dhr. mr. J.P. Mesman

De rechtbank Gelderland heeft op 31 oktober 2024 voorlopige voorzieningen getroffen in een echtscheidingsprocedure, waarbij de vrouw het gebruik van de echtelijke woning en de zorg voor de kinderen is toegewezen, en de man verplicht is tot alimentatiebetalingen.

De rechtbank wijst het verzoek van de vader om de moeder te verbieden met hun kind te verhuizen naar België af, maar stelt een gewijzigde omgangsregeling vast die de betrokkenheid van de vader waarborgt.

De rechtbank heeft het verzoek tot voortzetting van de crisismaatregel afgewezen, omdat er geen onmiddellijk dreigend ernstig nadeel voor de betrokkene is aangetoond.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat gedaagde aansprakelijk is voor herstelkosten na gebreken in gevelwerkzaamheden, totaal € 16.401,68 inclusief btw, en wijst vorderingen van eisers grotendeels toe.

Het hof vernietigt het vonnis van de kantonrechter en wijst vervangende schadevergoeding toe aan [appellante] van € 3.144,99, inclusief wettelijke rente en buitengerechtelijke kosten van € 439,50.

Het hof oordeelt dat de gebruiksovereenkomst rechtsgeldig is opgezegd, maar dat de appellant geen boete verschuldigd is vanwege een oneerlijk beding. Iedere partij draagt zijn eigen kosten.

Tussenvonnis over gebreken in gevelwerkzaamheden; deskundigenrapport met herstelkosten van € 29.523,98; verzoek om contra-deskundige afgewezen; aanvullend rapport gevraagd.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat curator niet tekortgeschoten is in activaovereenkomst met PIPM. Watertanks zijn onroerend en niet verkocht. Vorderingen PIPM afgewezen, proceskosten voor PIPM.

Vonnis over levering van roerende zaken en aansprakelijkheid voor stagnatieschade. Mud c.s. vorderingen tegen PIPM en curator afgewezen. Curator handelde niet onrechtmatig.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat curator niet tekortschiet in activaovereenkomst met PIPM; watertanks zijn onroerend goed en behoren niet tot de activa van PIPM.

[betrokkene 1] vordert € 86.863,20 van [gedaagde] op basis van een geldleningsovereenkomst. De rechtbank oordeelt dat [gedaagde] in ernstige mate tekort is geschoten in zijn verplichtingen en wijst de vordering toe.

Rechtbank Gelderland verklaart eisers niet-ontvankelijk in hun vorderingen op basis van een bindend adviesclausule in de koopovereenkomst. Proceskosten van € 5.061,00 worden aan eisers opgelegd.

Geschil tussen Bouwbedrijf Stobbe & Simon VOF en gedaagden over gebreken aan een woning en schadevergoeding. Ingebruikname op 3 juli 2019 kwalificeert niet als oplevering. Deskundigenonderzoek wordt aangevraagd.

Rechtbank Gelderland benoemt deskundige voor herstelwerkzaamheden en stelt voorschot vast op € 4.023,25. Partijen moeten meewerken aan het onderzoek en de deskundige toegang geven tot noodzakelijke plaatsen.

Eisers vorderen erkenning van erfdienstbaarheid en aanwijzing van noodweg. Rechtbank wijst vorderingen af, oordelend dat eisers al een behoorlijke toegang hebben tot de openbare weg.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat gedaagde geen mede-eigenaar is van de woning en geen recht heeft op een deel van de verkoopprijs. Vervangende schadevergoeding van € 1.809,65 toegewezen aan eisers.

De rechtbank Gelderland oordeelt dat de man een verzoek moet indienen bij de bank om de vrouw te ontslaan uit de hoofdelijke aansprakelijkheid voor hypothecaire leningen. De vorderingen van de vrouw worden toegewezen, met een maximum aan dwangsommen van € 50.000,00. Proceskosten worden gecompenseerd.

Burengeschil over eigendom van grond; vordering tot verjaring afgewezen. Proceskosten voor eisende partij.

Buren geschil over eigendom van een strook grond en een overkapping. Eiser wint; gedaagde moet overkapping verwijderen en proceskosten vergoeden.

Eisers vorderen schadevergoeding van gedaagde wegens gebrekkig uitgevoerd voegwerk. De rechtbank oordeelt dat gedaagde in verzuim is en aansprakelijk voor herstelkosten, met uitzondering van een geaccordeerd gebrek. Deskundigen worden ingeschakeld voor kostenbepaling.

Geschil over eigendomsgrenzen tussen buren, waarbij de rechtbank de erfgrenzen heeft vastgesteld en vorderingen tot verjaring heeft afgewezen.

De rechtbank Gelderland heeft op 13 juli 2022 geoordeeld dat de echtelijke woning moet worden verkocht aan een derde, omdat de man niet in staat is gebleken om de woning over te nemen. De netto-verkoopopbrengst wordt gelijkelijk verdeeld.