Voetnoten
1.Ontleend aan rov. 3.1-3.2 van de beschikking van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 9 juni 2020.
2.Zaaknummer C/16/487447 / FA RK 19-5227.
4.Het cassatieverzoekschrift is op 28 augustus 2020 per fax ingekomen ter griffie van de Hoge Raad. Op 1 september 2020 is het originele verzoekschrift ontvangen.
6.Cassatieverzoekschrift, randnr. 2.12.
7.Onder verwijzing naar appelschrift, randnr. 4.18 en verweerschrift van 20 maart 2020, randnr. 2.6 en 2.7.
8.Rov. 3.13 van de beschikking van de rechtbank, op dit punt bekrachtigd door het hof.
9.Rechtbank 9 december 2019, rov. 3.17.
10.Voorstel van wet tot Wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in verband met de vaststelling van kinderalimentaties:
11.
12.Werkgroep alimentatienormen NVvR i.s.m. het NIBUD,
13.
14.
15.‘PvdA en VVD plan voor de nieuwe berekening van kinderalimentatie’, te vinden via google.nl.
16.
17.
18.
19.
20.
24.Zie nader o.a. S.F.M. Wortmann, in: GS Personen- en familierecht, art. 1:397 BW, aant. 10, afd. 2 Boek 1 BW, aant. 1 en art. 1:404 BW aant. 2; Asser/De Boer, Kolkman & Salomons 1-I 2020/594, 622.
26.Voldaan moet zijn aan art. 1:401 lid 1, lid 4 of lid 5 BW.
27.Van behoeftigheid hoeft geen sprake te zijn (art 1:392 lid 2 BW). Andere factoren, waaronder psychische overmacht, zijn evenmin van belang. Zie HR 27 oktober 1989, ECLI:NL:HR:1989:AD0931, 30.Expertgroep Alimentatie, Rapport Alimentatienormen, versie januari 2020, p. 3.
33.De behoeftetabellen zijn sinds 1 januari 2019 aangepast naar aanleiding van onderzoek van het CBS en het NIBUD. De nieuwe tabellen zijn van toepassing indien partijen na 1 januari 2019 uit elkaar zijn gegaan. Zie Expertgroep Alimentatie, Rapport Alimentatienormen, versie januari 2020, p. 8 en Rapport Alimentatienormen, versie januari 2019, p. 4.
34.Expertgroep Alimentatie, Rapport Alimentatienormen, versie januari 2020, par. 3.1.
35.Expertgroep Alimentatie, Rapport Alimentatienormen, 2013-1, p. 3. Ook de wijze waarop de zorgregeling van invloed is op de verdeling van de kosten van de kinderen over de onderhoudsplichtigen is met ingang van 2013 veranderd. Zie Rapport Alimentatienormen 2013-1, p. 1-2 en par. 5.2.2 en 6.2. De kosten van zorg worden uitgedrukt als percentage van de behoefte.
36.Expertgroep Alimentatie, Toelichting voorstel richtlijn vereenvoudiging kinderalimentatie/co‐ouderschap – concept 16 november 2012, p. 14.
37.Expertgroep Alimentatienormen, Rapport Alimentatienormen 2020-1, par. 4.5.
38.Expertgroep Alimentatienormen, Rapport Alimentatienormen 2020-1, p, 17.
39.Expertgroep Alimentatienormen, Rapport Alimentatienormen 2020-1, par. 5.2.2.
40.Expertgroep Alimentatienormen, Rapport Alimentatienormen 2020-1, par. 7.2.1. Zie over extra lasten in verband met de (voormalige) eigen woning par. 7.2.2.
42.Expertgroep Alimentatienormen, Rapport Alimentatienormen 2020-1, par. 7.3.Met ingang van 1 januari 2021 geldt een percentage van 95% van de bijstandsnorm, vanwege inwerkingtreding van de Wet vereenvoudiging beslagvrije voet. Zie Rapport Alimentatienormen, versie januari 2021, p. 3.
43.Het wetsvoorstel Herziening kinderalimentatiestelsel,
44.Expertgroep Alimentatienormen, Rapport Alimentatienormen 2020-1, par. 5.2.2. Zie nader over de berekening van kinderalimentatie aan de hand van het rapport Alimentatienormen o.a.: Asser/De Boer, Kolkman & Salomons 1-I 2020/584; M.L.C.C. Lückers, Alimentatieverplichtingen, Den Haag: Sdu Uitgevers 2020, par. 5.1.2 en 6; S.F.M. Wortmann, in: GS Personen- en familierecht, titel 17 Boek 1 BW, aant. 8-9, afd. 2 Boek 1 BW, aant. 1, art. 1:397 BW, aant. 2 en art. 1:404 BW, aant. 2; J.B. de Groot, Vijf jaar kinderalimentatie ‘Nieuwe Stijl’,
45.Expertgroep Alimentatie, Toelichting voorstel richtlijn vereenvoudiging kinderalimentatie/co‐ouderschap – concept 16 november 2012, p. 5.
46.Expertgroep Alimentatie, Toelichting voorstel richtlijn vereenvoudiging kinderalimentatie/co‐ouderschap – concept 16 november 2012. 19.
47.In Van Mourik, Verstappen & Burgerhart, Handboek Scheiding Deel B, 2020 merk ik in de door mij bewerkte par. 7.7.2 meer in het algemeen op dat het feit dat de Alimentatienormen de rechter niet binden leidt tot een casuïstische benadering in de rechtspraak.
49.Cassatieverzoekschrift in zaak 14/00209.
61.K.G.A.C. Scheper, ‘Berekening kinderalimentatie en correctiemogelijkheid draagkrachtloos inkomen bij lagere woonlast dan forfait’,
67.Zie o.a. S.F.M. Wortmann, in: GS Personen- en familierecht, art. 1:404 BW, aant. 2A; Asser/De Boer, Kolkman & Salomons 1-I 2020/622; Labohm en De Bruijn-Lückers 2013, par. 5.
68.S.F.M. Wortmann, in: GS Personen- en familierecht, art. 1:404 BW, aant. 2A.
69.M.L.C.C. de Bruijn-Lückers, Een jaar ervaring kinderalimentatie nieuwe stijl,
70.J.B. de Groot, Vijf jaar Kinderalimentatie ‘Nieuwe Stijl’,
71.Asser/De Boer, Kolkman & Salomons 1-I 2020/584.
72.A. Roelvink-Verhoeff, ‘Kinderalimentatie: het evenwicht tussen het gebruik van standaarden en de rol van bijzondere omstandigheden’,
73.Asser/De Boer, Kolkman & Salomons 1-I 2020/584; Wortmann, GS Personen- en familierecht, titel 17 Boek 1 BW, aant. 8; Labohm & Lückers 2013, inleiding.
74.S.F.M. Wortmann, in: GS Personen- en familierecht, art. 1:404 BW, aant. 2A; A.N. Labohm, ‘Samenloop kinderalimentatie en partneralimentatie. Twee rekensystemen? Hoe gaan we verder?’,
75.Labohm & Lückers 2013, par. 11, met name als reactie op het voorstel van de PvdA en VVD tot vereenvoudiging van kinderalimentatie uit 2011; vgl. Wakker 2013, p. 25-29.
76.Labohm & De Bruijn-Lückers 2013, par. 10; Wakker 2013.
77.Zie o.a. Wakker 2013, p. 25-29; J.P.M. Bol, R. van Coolwijk & J.E.M.C. Moons, ‘Kinderalimentatie een jaar ervaring met de nieuwe tremanormen’,
78.De Bruijn-Lückers 2014, p. 23, 25; Labohm 2018, par. 3.
80.Labohm 2018, par. 3.
81.S.F.M. Wortmann, in: GS Personen- en familierecht, titel 17 Boek 1 BW, aant. 8.
82.S.F.M. Wortmann, in: GS Personen- en familierecht, art. 1:404 BW, aant. 2A.
83.K.G.A.C. Scheper, ‘Berekening kinderalimentatie en correctiemogelijkheid draagkrachtloos inkomen bij lagere woonlast dan forfait’,
84.A. Roelvink-Verhoeff, ‘Kinderalimentatie: het evenwicht tussen het gebruik van standaarden en de rol van bijzondere omstandigheden’,
85.Vgl. S.F.M. Wortmann, in: GS Personen- en familierecht, art. 1:404 BW, aant. 2A; Labohm 2018, par. 5; Vgl. ook
86.Vgl. Jonker, Wijngaard & Van Foreest, 2020.
88.Zie o.a. Labohm 2018, par. 2.
89.Beroepschrift, randnr. 4.19.