Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
- bepaald dat de minderjarigen de hoofdverblijfplaats zullen hebben bij de vrouw;
- partijen verwezen naar Expertisecentrum Haaglanden voor toeleiding en doorverwijzing naar Ouderschap Blijft voor het onder begeleiding op gang brengen van de contacten tussen de man en de minderjarigen;
- bepaald dat partijen zich voor 1 september melden bij Expertisecentrum Haaglanden;
- bepaald dat partijen na het verkrijgen van een doorverwijzing naar het omgangshuis - Ouderschap Blijft - Begeleide Omgang Stichting Jeugdformaat, gaan voor het opstarten van gezamenlijke gesprekken en de begeleide contacten;
- de vrouw veroordeeld tot betaling aan de man van een dwangsom van € 250,- voor elke dag vanaf 1 september 2015 dat zij in gebreke blijft haar medewerking te verlenen aan Ouderschap Blijft, met een maximum van € 5.000,-;
- bepaald dat de man gerechtigd is om eenmaal per week het initiatief te nemen tot het leggen van contact met de minderjarigen via telefoon, e-mail, Facetime, Skype of een ander medium;
- bepaald dat de vrouw met ingang van heden de man voor wat betreft de gezondheid en medische kwesties van de minderjarigen onverwijld zal informeren en hem ten minste iedere drie maanden schriftelijk (per e-mail) informatie zal verschaffen over de ontwikkeling en het welzijn van de minderjarigen, alsmede over het vermogen van de minderjarigen, en voorts dat partijen maandelijks, buiten de aanwezigheid van de minderjarigen, per e-mail met elkaar overleg zullen plegen teneinde informatie uit te wisselen en elkaar te consulteren over de minderjarigen en over alle overige belangrijke zaken aangaande de minderjarigen, waaronder in elk geval, indien en voor zover reeds van toepassing: de ontwikkeling, de schoolkeuze en door de school te organiseren activiteiten, de gezondheid en medische zaken en het verblijf gedurende vakanties of anderszins buiten Nederland;
- de vrouw veroordeeld tot betaling aan de man van een dwangsom van € 500,- voor iedere keer dat zij in gebreke blijft aan bovenstaande informatie- consultatieregeling te voldoen, met een maximum van € 5.000,-;
- het verzoek van de vrouw om te bepalen dat de informatie- en consultatieverplichting buiten toepassing wordt verklaard afgewezen;
- bepaald dat de man, met ingang van de dag waarop de beschikking van echtscheiding zal zijn ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand, voor de verzorging en opvoeding van de minderjarigen aan de vrouw zal betalen een bedrag van € 817,50 per maand per kind, telkens bij vooruitbetaling te voldoen;
- het verzoek van de vrouw tot vaststelling van een partneralimentatie afgewezen;
- bepaald dat de tussen partijen gemaakte afspraken, neergelegd in de (in fotokopie) aan de beschikking gehechte vaststellingsovereenkomst, deel uitmaken van deze beschikking;
- de verdeling van de tot de ontbonden huwelijksgemeenschap behorende inboedel vastgesteld.
- het gezag over de minderjarigen;
- de door de man aan de vrouw te betalen bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van de minderjarigen, hierna ook kinderalimentatie;
- de door de man te betalen uitkering tot levensonderhoud voor de vrouw, hierna ook partneralimentatie;
- de verdeling van de huwelijksgemeenschap;
- de proceskostenveroordeling.
naar het hof begrijpt: de in het beroepschrift gemeldepunten, alsmede te bepalen dat:
- de vrouw voortaan met het eenhoofdige gezag over de minderjarige,
- partijen niet deel hoeven te nemen aan het traject “Ouderschap blijft”, subsidiair een bijzondere curator ex artikel 1:250 BW te benoemen over de minderjarigen;
- er aan de vrouw geen dwangsommen worden opgelegd, subsidiair dat de dwangsommen worden gematigd;
- de man veroordeeld wordt om maandelijks een bijdrage te leveren in de kosten van opvoeding en verzorging van de minderjarigen ten bedrage van € 1.710,- voor beide minderjarigen, bij vooruitbetaling te voldoen aan de vrouw;
- de man veroordeeld wordt om maandelijks een bijdrage te leveren in de kosten van levensonderhoud van de vrouw ten bedrage van € 2.291,- bruto per maand, bij vooruitbetaling te voldoen, subsidiair een bijdrage van de man in de kosten van levensonderhoud van de vrouw in goede justitie te bepalen;
- dat alle Perzische tapijten aan de vrouw worden toebedeeld.
in principaal appel, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, de vrouw niet-ontvankelijk te verklaren, dan wel haar grieven ongegrond te verklaren c.q. af te wijzen, althans een zodanige beschikking te wijzen als het hof in goede justitie meent te bepalen. Het subsidiair verzoek tot benoeming van een bijzonder curator af te wijzen.
in incidenteel appel:
- de bestreden beschikking te vernietigen met betrekking tot de vastgestelde bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding ten bedrag van € 817,50 per kind per maand en opnieuw recht doende de bijdrage van de man in de kosten van verzorging en opvoeding met ingang van de datum van inschrijving van de echtscheidingsbeschikking vast te stellen overeenkomstig de huidige wettelijke normen en maatstaven en derhalve in goede justitie vast te stellen op een nog nader te berekenen bedrag per kind per maand, doch niet hoger dan de door de rechtbank vastgestelde bijdrage, dan wel op een door het hof in goede justitie te bepalen bijdrage;
- de scheiding en deling van de huwelijksgemeenschap vast te stellen overeenkomstig het standpunt van de man, zoals uiteengezet bij de behandeling van grief 6 in principaal appel;
- onder handhaving van al het overige.
Gezag
Contactregeling
Ten onrechte heeft de Rechtbank Den Haag bepaald dat partijen worden verwezen naar Expertisecentrum Haaglanden voor een doorverwijzing naar het traject “Ouderschap blijft” voor het onder begeleiding op gang brengen van contact tussen de man en de minderjarige kinderen. Tevens heeft de Rechtbank ten onrechte bepaald dat partijen naar het omgangshuis moeten gaan voor het opstarten van gezamenlijke gesprekken en begeleide contacten”ter terechtzitting ingetrokken. Zij heeft verklaard mee te zullen werken aan het traject ‘Ouderschap Blijft’. Deze grief behoeft derhalve geen nadere bespreking.
Dwangsommen
Kinderalimentatie
70% x [€ 4.628,- - (€ 484,- + € 875,- + € 600,-)] = afgerond € 1.868,-per maand voor de twee minderjarigen tezamen, ofwel € 934,- per maand per kind.
Partneralimentatie
Verdeling ontbonden huwelijksgemeenschap
- toedeling van de echtelijke woning aan de man voor een waarde gelijk aan de hoogte van de hypotheek, waarbij de waarde van de aan de woning gekoppelde polissen en het spaardepot tussen partijen bij helfte zal worden verdeeld;
- de verkoop van de auto van de man en het aanwenden van de opbrengst daarvan voor de aflossing op het krediet bij ABN-AMRO, waarna partijen vervolgens het restant van dit krediet, ieder voor de helft, voor hun rekening zullen nemen.