens [verweerder] ten aanzien van zijn zus een verkeerd uurloon is gehanteerd. Onweersproken is echter gebleven dat de facturen van de zus volledig zijn uitbetaald. De gevorderde schadevergoeding is dan ook toewijsbaar.
18. [verweerder] heeft verzocht om FunFairGreen te veroordelen tot betaling van een billijke en een transitievergoeding. Uit het voorgaande volgt dat het ontslag op staande voet terecht is gegeven, omdat daarvoor een dringende reden aanwezig was. De hiervoor genoemde feiten en omstandigheden die de dringende reden vormen zijn ernstig verwijtbaar. Dat betekent dat de transitievergoeding niet verschuldigd is en het verzoek tot betaling van een billijke vergoeding zal worden afgewezen. Ook het verzoek tot het uitbetalen van vakantiegeld en vakantiedagen wordt afgewezen. [verweerder] heeft dat deel van zijn verzoek niet toegelicht of onderbouwd.
19. De proceskosten komen voor rekening van [verweerder] als de in het ongelijk gestelde partij.