Uitspraak
1.De procedure
2.De feiten
3.Het geschil
€ 11.954,67 bruto, mede omdat [verweerder] op grond van de cao recht heeft op 95% van zijn loon tijdens ziekte. Dit achterstallig loon dient bovendien te worden vermeerderd met de wettelijke verhoging en wettelijke rente.
4.De beoordeling
ernstigverwijt kan worden gemaakt, zoals [verzoeker] heeft aangevoerd, volgt de kantonrechter niet. [verzoeker] heeft namelijk zelf ook steken laten vallen. Zo was de eis die zij aan [verweerder] stelde om zich, ondanks aanhoudende ziekte, iedere dag opnieuw ziek te melden, geen redelijk voorschrift waaraan zij [verweerder] had mogen houden. Dat geldt ook voor het dringende verzoek aan [verweerder] om een fysiek GBA-uittreksel in te leveren. Van het desondanks dreigen met een loonsanctie kan [verzoeker] dan ook een verwijt worden gemaakt. Bovendien is aannemelijk dat dit de verhoudingen tussen partijen verder onder druk heeft gezet. Dat dit of andere gedragingen van [verzoeker] hebben geleid tot een zodanig conflict tussen partijen dat re-integreren voor [verweerder] onmogelijk was, kan uit de stukken waaronder de adviezen van de arboarts en de oordelen van het UWV niet worden afgeleid. Ook voor het verwijt van [verweerder] dat [verzoeker] verantwoordelijk zou zijn voor de medische klachten van [verweerder] omdat zij een onveilige werkomgeving in stand houdt en roosters te laat verstrekt, ziet de kantonrechter geen grond omdat enige onderbouwing van die stelling ontbreekt.