dhr. mr. R.C.H.M. Lips

Hof bevestigt dat [A B.V.] geen recht heeft op teruggaaf van dividendbelasting; inspecteur heeft bewijs geleverd voor anti-dividendstrippingmaatregel.

Het Hof oordeelt dat de navorderingsaanslagen Vpb 2013 en 2015 tijdig zijn bekendgemaakt en dat [B B.V.] niet als uiteindelijk gerechtigde kan worden aangemerkt voor de verrekening van dividendbelasting.

Het Hof vernietigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het bezwaar tegen de aanslag vennootschapsbelasting niet-ontvankelijk, omdat het was ingediend namens een niet-bestaande rechtspersoon.

Hoger beroep over navorderingsaanslagen Vpb 2015-2017. Hof oordeelt dat belanghebbende niet voldoet aan fbi-regime eisen. Navorderingsaanslag Vpb 2015 bevestigd, aanslagen 2016 en 2017 verminderd tot nihil.

Hoger beroep over vennootschapsbelasting en fbi-regime; inspecteur gegrond in hoger beroep; aanslagen verminderd tot nihil voor 2014-2017.

Het Hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat de verlengde navorderingstermijn niet van toepassing is op de betaalde factoring fees, en vernietigt de navorderingsaanslagen van de inspecteur.

Tussenuitspraak van het Gerechtshof Amsterdam over geheimhoudingsverzoeken van de inspecteur van de Belastingdienst, waarbij bepaalde stukken geheim blijven en andere in geschoonde versie moeten worden verstrekt.

Hof oordeelt dat [bedrijf 4] en [bedrijf 3] bij reorganisatie iets van waarde hebben overgedragen aan [bedrijf 6], wat leidt tot een correctie van de overdrachtswinst.

Het hof vernietigt de boete en vermindert de navorderingsaanslag erfbelasting naar € 2.945.819, oordelend dat de inspecteur niet heeft aangetoond dat belanghebbende opzettelijk onjuist aangifte heeft gedaan.

Hoger beroep over WOZ-waarde en immateriële schadevergoeding; Hof oordeelt dat heffingsambtenaar toezegging niet nakwam en kent schadevergoeding toe.

Hoger beroep over dwangsom en uitspraak op bezwaar WOZ-beschikking. Hof bevestigt dat heffingsambtenaar tijdig heeft beslist en geen dwangsom verschuldigd is.

Hoger beroep over vennootschapsbelasting en fbi-regime; onzakelijke rente op aandeelhoudersleningen vastgesteld op 2,28%.

Hoger beroep over aanslagen Vpb 2014-2017 van [X] B.V. Het Hof bevestigt dat de statutaire doelomschrijving voldoet aan de eisen voor het fbi-regime en oordeelt dat de inspecteur niet aannemelijk heeft gemaakt dat de rente op aandeelhoudersleningen onzakelijk is. Aanslagen worden verminderd tot nihil.

Hoger beroep over naheffingsaanslag parkeerbelasting en aanmaningskosten. Het Hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank en kent geen proceskostenvergoeding toe aan belanghebbende.

Hoger beroep over aanslag IB/PVV 2018; tijdelijke verhuur gastenverblijf via Airbnb; aftrek scholingsuitgaven afgewezen.

Het Hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat een zzp'er in 2018 geen recht heeft op aftrek van huisvestingskosten, omdat deze niet voldoen aan de wettelijke voorwaarden.

Hoger beroep over proceskostenvergoeding bij aanslag IB/PVV. Het Hof oordeelt dat belanghebbende recht heeft op vergoeding van € 1.422 voor proceskosten, na gegrondverklaring van het beroep door de rechtbank.

Hoger beroep over schenkbelasting en eigenwoningvrijstelling; Hof bevestigt dat kruislings schenken niet leidt tot toepassing van vrijstelling.

Het Gerechtshof Den Haag bevestigt de weigering van de eigenwoningvrijstelling op een schenking vanwege kruislings schenken, wat in strijd is met de wet.

Hoger beroep over de WOZ-waarde van een woning in Amsterdam; het Hof bevestigt de lagere waarde vastgesteld door de rechtbank.

Hoger beroep over erfbelasting en waarde recht van erfpacht. Het Hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat de Inspecteur in zijn bewijslast is geslaagd.

Het Hof bevestigt dat belanghebbende in 2015 en 2016 als inwoner van Nederland moet worden aangemerkt voor belastingdoeleinden, ondanks zijn verblijf in Duitsland.

Hoger beroep over niet-ontvankelijkheid van belastingberoepen en dwangsommen; rechtbank verklaarde beroepen niet-ontvankelijk, Hof bevestigt uitspraak.

Het Gerechtshof Amsterdam kent een schadevergoeding van € 500 toe aan belanghebbende wegens overschrijding van de redelijke termijn in een belastingzaak.

Hoger beroep over vijf naheffingsaanslagen parkeerbelasting; het Hof bevestigt dat de heffingsambtenaar bevoegd was om meerdere naheffingsaanslagen op te leggen en dat er geen strijd is met het evenredigheidsbeginsel.

Het Hof oordeelt dat de activiteiten van belanghebbende met alcoholvrije cocktails een bron van inkomen vormen, ondanks eerdere tegenslagen. De aanslag wordt vastgesteld conform de aangifte.

Het Gerechtshof Amsterdam oordeelt dat het recht op dwanginvordering van belastingschulden is verjaard, waardoor de aansprakelijkstelling van belanghebbende vervalt. De ontvanger wordt veroordeeld in de proceskosten.

Hoger beroep over de WOZ-waarde van hotelvastgoed in Amsterdam. Het Hof bevestigt de eerdere uitspraak van de rechtbank dat de WOZ-waarde van € 48.110.000 niet te hoog is vastgesteld.

Het Gerechtshof Amsterdam oordeelt dat de stichting niet als ANBI kan worden aangemerkt, omdat haar activiteiten niet primair gericht zijn op het algemeen nut en niet voldoen aan de eisen van de AWR.

Hoger beroep over aanslag IB/PVV 2018; beroep op vertrouwensbeginsel faalt. Hof bevestigt uitspraak rechtbank.

Hoger beroep over aftrek giften en zorgkosten in de IB/PVV. Hof bevestigt eerdere uitspraak, belanghebbende maakt niet aannemelijk dat kosten fysiofitness aftrekbaar zijn. Hoger beroep ongegrond.

Het Gerechtshof Amsterdam oordeelt dat de inspecteur onvoldoende bewijs heeft geleverd voor grove schuld van [X] B.V. inzake naheffingsaanslag en vergrijpboete. De uitspraak van de rechtbank wordt bevestigd.

Hoger beroep over de verordening rioolheffing en afvalstoffenheffing van de gemeente [plaats A]. Het Hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat de aanslagen terecht zijn opgelegd.

Hoger beroep over WOZ-waarde woning en aanslagen riool- en afvalstoffenheffing. WOZ-waarde vastgesteld op € 2.719.000. Aanslagen blijven in stand. Schadevergoeding van € 1.000 toegekend.

Hoger beroep over aanslagen IB/PVV 2016 en 2017; geen bron van inkomen en geen afwaardering van debiteurenvordering; beroep op vertrouwensbeginsel faalt.

Hoger beroep over navorderingsaanslagen IB/PVV en Zvw 2014. Belanghebbende slaagt er niet in hogere aftrekbare kosten aannemelijk te maken. Boete van 50% wegens opzet bevestigd, met 5% vermindering voor redelijke termijn overschrijding.

Het Hof bevestigt dat een voorwaardelijke betalingsverplichting in het kader van een fusie niet ten laste van de belastbare winst mag worden gebracht, omdat deze onder opschortende voorwaarden valt.

Hoger beroep over navorderingsaanslag IB/PVV; Hof oordeelt over ambtelijk verzuim en verhoogt schadevergoeding tot € 1.000.

Hoger beroep over de correctie van de aangifte IB/PVV 2016 en de verdeling van zorgkosten. Het Hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep ongegrond.

Hoger beroep over de correctie van de aangifte IB/PVV 2017 van belanghebbende, met focus op aftrek specifieke zorgkosten. Het Hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat de inspecteur legitieme redenen had voor controle.

Het Hof bevestigt de niet-ontvankelijkheid van het beroep van de erven [X] tegen de belastingaanslag, omdat het beroepschrift niet tijdig was ingediend.

Hoger beroep over WOZ-waarde van woning. Hof bevestigt uitspraak rechtbank dat woning niet onbewoonbaar was en WOZ-waarde correct was vastgesteld.

Hof Amsterdam bevestigt de niet-ontvankelijkheid van het bezwaar tegen de navorderingsaanslag IB/PVV 2015 en oordeelt dat de inspecteur terecht de navorderingsaanslag heeft opgelegd.

Hoger beroep over de aanslag inkomstenbelasting en arbeidskorting. Het Hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat de aanslag correct is vastgesteld.

Hoger beroep over immateriële schadevergoeding bij navorderingsaanslag inkomstenbelasting. Hof bevestigt uitspraak rechtbank en oordeelt over samenhangende zaken.

Het Hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat belanghebbende geen recht heeft op aftrek van kosten voor extra kleding en beddengoed vanwege huidaandoeningen van haar kinderen.

Hoger beroep over correctie inkomen uit aanmerkelijk belang en omkering bewijslast. Aanslag verlaagd tot € 4.902.939.

Hof bevestigt dat fusie goodwill heeft doen ontstaan, maar dat deze fiscaal niet splitsbaar is en niet op de balans van belanghebbende kan worden geactiveerd.

Het Gerechtshof Amsterdam oordeelt dat een musical artiest die in Nederland woont en in Oostenrijk werkt als artiest moet worden aangemerkt volgens het belastingverdrag, en bevestigt de toepassing van de verrekeningsmethode door de inspecteur.

Hoger beroep over niet-ontvankelijkheid bezwaar WOZ-beschikking; Hof vernietigt eerdere uitspraak en verwijst terug voor onderzoek naar ontvankelijkheid.