Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Ontstaan en loop van het geding
2.Feiten
3.Geschil en conclusies van partijen
4.Gronden
Vertrouwensbeginsel
5.Beslissing
- verklaart het hoger beroep van belanghebbende niet-ontvankelijk voor zover het de navorderingsaanslag IB/PVV 2011 en de bijbehorende rente- en boetebeschikkingen betreft;
- verklaart het hoger beroep van belanghebbende gegrond voor zover het de boetebeschikking betreft bij de navorderingsaanslag IB/PVV 2014;
- verklaart het hoger beroep van belanghebbende voor het overige ongegrond;
- verklaart het hoger beroep van de inspecteur gegrond, behoudens voor zover dat de boetebeschikking bij de navorderingsaanslag IB/PVV 2013 betreft;
- verklaart het hoger beroep van de inspecteur in zoverre ongegrond;
- vernietigt de uitspraak van de rechtbank, met uitzondering van de beslissingen met betrekking tot de navorderingsaanslag IB/PVV 2011 en de bijbehorende rente- en boetebeschikkingen, de boetebeschikkingen 2013 en 2015, de aanslag IB/PVV 2017 en de bijbehorende rentebeschikking en met uitzondering van de beslissingen over het griffierecht en de proceskosten;
- vernietigt de uitspraak op bezwaar betreffende de boetebeschikking 2014;
- vernietigt de boetebeschikking 2014;
- bepaalt dat de inspecteur aan belanghebbende het betaalde griffierecht voor de behandeling van het hoger beroep bij het hof van € 134 vergoedt;
- veroordeelt de inspecteur in de kosten van het geding bij het hof van € 1.518.
de Hoge Raad der Nederlanden via het webportaal van de Hoge Raad www.hogeraad.nl.
de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer), postbus 20303, 2500 EH Den Haag.Alle andere personen en gemachtigden die beroepsmatig rechtsbijstand verlenen, zijn in beginsel verplicht digitaal te procederen (zie
www.hogeraad.nl).