Op 13 december 2024 heeft de Rechtbank Noord-Nederland, zittingsplaats Assen, uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak betreffende een beroep tegen een beslissing van de officier van justitie. De zaak betreft een betrokkene die op 27 november 2023 op het trottoir heeft gereden met zijn auto, waarvoor hij een boete van € 169,00 kreeg opgelegd. Betrokkene stelde dat hij een permanente ontheffing had van het inrijverbod, verleend in 1983, en dat hij niet op de hoogte was gesteld van de ongeldigverklaring van deze ontheffing door de gemeente Assen in 2023. Tijdens de zitting werd duidelijk dat de betrokkene meerdere keren was verhuisd en daardoor geen kennis had genomen van de wijziging in de status van zijn ontheffing. De kantonrechter overwoog dat de verklaring van de verbalisant in beginsel voldoende is voor het vaststellen van de gedraging, maar dat in dit geval de omstandigheden rondom de ontheffing en de communicatie van de gemeente aanleiding gaven tot twijfel. De kantonrechter verklaarde het beroep gegrond, vernietigde de beslissing van de officier van justitie en de inleidende beschikking, en bepaalde dat de betrokkene het bedrag van de zekerheidstelling terugkrijgt. De uitspraak werd mondeling gedaan en het proces-verbaal werd opgemaakt, waarbij de griffier verhinderd was om te ondertekenen.