Misbruik van het vrijgestelde vennootschapregime en het vertrouwensbeginsel in belastingzaken op Curaçao
De zaak betreft een vordering tot cassatie in het belang der wet over een belastingplichtige die in geschil is met de Inspecteur over een naheffingsaanslag winstbelasting. Het Hof verklaarde het hoger beroep niet-ontvankelijk wegens gebrek aan belang, omdat de belastingplichtige mocht vertrouwen op uitlatingen van de minister van Financiën dat aanslagen over 2017 en ouder 'gecanceld' zouden worden.
Niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie in vervolging wegens schending fiscale informatieplicht
Het OM is niet-ontvankelijk verklaard in de vervolging van de verdachte wegens schending van de fiscale informatieplicht, omdat de Duitse autoriteiten geen toestemming hebben gegeven voor strafrechtelijk gebruik van uitgewisselde bankgegevens.
Cassatie van het Openbaar Ministerie tegen niet-ontvankelijkverklaring in vervolging wegens schending fiscale informatieplicht
Het OM is in cassatie gegaan tegen de niet-ontvankelijkverklaring in de vervolging van de verdachte wegens schending van de fiscale informatieplicht. Het Hof oordeelde dat Duitse instemming vereist was voor gebruik van uitgewisselde gegevens voor strafvervolging.
Cassatie over niet-ontvankelijkheid Openbaar Ministerie in vervolging wegens schending fiscale informatieplicht
Het OM is niet-ontvankelijk verklaard in de vervolging van de verdachte wegens schending van de fiscale informatieplicht, omdat de Duitse bankgegevens niet voor strafrechtelijke doeleinden gebruikt mochten worden zonder toestemming van de Duitse autoriteiten.
Cassatie over niet-ontvankelijkheid Openbaar Ministerie in vervolging wegens informatieweigering op basis van Duitse bankgegevens
Hoge Raad verklaart OM niet-ontvankelijk in vervolging wegens informatieweigering op basis van Duitse bankgegevens. Uitleg belastingverdrag en instemming Duitse autoriteiten centraal.
Niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie in vervolging wegens schending fiscale informatieplicht
Het OM is niet-ontvankelijk verklaard in de vervolging wegens schending fiscale informatieplicht. Het Hof oordeelde dat Duitse instemming vereist is voor strafrechtelijk gebruik van uitgewisselde bankgegevens.
Cassatie van het Openbaar Ministerie tegen niet-ontvankelijkverklaring in vervolging wegens schending fiscale informatieplicht
Het OM is in cassatie gegaan tegen de niet-ontvankelijkverklaring in de vervolging wegens schending van de fiscale informatieplicht. Het Hof oordeelde dat Duitse instemming vereist was voor strafvervolging op basis van uitgewisselde bankgegevens.
Niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie in vervolging wegens schending fiscale informatieplicht
Het Hof verklaart het OM niet-ontvankelijk in vervolging wegens schending fiscale informatieplicht, vanwege het ontbreken van Duitse instemming voor strafrechtelijk gebruik van uitgewisselde gegevens.
Niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie in vervolging wegens schending fiscale informatieplicht
Het OM is niet-ontvankelijk verklaard in de vervolging van de verdachte wegens schending van de fiscale informatieplicht, omdat de Duitse autoriteiten geen toestemming gaven voor strafrechtelijk gebruik van uitgewisselde gegevens.
Cassatieberoep tegen niet-ontvankelijkheid OM in fiscale zaak met Duitse bankgegevens
Het OM is niet-ontvankelijk verklaard in de vervolging van de verdachte wegens het niet verstrekken van fiscale informatie, met als kern de uitleg van het belastingverdrag met Duitsland.
Terugwerkende kracht van de reparatiewet verhuurderheffing en de eigendomsrechten van mede-eigenaren
De zaak betreft de terugwerkende kracht van de reparatiewet verhuurderheffing en de eigendomsrechten van mede-eigenaren. De Procureur-Generaal concludeert dat de terugwerkende kracht niet onrechtmatig is en dat er geen sprake is van discriminatie van enig-eigenaren.
Class action van 56 verhuurderheffingsplichtigen; Heffing in strijd met eigendomsgrondrecht?
Class action van 56 verhuurderheffingsplichtigen over de rechtmatigheid van de verhuurderheffing 2019-2021; stellingen over eigendomsgrondrecht en discriminatie verworpen.
Verlaagde overdrachtsbelasting bij verkrijging van bouwkavels met voormalige woning
De zaak betreft de verkrijging van bouwkavels met een voormalige woning. De rechtbank en het hof oordelen dat geen 'woning' is verkregen, maar de procureur-generaal stelt dat de oude woning naar zijn aard bestemd is voor bewoning, waardoor het verlaagde tarief van toepassing is.
Verlaagde overdrachtsbelasting voor verkaveling van woonhuis en aanhorigheden
De zaak betreft de verkrijging van bouwkavels na verkaveling van een perceel met een te slopen woning. De belanghebbenden betogen recht te hebben op een verlaagd tarief van overdrachtsbelasting, maar rechtbank en hof oordelen dat geen 'woning' is verkregen.
Misslag griffierechtvergoeding in hoger beroep; cassatieprocedure over griffierecht en proceskostenvergoeding
Zaak betreft misslag in griffierechtvergoeding in hoger beroep; cassatieprocedure over griffierecht en proceskostenvergoeding. Belanghebbende is mogelijk niet-ontvankelijk in cassatie wegens gebrek aan machtiging.
Uitsluiting voorwaartse verliesverrekening bij wijziging aandeelhouder; inkrimpingstoets en voortzettingstoets in vennootschapsbelasting
De zaak betreft de vraag of verliezen van [X] B.V. na een aandeelhouderswijziging nog verrekenbaar zijn. De rechtbank en het Hof oordeelden dat de belanghebbende niet voldeed aan de inkrimpingstoets en voortzettingstoets, waardoor de verliezen niet meer verrekenbaar zijn.
Overdrachtsbelasting en de vraag of verbouwing leidt tot nieuw vervaardigd goed
De zaak betreft de vraag of de verkrijging van aandelen in [A] B.V. vrijgesteld is van overdrachtsbelasting na een ingrijpende verbouwing van een kantoorpand. De rechtbank en het hof oordelen dat er geen nieuw vervaardigd goed is ontstaan, wat de belanghebbende betwist.
Driehoeksfusie en fiscale gevolgen van voorwaardelijke betalingsverplichtingen in vennootschapsbelasting
De zaak betreft de fiscale behandeling van een voorwaardelijke betalingsverplichting in het kader van een driehoeksfusie. De Rechtbank en het Hof oordelen dat passivering niet mogelijk is en dat oprenting en valutaverlies geactiveerd moeten worden als kostprijs deelneming.
Weigering nultarief BTW en vergrijpboeten wegens betrokkenheid bij BTW-fraude
De zaak betreft de weigering van het nultarief op BTW en vergrijpboeten wegens betrokkenheid bij BTW-fraude. De belanghebbende betwist de rechtmatigheid van de besluiten op basis van schending van het recht op een eerlijk proces.
Beperking verliesverrekening bij wijziging belang en latente verliezen onder art. 20a Wet Vpb
De zaak betreft de vraag of latente verliezen onder art. 20a Wet Vpb vallen bij een belangwijziging. De belanghebbende heeft cassatieberoep ingesteld na een uitspraak van het Hof Amsterdam die latente verliezen onder deze regeling plaatst. Advocaat-Generaal Wattel adviseert het cassatieberoep ongegrond te verklaren.
Hercassatie na verwijzing inzake renteaftrek en fraus legis in private equity structuren
De zaak betreft de weigering van renteaftrek op een aandeelhouderslening van € 57 miljoen aan [X] B.V. door de Inspecteur, op basis van onzakelijkheid en fraus legis. De Hoge Raad heeft de zaak verwezen naar het Hof Amsterdam voor verdere behandeling.
Aftrekbeperking ex art. 10(1)(j) Wet Vpb; werknemers-aandelenoptierechten toegekend onder opschortende voorwaarden worden cash afgekocht
De Hoge Raad verklaart het cassatieberoep van de Staatssecretaris ongegrond, omdat de aftrekbaarheid van een cashbonus aan werknemers niet wordt uitgesloten door art. 10(1)(j) Wet Vpb.
Strafrechtelijk onrechtmatig verkregen document; bruikbaarheid voor informatievordering en informatiebeschikking
De zaak betreft de vraag of een strafrechtelijk onrechtmatig verkregen schenkingsovereenkomst bruikbaar is voor een informatievordering. Het Hof oordeelde dat de onrechtmatigheid niet in de weg staat aan de informatievordering, omdat niet voldaan is aan het 'zozeer indruist'-criterium voor bewijsuitsluiting.
Fiscale gevolgen van het overlijden van een aanmerkelijkbelanghouder met een fideï-commis de residuo
De Hoge Raad oordeelt dat het overlijden van de erflaatster een fictieve vervreemding van het aanmerkelijk belang impliceert, waardoor de erflaatster en haar erfgename belastingheffing zijn verschuldigd over de fictief gerealiseerde meerwaarde.
Toepassing van de antimisbruikbepaling in de dividendbelasting bij buitenlandse aandeelhouders
De zaak betreft de toepassing van de antimisbruikbepaling in de dividendbelasting voor Belgische vennootschappen met een indirect belang in een Nederlandse vennootschap. Het Hof Amsterdam oordeelde dat de inhoudingsvrijstelling niet van toepassing is vanwege misbruik.
Belastingheffing van een inwoner van Frankrijk met Nederlands pensioen en de toepassing van de EU-Schumacker-doctrine
De zaak betreft de belastingheffing van een inwoner van Frankrijk met een Nederlands pensioen en de vraag of hij recht heeft op hypotheekrenteaftrek in Nederland, gezien de EU-Schumacker-doctrine.
Cassatie over objectvrijstelling winstbelasting voor Aruba Vrijgestelde Vennootschap in liquidatie
De Hoge Raad verklaart het cassatieberoep van de Aruba Vrijgestelde Vennootschap ongegrond, omdat zij niet voldeed aan de voorwaarden voor objectvrijstelling in de winstbelasting.
Eigendomsgrondrecht en fiscale waardering van pensioenverplichtingen in eigen beheer
De Hoge Raad oordeelt dat de toepassing van de 4% rekenrente voor de fiscale waardering van pensioenverplichtingen in eigen beheer niet in strijd is met het eigendomsgrondrecht.
Eigendomsgrondrecht en fiscale waardering van pensioen- en stamrechtverplichtingen
De zaak betreft de fiscale waardering van pensioen- en stamrechtverplichtingen met een rekenrente van 4%. De belanghebbende heeft cassatie ingesteld, maar de middelen worden ongegrond verklaard.
Eigendomsgrondrecht en fiscale waardering van pensioenverplichtingen in eigen beheer
De zaak betreft de fiscale waardering van pensioenverplichtingen in eigen beheer en de vraag of de toepassing van 4% rekenrente in strijd is met het eigendomsgrondrecht. De Hoge Raad verklaart het cassatieberoep ongegrond.
Waardebepaling voor de overdrachtsbelasting van een eeuwigdurend erfpachtrecht tegen een canon die ineens vooraf moet worden afgekocht
De zaak betreft de waardebepaling van een eeuwigdurend erfpachtrecht en de heffingsgrondslag voor overdrachtsbelasting. De belanghebbenden betwisten de heffingsgrondslag van € 3.500.000 en stellen dat deze € 1.422.050 moet zijn. De Rechtbank en het Gerechtshof hebben de bezwaren ongegrond verklaard. De Procureur-Generaal concludeert dat de cassatieberoepen ongegrond zijn.
Toetsing van de arbeidsverhouding van agents die erotische diensten aanbieden via een internetplatform en de vraag of zij als sekswerkers kunnen worden aangemerkt onder het Rariteitenbesluit
De zaak betreft de vraag of agents die erotische diensten aanbieden via een internetplatform als sekswerkers kunnen worden aangemerkt onder het Rariteitenbesluit. Het Hof oordeelt dat er geen sprake is van een fictieve dienstbetrekking.
Afgewezen verzoek om herziening van definitief berekende kinderopvangtoeslag 2017 en terugvordering
Hoger beroep van appellante tegen afwijzing herziening kinderopvangtoeslag 2017. Terugvordering van € 3.850 blijft staan. 'Gewerkt uren' zijn contractuele uren. Hoger beroep ongegrond.
Weigering rente-aftrek intra-concernlening; implicaties Italiaanse Telecom-arrest voor latere jaren, na reorganisatie; EU-vrijheid van vestiging?
De Hoge Raad verklaart het cassatieberoep ongegrond inzake de weigering van renteaftrek op intra-concernleningen, met implicaties voor de EU-vrijheid van vestiging.
Toerekening van emissiekosten aan vaste inrichting van Franse vennootschap in Nederland
De zaak betreft de aftrekbaarheid van emissiekosten door een Franse vennootschap met een vaste inrichting in Nederland. Het Hof weigerde de aftrek, terwijl de rechtbank deze toestond. De belanghebbende stelt dat de emissiekosten niet als orgaankosten kunnen worden aangemerkt.
Toepasselijkheid van de netwerkvrijstelling op warmte-koude-opslaginstallaties in het kader van overdrachtsbelasting
De Hoge Raad oordeelt dat de verkrijging van warmte-koude-opslaginstallaties vrijgesteld is van overdrachtsbelasting op basis van de netwerkvrijstelling, omdat deze installaties als netwerken kunnen worden aangemerkt.
Weigering handhaving EU-Houtverordening door NVWA en de rol van Greenpeace
De zaak betreft de weigering van de NVWA om handhavend op te treden tegen houtimporterende bedrijven op verzoek van Greenpeace, met vragen over bevoegdheid en effectiviteit van handhaving onder de EU-Houtverordening.
Cassatie over opzet bij niet-naleving meldplicht drugsprecursoren
Cassatie over opzet bij niet-naleving meldplicht drugsprecursoren; verdachte veroordeeld tot 42 maanden gevangenisstraf. Hoge Raad oordeelt dat verdachte bewust de kans op overtreding aanvaardde.
Aardbevingsschade in Groningen: Aansprakelijkheid en schadevergoeding
De Hoge Raad behandelt de aansprakelijkheid van NAM voor aardbevingsschade in Groningen, met focus op schadevergoeding voor waardevermindering van woningen.
Terugwijzing van het Hof naar de Rechtbank inzake BPM-heffing op tweedehands schadeauto’s en de verenigbaarheid met EU-recht
De zaak betreft de terugwijzing van het Hof naar de Rechtbank over BPM-heffing op tweedehands schadeauto’s. De 72%-regeling is in geschil, waarbij de Hoge Raad oordeelt dat deze niet in strijd is met EU-recht.
Conclussie over het vertrouwensbeginsel in het omgevingsrecht met betrekking tot handhaving en vergunningplicht
Staatsraad advocaat-generaal P.J. Wattel concludeert dat uitlatingen van overheidsfunctionarissen het vertrouwen kunnen wekken dat geen herstelsancties worden opgelegd, met nadruk op belangenafweging in het omgevingsrecht.
Invoering belastingplicht woningbouwcorporaties en de waardering van langlopende schulden
De zaak betreft de invoering van de belastingplicht voor woningcorporaties en de waardering van langlopende schulden. De Hoge Raad verklaart het cassatieberoep van de Staatssecretaris ongegrond, bevestigt de uitleg van het Hof over de foutenleer en de waardering van de openingsbalans.
Vragen over de verenigbaarheid van bestuurlijke beboeting bij overtreding van de Meststoffenwet met Europese grondrechten
De uitspraak behandelt de verenigbaarheid van bestuurlijke beboeting onder de Meststoffenwet met Europese grondrechten, met nadruk op de onschuldpresumptie en de rechtszekerheid.
Prejudiciële vragen over de bevoegdheid van de ontvanger tot verrekening van belastingteruggaven in faillissement van een fiscale eenheid
De Hoge Raad behandelt prejudiciële vragen over de verrekeningsbevoegdheid van de ontvanger bij faillissement van een fiscale eenheid. De eerste vraag wordt ontkennend beantwoord, de tweede bevestigend.
Doorbelasting van kosten door een pensioenfonds aan de werkgever in het kader van collectieve waardeoverdracht en de aftrekbaarheid van omzetbelasting
De zaak betreft de aftrekbaarheid van omzetbelasting door een pensioenfonds dat kosten doorbelast aan een werkgever in het kader van een collectieve waardeoverdracht. De Hoge Raad oordeelt dat er onvoldoende bewijs is voor een belaste prestatie en verwijst de zaak terug voor feitelijk onderzoek.
Inbrengvrijstelling en crediteringsmaximum bij overdrachtsbelasting in kapitaalvennootschappen
De Hoge Raad oordeelt dat de belanghebbende niet in aanmerking komt voor de inbrengvrijstelling van overdrachtsbelasting, omdat zij niet voldoet aan het crediteringsmaximum van 10% zoals gesteld in het UBvR.
Fiscale gevolgen van de reserve assurantie eigen risico (RAER) en de toepassing van de foutenleer in belastingzaken
De Hoge Raad oordeelt dat de Inspecteur de RAER in 2004 mocht belasten op basis van de foutenleer. Het cassatieberoep van de belanghebbende is ongegrond, het incidentele beroep van de Staatssecretaris is gegrond.
De subjectieve vrijstelling van vennootschapsbelasting voor een AWBZ-toegelaten thuiszorginstelling die bemiddelt en coördineert
De Hoge Raad oordeelt dat een AWBZ-toegelaten stichting die bemiddelt en coördineert in de thuiszorg, subjectief vrijgesteld is van vennootschapsbelasting, ondanks dat zij zelf geen zorg verleent.
Terugwerkende kracht van tariefsverlaging overdrachtsbelasting en gelijkheidsbeginsel
De zaak betreft de terugwerkende kracht van de verlaging van de overdrachtsbelasting van 6% naar 2% en de vraag of dit in strijd is met het gelijkheidsbeginsel. De rechtbank en het Hof hebben het beroep ongegrond verklaard. De Procureur-Generaal adviseert om het cassatieberoep ongegrond te verklaren.
Partiële eindafrekening bij zetelverplaatsing naar Malta en de uitleg van artikel 16 Wet IB 1964
X Beheer B.V. moest bij zetelverplaatsing naar Malta eindafrekenen over stille reserves, ondanks verhuur van een pand in Nederland. De Hoge Raad bevestigde dat de totale winst in de heffing betrokken moet worden, wat partiële eindafrekening mogelijk maakt.
