mw. mr. F.F.A.J.M. Haerkens-Wouters

De rechtbank heeft de echtscheiding uitgesproken en het hoofdverblijf van de minderjarige bij de vrouw bepaald, met een zorgregeling en kinderalimentatie van € 150 per maand door de man.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de huwelijkse voorwaarden in stand blijven. Verzoeken van man en vrouw over verdeling van goederen en lasten worden gedeeltelijk toegewezen en afgewezen.

De rechtbank heeft het hoofdverblijf van drie minderjarigen bij de vader bepaald en de contactregeling met de moeder afgewezen, na duidelijke uitspraken van de minderjarige [voornaam 2] tegen contact met haar moeder.

De rechtbank heeft het verzoek tot nietigverklaring van het huwelijk afgewezen, de echtscheiding uitgesproken en de man in de gelegenheid gesteld bewijs te leveren over zijn psychische instabiliteit bij het aangaan van huwelijkse voorwaarden.

De rechtbank heeft de man toegelaten tot bewijsvoering in zijn verzoek tot nietigverklaring van het huwelijk, waarbij hij stelt niet in staat te zijn geweest om zijn wil te bepalen.

De rechtbank verleent de vrouw toestemming om met de kinderen naar Spanje te verhuizen, na afweging van de belangen van beide ouders en de kinderen.

De rechtbank Rotterdam heeft op 7 juni 2013 de echtscheiding uitgesproken en de hoofdverblijfplaats van de kinderen bij de vrouw bepaald, met een zorgregeling en alimentatie van € 184,80 per kind per maand. Partneralimentatie is op nihil gesteld.

De rechtbank heeft het verzoek van de vrouw tot vernietiging van huwelijkse voorwaarden afgewezen en verklaard dat de Wet Verevening Pensioenrechten van toepassing is op de opgebouwde pensioenen.

Geschil over partneralimentatie en zorgregeling na echtscheiding. De rechtbank bepaalt alimentatie van € 160,-- per maand, later € 248,-- en vraagt de Raad voor de Kinderbescherming om onderzoek naar de zorgregeling.

De rechtbank wijst het verzoek van de man tot wijziging van de kinderalimentatie af, omdat er geen relevante wijziging van omstandigheden is en het inkomensverlies verwijtbaar is.

De rechtbank Dordrecht heeft op 24 oktober 2012 de partneralimentatie vastgesteld op € 1.718,- per maand en de verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap bepaald, waarbij het saldo op de beleggingsrekening gelijk verdeeld wordt.

De rechtbank heeft de zorg- en opvoedingstaken van een minderjarige vastgesteld na een verzoek van de vrouw. De wissellocatie op een politiebureau werd afgewezen, maar de afgifte van het paspoort aan de vrouw werd toegewezen. Het verzoek om een contactverbod werd afgewezen.

De rechtbank stelt de alimentatieverplichting van de man op nihil, gezien zijn schuldsaneringsregeling, met ingang van 3 oktober 2012.

De rechtbank heeft het verzoek van de vrouw tot verhuizing van de minderjarige naar Apeldoorn afgewezen en de huidige zorgregeling in stand gehouden.

De rechtbank spreekt de echtscheiding uit en houdt nevenverzoeken aan, waaronder de toevertrouwing van minderjarigen en de verdeling van de huwelijksgemeenschap.

De rechtbank wijzigde de partneralimentatie van de man naar € 1.615,-- bruto per maand, met ingangsdatum op de datum van de beschikking. Het verzoek van de man om de alimentatieverplichting te beëindigen per 1 juli 2013 werd afgewezen.

De Rechtbank Dordrecht heeft op 18 juli 2012 de adoptie uitgesproken door een meemoeder van de minderjarige [naam minderjarige], zonder terugwerkende kracht tot het moment van conceptie, conform artikel 1:230 lid 2 BW.

De rechtbank heeft in een echtscheidingsprocedure de man veroordeeld tot betaling van € 750,- kinderalimentatie en € 6.000,- partneralimentatie per maand, met terugwerkende kracht. Tevens is de afwikkeling van de huwelijksvoorwaarden en verrekenbeding behandeld, met een totale veroordeling van € 394.195,24 aan de vrouw.

De rechtbank heeft de ontheffing van het ouderlijk gezag van de moeder aangehouden voor nader onderzoek naar haar opvoedingscapaciteiten en de thuissituatie van de minderjarige.

De rechtbank verleent de vrouw vervangende toestemming om met haar kinderen naar Friesland te verhuizen, na afweging van de belangen van alle betrokkenen.

De rechtbank heeft in een echtscheidingszaak de partneralimentatie vastgesteld op € 498,-- per maand en de verdeling van inboedelgoederen en de woning geregeld. De man moet de vrouw een bedrag van € 1.625,-- betalen voor de auto.

Rechtbank Dordrecht verklaart de vrouw niet-ontvankelijk in verzoek tot ontkenning vaderschap van [roepnaam mj1], maar gegrond voor [roepnaam mj2]. Vaststelling vaderschap van ['de vader'] wordt toegewezen.

De rechtbank heeft het verzoek van de vrouw tot het vaststellen van een zorgregeling en de hoofdverblijfplaats van de kinderen afgewezen, omdat de belangen van de kinderen in het geding zijn.

Rechtbank Dordrecht oordeelt over verdiencapaciteit en alimentatie na echtscheiding; alimentatie vastgesteld op € 2.615,- per maand, later € 0,00.

De rechtbank heeft de kinderalimentatie van de man gewijzigd naar € 162,-- per kind per maand, ingaande 9 mei 2012, na vaststelling van gewijzigde omstandigheden.

De rechtbank heeft de ontbinding van het geregistreerd partnerschap uitgesproken en de hoofdverblijfplaats van de minderjarige bij verzoekster 1 vastgesteld. Verzoekster 2 is veroordeeld tot betaling van € 255,65 per maand aan kinderalimentatie.

De rechtbank heeft het verzoek van de man om gezamenlijk gezag over hun minderjarige kind toegewezen en de alimentatieverplichting vastgesteld op € 45,00 per maand voor februari tot augustus 2011 en € 61,00 per maand vanaf augustus 2011.

De rechtbank behandelt een zaak over partneralimentatie en de afwikkeling van huwelijkse voorwaarden na echtscheiding, met verzoeken van beide partijen en aanhoudingen voor verdere beoordeling.

De rechtbank oordeelt dat de vrouw € 3.684,08 aan de man moet terugbetalen wegens onverschuldigde betalingen na beëindiging van hun samenlevingscontract.

De rechtbank stelt de kinderalimentatie van de man op nihil vast, omdat hij na ontslag geen draagkracht heeft. De man heeft onvoldoende inspanning geleverd om zijn inkomen te herstellen. Proceskosten worden gecompenseerd.

Rechtbank Dordrecht oordeelt over schadevergoeding na onrechtmatige daad. Gedaagde aansprakelijk voor schade, gederfde winst vastgesteld op EUR 2.500,00. Totaal te betalen bedrag EUR 174.913,24, inclusief proceskosten.

Verdachte veroordeeld tot 37 dagen gevangenisstraf voor openlijke geweldpleging in Sliedrecht, vrijgesproken van bedreiging.

De rechtbank Dordrecht heeft op 27 april 2010 een verdachte veroordeeld tot 450 dagen gevangenisstraf voor het bedreigen met een vuurwapen en het voorhanden hebben van vuurwapens.

Verdachte veroordeeld tot 3 jaar gevangenisstraf voor poging tot moord en openlijke geweldpleging met vuurwapen in Sliedrecht.

De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van zes maanden en een werkstraf van 240 uren voor het niet tijdig en niet correct indienen van omzetbelastingaangiften, met een financieel nadeel van bijna € 390.000 voor de Staat.

De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot 9 maanden gevangenisstraf, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, voor winkeldiefstal met bedreiging en diefstal van een bankpas. Tevens is een werkstraf van 240 uur opgelegd en moet de verdachte schadevergoeding betalen aan Nettorama.

Rechtbank Dordrecht veroordeelt [verdachte] voor milieuverontreiniging door lekkages van melkzuur en ethyllactaat, met een geldboete van € 60.000.

De rechtbank heeft een biochemische fabriek veroordeeld voor het niet melden van een melkzuurlekkage, wat leidde tot milieuschade. Verdachte kreeg voorwaardelijke geldboetes.

Vrachtautochauffeur veroordeeld tot 6 maanden gevangenisstraf en 2 jaar rijontzegging voor dodelijk ongeval door onoplettendheid op A15.

Eiser vorderde schadevergoeding van de Woningstichting na een ongeval met gebroken glas in de voordeur. De rechtbank wees de vordering af, oordelend dat er geen gebrekkige opstal was en geen aansprakelijkheid bestond.

Eiser vorderde schadevergoeding van gedaagde voor schade door brandstichting in skicentrum. De rechtbank oordeelde dat gedaagde aansprakelijk was en wees de vordering toe, met aanhouding voor bewijslevering over specifieke schadeposten.

De rechtbank bevestigt dat de borgstellingen van de eisers ten behoeve van Omega zijn aangegaan zonder toestemming van hun echtgenoten, en dat er geen sprake was van een bijzonder verhoogd kredietrisico.