Uitspraak
1.STICHTING BEWAARDER BOOTES,
2.
[eiser 2] B.V.,
1.De procedure
- de akte van [gedaagde] van 17 december 2024, met producties.
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de kantonrechter op 10 januari 2025 uitspraak gedaan in een kort geding tussen Stichting Bewaarder Bootes en een huurder. De huurder, die sinds 1 februari 2014 een woning huurt, heeft een huurachterstand opgebouwd van vier maanden. De verhuurder vorderde betaling van de huurachterstand en ontruiming van de woning. De huurder betwistte de huurachterstand en voerde aan dat zij gebreken in de woning had gemeld en dat er sprake was van overlast door een buurman, wat haar lichamelijke en psychische klachten heeft bezorgd. Tijdens de mondelinge behandeling op 8 november 2024 zijn afspraken gemaakt, maar de huurder heeft deze niet nageleefd, wat leidde tot de vordering van de verhuurder.
De kantonrechter oordeelde dat de verhuurder niet voldoende had onderbouwd dat zij aan de informatieplicht had voldaan, zoals vereist door het Besluit Gemeentelijke Schuldhulpverlening. Ook werd erkend dat de overlast niet enkel door de huurder was veroorzaakt, maar ook door de buurman. De kantonrechter concludeerde dat er bijzondere omstandigheden waren die maakten dat ontbinding van de huurovereenkomst in een bodemprocedure als een te vergaande maatregel zou worden beoordeeld. De vordering tot ontruiming werd afgewezen, maar de huurder werd wel veroordeeld tot betaling van de huur vanaf 1 december 2024. De proceskosten werden gecompenseerd, waarbij iedere partij de eigen kosten draagt.