dhr. mr. P.G. Wijtsma

De rechtbank verklaart het beroep van eiser tegen de weigering van het college om handhavend op te treden ongegrond. Eiser krijgt geen schadevergoeding en het verzoek om dwangsommen wordt afgewezen.

De rechtbank verklaart het beroep van eiseres ongegrond en oordeelt dat de afwijzing van het verzoek om overname van schulden op grond van de Wet hersteloperatie toeslagen terecht is.

Rechtbank Noord-Nederland verklaart beroep ongegrond tegen bestuurlijke boetes voor overtredingen van de Meststoffenwet.

De rechtbank oordeelt dat de minister ten onrechte de aanvraag van eiseres voor overname van een schuld van € 10.800,00 afwees en bepaalt dat de minister deze schuld moet overnemen.

De Rechtbank Noord-Nederland verklaart het beroep ongegrond inzake een verkeerssanctie voor parkeren op een laadplaats zonder opladen. Sanctie van € 119,00 blijft gehandhaafd.

De rechtbank matigt een parkeerboete wegens schending van de redelijke termijn van berechting. Sanctie verlaagd van € 319,00 naar € 241,50.

De rechtbank verklaart het beroep tegen een verkeerssanctie gegrond, omdat niet met zekerheid kan worden vastgesteld dat de hinder door het voertuig van betrokkene is veroorzaakt.

De rechtbank verklaart het beroep gegrond omdat de betrokkene aan het laden en lossen was, ondanks het parkeerverbod. Sanctie van € 119,00 wordt vernietigd.

Rechtbank Noord-Nederland verklaart het beroep van eiseres tegen de beëindiging van haar WIA-uitkering ongegrond. Eiseres krijgt geen gelijk en ontvangt geen proceskostenvergoeding.

De rechtbank verklaart de beroepen van eiser tegen niet-ontvankelijkverklaringen van Woo-verzoeken ongegrond, maar veroordeelt verweerder tot betaling van griffierecht in één zaak.

De kantonrechter oordeelt dat betrokkene niet tweemaal voor dezelfde gedraging is beboet en matigt de sanctie van € 109,00 naar € 84,00 wegens schending van de redelijke termijn van berechting.

De Rechtbank Noord-Nederland oordeelt over een parkeerboete en schending van de redelijke termijn, verlaagt de boete van € 109,00 naar € 84,00.

De kantonrechter verklaart het beroep gegrond en vernietigt de opgelegde sanctie voor parkeren op een laadpaal, omdat de gemeente niet de intentie had om twee parkeerplaatsen te reserveren.

De kantonrechter heeft de boete voor parkeren in een verboden zone gematigd van € 109,00 naar € 65,25 vanwege schending van het recht om gehoord te worden en overschrijding van de redelijke termijn.

De kantonrechter oordeelt dat de betrokkene, een huisarts, onvoldoende bewijs heeft geleverd dat zijn ontheffing zichtbaar was, maar matigt de sanctie van € 119,00 naar € 64,00.

Rechtbank Noord-Nederland verklaart het beroep van eisers 2, 4 en 6 niet-ontvankelijk en dat van eisers 1, 3 en 5 ongegrond. Handhavingsverzoek afgewezen, geen strijd met bestemmingsplan.

De rechtbank vernietigt de besluiten van de commissie schadefonds geweldsmisdrijven en draagt deze op om opnieuw te beslissen op de bezwaren van eiseres.

De Rechtbank Noord-Nederland heeft het beroep inzake de Wahv gegrond verklaard en de beslissing van de officier van justitie gedeeltelijk vernietigd, met een proceskostenvergoeding van € 1.219,00.

De rechtbank verklaart het beroep gegrond wegens onduidelijke verkeerssituatie rondom parkeerverbod, vernietigt de boete en kent proceskosten toe.

De kantonrechter vernietigt de sanctie voor het niet dragen van een autogordel, omdat betrokkene aannemelijk maakt dat hij over een geldige ontheffing beschikte.

De kantonrechter verklaart het beroep ongegrond en handhaaft de opgelegde sanctie van € 119,00 voor het handelen in strijd met een gesloten verklaring. Betrokkene had het bord moeten zien, ook onder de gegeven omstandigheden.

De Rechtbank Noord-Nederland verklaart het beroep inzake de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften gegrond, vernietigt de beslissing van de officier van justitie en bepaalt dat betrokkene het betaalde bedrag terugkrijgt.

De kantonrechter verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de sanctie voor parkeren op een trottoir, opgelegd op 22 februari 2023.

De kantonrechter heeft de sanctie in een verkeerszaak gematigd wegens overschrijding van de redelijke termijn. De oorspronkelijke sanctie van € 109,00 is verlaagd naar € 84,00.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, waardoor de sluiting van de woning op grond van de Opiumwet kan doorgaan. De sluiting is gerechtvaardigd vanwege de aangetroffen hennepplantage.

De Rechtbank Noord-Nederland heeft op 23 december 2024 drie beroepen ongegrond verklaard inzake verkeersvoorschriften tijdens een demonstratie. Betrokkene ontkende het kruispunt te hebben geblokkeerd, maar de kantonrechter oordeelde dat hij zelf verantwoordelijk was voor zijn gedragingen.

De rechtbank verklaart het beroep gegrond en vernietigt de opgelegde sanctie wegens onduidelijke parkeersituatie. Betrokkene krijgt het betaalde bedrag terug.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en handhaaft de parkeerboete van € 119,00 voor stilstaan op het trottoir, ondanks de argumenten van de betrokkene.

De kantonrechter verklaart het beroep gegrond en vernietigt de sanctie voor stilstaan op de vluchtstrook, omdat er onvoldoende bewijs was voor een reële mogelijkheid tot staandehouding.

De kantonrechter oordeelt dat de sanctie van € 229,00 voor niet rechtshouden op een autoweg terecht was, maar matigt deze tot € 174,00 wegens schending van de redelijke termijn van berechting.

De kantonrechter oordeelt dat de verkeerssanctie terecht was opgelegd, maar schending van de hoorplicht en redelijke termijn leiden tot verlaging van de boete van € 109,00 naar € 56,25.

De kantonrechter verklaart het beroep gegrond en vernietigt de sanctie voor rijden op een fiets/bromfietspad, omdat er geen reële mogelijkheid tot staande houden was.

De rechtbank vernietigt de beslissing van de officier van justitie over een boete voor rijden op het trottoir, omdat betrokkene niet op de hoogte was van de ongeldigverklaring van zijn ontheffing.

De Rechtbank Noord-Nederland verklaart het beroep ongegrond inzake een parkeerboete voor parkeren in een parkeerverbodszone, waarbij de kantonrechter oordeelt dat de verkeersborden duidelijk waren.

De Rechtbank Noord-Nederland verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de opgelegde sanctie van € 119,00 voor het handelen in strijd met een geslotenverklaring, ondanks de verhuur via SnappCar.

De rechtbank heeft de verkeersboete voor rijden op het trottoir gematigd tot € 93,37 en de beslissing van de officier van justitie vernietigd, wegens schending van procesrechten en overschrijding van de redelijke termijn.

De kantonrechter heeft de inleidende beschikking vernietigd omdat de sanctie ten onrechte aan de betrokkene was opgelegd, die niet de bestuurder was. Proceskosten worden vergoed.

De kantonrechter vernietigt de verkeersboete wegens onduidelijkheid over de bevoegdheid van de verbalisant en gebrekkige informatievoorziening.

De kantonrechter verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de sanctie voor het vasthouden van een mobiel elektronisch apparaat tijdens het fietsen, gebaseerd op de verklaring van de verbalisant.

De rechtbank verklaart het beroep gegrond en vernietigt de sanctie voor het niet dragen van een autogordel, omdat de verklaring van de verbalisant onduidelijk was.

De kantonrechter verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de parkeerboete van € 109,00 voor parkeren buiten een parkeervak.

De kantonrechter matigt de sanctie voor parkeren op een gehandicaptenparkeerplaats zonder geldige kaart tot € 184,00, gezien bijzondere omstandigheden.

De rechtbank verklaart het beroep gegrond omdat de betrokkene het verkeersbord E1 niet kon zien. De beslissing van de officier van justitie wordt vernietigd en de boete moet worden terugbetaald.

De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk wegens ontbrekende machtiging en handelsregisterinformatie in een verkeersboetezaak.

De rechtbank vernietigt de bestuurlijke boete aan eiseres wegens onduidelijkheid in de Geneesmiddelenwet over off-label voorschrijven van ivermectine voor Covid-19.

Voorlopige voorziening afgewezen; intrekking bijstandsuitkering wegens niet woonachtig op uitkeringsadres. Proceskostenvergoeding aan verzoekster.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af wegens gebrek aan spoedeisend belang. Verzoeker heeft geen schulden en zijn bijstandsuitkering loopt door.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om vergoeding van proceskosten af, omdat er geen vergoedbare kosten zijn en het verzoekschrift niet door een beroepsmatig rechtsbijstandverlener is ingediend.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat verzoeker onvoldoende gegevens heeft aangeleverd voor zijn aanvraag om bijstandsuitkering op grond van de Participatiewet.

De voorzieningenrechter schorst de intrekking van de bijstandsuitkering van verzoeker wegens onvoldoende bewijs van geen hoofdverblijf. Het college moet griffierecht en proceskosten vergoeden.