mw. mr. V.M. van Daalen-Mannaerts

Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat de inspecteur voldoende voortvarend heeft gehandeld bij het opleggen van navorderingsaanslagen IB/PVV 2001-2008.

Het hof oordeelt dat de ontvanger onrechtmatig heeft gehandeld bij de aansprakelijkstelling van belanghebbende voor de belastingschuld van een derde, en kent schadevergoeding toe voor gemaakte kosten.

Hoger beroep over naheffingsaanslagen omzetbelasting; gedeeltelijke vernietiging van de naheffingsaanslag 2013-2015; proceskostenvergoeding vastgesteld op € 395.

Hoger beroep over naheffingsaanslagen omzetbelasting; hof oordeelt dat belanghebbende geen recht heeft op teruggave en bevestigt naheffingsaanslagen, behalve voor 2011, die wordt verminderd tot € 56.611.

Het hof oordeelt dat de betekeningskosten voor naheffingsaanslagen omzetbelasting 2010 terecht zijn, maar vermindert de kosten voor 2011. Hoger beroep gegrond verklaard.

Hoger beroep ongegrond; bezwaren tegen naheffingsaanslagen kansspelbelasting niet-ontvankelijk verklaard; griffierecht ten onrechte geheven.

Hoger beroep over WOZ-beschikking; hof oordeelt dat heffingsambtenaar onjuiste objectkenmerken heeft gebruikt en stelt waarde vast op € 180.000.

Het hof bevestigt de afwijzing van het verzoek om ambtshalve herziening van belastingaanslagen IB/PVV 2013 en 2014, oordeelt dat het hoger beroep ongegrond is en kent geen schadevergoeding toe.

Het Gerechtshof 's-Hertogenbosch bevestigt de rechtmatigheid van een informatiebeschikking van de Belastingdienst over buitenlandse rekeningen en verklaart het hoger beroep ongegrond.

Hoger beroep ongegrond verklaard; belanghebbende maakt geen aannemelijk hoger bedrag aan ingehouden loonheffing; verzoek om onderzoek bij inhoudingsplichtige afgewezen.

Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het hoger beroep ongegrond inzake de ambtshalve vermindering van aanslagen IB/PVV, Zvw en OB.

Hoger beroep van de inspecteur tegen de uitspraak van de rechtbank over verliesvaststellingsbeschikking. Het hof oordeelt dat geen inkomensderving is aangetoond en verklaart het hoger beroep gegrond.

Hoger beroep over WOZ-waarde appartement; hof oordeelt dat heffingsambtenaar voldoende bewijs heeft geleverd voor de vastgestelde waarde en wijst verzoek om schadevergoeding toe.

Hoger beroep over WOZ-waarde van varkenshouderij. Hof oordeelt dat heffingsambtenaar motiveringsgebrek heeft en kent proceskostenvergoeding toe aan belanghebbende.

Hoger beroep over ontvankelijkheid bezwaar tegen boetebeschikkingen en naheffingsaanslagen omzetbelasting. Het hof vernietigt de uitspraak van de rechtbank voor de boetebeschikkingen en verklaart het bezwaar ontvankelijk.

Het hof vernietigt de WOZ-beschikking en de aanslag OZB, oordelend dat geen sprake is van een samenstel van onroerende zaken. De heffingsambtenaar moet nieuwe beschikkingen vaststellen.

Het hof oordeelt dat de vergrijpboeten voor 2002-2007 niet in strijd zijn met het legaliteitsbeginsel, maar vermindert deze vanwege overschrijding van de redelijke termijn. Hoger beroep ongegrond.

Hoger beroep van belanghebbende over aanslagen IB/PVV 2016 en 2017. Hof bevestigt eerdere uitspraak, belanghebbende voldoet niet aan 90%-criterium voor buitenlandse belastingplicht.

Hoger beroep over WOZ-waarde geschakelde woning. Hof bevestigt waarde van € 241.000, geen bewijs voor waardedrukkende overlast. Hoger beroep ongegrond.

Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank dat het sproeidrogen van keramische producten onder de vrijstelling van energiebelasting valt. Het hoger beroep van de inspecteur is ongegrond.

Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het hoger beroep ongegrond in de zaak van een naheffingsaanslag parkeerbelasting.

Het Gerechtshof 's-Hertogenbosch verklaart de hoger beroepen van belanghebbende niet-ontvankelijk wegens termijnoverschrijding. Het beroepschrift is te laat ingediend en de termijnoverschrijding is niet verschoonbaar.

Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het hoger beroep ongegrond, omdat belanghebbende niet als ondernemer voor de inkomstenbelasting kan worden aangemerkt.

Het hof bevestigt de naheffingsaanslag parkeerbelasting aan een jeugdzorgverlener, oordelend dat geen overmacht aanwezig was in de crisissituatie.

Hoger beroep ongegrond verklaard; belanghebbende moet ten onrechte ontvangen IACK van € 2.725 terugbetalen.

Het hof vernietigt de legesaanslag wegens niet-naleving van het kenbaarheidsvereiste van NEN 2580 en bevestigt de uitspraak van de rechtbank.

Het hof bevestigt dat de belanghebbende in 2015 en 2016 inwoner van Nederland was voor belastingdoeleinden, ondanks zijn verblijf in Turkije.

Hoger beroep over aanslagen IB/PVV, ZVW en omzetbelasting; het hof bevestigt de uitspraken van de rechtbank en verklaart het hoger beroep ongegrond.

Hoger beroep over WOZ-waarde en onroerendezaakbelasting; belanghebbende verliest, maar krijgt griffierecht en proceskosten vergoed.

Hoger beroep over WOZ-waarde van een woning; het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het hoger beroep ongegrond.

Hoger beroep over WOZ-waarde zorgcentrum. Hof stelt waarde vast op € 5.500.000, bevestigt eerdere uitspraak rechtbank.

Hoger beroep over aanslag IB/PVV 2017. Hof oordeelt dat geen voorziening voor borgstellingen mag worden gevormd en dat pensioenuitkering tot inkomen behoort. Hoger beroep ongegrond.

Het hof bevestigt de navorderingsaanslagen en vergrijpboetes voor 2014 en 2015, oordeelt dat belanghebbende opzettelijk onjuiste aangiften heeft gedaan en verklaart het hoger beroep ongegrond.

Hoger beroep over verlies uit onderneming voor 2011 en 2012; belanghebbende kan verlies niet aannemelijk maken; aanslagen verminderd tot nihil en € 4.552.

Het hof oordeelt dat betaalde hypotheekrente door belanghebbende niet als onderhoudsverplichting kan worden afgetrokken, omdat deze niet voortvloeit uit een wettelijke verplichting. Hoger beroep ongegrond verklaard.

Het hof verklaart het hoger beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de rechtbank inzake de aanslag IB/PVV 2016, waarbij persoonsgebonden aftrek is gecorrigeerd.

Het hof vernietigt de navorderingsaanslagen IB/PVV en kent een proceskostenvergoeding toe aan de belanghebbende.

Het hof oordeelt dat de inspecteur de belastingaanslagen IB/PVV 2013-2016 terecht heeft vastgesteld, maar vernietigt de vergrijpboete 2014. Verzuimboeten 2016 en 2017 blijven in stand. De rechtbank wordt gedeeltelijk vernietigd.

Het Gerechtshof 's-Hertogenbosch verklaart het verzet van belanghebbende ongegrond, omdat het griffierecht voor het hoger beroep niet tijdig was betaald.

Hoger beroep van de inspecteur en incidenteel hoger beroep van belanghebbende over niet-ontvankelijk verklaring bezwaar IB/PVV 2016. Hof bevestigt uitspraak rechtbank en wijst zaak terug naar inspecteur.

Het hof stelt de WOZ-waarde van een zorgcomplex vast op € 6.900.000, waarbij zowel de heffingsambtenaar als de belanghebbende niet hebben aangetoond dat hun voorgestelde waarden correct zijn.

Het hof bevestigt de afwijzing van de verzoeken om ambtshalve vermindering van belastingaanslagen, maar matigt de vergrijpboeten tot nihil vanwege de financiële omstandigheden van belanghebbende.

Hoger beroep ongegrond verklaard; belastingrente terecht in rekening gebracht. Uitspraak rechtbank bevestigd.

Hoger beroep over herziening voorlopige aanslag IB/PVV 2016. Hof bevestigt eerdere uitspraak rechtbank; verzoek tot herziening ongegrond.

Hoger beroep over WOZ-waardering varkenshouderij. Hof vernietigt uitspraak rechtbank over heffingsgrondslag OZBG, verklaart beroep ongegrond en veroordeelt heffingsambtenaar tot kostenvergoeding.

Hoger beroep over WOZ-waardering hotel; waarde vastgesteld op € 1.072.000 door heffingsambtenaar, belanghebbende verzoekt om vermindering tot € 857.000. Hoger beroep ongegrond verklaard.

Verdachte bedreigt en beledigt BOA's tijdens controle; hof legt taakstraf op en wijst schadevergoeding toe.

Hoger beroep over ontneming van € 198.731,- aan wederrechtelijk verkregen voordeel in drugszaken, vastgesteld op basis van 10.599 transacties.

Het hof verklaart het beklag gegrond en beveelt de vervolging van de beklaagde wegens onttrekking aan het ouderlijk gezag van hun dochter, die in Litouwen wordt vastgehouden.

Het hof vernietigt het eerdere vonnis en stelt het wederrechtelijk verkregen voordeel op € 4.000,- vast, met een gijzeling van maximaal 80 dagen.