mw. mr. drs. C.T. Aalbers

Het College oordeelt dat de exploitatiebijdrage van een investeerder geen omzet is in de zin van de TVL, en bevestigt de subsidie van € 184.199,08. Tevens wordt de Staat veroordeeld tot schadevergoeding van € 500,- wegens overschrijding van de redelijke termijn.

Het College heeft de beroepen van een onderneming tegen de afwijzing van subsidieaanvragen op grond van de TVL gegrond verklaard, omdat de minister ten onrechte eiste dat de verklaring over financiële moeilijkheden op nationaal niveau moest worden ingevuld.

Het College verklaart het beroep tegen een niet gepubliceerd besluit om een beschikbaarheidbijdrage toe te kennen voor 2024 niet-ontvankelijk en zendt het door naar de NZa als bezwaarschrift.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart de beroepen van [de instelling] B.V. gegrond en herroept de verdeelplannen medische vervolgopleidingen 2021 en 2022 wegens gebrek aan wettelijke grondslag.

Het College verklaart het beroep van [de instelling] tegen het verdeelplan medische vervolgopleidingen 2023 niet-ontvankelijk, omdat het procesbelang is komen te vervallen na herroeping van het verdeelplan in een eerdere uitspraak.

College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt over TVL-subsidieaanvragen van [naam 1] B.V. en [naam 2] B.V. en bevestigt de beoordeling van groepssamenstelling en staatssteunplafond door de minister.

De minister heeft het handhavingsverzoek van twee stichtingen afgewezen, maar het College oordeelt dat de minister onvoldoende onderzoek heeft gedaan en vernietigt het besluit.

De beroepen van ondernemingen tegen de afwijzing van subsidieaanvragen op grond van de TVL zijn ongegrond verklaard. De minister handelde terecht op basis van het staatssteunplafond.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep ongegrond inzake de afwijzing van een subsidieaanvraag op basis van de ATE, met betrekking tot het gelijkheidsbeginsel.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft het verzoek om herziening van [naam 1] B.V. afgewezen, omdat er geen nieuwe feiten of omstandigheden zijn aangevoerd die herziening rechtvaardigen.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep ongegrond inzake herziening subsidie COVID-19 Q4 2020, geen nieuwe feiten of omstandigheden.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de NZa terecht het declaratievoorschrift voor geneesmiddelen heeft geschrapt, waardoor zowel per geneesmiddel als voor het geheel van geneesmiddelen in de GDV gedeclareerd kan worden. Beroepen van KNMP en ASKA zijn deels ongegrond en deels niet-ontvankelijk.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven bevestigt de correctie-S&O-verklaring van de minister voor [naam] B.V. voor 2019, omdat de administratie niet voldoet aan de wettelijke eisen.

Het College verklaart het beroep van de ondernemer tegen de niet-ontvankelijk verklaring van het subsidie bezwaar COVID-19 ongegrond, omdat het bezwaar te laat is ingediend.

Het College oordeelt dat de stichting de artikelen van het Bhd heeft overtreden, maar herroept de last onder bestuursdwang gedeeltelijk wegens te ruime formulering. Schadevergoeding voor overschrijding van de redelijke termijn is toegekend.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft de beroepen van een onderneming inzake subsidie vaststelling COVID-19 ongegrond verklaard, maar een schadevergoeding van € 500,- toegekend wegens overschrijding van de redelijke termijn.

De minister heeft de TVL-subsidies voor Q1 en Q2 2021 terecht afgewezen, omdat de onderneming niet voldeed aan het omzetverlies van 30%. Schadevergoeding van € 1.000,- toegekend wegens overschrijding van de redelijke termijn.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat de afwijzing van de subsidieaanvraag door de minister van Economische Zaken terecht was, omdat het evenement langer dan 15 dagen duurde, wat niet voldoet aan de ATE.

College oordeelt over landbouwsubsidies en subsidiabele oppervlaktes; minister moet nieuwe besluiten nemen na gegronde beroepen van landbouwer.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat de minister van Landbouw terecht de subsidiabele oppervlakte van perceel 4 heeft vastgesteld op 92,53 ha en een sanctie heeft toegepast wegens overdeclaratie. Beroepen ongegrond.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de minister terecht een randvoorwaardenkorting van 9% heeft opgelegd aan [naam 1] VOF wegens niet-naleving van milieuregelgeving. De vennootschap ontvangt € 1.000,- schadevergoeding voor overschrijding van de redelijke termijn.

Verzet gegrond verklaard; beroep ongegrond. Termijnoverschrijding in beroep verschoonbaar, maar in bezwaar niet.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van de ondernemer ongegrond wegens termijnoverschrijding in bezwaar, niet verschoonbaar.

Beroep ongegrond verklaard; termijnoverschrijding in bezwaar tegen subsidie COVID-19 niet verschoonbaar.

Verzoek om herziening van eerdere uitspraak inzake subsidies COVID-19 afgewezen door het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 15 oktober 2024.

Het College bevestigt de randvoorwaardenkorting van 3% voor niet-naleving van het medisch register en kent € 1.000,- schadevergoeding toe wegens overschrijding van de redelijke termijn.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de maatschap recht heeft op uitbetaling van GLB-betalingen en kent schadevergoeding toe wegens overschrijding van de redelijke termijn.

Hoger beroep over mestboete en intrekking derogatievergunning. Beroep ongegrond, boete gematigd wegens redelijke termijn. Minister correct in oordeel over overschrijding gebruiksnormen.

De beroepen van de stichting tegen bestuursdwang zijn niet-ontvankelijk verklaard wegens gebrek aan procesbelang en niet-tijdige betaling van griffierecht.

Hoger beroep ongegrond; minister heeft terecht gebruiksnorm overschreden vastgesteld en boete opgelegd. Uitsluiting derogatie voor 2022 bevestigd.

Het College vernietigt het besluit van de minister inzake handhaving bij varkenshouderij en draagt op een nieuw besluit te nemen, met vergoeding van proceskosten aan ViN.

Hoger beroep van [naam 1] B.V. tegen boete voor dierenwelzijn bij varkentransport. Boete gematigd naar € 2.850,- wegens overschrijding redelijke termijn. Verantwoordelijkheid voor dierenwelzijn benadrukt.

Het College oordeelt dat de minister terecht een randvoorwaardenkorting van 25% heeft vastgesteld op GLB-subsidies van [naam 1] wegens onjuiste registratie in het I&R-systeem. Tevens wordt € 1.000,- schadevergoeding toegekend voor overschrijding van de redelijke termijn.

De voorzieningenrechter veroordeelt de minister tot vergoeding van proceskosten van € 875,- aan [naam] B.V. en draagt de griffier op € 371,- griffierecht terug te betalen.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van de stichting ongegrond, omdat de minister de subsidieaanvraag terecht heeft afgewezen op basis van het ontbreken van een evenementenverbod op het moment van annulering.

Het College verklaart het beroep van een taxibedrijf ongegrond, omdat het omzetverlies niet voldeed aan de eis van minimaal 30% voor subsidie op basis van de COVID-19 regeling.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van een ondernemer ongegrond, omdat de subsidie op basis van de TVL correct is vastgesteld op € 0,- door onvoldoende omzetverlies.

Het College verklaart het beroep van [naam 1] B.V. ongegrond, omdat de minister terecht de subsidie voor COVID-19 op € 0,- heeft vastgesteld op basis van de aangiften omzetbelasting.

Het College verklaart het beroep van de onderneming ongegrond, omdat zij niet voldoet aan de eis van minimaal 30% omzetverlies voor subsidie COVID-19.

Het College verklaart het beroep van een taxiondernemer ongegrond, omdat de omzet niet voldeed aan de subsidie-eisen van de TVL.

De minister heeft de subsidieaanvraag van de onderneming voor Q1 2022 afgewezen wegens te late indiening. Het College oordeelt dat de afwijzing terecht is.

Het College verklaart het beroep van de onderneming ongegrond, omdat de minister de subsidie op nihil mocht vaststellen wegens onvoldoende omzetverlies.

Het College vernietigt de besluiten van de minister tot oplegging van een last onder dwangsom aan [naam 1] wegens onvoldoende motivering en strijd met het rechtszekerheidsbeginsel.

BreinPoli verzoekt handhaving tegen Zilveren Kruis voor contractering. NZa wijst verzoek af; College bevestigt dat NZa geen bevoegdheid heeft om in individuele geschillen in te grijpen. Beroep ongegrond verklaard.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van Stichting BreinPoli tegen de NZa ongegrond, omdat de NZa geen bevoegdheid heeft om in te grijpen in individuele geschillen tussen zorgaanbieders en zorgverzekeraars.

Het College verklaart het beroep van BreinPoli tegen de NZa ongegrond, omdat de NZa geen bevoegdheid heeft om in te grijpen in contracteringsgeschillen met zorgverzekeraar CZ.

Het College vernietigt de intrekking van subsidies op basis van het vestigingsvereiste voor de TVL, oordeelt dat de minister niet aannemelijk heeft gemaakt dat de onderneming niet voldeed aan de eisen.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van [naam 1] B.V. ongegrond, omdat de minister terecht de inschrijfdatum als referentieperiode hanteerde voor de subsidieaanvraag COVID-19.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van een onderneming tegen de subsidieaanvragen ongegrond, bevestigt de toepassing van het staatssteunplafond en oordeelt dat de onderneming onder de visserij- en aquacultuursector valt.

De aanvragen van een onderneming voor subsidie op grond van de TVL-startersregeling zijn afgewezen omdat zij niet voldeed aan de inschrijvingseis. De beroepen zijn ongegrond verklaard.

Het College oordeelt dat de minister de subsidieaanvraag van de onderneming inhoudelijk moet beoordelen, ondanks de te late indiening, vanwege persoonlijke omstandigheden van een vennoot. Het beroep tegen het bestreden besluit is gegrond en de minister wordt opgedragen een nieuw besluit te nemen.

Het beroep van een ezelhouderij tegen de subsidie vaststelling COVID-19 regeling is ongegrond verklaard. De minister mocht vrijgestelde omzet betrekken bij de berekening.

De minister heeft de subsidieaanvraag voor het eerste kwartaal van 2022 afgewezen omdat het omzetverlies niet ten minste 30% bedraagt. Het College oordeelt dat de minister terecht heeft gehandeld.

Het College verklaart het beroep ongegrond; de minister heeft de subsidieaanvraag TVL Q1 2022 terecht afgewezen wegens onvoldoende omzetverlies.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep ongegrond, omdat de onderneming niet voldeed aan de voorwaarde van 30% omzetverlies voor de TVL-subsidie.

Het College vernietigt het besluit van de minister inzake handhavingsverzoeken van Stichting Wakker Dier en draagt de minister op een nieuw besluit te nemen binnen acht weken.

Hoger beroep van slachterij tegen boete wegens overtreding van dierenwelzijnsregels. Boete verlaagd van € 2.500 naar € 1.875 vanwege overschrijding redelijke termijn.

Het College vernietigt het bestreden besluit I wegens gebrekkige motivering, maar laat de rechtsgevolgen in stand. De minister wordt veroordeeld tot proceskosten en schadevergoeding aan de onderneming.

De aanvraag voor subsidie op grond van de TVL voor Q1 2022 is afgewezen omdat deze buiten de aanvraagperiode is ingediend. Het College oordeelt dat de minister terecht heeft afgewezen.

College van Beroep voor het bedrijfsleven wijst beroep van vennootschap tegen afwijzing subsidie TVL af; schadevergoeding voor overschrijding redelijke termijn toegekend.

Het College oordeelt dat de minister terecht de aangiften omzetbelasting als uitgangspunt heeft genomen bij de berekening van het omzetverlies voor de subsidieaanvraag COVID-19. Het beroep van de ondernemer is ongegrond.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de minister de subsidie op nihil mocht vaststellen, omdat het omzetverlies van de ondernemer niet ten minste 30% bedroeg. Schadevergoeding van € 500,- wegens overschrijding van de redelijke termijn.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de ondernemingen met [naam 12] B.V. verbonden zijn, waardoor hun aanvragen voor TVL-subsidies zijn afgewezen. De beroepen zijn ongegrond verklaard.

De onderneming verzet zich tegen de keuze van de minister voor referentieperiode Q3 2020 voor subsidie op basis van de TVL-regeling, en stelt dat Q3 2019 correcter zou zijn. Het College verklaart het beroep ongegrond.

De aanvraag voor subsidie op grond van de TVL voor Q1 2022 is afgewezen omdat niet voldaan is aan het vereiste van 30% omzetverlies. De minister heeft de referentieperiode correct vastgesteld op Q1 2019.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep ongegrond inzake de intrekking van subsidie op grond van de TVL voor Q4 2020, omdat er geen inhoudelijke gronden zijn aangevoerd.

De aanvraag voor een subsidie op grond van de TVL voor het eerste kwartaal van 2022 is afgewezen omdat deze buiten de aanvraagperiode is ingediend. De ondernemer heeft beroep ingesteld, maar het College oordeelt dat de afwijzing terecht was, hoewel de hoorplicht is geschonden.

De aanvraag voor subsidie op grond van de TVL voor Q1 2022 is afgewezen omdat deze buiten de aanvraagperiode is ingediend. Het beroep van de maatschap is ongegrond verklaard.

College vernietigt beslissing op bezwaar I en verleent subsidie van € 27.625,88 voor Q1 2021; afwijzing voor Q2 en Q3 2021 blijft staan.

Het College verklaart het beroep van de onderneming ongegrond, omdat de annulering van het evenement niet het gevolg was van een evenementenverbod dat gold op de datum van het evenement.

Het College verklaart het beroep van de onderneming ongegrond, omdat de minister terecht Q1 van 2020 als referentieperiode heeft gehanteerd en de onderneming niet voldoet aan de subsidiecriteria.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft de afwijzing van een subsidieaanvraag door de minister van Economische Zaken en Klimaat bevestigd, omdat de aanvraag te laat was ingediend.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van de ondernemer ongegrond, omdat hij niet voldoet aan de eis van minimaal 30% omzetverlies voor subsidie op basis van de TVL.

Het College verklaart het beroep van [naam 1] B.V. ongegrond inzake de hoogte van de TVL-subsidie voor het eerste kwartaal van 2022, waarbij de inschrijfdatum in het handelsregister bepalend is voor de referentieperiode.

Het College oordeelt dat vier ondernemingen, ontstaan uit een afsplitsing van één B.V., niet als voortzetting kunnen worden aangemerkt voor subsidieaanvragen COVID-19. De aanvragen zijn op goede gronden afgewezen.

Het College vernietigt het verdeelplan voor medische vervolgopleidingen van de minister wegens strijd met de Wet marktordening gezondheidszorg en oordeelt dat de minister niet bevoegd was om het verdeelplan vast te stellen.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van [naam 1] B.V. ongegrond en wijst het verzoek om schadevergoeding af, omdat de afkeuring van karkassen en slachtafval door de NVWA terecht was.

Het College oordeelt dat een onderneming die alleen visserijproducten verwerkt ook onder de visserij- en aquacultuursector valt, en bevestigt de afwijzing van de subsidie voor Q3 2021 en de vaststelling voor Q4 2021 op € 75.000,-.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart de beroepen van de stichting ongegrond en het beroep in zaak 22/1844 niet-ontvankelijk. De minister wordt veroordeeld tot betaling van € 500,- schadevergoeding.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de minister de subsidie op grond van de TVL terecht op € 0,- heeft vastgesteld, omdat de onderneming niet voldoet aan de voorwaarde van 30% omzetverlies.

De aanvraag voor TVL Q3 2021 werd afgewezen wegens te late indiening. Het College oordeelde dat de ondernemer zelf verantwoordelijk was voor het niet tijdig indienen en dat er geen sprake was van een toezegging die het vertrouwensbeginsel zou ondersteunen.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat de minister terecht Q2 2019 als referentieperiode voor TVL-subsidie heeft gehanteerd. Het beroep van de onderneming is ongegrond.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep ongegrond. De aanvraag voor TVL-subsidie is terecht afgewezen wegens te late indiening.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de minister de subsidieaanvraag van [naam 1] B.V. ten onrechte heeft afgewezen vanwege een technische storing, en vernietigt het besluit.

Het College heeft de aanvraag van [naam 1] B.V. voor subsidie COVID-19 afgewezen wegens te late indiening. De minister handhaafde de afwijzing, en het College oordeelde dat er geen grond was voor afwijking van de indieningstermijnen.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft de afwijzing van een TVL-subsidieaanvraag door de minister bevestigd, omdat de aanvraag te laat was ingediend.

Beroep ongegrond; afwijzing subsidie aanvraag TVL voor Q4 2021 door minister bevestigd.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de ondernemer niet voldoet aan het vestigingsvereiste voor subsidie op grond van de TVL, waardoor de intrekking van de subsidie terecht is.

Het College oordeelt dat de minister de subsidie op € 0,- heeft vastgesteld, omdat de onderneming niet voldeed aan de eis van 30% omzetverlies. Het beroep is ongegrond verklaard.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat de hotel-restaurants van Van der Valk geen MKB-ondernemingen zijn en dat de minister terecht subsidies heeft afgewezen. De definitie van MKB-ondernemingen moet strikt worden toegepast, en de TVL is een subsidieregeling, niet een compensatieregeling.

De beroepen van Hotel Almere zijn niet-ontvankelijk verklaard. De minister moet proceskosten van € 2.742,- en griffierecht van € 730,- vergoeden.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven bevestigt de afwijzing van subsidieaanvragen van Motel Haarlemmermeer B.V. op grond van het staatssteunplafond van € 2.300.000,-, en verklaart de beroepen ongegrond.

Beroep ongegrond; minister heeft terecht de verkoop van een auto meegerekend bij de omzet voor subsidieaanvraag TVL.

College van Beroep voor het bedrijfsleven wijst beroep van [naam 1] B.V. af inzake subsidieaanvraag TVL-regeling, omdat geen economische activiteiten meer plaatsvonden.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een ondernemer tegen de afwijzing van zijn subsidieaanvraag ongegrond, omdat hij niet voldeed aan de drempel van € 1.500,- aan vaste lasten.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven oordeelt dat de onderneming niet voldoet aan de drempelvereisten voor subsidie COVID-19 en veroordeelt de minister tot schadevergoeding wegens schending van de redelijke termijn.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep van Stichting Animal Rights ongegrond inzake de afgifte van een paardenpaspoort voor een konikpaard, ondanks bezwaren over identificatietermijnen en notificatie aan de Europese Commissie.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de NZa terecht ONVZ heeft opgedragen om de polisvoorwaarden voor farmaceutische zorg aan te passen, omdat deze niet in overeenstemming zijn met de Zorgverzekeringswet.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een ondernemer ongegrond, omdat hij niet voldeed aan de voorwaarde van ten minste 30% omzetverlies voor subsidie in het kader van COVID-19-regeling.

Het College verklaart het beroep van [naam 1] B.V. ongegrond, de minister heeft de juiste referentieperiode Q3 2020 gehanteerd voor de subsidie TVL.

De aanvraag voor subsidie op grond van de TVL voor Q2 2021 is afgewezen wegens te late indiening. Het College oordeelt dat de minister terecht heeft afgewezen, omdat de aanvraag niet tijdig was ingediend.

De aanvraag voor subsidie op grond van de TVL voor Q2 2021 is afgewezen omdat deze te laat is ingediend. Het College oordeelt dat de afwijzing terecht is, gezien de dwingende regels van de TVL-regeling.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de afwijzing van de subsidieaanvraag van een ondernemer voor een zeilschip, omdat het schip niet voldoet aan de leeftijdseis van de regeling.

De aanvraag van een ondernemer voor TVL-subsidie werd afgewezen omdat niet voldaan werd aan het vestigingsvereiste. Het College oordeelde dat de ondernemer geen eigen opgang of toegang had, en verklaarde het beroep ongegrond.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de minister de subsidieaanvraag correct heeft afgewezen op basis van het staatssteunplafond. De beroepen van de onderneming zijn ongegrond en niet-ontvankelijk verklaard.

Het College vernietigt de tariefbeschikking van de NZa voor 2022, oordeelt dat de tariefdifferentiatie onrechtmatig is en stelt het reguliere psychiatertarief vast voor vrijgevestigde psychiaters.

Het College vernietigt de goedkeuring van de concentratie tussen Leekerweide en Wilgaerden, omdat de Familievereniging niet bij de voorbereiding was betrokken, zoals vereist door de Wmg.

Het College vernietigt het bestreden besluit van de minister inzake de subsidieaanvraag TVL, maar laat de rechtsgevolgen in stand vanwege het overschrijden van het staatssteunplafond.

College van Beroep voor het Bedrijfsleven wijst beroep van Euphemia B.V. af; afwijzing subsidieaanvraag door minister voor Klimaat en Energie is terecht, omdat benodigde omgevingsvergunningen niet zijn overgelegd.

De aanvraag voor een subsidie op grond van de TVL voor het derde kwartaal van 2021 is afgewezen omdat deze buiten de aanvraagperiode is ingediend.

Beroep gegrond; minister moet nieuw besluit nemen over subsidie aanvraag COVID-19; proceskostenvergoeding van € 1.674,- aan ondernemer.

De aanvraag voor subsidie op grond van de TVL voor Q2 2021 is afgewezen wegens te late indiening. Het College oordeelt dat de ondernemer niet tijdig heeft aangevraagd en dat er geen uitzonderlijke omstandigheden zijn die een afwijking rechtvaardigen.

De aanvraag voor TVL-subsidie is afgewezen omdat deze te laat is ingediend. Het College bevestigt de afwijzing en verklaart het beroep ongegrond.

Het College verklaart het beroep van VOF [naam 1] ongegrond, omdat de minister terecht de subsidie op nihil heeft vastgesteld op basis van de aangiften omzetbelasting, waarbij het omzetverlies minder dan 30% bedraagt.

Hoger beroep gegrond; minister heeft onterecht boetes opgelegd aan maatschap voor overtredingen Meststoffenwet. Totaalbedrag boete vastgesteld op € 24.954,60,- en minister veroordeeld in proceskosten.

Beroep van Intraservice Dienstverlening B.V. tegen de afwijzing van subsidie op grond van de TVL is ongegrond verklaard. De minister heeft de omzetcorrectie terecht toegepast, en de subsidie blijft € 9.735,40.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt dat de minister de subsidie van een onderneming op € 0,- mocht vaststellen, omdat het omzetverlies minder dan 30% was. De minister wordt veroordeeld tot betaling van € 500,- wegens overschrijding van de redelijke termijn.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven heeft de aanvraag van [naam 1] B.V. voor subsidie op grond van de TVL afgewezen, omdat niet voldaan werd aan het vereiste van 30% omzetverlies. De beslissing is gebaseerd op de aangiftes omzetbelasting.

De aanvraag voor subsidie TVL voor Q4 2021 is afgewezen omdat het omzetverlies niet ten minste 20% bedraagt. De minister gebruikte de omzet in Q1 2020 als referentie, wat door het College werd bevestigd.

De minister introk de subsidie voor COVID-19 vaste lasten omdat de onderneming niet voldeed aan de omzetverliescriteria. Het beroep op vertrouwens- en gelijkheidsbeginsel werd afgewezen.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft het beroep van Stichting Music Connects All ongegrond verklaard, omdat donaties niet als omzet in de zin van de TVL kunnen worden aangemerkt.

De aanvraag van een onderneming voor subsidie op grond van de TVL werd afgewezen omdat er geen 30% omzetverlies was. Het College oordeelde dat de onderneming op 1 april 2019 was gestart met haar activiteiten en dat de minister terecht de aanvraag had afgewezen. Het beroep werd ongegrond verklaard, maar de minister moest wel proceskosten vergoeden.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven wijst de aanvraag van een onderneming voor subsidie voor Q4 2020 en Q1 2021 af, omdat deze buiten de aanvraagtermijnen is ingediend. De minister had geen ruimte om af te wijken van de regels.

Het College oordeelt dat de subsidie voor de ondernemer terecht op € 0,- is vastgesteld, omdat hij niet voldeed aan de eis van 30% omzetverlies. De omzet uit sigarettenverkoop moest worden meegerekend.

Het College verklaart het beroep ongegrond wegens niet-ontvankelijkheid van het bezwaar van de ondernemer, dat te laat was ingediend.

De aanvraag van een onderneemster voor een TVL-subsidie is afgewezen omdat zij niet kon aantonen dat zij voldeed aan de omzetvereisten in de referentieperiode.

Het College oordeelt dat de minister de subsidie op nihil mocht vaststellen, omdat het omzetverlies van de appellant minder dan 30% was. Het beroep is ongegrond verklaard.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van [naam 1] B.V. ongegrond inzake de subsidieaanvraag op grond van de TVL voor Q2 2021, waarbij de minister terecht de omzetgegevens van [naam 1] heeft gehanteerd.

College van Beroep voor het bedrijfsleven wijst de subsidieaanvraag van [naam 1] af wegens niet voldoen aan de voorwaarden van de TVL-regeling, waaronder omzetverlies en berekende vaste lasten.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft de aanvraag van [naam 1] voor subsidie op grond van de SVL afgewezen, omdat niet voldaan werd aan de voorwaarden van omzetverlies en vaste lasten. Het beroep is ongegrond verklaard.

Het College verklaart het beroep van V.O.F. [naam 1] ongegrond, omdat het omzetverlies van 25,61% niet voldoet aan de 30%-eis voor subsidie onder de TVL-regeling. De minister heeft terecht de subsidie op nihil vastgesteld.

De aanvraag van [naam 1] voor subsidie op basis van de TVL werd afgewezen omdat niet voldaan werd aan het vestigingsvereiste. Het beroep is ongegrond verklaard.

Het College vernietigt de afwijzing van subsidieaanvragen van [naam 1] B.V. en oordeelt dat de minister nieuwe besluiten moet nemen, waarbij een alternatieve referentieperiode moet worden gehanteerd.

De aanvraag voor subsidie op grond van de SVL is afgewezen omdat de inschrijfdatum van de vennootschap in het handelsregister niet binnen de vereiste periode valt. Het beroep is ongegrond verklaard.

College van Beroep voor het bedrijfsleven wijst subsidieaanvraag van [naam 1] B.V. af wegens niet voldoen aan vestigingsvereiste.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft op 7 maart 2023 het beroep van een taxichauffeur ongegrond verklaard, die een dwangsom had verbeurd voor het aanbieden van taxivervoer zonder vergunning.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van appellant ongegrond in de herzieningsprocedure van een invorderingsbesluit wegens taxivervoer zonder vergunning, ondanks sepot door de officier van justitie.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep ongegrond inzake de schorsing van de chauffeurskaart van de appellant, wegens vermoedelijke onrechtmatige overdracht aan zijn broer.

Tandtechniek Nederland B.V. (TTN) verliest beroep tegen afwijzing subsidieaanvraag COVID-19 vanwege onvoldoende omzetonderbouwing. Minister hoeft geen proceskosten te vergoeden, maar griffierecht wordt vergoed.

Het College van Beroep voor het Bedrijfsleven verklaart het beroep ongegrond inzake de intrekking van subsidie voor een reisbureau dat niet voldeed aan het vestigingsvereiste.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep ongegrond inzake de afwijzing van subsidie op grond van de TVL voor Q1 2021, waarbij de referentieperiode Q1 2019 wordt gehandhaafd.

College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt over subsidieaanvragen van MKB-ondernemingen in het kader van COVID-19 en bevestigt de afwijzing op basis van omzetgegevens.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat het bouwplan van eiser 2 een toelaatbaar hoogteaccent is, ondanks bezwaren van eiser 2. Beroep van eiser 1 niet-ontvankelijk, beroep van eiser 2 gegrond. Bestreden besluit vernietigd, rechtsgevolgen in stand gehouden.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep van een appellant ongegrond, omdat hij niet voldoet aan de voorwaarden voor subsidie op grond van de TVL, met name het vereiste van minimaal 30% omzetverlies.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven verklaart het beroep gegrond en herroept de intrekking van de subsidie op grond van de TVL, omdat het vestigingsvereiste niet langer wordt tegengeworpen.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft de intrekking van een subsidie op grond van de TVL-regeling vernietigd, omdat verweerder zijn standpunt over het vestigingsvereiste had herzien. Appellante krijgt proceskosten vergoed.

De rechtbank heeft de gedoogplichtbesluiten van de provincie Zuid-Holland in stand gelaten, waarbij eisers verplicht zijn om oeververvanging langs de Gouwe te gedogen. De beroepen zijn ongegrond verklaard.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat het Uwv onvoldoende heeft onderbouwd dat er op lange termijn een kans op herstel van de arbeidsongeschiktheid bestond. Eiseres krijgt recht op IVA-uitkering.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat eiser, een toegevoegd ambtenaar, niet verzekerd was voor AOW in de relevante periode. Beroep ongegrond, schadevergoeding toegekend.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond in een herzieningsverzoek van eisers tegen de SVB inzake AIO-aanvulling. Geen nieuwe feiten aangetoond.

Rechtbank Den Haag vernietigt afwijzing bijstandsaanvraag op basis van onvoldoende bewijs voor gezamenlijke huishouding en draagt verweerder op een nieuwe beslissing te nemen.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat de herziening en terugvordering van toeslag door het Uwv terecht zijn, omdat eiseres samenwoonde en geen recht meer had op de toeslag. Beroep ongegrond.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de 100% verlaging van de bijstandsuitkering van eiser door het college van burgemeester en wethouders van Den Haag.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat huisvesting van arbeidsmigranten in recreatiewoningen in strijd is met bestemmingsplan. Beroep ongegrond, last onder dwangsom blijft in stand.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat het gebruik van recreatiewoningen door arbeidsmigranten in strijd is met het bestemmingsplan. Beroep ongegrond, last onder dwangsom blijft in stand.

De rechtbank vernietigt de intrekking van bijstand over de periode van 1 september 2019 tot en met 29 februari 2020, maar bevestigt de intrekking en terugvordering over de periode van 26 mei 2010 tot 1 september 2019.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat het pgb van eiser ten onrechte op het informele tarief is vastgesteld. Eiser krijgt recht op een pgb van 35 uur per week tegen het formele tarief van € 37,80.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat eiseres een last onder dwangsom heeft gekregen wegens gebruik van percelen in strijd met bestemmingsplan. Beroep ongegrond, griffierecht vergoed.

Rechtbank Den Haag vernietigt het tweede vergunningsvoorschrift van een omgevingsvergunning voor een grillroom in Delft, omdat het college niet in redelijkheid de sluitingstijden kon beperken.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep ongegrond inzake terugvordering ZW-uitkering van € 1.421,20. Geen dringende reden om van terugvordering af te zien. Eiser ontvangt een minimale uitkering.

Rechtbank Den Haag vernietigt het besluit van het Uwv over de ZW-uitkering van een ex-werkneemster wegens onvoldoende onderzoek naar de eerste arbeidsongeschiktheidsdag.

De rechtbank oordeelt dat de weigering van PGK Vastgoed B.V. om gebruiksruimte te reserveren voor een bouwproject aan de Wegastraat 34-40 terecht was, omdat er geen rechtsverhouding bestond met de kadastrale percelen.

Eiser verzocht om een indicatie voor zorg op grond van de Wlz, maar het CIZ wees dit af. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond, omdat eiser niet voldeed aan de voorwaarden voor zorg.

Rechtbank Den Haag verklaart beroep ongegrond; omgevingsvergunning voor verbouwing rijksmonument niet in strijd met bestemmingsplan; belangen monumentenzorg en woningbouw afgewogen.

De rechtbank verklaart het beroep van eiseres tegen het Uwv ongegrond, omdat zij arbeidsgeschikt is voor haar eigen werk. Geen recht op ZW-uitkering vanaf 23 juni 2020.

De rechtbank verklaart het beroep van eiseres niet-ontvankelijk wegens gebrek aan procesbelang, aangezien partijen het erover eens zijn dat er geen verdere procedure nodig is.

De rechtbank verklaart het beroep van Stichting Wijkberaad Bezuidenhout ongegrond inzake de omgevingsvergunning voor de transformatie van een kantoorgebouw naar woningen, oordelend dat er geen strijd is met de goede ruimtelijke ordening.

Eiser verzocht om handhaving tegen een overkapping; beroep ongegrond verklaard; schadevergoeding van €1000,- wegens termijnoverschrijding toegewezen.

Rechtbank Den Haag vernietigt de omgevingsvergunning voor een woontoren aan het Maanplein 110, o.a. vanwege onvoldoende motivering en strijd met het rechtszekerheidsbeginsel.

Tussenuitspraak over omgevingsvergunning voor woontoren op Maanplein; gemeente moet motiveringsgebrek herstellen.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en oordeelt dat eiser niet als belanghebbende kan worden aangemerkt bij de omgevingsvergunning voor de woontoren aan Maanplein 110.

De rechtbank verklaart het beroep van de Vereniging Montessorischool Waalsdorp ongegrond inzake de compensatie van de transitievergoeding, vastgesteld op € 46.727,10, en bevestigt de wettelijke maximering van de compensatie.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af inzake een omgevingsvergunning voor woningverandering en uitbouw, oordelend dat het college op goede gronden heeft gehandeld.

De rechtbank heeft de omgevingsvergunning voor het plaatsen van een berging in Voorschoten bevestigd, oordelend dat deze niet in strijd is met het bestemmingsplan en dat eiseres als belanghebbende is aangemerkt.

Rechtbank Den Haag wijst de aanvraag voor een WIA-uitkering met verkorte wachttijd af, maar kent schadevergoeding toe wegens termijnoverschrijding.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat verzoekers onvoldoende informatie hebben verstrekt over hun financiële situatie voor de bijstandsaanvraag.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat eiseres per 16 april 2020 minder dan 35% arbeidsongeschikt was, waardoor haar WIA-uitkering terecht is beëindigd. Beroep tegen bestreden besluit II gegrond verklaard wegens gebrek aan inhoudelijke beslissing.

De rechtbank verklaart het beroep van eiseres tegen het UWV ongegrond, oordelend dat het medisch onderzoek zorgvuldig is en de arbeidsongeschiktheid correct is vastgesteld.

Beroep gegrond; verweerder heeft niet tijdig beslist op handhavingsverzoek; dwangsom van € 1.442,- verbeurd.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep ongegrond; bezwaar tegen wijziging van huishoudelijke hulp niet-ontvankelijk wegens termijnoverschrijding.

De rechtbank verklaart het beroep van eiseres ongegrond, oordelend dat het ontbreken van arbeidsvermogen niet duurzaam is en dat eiseres niet in aanmerking komt voor een Wajong-uitkering.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond. Eiseres heeft geen recht meer op ZW-uitkering per 1 november 2019. De geselecteerde functies zijn geschikt bevonden.

De rechtbank verklaart het beroep tegen het besluit van 15 november 2019 niet-ontvankelijk en het beroep tegen het herstelbesluit van 4 februari 2022 ongegrond. Verweerder wordt veroordeeld in de proceskosten en moet het griffierecht vergoeden.

Rechtbank Den Haag vernietigt de weigering van handhaving van het gebruik van een binnenplaats, maar laat de rechtsgevolgen in stand. Verweerder moet griffierecht en proceskosten vergoeden.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond inzake de omgevingsvergunning voor herinrichting van winkelruimte naar wonen, zonder evidente privaatrechtelijke belemmering.

De rechtbank verklaart het beroep van eisers ongegrond en bevestigt de weigering van de omgevingsvergunning voor een steiger, omdat deze in strijd is met de bestemmingsplannen.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat het UWV terecht de arbeidsongeschiktheid van eiseres op 35,97% heeft vastgesteld en verklaart het beroep ongegrond.

De rechtbank vernietigt handhavingsbesluiten wegens onduidelijkheid over horeca-activiteiten en bevestigt de last voor illegale bouwactiviteiten. De aanvraag voor een omgevingsvergunning wordt afgewezen.

Rechtbank Den Haag verklaart beroepen ongegrond inzake omgevingsvergunning voor uitbreiding restaurant met appartementen. Belangen vaarwegbeheerder voldoende gewogen.

Rechtbank Den Haag wijst vorderingen van Basic af; geen inbreuk op Europees octrooi EP 941 door Afire vastgesteld.

Tussenvonnis over billijke vergoeding tussen Sena en commerciële radiozenders, met benoeming van de Geschillencommissie Auteursrechten als deskundige.

De rechtbank vernietigt het bestreden besluit van het college van burgemeester en wethouders van Den Haag inzake een handhavingsverzoek tegen een dakterras, omdat het besluit niet deugdelijk is gemotiveerd.

De rechtbank verklaart het beroep van eiseres niet-ontvankelijk omdat zij geen bezwaar heeft gemaakt tegen het primaire besluit, waardoor dit onherroepelijk is geworden.

De rechtbank verklaart het beroep gegrond wegens onvoldoende zorgvuldig medisch onderzoek en draagt verweerder op een nieuwe beslissing op bezwaar te nemen.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de verlening van de omgevingsvergunning voor een geothermiebron in Den Haag, met voldoende waarborging van geluid- en veiligheidsnormen.

De rechtbank vernietigt de omgevingsvergunning voor afvalrecycling, oordelend dat de activiteiten niet passen binnen het bestemmingsplan en dat er een m.e.r.-beoordeling had moeten plaatsvinden.

Rechtbank Den Haag doet tussenuitspraak over winningsvergunning aardwarmte; onderbouwing winningstermijn onvoldoende, minister krijgt kans tot herstel.

De rechtbank verklaart het beroep van eiser ongegrond en bevestigt de beëindiging van de ZW-uitkering per 12 november 2019, gebaseerd op medische beoordelingen.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep van eiseres ongegrond inzake de vaststelling van haar afloscapaciteit door het UWV, maar veroordeelt het UWV tot vergoeding van griffierecht en proceskosten.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat eiseres recht heeft op compensatie van de transitievergoeding, ondanks dat het opzegverbod voor 1 juli 2015 eindigde. Het Uwv had een onjuiste wetsuitleg gegeven.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat het Uwv ten onrechte compensatie transitievergoeding op € 0,- stelde. Beroep gegrond verklaard, besluit vernietigd.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep ongegrond inzake omgevingsvergunning voor gevelverandering. Eiser kan niet aantonen dat het welstandsadvies gebrekkig is.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat eiseres de AIO-aanvulling ten onrechte heeft ontvangen door onroerend goed niet te melden. Terugvordering van € 18.240,59 is gerechtvaardigd.

De rechtbank verklaart het beroep van eiseres ongegrond en bevestigt de beëindiging van haar WIA-uitkering per 4 februari 2020, op basis van de conclusie dat zij minder dan 35% arbeidsongeschikt is.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat eiseres terecht is teruggevorderd voor niet gemelde inkomsten uit arbeid. Beroep ongegrond verklaard.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep van eiseres ongegrond inzake wijziging WAO-uitkering en dagloonberekening.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de beëindiging van de ZW-uitkering per 30 november 2019, na beoordeling van de arbeidsongeschiktheid van eiseres.

Rechtbank Den Haag oordeelt over billijke vergoeding voor fonogramgebruik door commerciële radiozenders. Sena vordert vergoeding op basis van Wet naburige rechten. Geschillencommissie wordt om advies gevraagd.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep van eiseres ongegrond inzake WIA-uitkering, oordelend dat de medische beoordeling en geduide functies correct zijn.

Rechtbank Den Haag oordeelt over schending inlichtingenplicht bij WIA-uitkering en matigt de opgelegde boete van € 2.633,49 naar € 2.304,72.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep van eiseres ongegrond inzake de hoogte van de WIA-uitkering en de toepassing van de starterskorting.

De rechtbank Den Haag oordeelt dat eiseres recht heeft op vergoeding van kosten van bezwaar na herziening van haar WW-uitkering na onterecht ontslag op staande voet.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep ongegrond; eiser voldoet niet aan jareneis voor IOW-uitkering vanwege werkzaamheden in Bonaire, die niet onder Nederlandse loonbelasting vallen.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep van eiseres ongegrond; afwijzing WIA-uitkering door Uwv is terecht.

Rechtbank Den Haag verklaart de beroepen van eiser ongegrond inzake herzieningsverzoeken AOW-uitkering voor gehuwden en duurzaam gescheiden levenspartners.

De rechtbank heeft het beroep van eiseres ongegrond verklaard, omdat zij niet voldeed aan de wekeneis voor een WW-uitkering en de hoorplicht niet was geschonden.

De rechtbank verklaart het beroep van eiseres ongegrond, omdat de terugvordering van de toeslag op haar WAO-uitkering terecht was. Eiseres had te veel toeslag ontvangen en het beroep op het vertrouwensbeginsel werd verworpen.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de ingangsdatum van de ontheffing van de verzekeringsplicht voor de volksverzekeringen op de aanvraagdatum, niet eerder.

De rechtbank heeft het beroep van de eiser ongegrond verklaard en bevestigd dat de ZW-uitkering terecht is beëindigd op basis van arbeidsgeschiktheid en medische beoordeling.

Rechtbank Den Haag verklaart beroep ongegrond inzake WIA-uitkering, maar constateert schending hoorplicht en bepaalt vergoeding griffierecht van € 48,- aan eiser.

De rechtbank verklaart het beroep van eiser ongegrond, omdat hij per 12 maart 2019 in staat werd geacht de geduide functies te verrichten en geen recht had op een Ziektewet-uitkering.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, omdat eiseres geen nieuwe feiten of omstandigheden heeft aangetoond die de herziening van het besluit tot weigering van de WW-uitkering rechtvaardigen.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat de ingekochte zorg door eiser niet onder Wlz-zorg valt, wat leidt tot intrekking van het pgb en afkeuring van de zorgovereenkomst. Beroep ongegrond en niet-ontvankelijk verklaard.

De rechtbank heeft de aanvraag voor kinderbijslag over 1994-1997 afgewezen, omdat de SVB geen dossierstukken meer had en de terugwerkende kracht beperkt is tot één jaar.

Rechtbank Den Haag wijst het herzieningsverzoek van eiseres af. Geen nieuwe feiten of omstandigheden aangetoond. Beroep ongegrond.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep ongegrond inzake intrekking en terugvordering van bijstand door exploitatie hennepkwekerij.

Rechtbank Den Haag vernietigt omgevingsvergunning voor bijgebouw wegens onvoldoende motivatie van afwijkend gebruik. Verweerder moet nieuwe beslissing nemen en griffierecht vergoeden.

De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard en de herziening van zijn ouderdomspensioen naar de norm van een gehuwde bevestigd.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep ongegrond inzake intrekking en terugvordering AIO-aanvulling wegens schending inlichtingenplicht door eisers.

Tussenuitspraak van de Rechtbank Den Haag over afwijzing handhavingsverzoek; onvoldoende motivering door het college van burgemeester en wethouders.

Rechtbank Den Haag vernietigt besluit om kapvergunning voor tweestammige boom te verlenen, omdat deze zich op 52,5 cm van de erfgrens bevindt. Eiser I's beroep ongegrond, eisers II's beroep gegrond.

De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en de weigering van de omgevingsvergunning voor de splitsing van een woning bevestigd, omdat niet voldaan was aan de voorwaarden van het bestemmingsplan en de beleidsregels.

Rechtbank Den Haag verklaart beroep 18/2442 gegrond, vernietigt besluit 21 februari 2018 en verklaart bezwaar niet-ontvankelijk. Beroep 20/3719 niet-ontvankelijk, beroep 20/5145 ongegrond.

Rechtbank vernietigt omgevingsvergunning voor opblaasbare hockeyhal wegens onvoldoende motivering en draagt verweerder op nieuwe besluiten te nemen.

Barco vordert dat Kindermann inbreuk maakt op Europees octrooi EP 668. De rechtbank oordeelt dat er geen sprake is van inbreuk en wijst de vorderingen van Barco af.

De rechtbank heeft het beroep van eiseres ongegrond verklaard, omdat zij niet voldeed aan de wekeneis voor een WW-uitkering. De niet-gewerkte weken konden niet worden gelijkgesteld aan gewerkte weken.

De rechtbank verklaart het beroep van eiser ongegrond en bevestigt de toekenning van de WIA-uitkering, berekend naar een arbeidsongeschiktheid van 35 tot 80%.

De rechtbank verklaart het beroep van eiser niet-ontvankelijk wegens gebrek aan procesbelang, omdat de aanvraag voor verlenging van de tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang was afgewezen en de periode reeds was verstreken.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, omdat eiseres niet tijdig de gevraagde gegevens voor haar bijstandsaanvraag heeft aangeleverd, waardoor de aanvraag terecht buiten behandeling is gesteld.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep van eiseres ongegrond inzake afwijzing van Pgb voor hulp bij huishouden op basis van medisch advies.

Rechtbank Den Haag verklaart octrooi EP 948 niet inventief en nietig, afwijzing van schadevergoeding en proceskosten door Tinnus c.s. en toewijzing van nietigverklaring door Koopman.

Rechtbank Den Haag vernietigt het Nederlandse deel van EP 668 en wijst de vorderingen van Barco af, terwijl Delta's vorderingen in reconventie worden afgewezen.

Rechtbank Den Haag vernietigt het Nederlandse deel van octrooi EP 2 676 679 B1 wegens ongeoorloofde toegevoegde materie en veroordeelt Wyeth in proceskosten van € 150.000.

Menzis c.s. vorderde schadevergoeding van AstraZeneca c.s. wegens onrechtmatig handelen en ongerechtvaardigde verrijking door het onterecht claimen van exclusiviteit op basis van een ongeldig octrooi voor quetiapine. De rechtbank oordeelde dat AstraZeneca c.s. onrechtmatig heeft gehandeld en dat zij schade moet vergoeden aan Menzis c.s.

De rechtbank Den Haag heeft het wrakingsverzoek van Wyeth LLC afgewezen, oordelend dat de rechters niet vooringenomen waren en dat hun beslissingen procedureel van aard waren.

Global Management Services B.V. vordert dat Outtrade B.V. de inbreuk op haar Gemeenschapsmodelrechten staakt. De rechtbank oordeelt dat Outtrade inbreuk maakt op de modelrechten van Global en wijst de vorderingen van Global toe, met uitzondering van de vordering tot winstafdracht.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat MedQ Consultants geen inbreuk maakt op de merk- en handelsnaamrechten van Mediq B.V. en wijst de vorderingen van Mediq af.

De rechtbank heeft de vorderingen van SILK COSMETICS V.O.F. afgewezen wegens gebrek aan toestemming van de merkhouder voor het instellen van de vorderingen. Eiseres werd veroordeeld in de proceskosten.

Rechtbank Den Haag oordeelt in kort geding over inbreuk op auteursrechten door vertoning van Eredivisie beelden in café. Gedaagde niet verschenen, verstek verleend. Dwangsom en proceskosten opgelegd.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat er geen merkinbreuk is door VES op het Crossfit-merk en wijst de vorderingen van CF af. VES' vordering tot nietigheid van het Crossfit-merk wordt ook afgewezen.

Vonnis van 6 november 2019 over proceskosten in de zaak tussen The Football Association Premier League Limited en Ecatel Ltd, met veroordelingen in conventie en reconventie.

De rechtbank heeft de aanvraag voor een aanvullend beschermingscertificaat voor Truvada geweigerd, omdat niet voldaan was aan de voorwaarden van de ABC-verordening. Emtricitabine kon niet specifiek worden geïdentificeerd op basis van het basisoctrooi.

JF Blossom vordert in kort geding tegen Yehwang wegens inbreuk op auteurs- en modelrechten van sieraden. De rechter oordeelt dat inbreuk plaatsvindt op enkele sieraden, en beveelt Yehwang te staken en gestaakt te houden.

Eli Lilly vorderde een inbreukverbod tegen Fresenius Kabi voor het gebruik van Pemetrexed Fresenius, maar de rechtbank oordeelde dat dit geen inbreuk maakt op EP 508, dat beperkt is tot pemetrexed dinatrium.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat Europees octrooi EP 508 geldig is en wijst de vordering van Sandoz tot vernietiging af.

In deze zaak werd de geldigheid van een aanvullend beschermingscertificaat voor darunavir beoordeeld. De rechtbank oordeelde dat er een serieuze kans was dat het certificaat nietig zou worden verklaard, omdat darunavir niet specifiek identificeerbaar was voor de gemiddelde vakman. Searle's vorderingen werden afgewezen.

KDE vorderde een verbod op inbreuk door Belmoca op octrooi EP 2 996 521. De rechtbank wees de vorderingen af, oordelend dat inbreuk niet aannemelijk was.

De rechtbank oordeelt dat de medewerkers van AIMM de uitvinders zijn van de octrooien en dat Crucell hen als zodanig moet erkennen. AIMM heeft recht op milestone-betalingen van Crucell en de rechtbank wijst de vorderingen van Crucell in reconventie af.

Rechtbank Den Haag oordeelt in kort geding dat Sandoz inbreuk maakt op het ABC van Searle voor het geneesmiddel Darunavir en wijst een provisioneel inbreukverbod toe.

Eiseressen vorderen een gebod tegen gedaagde voor inbreuk op auteursrechten door vertoning van Eredivisie wedstrijdbeelden zonder licentie. De rechtbank wijst het gebod toe en legt een dwangsom op.

Rechtbank Den Haag oordeelt over auteursrecht- en merkinbreuk door Dé Beheermakelaar na beëindiging samenwerking met KT Group. Vordering tot staking van inbreuken toegewezen, behalve voor handelsnaaminbreuk.

De rechtbank oordeelt dat Rebel & Rich geen inbreuk maakt op de merkrechten van Rolls-Royce. Er is geen gevaar voor verwarring en de vorderingen van Rolls-Royce worden afgewezen.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat het combinatie-ABC voor ezetimibe en simvastatine nietig is, omdat MSD al een ABC voor ezetimibe heeft. Vorderingen van MSD afgewezen.

De rechtbank heeft het octrooi NL 2002091 ongeldig verklaard en de vorderingen van PlantLab in de inbreukprocedure afgewezen, met proceskostenveroordeling voor PlantLab.

De rechtbank weigert het ABC voor een combinatieproduct van ezetimibe en rosuvastatine, omdat het niet als zodanig wordt beschermd door het basisoctrooi, en bevestigt de eerdere beslissing van verweerder.

Vita vordert vernietiging van het Nederlandse deel van Europees octrooi EP 2 269 960 B1. Ivoclar heeft afstand gedaan van het octrooi, waardoor Vita geen belang meer heeft bij de vordering. Ivoclar wordt veroordeeld in de proceskosten tot € 63.726,37.

Teva vorderde vernietiging van EP 181, dat tadalafil voor erectiestoornissen dekt. De rechtbank oordeelde dat de conclusies niet inventief zijn en vernietigde het octrooi.

Rechtbank Den Haag vernietigt het Nederlandse deel van octrooi EP 2 055 313 wegens gebrek aan inventiviteit in een geschil tussen Celltrion en Biogen.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat Ecatel als tussenpersoon aansprakelijk is voor het hosten van illegale streams van voetbalwedstrijden, en beveelt hen om deze diensten te staken.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat Vialli inbreuk maakt op Europees Octrooi 1 799 083 B1 door K5 dispensers aan te bieden. Vordering SCA tot verbod en informatieverstrekking toegewezen, vordering Vialli tot nietigheid afgewezen.

Avelon Fashion B.V. vordert auteursrechtelijke bescherming van kledingontwerpen, maar de rechtbank wijst de vorderingen af omdat Avelon Fashion niet kan aantonen dat zij de auteursrechthebbende is.

Rechtbank Den Haag verklaart octrooi EP 525 nietig en wijst vorderingen van Koninklijke Philips N.V. af in geschil met Wiko SAS over inbreuk.

Rechtbank Den Haag verklaart octrooi EP 525 ongeldig wegens gebrek aan nieuwheid en inventiviteit, waardoor Philips' vorderingen tegen Asus worden afgewezen.

Rechtbank Den Haag vernietigt octrooi EP 659 in IE-zaak tussen Philips en Asus wegens gebrek aan nieuwheid en inventiviteit. Vorderingen van Philips afgewezen, proceskosten toegewezen aan Asus.

Rechtbank Den Haag vernietigt octrooi EP 659 in de zaak tussen Koninklijke Philips N.V. en WIKO SAS wegens gebrek aan nieuwheid en inventiviteit. Philips wordt veroordeeld in de proceskosten van Wiko.

Rechtbank Den Haag vernietigt octrooi wegens gebrek aan nieuwheid en niet tijdige overdracht van prioriteitsrecht.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat gedaagde inbreuk heeft gemaakt op de merkrechten van Louis Vuitton en legt hem diverse verplichtingen op, waaronder het staken van de inbreuk en het doen van opgave van gegevens.

Vonnis van 30 augustus 2017 in de zaak van Vereniging Buma tegen Grupo Esdras B.V. over auteursrechtelijke vorderingen, waarbij gedaagde is veroordeeld tot betaling en opgave van evenementen.

De rechtbank oordeelt dat SSH geen auteursrecht heeft op de naam 'Ventoux3' en het logo, en wijst de vorderingen van SSH af. SV3 wordt in het gelijk gesteld en SSH moet het gebruik van de naam en het logo staken.

De rechtbank heeft de weigering van een aanvullend beschermingscertificaat voor trastuzumab emtansine bevestigd, omdat niet voldaan was aan de voorwaarden van de Europese regelgeving.

De rechtbank oordeelt dat Ventraco niet inbreuk heeft gemaakt op het Europees octrooi EP 415 en wijst de vorderingen van VWS af. Ventraco krijgt gelijk in het executiegeschil en VWS wordt veroordeeld tot betaling van proceskosten.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat de smaak van Heksenkaas geen auteursrechtelijke bescherming geniet. Vordering van Levola afgewezen.

Rechtbank Den Haag vernietigt octrooi EP 511 van Philips wegens gebrek aan nieuwheid en wijst vorderingen van Philips af.

Philips vorderde een verbod op Archos wegens inbreuk op octrooi EP 511. De rechtbank wees de vorderingen af omdat het octrooi in een andere procedure was vernietigd.

Rechtbank Den Haag vernietigt octrooi EP 511 van Philips wegens gebrek aan nieuwheid en inventiviteit; vorderingen van Philips afgewezen.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat het licentieaanbod van Koninklijke Philips N.V. voor UMTS- en LTE-octrooien FRAND is, en wijst de vorderingen van Archos S.A. af.

AIMM vordert erkenning als uitvinder van octrooien en stelt dat Crucell onrechtmatig handelt. De rechtbank wijst de vorderingen van AIMM af en bevestigt dat de Research Agreement ook op de resultaten van AIMM van toepassing is.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat de eerdere handelsvergunning voor Climodien geen belemmering vormt voor de afgifte van een aanvullend beschermingscertificaat voor Qlaira, en vernietigt het besluit van het Octrooicentrum Nederland.

De rechtbank oordeelt dat Snappet c.s. geen auteursrechtinbreuk heeft gepleegd op educatieve uitgaven van GEU c.s. omdat de gemaakte keuzes voornamelijk didactisch zijn en niet creatief. GEU c.s. wordt veroordeeld tot schadevergoeding aan Snappet c.s. wegens onrechtmatig beslag.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat By-Boo inbreuk maakt op de intellectuele eigendomsrechten van De Poortere door het aanbieden van tapijten met Patchwork-dessin 1, maar niet met Patchwork-dessin 2. VME wordt vrijgesproken van inbreuk.

De Rechtbank Den Haag oordeelt dat Ventraco indirect inbreuk maakt op het octrooi EP 415 van VWS, dat betrekking heeft op een verjongingsmiddel voor bitumen. Ventraco moet een schadevergoeding betalen en een gecontroleerde opgave doen van leveringen, maar de vordering tot vernietiging van voorraden wordt afgewezen.

De verzoeken van Silco Holding tot wijziging van de handelsnaam en merkgebruik zijn afgewezen. Silco Holding is veroordeeld in de proceskosten.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat gedaagde merkinbreuk pleegt door namaak Superdry-kleding te verkopen op Marktplaats. Vordering DKH tot staking van inbreuk en schadevergoeding toegewezen.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat gedaagde inbreuk maakt op het merkenrecht van Leatherman door gebruik van de naam 'leatherman' in handelsnaam en domeinnamen, en verbiedt dit gebruik.

Rechtbank Den Haag oordeelt over de geldigheid van octrooi EP 1 207 870 B1 inzake N-palmitoylethanolamide. JP Russell vordert vernietiging van octrooiconclusies, maar rechtbank oordeelt dat deze inventief zijn.

In een kort geding heeft de Rechtbank Den Haag beslag toegestaan op gegevensdragers met software, wegens inbreuk op intellectuele eigendomsrechten door de gerekwestreerde.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat het octrooi van Nestec S.A. vervallen is door niet tijdig betalen van de jaartaks. De betaling op 10 mei 2012 was onverschuldigd, waardoor het octrooi niet meer van kracht is.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat het CBG onrechtmatig handelt door productinformatie van generieke pregabaline te publiceren, inbreuk makend op het octrooi van WLC.

Rechtbank Den Haag oordeelt in favor van Alpargatas in de zaak tegen Brands & Concepts over inbreuk op het Gemeenschapswoordmerk HAVAIANAS.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat Brands & Concepts inbreuk maakt op het Gemeenschapswoordmerk HAVAIANAS door het aanbieden van 'Hollandaisas' slippers, en houdt verdere beslissingen aan voor het eindvonnis.

De rechtbank heeft de incidentele vorderingen van NBC afgewezen en de beslissing over de proceskosten aangehouden tot de hoofdzaak, waarbij de ontvankelijkheid van de eiser in de hoofdzaak moet worden onderzocht.

De rechtbank verklaart het ABC 300125 gedeeltelijk nietig en oordeelt dat Resolution geen inbreuk maakt op de rechten van Shionogi met betrekking tot rosuvastatine zink.

Rechtbank Den Haag vernietigt octrooi EP 630 en wijst vorderingen van Jet Set Hydrotechniek af wegens inbreuk. Hoffland c.s. krijgt schadevergoeding toegewezen.

De rechtbank heeft ondervrijwaring toegestaan in een merkinbreukzaak, waarbij Goeiemode VCS in vrijwaring opriep. VCS mag EN-S Sports in ondervrijwaring oproepen.

Rechtbank Den Haag vernietigt de omgevingsvergunning voor de Sint Sebastiaansbrug in Delft vanwege onzorgvuldig akoestisch onderzoek en oordeelt dat de geluidsbelasting niet correct is vastgesteld.

Rechtbank Den Haag vernietigt het besluit van CZ Zorgkantoren inzake pgb, herroept het primaire besluit en veroordeelt verweerder in proceskosten van € 1.948,-.

Rechtbank Den Haag verklaart het beroep ongegrond inzake de oprichtingsvergunning voor Vitaal-Vet, oordelend dat het bedrijf als zelfstandige inrichting kan worden beschouwd.

De rechtbank heeft de vergunning voor Vlasman bevestigd, ondanks bezwaren van een omwonende over geluid- en stofhinder. Het beroep is ongegrond verklaard.

Rechtbank Den Haag vernietigt de weigering van het college om dwangsommen te innen van Vlasman, maar laat rechtsgevolgen in stand. Eiser krijgt proceskosten vergoed.

De rechtbank oordeelt dat de vergunning voor het verwerken van asbesthoudend staal terecht is verleend en dat de beroepen van de eisers ongegrond zijn.

Rechtbank Den Haag oordeelt in planschadezaak dat gemeente onvoldoende onderbouwd heeft dat waardevermindering niet door planologische wijziging komt. Beroep gegrond verklaard, proceskosten vergoed.

Tussenuitspraak over de verlaging van een persoonsgebonden budget (pgb) voor AWBZ-zorg, waarbij de rechtbank verweerder de gelegenheid geeft om de motivering te verbeteren.

De voorzieningenrechter schorst de intrekking van de bijstandsuitkering van verzoeker en veroordeelt verweerder tot vergoeding van griffierecht en proceskosten.

De rechtbank oordeelt dat eiseres geen recht heeft op bijstand op basis van het Zambrano-criterium, omdat er geen sprake is van een situatie die haar dochter zou dwingen Nederland te verlaten. De beroepen worden ongegrond verklaard.

De rechtbank Den Haag verklaart het beroep van de gemeente Delft ongegrond inzake de MAU-uitkering, waarbij de eigen bijdrage op 5% is vastgesteld.

De rechtbank verklaart de beroepen van twee wijkverenigingen tegen de omgevingsvergunning voor het Internationaal Strafhof ongegrond, oordelend dat de vergunning in redelijkheid is verleend.

De rechtbank vernietigt de handhaving van lasten onder dwangsom voor permanente bewoning op een volkstuinencomplex, omdat de rechtsgrond ontbreekt. De eisers worden in het gelijk gesteld en de gemeente moet proceskosten vergoeden.

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en bevestigt dat aanvragen voor langdurigheidstoeslag na vijf jaar niet meer afdwingbaar zijn.

Rechtbank 's-Gravenhage oordeelt dat eiser recht heeft op € 30.000,- planschadevergoeding wegens hinder van restaurant met terras tegenover zijn woonboot.

De rechtbank verklaart het beroep van eisers ongegrond en bevestigt de rechtsgeldigheid van de goedkeuring van het stortreglement van Derde Merwedehaven B.V.

Rechtbank 's-Gravenhage oordeelt over handhaving van lasten onder dwangsom wegens overtredingen van omgevingsvergunningvoorschriften. Last (3) wordt opgeheven, proceskostenvergoeding toegekend.

De rechtbank verklaart het beroep van eiser ongegrond en bevestigt de intrekking van het werkleeraanbod en de inkomensvoorziening op basis van de Wet investeren in jongeren.

Rechtbank 's-Gravenhage oordeelt dat de beëindiging van de rolstoelbus voor eiseres terecht is, gebaseerd op medisch advies. Beroep AWB 12/1899 niet-ontvankelijk, AWB 12/1900 ongegrond.

Rechtbank 's-Gravenhage verklaart het beroep ongegrond inzake de intrekking van een werkleeraanbod onder de Wet investeren in jongeren, waarbij de nieuwe Wet werk en bijstand van toepassing is.

Rechtbank 's-Gravenhage verklaart beroepen ongegrond over planschadevergoeding; SAOZ-adviezen zijn voldoende onderbouwd en voldoen aan de eisen.

Rechtbank 's-Gravenhage oordeelt dat geluid van schepen als indirecte hinder wordt aangemerkt en dat de omgevingsvergunning terecht is verleend. Eiseres kan niet aantonen dat geluidsnormen worden overschreden.

De rechtbank 's-Gravenhage verklaart het beroep ongegrond inzake de afwijzing van een woonvoorziening op basis van de Wmo, omdat de aanvraag terecht is afgewezen als een algemeen gebruikelijke renovatie.

De rechtbank verklaart de beroepen van eiser niet-ontvankelijk wegens gebrek aan belanghebbendheid bij de verleende vrijstelling en bouwvergunningen voor een zwembad en woningen in Noordwijk.

De rechtbank verklaart de beroepen ongegrond en oordeelt dat het projectbesluit en de bouwvergunning voor een appartementencomplex te Roelofarendsveen rechtmatig zijn.

Rechtbank 's-Gravenhage oordeelt dat de afwijzing van bijstandsaanvraag van een arbeidsongeschikte zelfstandige niet deugdelijk is gemotiveerd, maar laat rechtsgevolgen in stand.

De rechtbank oordeelt over de aanleg van een fietstunnel in Wassenaar. De bouwvergunning is van rechtswege verleend, maar de motivering van de beslissing op bezwaar ontbrak. De rechtbank verklaart de beroepen gedeeltelijk gegrond, maar laat de rechtsgevolgen in stand.

De rechtbank oordeelt dat eisers, minderjarigen, recht hebben op bijstand wegens dringende redenen, ondanks hun leeftijd. Het besluit van verweerder wordt vernietigd en er moet een nieuwe beslissing op bezwaar komen.

De rechtbank heropent het onderzoek naar planschadevergoeding voor eiser, eigenaar van een woonboot, door de mogelijke overlast van een nieuwe horecagelegenheid.

De rechtbank oordeelde dat BKB niet kon aantonen dat nieuwe Roemeense wetgeving als overmacht gold, en wees haar vorderingen af. BKB werd veroordeeld tot nakoming van de overeenkomst met de Staat.

Eiser verzocht de Belastingdienst om bevestiging van zijn ondernemersstatus voor energie-investeringsaftrek. De rechtbank oordeelde dat de eerste negatieve beslissing een voorlopige standpuntbepaling was en wees de vorderingen van eiser af.

De rechtbank oordeelt dat de examenovereenkomst voor het afnemen van Nederlandse eindexamens op Curaçao in strijd is met de WVO. De vorderingen van de eisers worden afgewezen en de Staat handelt niet onrechtmatig.