ECLI:NL:RBDOR:2012:BY4893
Rechtbank Dordrecht
- Voorlopige voorziening+bodemzaak
- Rechtspraak.nl
Bepaling van de zorg- en opvoedingstaken van een minderjarige na echtscheiding
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Dordrecht op 24 oktober 2012, betreft het een verzoek tot wijziging van de zorg- en opvoedingstaken van een minderjarige na de echtscheiding van de ouders. De vrouw, verzoekster, heeft een verzoek ingediend om een neutrale wissellocatie voor de overdracht van de minderjarige vast te stellen, alsook om een vaste planning voor de vakanties en de afgifte van het paspoort van de minderjarige door de man, verweerder. De rechtbank heeft kennisgenomen van de eerdere beschikking van de rechtbank Arnhem van 3 juni 2010, waarin de hoofdverblijfplaats van de minderjarige bij de vrouw werd bepaald en een zorgregeling werd vastgesteld. De man heeft hoger beroep aangetekend tegen deze beslissing, en de vrouw heeft een verweerschrift ingediend.
Tijdens de mondelinge behandeling op 9 augustus 2012, waarbij de verklaringen van de vrouw werden vertolkt door een tolk, is gebleken dat er sinds de eerdere beschikking van 19 augustus 2010 voortdurende conflicten zijn tussen de ouders over de zorgregeling. De vrouw heeft angst geuit voor de man, vooral na een incident tijdens een eerdere overdracht. De man heeft deze beschuldigingen betwist en stelt dat de huidige regeling, waarbij de partner van de vrouw de minderjarige haalt en brengt, goed functioneert.
De rechtbank heeft geoordeeld dat de door de vrouw voorgestelde wissellocatie, een politiebureau, niet in het belang van de minderjarige is. De rechtbank heeft de afgifte van het paspoort aan de vrouw toegewezen, maar het verzoek om vervangende toestemming voor vakanties naar Brazilië afgewezen, omdat de man zijn toestemming niet zal onthouden voor toekomstige vakanties, mits hij vooraf wordt geïnformeerd. Het verzoek tot een contactverbod is afgewezen, omdat de vrouw onvoldoende feiten heeft aangedragen die een dergelijke maatregel rechtvaardigen. De rechtbank heeft de zorg- en opvoedingstaken voor de vakanties vastgesteld, waarbij de minderjarige drie aaneengesloten weken bij de vrouw en de man verblijft, en de overige vakanties zijn verdeeld tussen de ouders.