mw. mr. A. Emmens

De rechtbank heeft een voorlopige zorgregeling vastgesteld en het gezag over het kind in stand gelaten, met de hoofdverblijfplaats bij de moeder.

De rechtbank heeft het verzoek van de vader tot teruggeleiding van zijn minderjarige kind naar Polen toegewezen, met afspraken over communicatie en verblijf.

In kort geding is het verzoek van de vader om een verhuisverbod afgewezen. De moeder krijgt toestemming om met de kinderen op vakantie naar Ierland. Een voorlopige omgangsregeling is vastgesteld.

De rechtbank erkent de Cubaanse geboorteakte van verzoeker en stelt vast dat de man de juridische ouder is van verzoeker.

De rechtbank erkent de Amerikaanse geboorteakte en beslissing inzake internationaal draagmoederschap, bevestigt het gezag van de man over het kind en gelast registratie in de BRP.

De rechtbank heeft het verzoek van de moeder tot terugverhuizing en wijziging van de zorgregeling afgewezen, oordelend dat het belang van de vader zwaarder weegt dan dat van de moeder en de kinderen.

De rechtbank erkent de Canadese geboorteakte en familierechtelijke betrekkingen van verzoekers in Nederland, en bevestigt hun gezamenlijk gezag over de minderjarige.

De rechtbank gelast de onmiddellijke terugkeer van de minderjarige naar Nederland, na ongeoorloofde overbrenging naar India door de moeder.

De rechtbank heeft het verzoek tot vaststelling van het Nederlanderschap afgewezen, omdat de grootmoeder van verzoeker ten tijde van de geboorte van zijn vader niet in Nederland woonde.

De rechtbank wijst het verzoek van verzoekster tot vaststelling van haar Nederlanderschap af, omdat haar grootmoeder ten tijde van de geboorte van haar vader niet in Nederland woonde.

De rechtbank gelast de terugkeer van de minderjarige naar Hongarije, oordeelt dat de overbrenging naar Nederland ongeoorloofd was en wijst het verzoek om voorlopige voogdij af.

De rechtbank beëindigt het ouderlijk gezag van de moeder over vier minderjarigen en benoemt de gecertificeerde instelling tot voogd, in het belang van de ontwikkeling van de kinderen.

De rechtbank beëindigt het gezag van de moeder over de minderjarigen en plaatst hen onder toezicht, met voogdij voor de gecertificeerde instelling.

De rechtbank heeft de hoofdverblijfplaats van de minderjarige bij de moeder in Nederland vastgesteld en de erkenning van de Noorse echtscheiding drie maanden aangehouden.

De rechtbank heeft de echtscheiding uitgesproken en de zorgregeling voor de kinderen vastgesteld, met alimentatieafspraken van € 161,- per kind per maand door de vader.

Herstelbeschikking van 8 juli 2024 in procedure gezamenlijke toegang ouders, waarbij schrijffouten in eerdere beschikking van 28 juni 2024 zijn gecorrigeerd.

De rechtbank heeft het verzoek om vast te stellen dat de minderjarige het Nederlanderschap bezit afgewezen, omdat de erkenning door de vader nietig was.

De rechtbank heeft het verzoek tot vaststelling van het Nederlanderschap afgewezen, omdat verzoeker van rechtswege het Nederlanderschap heeft verloren door de afstandsverklaring van zijn vader.

De rechtbank ontbindt het geregistreerd partnerschap van de ouders, bepaalt de hoofdverblijfplaats van het kind bij de vrouw, en stelt een zorgregeling en alimentatie vast.

De Rechtbank Den Haag erkent de Canadese geboorteakte van [kind 1] en bevestigt het gezag van verzoekers over het kind, geboren uit hoogtechnologisch draagmoederschap.

De rechtbank heeft de familierechtelijke betrekkingen en het gezag van twee mannen over hun kind erkend, voortvloeiend uit een draagmoederschapstraject in de VS, en de Amerikaanse geboorteakte van rechtswege erkend.

De rechtbank heeft het verzoek van de moeder tot wijziging van het gezag over de kinderen toegewezen, omdat de vader hen ongeoorloofd naar Marokko had gebracht en niet in staat was om samen gezagsbeslissingen te nemen.

De rechtbank heeft het verzoek van de moeder om vervangende toestemming voor verhuizing naar Emmen afgewezen en de hoofdverblijfplaats van de kinderen bij de vader bepaald.

De rechtbank verleent toestemming aan de vader om met [minderjarige 1] naar Italië te verhuizen en haar in te schrijven op de [naam school 1].

Rechtbank Den Haag wijst het verzoek tot vaststelling van het Nederlanderschap van verzoekster en haar dochter af, omdat verzoekster haar Nederlanderschap heeft verloren op 1 augustus 2021.

De rechtbank wijst het verzoek van verzoeker tot vaststelling van zijn Nederlanderschap af, omdat hij zijn Nederlanderschap heeft verloren op basis van de Toescheidingsovereenkomst met Suriname.

De rechtbank heeft het verzoek tot vaststelling van het Nederlanderschap van verzoekster afgewezen, omdat zij geen recht had op de optiemogelijkheid volgens de TOS en er geen andere wettelijke basis was voor haar verzoek.

De rechtbank heeft de vader belast met het ouderlijk gezag over de minderjarige [minderjarige] na het overlijden van de moeder, in het belang van het kind.

De rechtbank wijst het verzoek van de vader tot teruggeleiding van de minderjarige naar Moldavië af, oordelend dat de moeder niet in strijd heeft gehandeld met het gezagsrecht en recht had om naar Nederland te verhuizen voor haar studie.

De rechtbank gelast de terugkeer van de minderjarige naar Polen, oordeelt dat de vader gezag uitoefent en wijst het verzoek om voorlopige voogdij af.

De rechtbank erkent de Zuid-Afrikaanse adoptie van verzoekster en stelt haar geboortegegevens vast, ondanks het ontbreken van een apostille. De adoptieprocedure voldeed aan de vereisten van het BW.

De rechtbank erkent de Gambiaanse adoptie van [jongmeerderjarige] door verzoekster en gelast inschrijving van de geboorteakte in Nederland.

De rechtbank beëindigt het gezag van de moeder over de minderjarige [minderjarige] en benoemt de opa en oma tot voogden, gezien de ongeschiktheid van de moeder om voor het kind te zorgen.

Rechtbank Den Haag wijst verzoek tot meerderjarige adoptie af wegens niet voldoen aan minderjarigheidsvereiste.

De rechtbank heeft het verzoek om gezamenlijk gezag over twee minderjarigen door de oom en moeder toegewezen, gezien de langdurige zorgrelatie en de instemming van de minderjarige.

De rechtbank heeft voorlopige kinderalimentatie van € 846,- per maand per kind vastgesteld en het verzoek om partneralimentatie afgewezen. De zaak betreft een echtscheiding met toepassing van Japans recht.

De rechtbank heeft het verzoek van de vader tot teruggeleiding van de kinderen naar Turkije afgewezen, oordelend dat de moeder met voorlopig gezag zelfstandig kon beslissen over hun verblijfplaats.

De rechtbank heeft de teruggeleiding van de minderjarige [voornaam minderjarige01] naar Polen gelast, omdat de moeder deze zonder toestemming van de vader naar Nederland heeft meegenomen.

De rechtbank heeft het verzoek tot teruggeleiding van de minderjarige [voornaam minderjarige01] naar Nederland toegewezen, met als uiterste datum 28 november 2023. De zorgen van de vader over de terugkeer zijn niet gevolgd.

De rechtbank heeft het verzoek van de Raad voor de Kinderbescherming toegewezen om gezamenlijk gezag toe te kennen aan de vader en de grootvader van de minderjarige [minderjarige01] na het overlijden van de moeder.

Rechtbank Den Haag gelast de terugkeer van een minderjarige naar Brazilië in een zaak van internationale kinderontvoering, met een uiterlijke datum van 13 november 2023.

De rechtbank Den Haag heeft het verzoek van de vader tot teruggeleiding van zijn kinderen naar Turkije afgewezen, oordelend dat er geen sprake was van ongeoorloofde overbrenging.

De rechtbank gelast de terugkeer van twee minderjarige kinderen naar Algerije, oordelend dat de vader het gezag uitoefent en er geen weigeringsgronden zijn voor teruggeleiding.

De rechtbank ontbindt het geregistreerd partnerschap en bepaalt de hoofdverblijfplaats van het kind bij de man, met een zorgregeling en kinderalimentatie van € 150,- per maand door de vrouw.

Rechtbank Den Haag beslist dat de tweede HPV-vaccinatie van [minderjarige01] moet worden gegeven, ondanks de bezwaren van de moeder. Beide ouders worden verwezen naar ouderschapsbemiddeling.

De rechtbank heeft de echtscheiding uitgesproken en nevenvoorzieningen getroffen, waaronder de hoofdverblijfplaats van het kind bij de vrouw, een zorgregeling voor de man, en alimentatie van € 351,- voor het kind en € 1.119,- voor de vrouw.

Tussenbeschikking over echtscheiding en litispendentie, waarbij de rechtbank de behandeling aanhoudt tot de Marokkaanse rechter beslist.

De rechtbank heeft op 19 juli 2023 de geboortegegevens van [verzoeker 02] en [verzoeker03] vastgesteld en de Griekse geboorteakte van [minderjarige 1] erkend, met verbeteringen in de afstammingsgegevens.

De rechtbank heeft het verzoek tot ontkenning van het vaderschap toegewezen en verklaard dat de Franse geboorteakten van de verzoekers vatbaar zijn voor inschrijving in het Nederlandse register van de burgerlijke stand.

De rechtbank heeft de hoofdverblijfplaats van de minderjarige [minderjarige01] bij de vader vastgesteld, in het belang van de minderjarige, na een gezagsgeschil met de moeder.

Rechtbank Den Haag verleent vervangende toestemming aan de moeder voor inschrijving van [voornaam minderjarige01] op reguliere basisschool en kinderopvang, afwijzing verzoek vader voor Islamitisch onderwijs.

De rechtbank wijst het verzoek van de vrouw tot vaststelling van kinderalimentatie af, omdat de man geen draagkracht heeft door zijn schuldhulpverleningstraject.

De rechtbank heeft de echtscheiding uitgesproken en de afwikkeling van huwelijkse voorwaarden geregeld, met vergoedingsrechten voor de vrouw en een erfenis in mindering op het vermogen van de man.

Rechtbank Den Haag verklaart klacht ongegrond over toediening intramusculaire medicatie en wijst schadevergoeding af.

De rechtbank heeft het verzoek tot teruggeleiding van de minderjarige afgewezen, omdat er geen sprake meer was van ongeoorloofde achterhouding. De proceskosten worden gecompenseerd.

De rechtbank verklaart dat de vrouw geen aanspraak heeft op de helft van het vermogen van de man na het indienen van het echtscheidingsverzoek en bepaalt dat de man 40.000.265,50 en 150 Bahar-Azadi gouden munten aan de vrouw moet betalen.

De rechtbank heeft de echtscheiding uitgesproken en de hoofdverblijfplaats van de kinderen bij de vrouw vastgesteld, met een zorgregeling en kinderalimentatie van € 98,50 per maand per kind.

De rechtbank Den Haag heeft op 9 december 2022 de verzoeken tot wijziging van de omgangsregeling en opheffing van de geheimhouding van de verblijfplaats van [minderjarige01] afgewezen, in het belang van zijn welzijn.

De rechtbank heeft het verzoek tot teruggeleiding van twee minderjarige kinderen naar Indonesië afgewezen, omdat hun gewone verblijfplaats in Nederland was.

De rechtbank verleent een zorgmachtiging voor de betrokkene voor de duur van één jaar, ondanks verzoek om twee jaar, op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg.

De rechtbank wijzigt de kinderalimentatie naar € 50,- per maand, ingaande 1 januari 2021, na erkenning van een Marokkaanse uitspraak.

De rechtbank heeft de echtscheiding uitgesproken en nevenvoorzieningen getroffen, waaronder zorgregeling en kinderalimentatie van € 313,-- per maand per kind. De vrouw krijgt de kans om de echtelijke woning over te nemen.

De rechtbank heeft de teruggeleiding van twee minderjarige kinderen naar België gelast, ondanks verweer van de moeder over risico's bij terugkeer. De vader's verzoek werd toegewezen op basis van het Haagse Verdrag.

De rechtbank heeft de gezamenlijke toegang van ouders tot hun minderjarige kind geregeld, met een omgangsregeling en gezamenlijk gezag.

De rechtbank beëindigt de voogdij van de William Schrikker Stichting en belast de moeder met het ouderlijk gezag over de minderjarige [minderjarige].

De rechtbank heeft het verzoek van de vader tot teruggeleiding van de minderjarige naar Cyprus afgewezen, omdat de moeder volgens Cypriotisch recht alleen met het gezag is belast. De vader had geen gezagsrecht ten tijde van de overbrenging naar Nederland.

Twee meerderjarige kinderen verzoeken adoptie door hun stiefvader, maar de rechtbank wijst het verzoek af omdat de wet geen meerderjarigenadoptie kent en er geen bijzondere omstandigheden zijn die een uitzondering rechtvaardigen.

Twee meerderjarige kinderen verzochten adoptie door hun stiefvader. De rechtbank wees het verzoek af, omdat er geen wettelijke basis voor meerderjarigenadoptie is en onvoldoende bijzondere omstandigheden zijn aangetoond. De Thaise adoptie werd erkend, maar omzetting naar Nederlands recht en inschrijving van de geboorteakte werden afgewezen.

De kinderrechter heeft op 21 juli 2022 een minderjarige moeder meerderjarig verklaard, zodat zij het ouderlijk gezag over haar kind kan uitoefenen, ondanks dat het Griekse recht geen meerderjarigverklaring kent.

De rechtbank heeft de verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing afgewezen en de hoofdverblijfplaats van de kinderen bij de vader vastgesteld, met een aangepaste zorgregeling.

De rechtbank wijzigt de hoofdverblijfplaats van drie minderjarigen naar de vader en wijst het verzoek tot verlenging van de uithuisplaatsing af, met aanpassing van de zorgregeling.

De rechtbank gelast de doorhaling van akte [nummer 1] en wijst het verzoek tot verbetering af, omdat de akte vals is of niet de juiste gegevens weergeeft.

De rechtbank heeft de echtscheiding uitgesproken en de afwikkeling van de huwelijkse voorwaarden vastgesteld, inclusief alimentatie en verdeling van vermogen.

De rechtbank heeft de echtscheiding uitgesproken en het verzoek tot nietigverklaring van het Sudanees huwelijk afgewezen. De hoofdverblijfplaats van de minderjarige is bij de vrouw vastgesteld en de man moet € 25,- per maand aan kinderalimentatie betalen.

De rechtbank heeft het verzoek van de moeder tot eenhoofdig gezag toegewezen en een omgangsregeling vastgesteld tussen de vader en de kinderen, met een dwangsom van € 100,- per keer dat de omgang niet wordt nagekomen.

De rechtbank heeft op 29 maart 2022 de machtiging tot uithuisplaatsing van drie minderjarigen bij hun vader toegewezen, gezien de schadelijke situatie bij de moeder.

De rechtbank heeft op 22 februari 2022 de echtscheiding uitgesproken en nevenvoorzieningen getroffen voor kinder- en partneralimentatie. De vrouw moet € 456,-- en € 211,-- per maand betalen voor de kinderen en € 2.990,-- aan partneralimentatie. De afwikkeling van huwelijkse voorwaarden en de verdeling van de woning zijn ook vastgesteld.

De rechtbank heeft het verzoek tot teruggeleiding van twee minderjarige kinderen naar Spanje afgewezen, omdat de kinderen zich verzetten tegen terugkeer en in een ondragelijke toestand zouden komen.

De rechtbank heeft in een zaak over gezamenlijke toegang en kinderalimentatie beslist dat de vader € 164,- per maand aan de moeder moet betalen voor hun kind, [minderjarige].

De rechtbank wijst het verzoek van de vader tot teruggeleiding van de kinderen naar Suriname af, oordelend dat de moeder geen toestemming nodig had voor de verhuizing naar Nederland.

De rechtbank beëindigt de zorgregeling tussen de vader en de minderjarige, respecteert de wens van de minderjarige om geen contact te hebben, en wijst verzoeken van de vader af.

De rechtbank gelast de terugkeer van de minderjarige [minderjarige] naar Egypte, oordelend dat de overbrenging naar Nederland ongeoorloofd was en dat er geen sprake was van worteling in Nederland.

De rechtbank gelast de terugkeer van een minderjarige naar Spanje na ongeoorloofde overbrenging door de vader. De moeder had recht op terugkeer op basis van het Haagse Verdrag.

De rechtbank heeft de echtscheiding uitgesproken, de hoofdverblijfplaats van de kinderen bij de vrouw vastgesteld, en alimentatie en de verdeling van het huwelijksvermogen geregeld.

De rechtbank gelast de teruggeleiding van een minderjarige naar Hongarije na ongeoorloofde vasthouding door de vader in Nederland.

De rechtbank heeft de partneralimentatie van de man vastgesteld op € 2.111,- bruto per maand, ingaande op 10 april 2020, na vaststelling van zelf veroorzaakt inkomensverlies. Het verzoek om voorlopige voorzieningen is afgewezen.

De rechtbank gelast de terugkeer van twee minderjarige kinderen naar Nederland, die door de moeder zonder toestemming naar Syrië zijn gebracht.

Echtscheiding met nevenvoorzieningen, zorgregeling en afwikkeling huwelijkse voorwaarden, waarbij een deel van de letselschadevergoeding als verknocht aan de man wordt aangemerkt.

De rechtbank heeft de echtscheiding uitgesproken, de hoofdverblijfplaats van [minderjarige 1] bij de vrouw bepaald en alimentatieverplichtingen vastgesteld. De vrouw kan de echtelijke woning overnemen voor € 350.000,-, anders wordt deze verkocht.

De rechtbank Den Haag heeft het verzoek van de moeder tot wijziging van de hoofdverblijfplaats van haar kind afgewezen en verwezen naar mediation, gezien de aanhoudende strijd tussen de ouders.

De rechtbank heeft de echtscheiding uitgesproken, de hoofdverblijfplaats van de kinderen bij de vrouw bepaald en verzoeken tot vervangende toestemming voor vakantie afgewezen, maar PGB-aanvraag goedgekeurd.

De rechtbank heeft de vader [Y] met eenhoofdig gezag over het minderjarige kind belast, na beoordeling van de gezagssituatie volgens Filipijns recht en het ontbreken van contact met de moeder.

Verzoek om billijke vergoeding afgewezen; geen ernstige verwijtbaarheid werkgever vastgesteld.

De kantonrechter oordeelt dat het testament van de erflater nietig is vanwege strijd met het gesloten systeem van uiterste wilsbeschikkingen. Verzoeken van de partijen worden afgewezen.

Geschil tussen eiseres en Invorderingsbedrijf over uitbetaling van geïnde bedragen na beëindiging van incasso-overeenkomst. Vordering van eiseres afgewezen, maar Invorderingsbedrijf veroordeeld in proceskosten.

De Rechtbank Den Haag heeft afwezigheidsbewind ingesteld voor een erfgenaam in Nederland, terwijl het verzoek voor een erfgenaam in Australië is afgewezen. De belangen van beide erfgenamen zijn gewaarborgd.

De Rechtbank Den Haag heeft op 30 juli 2019 het verzoek tot machtiging voor de verkoop van een woning namens een minderjarige erfgenaam afgewezen, omdat de executeur bevoegd is om zonder toestemming van erfgenamen te verkopen.

Kantonrechter oordeelt over vordering zorgpremie en wijst buitengerechtelijke kosten af wegens verwarring bij gedaagde.

Kantonrechter oordeelt dat geen aanzegverplichting geldt bij arbeidsovereenkomst korter dan zes maanden; verzoekster's vorderingen afgewezen.

Leaseproces vordert betaling van € 5.190,73 van gedaagden, die een schikking met Dexia troffen zonder Leaseproces te informeren. De kantonrechter wijst de vordering af, omdat er geen recht op percentage is bij schikking buiten de overeenkomst om.

Kantonrechter bevestigt betalingsverplichting huurder voor stookkosten zoals vastgesteld door Huurcommissie. Huurder wordt veroordeeld in proceskosten.

De kantonrechter verklaart zich onbevoegd in een verzoek tot verwerping van een nalatenschap namens minderjarigen woonachtig in Australië, op basis van het Haags Kinderbeschermingsverdrag 1996.

Eisers vorderen nakoming van hun Flex-abonnementen na wijziging door T-Mobile naar een ander abonnement. De kantonrechter wijst de vorderingen af, oordelend dat de wijzigingsbedingen niet onredelijk zijn en dat de overeenkomsten niet als koop kwalificeren.

De Rechtbank Den Haag heft op 11 juni 2018 het afwezigheidsbewind op, nu al het vermogen in de consignatiekas is gestort. De taak van de bewindvoerder is geëindigd.

De Rechtbank Den Haag heeft op 26 maart 2018 de bewindvoerder opgedragen het vermogen van de afwezig rechthebbende te storten in de consignatiekas, gezien de onbekende verblijfplaats en de afname van het vermogen.

De kantonrechter verleent goedkeuring voor de onderhandse verdeling van de nalatenschap van minderjarige erfgenamen, onder voorwaarden.

De kantonrechter ontbindt de arbeidsovereenkomst tussen RFH en [verweerder] na ongepast gedrag tijdens een jubileumviering, met ingang van 1 mei 2018.

De curator vorderde terugbetaling van € 4.518,09 van RFH, maar de kantonrechter wees de vordering af omdat de betaling niet uit het vermogen van de failliete BB kwam.

Kantonrechter oordeelt dat een concurrentiebeding in een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd nietig is door gebrek aan schriftelijke motivering, vordering tot vernietiging afgewezen.

De kantonrechter wijst de vordering van Van Dijk Educatie B.V. af, omdat niet bewezen is dat de gedaagde partij is bij de overeenkomst. Van Dijk wordt veroordeeld in de proceskosten.

Kantonrechter wijst verzoek om aanzegvergoeding af, omdat werknemer duidelijk was geïnformeerd over het niet verlengen van haar tijdelijke arbeidsovereenkomst.

Kantonrechter oordeelt dat werknemer recht heeft op loon tijdens onderhandelingen over beëindiging arbeidsovereenkomst, ondanks non-actiefstelling.

De Rechtbank Den Haag verleent machtiging aan de tutor van een meerderjarige onder curatele in Spanje om namens haar in cassatie te procederen, na vaststelling van niet-ontvankelijkheid van de rechthebbende zelf.

Kantonrechter oordeelt dat Stichting onrechtmatig handelde door schoolfotograaf op Offerfeest in te plannen, waardoor minderjarigen niet konden deelnemen aan klassenfoto's. Stichting veroordeeld tot schadevergoeding van € 500,- per minderjarige.

De kantonrechter verklaart zich onbevoegd in een verzoek om te procederen tegen een luchtvaartmaatschappij namens een minderjarige met verblijfplaats in België, op basis van de Verordening Brussel-II bis.

De kantonrechter verklaart zich onbevoegd in een verzoek om ouderlijke verantwoordelijkheid voor minderjarigen met gewone verblijfplaats in Australië, op basis van het toepasselijke Verdrag.

Kantonrechter verklaart verzoeker niet-ontvankelijk in verzoek om bevelschrift voor nakosten na vernietiging vonnis; onbevoegd voor verzoek gebaseerd op arrest gerechtshof.

Kantonrechter oordeelt dat Publiq Services B.V. transitievergoeding van € 2.520,- aan [verzoekster] moet betalen, ondanks aanvankelijke verkeerde tenaamstelling in verzoekschrift.

Kantonrechter vernietigt ontslag op staande voet van werknemer en ontbindt arbeidsovereenkomst per 1 februari 2016, met recht op transitievergoeding.