mw. mr.dr. A.H.H. Bollen-Vandenboorn

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat een Ierse uitkering uit een Death Benefit Plan als loon moet worden belast in Nederland. Het beroep is ongegrond voor de aanslag IB/PVV, maar gegrond voor de dwangsombeschikking.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt over navorderingsaanslagen IB/PVV en Zvw voor 2012-2016, bevestigt vergrijpboetes maar matigt deze vanwege procedurele vertraging.

Tussenuitspraak over de kwalificatie van leegstaande woningen als huurwoning in het kader van de verhuurderheffing door de Rechtbank Zeeland-West-Brabant.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt over naheffingsaanslag loonheffingen 2009 en vermindert vergrijpboete van 50% naar 25%.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de inspecteur bevoegd is tot navordering van inkomstenbelasting op basis van omkering van de bewijslast en inkeerregeling. Beroepen ongegrond verklaard.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de hoge sectorpremie van toepassing is op buitenlandse uitzendkrachten, ondanks de overeenkomsten voor een jaar. Beroep ongegrond verklaard.

De rechtbank oordeelde dat de naheffingsaanslagen aan een Grieks restaurant terecht zijn opgelegd, ondanks schending van het hoorrecht. Immateriële schadevergoeding werd toegekend wegens overschrijding van de redelijke termijn.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant verklaart beroep ongegrond tegen beschikkingen aansprakelijkstelling en is onbevoegd inzake uitstel van betaling.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat particuliere verhuurders niet zijn uitgezonderd van de verhuurderheffing. Beroep ongegrond verklaard.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat het uitzendbureau niet aannemelijk heeft gemaakt dat er beroepspraktijkvorming was, maar dat de inspecteur ten onrechte geen kostenvergoeding heeft toegekend.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat inlener aansprakelijk is voor niet-betaalde loonheffingen van uitleners. Geen strijd met beginselen van behoorlijk bestuur of gelijkheidsbeginsel. Beroepen ongegrond verklaard.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt over navorderingsaanslagen inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen, waarbij de verlengde navorderingstermijn van toepassing is en omkering van de bewijslast plaatsvindt.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt over privégebruik van manege door belanghebbende en dochter, stelt omkering bewijslast vast en verhoogt belastbaar inkomen.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt over aanslag inkomstenbelasting 2008; belanghebbende krijgt vermindering van de aanslag tot € 23.818, maar geen aftrek voor scholingsuitgaven.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt over aanslagen inkomstenbelasting en zorgverzekeringswet. Beroep gegrond verklaard, aanslagen verminderd tot € 21.014 en € 4.887.

De rechtbank oordeelt dat er geen verboden discriminatie is tussen houders van bestelauto's die ondernemer zijn en degenen die dat niet zijn, met betrekking tot de motorrijtuigenbelasting.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat geldverstrekkingen aan de zoon van belanghebbende als leningen moeten worden gekwalificeerd, niet als schenkingen, en dat deze in mindering kunnen worden gebracht op het belastbaar inkomen.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt over belastingheffing en herverzekering via captive structuur. Boete van € 125.000 per jaar opgelegd voor verwijtbare belastingontwijking.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de navorderingsaanslag vennootschapsbelasting van € 9.270.187 terecht is opgelegd, omdat renteaftrek niet in aanmerking komt volgens artikel 10a Wet Vpb.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat belanghebbende aansprakelijk is voor loonheffing, maar vermindert de aansprakelijkstelling tot € 35.000. Proceskosten van € 1.274 worden vergoed.

Rechtbank Breda oordeelt dat de arbeidsverhouding tussen een inventarisatiebureau en oproepkrachten als arbeidsovereenkomst moet worden aangemerkt, waardoor de oproepkrachten verplicht verzekerd zijn voor werknemersverzekeringen.

Rechtbank Breda oordeelt over de aftrekbaarheid van pensioenverplichtingen en de rol van een stichting. Belanghebbende krijgt gelijk in de aftrekbaarheid van de overnamevergoeding, maar niet in de na-indexatie. Aanslag verminderd tot € 1.650.593.

Rechtbank Breda oordeelt dat de inspecteur terecht naheffingsaanslagen accijns en omzetbelasting heeft opgelegd aan belanghebbende voor de verkoop van ongebanderolleerde sigaretten.

Rechtbank Breda oordeelt dat prostituees in saunaclub zelfstandig zijn en geen dienstbetrekking hebben, waardoor naheffingsaanslag omzetbelasting onterecht is.

Rechtbank Breda oordeelt dat prostituees in saunaclub zelfstandig zijn en geen dienstbetrekking hebben, waardoor naheffingsaanslag omzetbelasting onterecht is.

Rechtbank Breda oordeelt dat prostituees in sauna- en relaxclub geen dienstbetrekking hebben met exploitant. Naheffingsaanslag van de Belastingdienst vernietigd.

Rechtbank Breda oordeelt dat prostituees in saunaclub zelfstandig zijn en geen dienstbetrekking hebben met de BV, waardoor naheffingsaanslag omzetbelasting ten onrechte is opgelegd.

De rechtbank oordeelt dat prostituees in een sauna- en relaxclub geen dienstbetrekking hebben bij de exploitant, waardoor naheffingsaanslag en heffingsrente worden vernietigd.

Rechtbank Breda oordeelt dat een Belgische BV aangifteplichtig is voor Nederlandse vennootschapsbelasting, ondanks domicilie in België. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de aanslag en boete.

De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk wegens termijnoverschrijding bij het indienen van het beroepschrift tegen belastingaanslagen en boetes.

Rechtbank Breda verklaart bezwaren tegen aanslag inkomstenbelasting en vergrijpboete niet-ontvankelijk wegens termijnoverschrijding. Belanghebbende kan niet aantonen dat bezwaar tijdig is ingediend.

Rechtbank Breda oordeelt dat de inspecteur terecht een aanslag inkomstenbelasting oplegde wegens het niet indienen van aangifte door de belanghebbende. Aanslag verminderd tot € 100.000 en boete verlaagd tot € 29.935.

De rechtbank oordeelt dat de inspecteur de belastingheffing over AOW- en pensioenuitkeringen van een inwoner van Finland correct heeft berekend en dat er geen recht is op de heffingskorting.

Rechtbank Breda verklaart het beroep van belanghebbende B.V. ongegrond inzake naheffingsaanslag overdrachtsbelasting, omdat vrijstelling niet van toepassing is op basis van de feiten bij inbreng.

Rechtbank Breda oordeelt dat de onkostenvergoedingen voor trainers van een amateurvoetbalclub belast zijn, omdat de kleding niet voldoet aan de eisen voor werkkleding. Naheffingsaanslag en boete blijven in stand.

Rechtbank Breda oordeelt dat spelers van een amateurvoetbalclub in dienstbetrekking staan en dat hun vergoedingen als loon moeten worden aangemerkt. Boete vernietigd, beroep voor het overige ongegrond.

De rechtbank vernietigt de navorderingsaanslag IB/PVV 2002 en vermindert die voor 2003-2005. De inspecteur wordt veroordeeld in proceskosten en moet griffierecht vergoeden.

Rechtbank Breda oordeelt over navorderingsaanslagen vennootschapsbelasting en vergrijpboeten voor belanghebbende. Boete voor 2002 vernietigd, boeten voor 2003 en 2004 verminderd tot 18,75%.

Rechtbank Breda oordeelt dat er geen winst is gemaakt bij de verkoop van een woning door een BV, en vernietigt de aanslag vennootschapsbelasting tot nihil, met interne compensatie van verliezen.

Rechtbank Breda weigert aftrek vennootschapsbelasting voor betaling aan gelieerde NV, o.a. wegens ongeloofwaardige verklaringen van belanghebbende.

Rechtbank Breda oordeelt over de waarde van landbouwgrond bij verkoop aan kinderen onder voorbehoud van pachtrecht. De rechtbank stelt de waarde vast op € 10,25 per m2 en verklaart het beroep gegrond.

Rechtbank Breda oordeelt dat de stamrechtvrijstelling niet van toepassing is op een pensioenvoorziening van € 120.251 aan [mevrouw X]. Het beroep van belanghebbende tegen de naheffingsaanslag loonbelasting wordt ongegrond verklaard.

Rechtbank Breda verklaart het beroep van een BV ongegrond inzake ingehouden premies sociale verzekeringen en zorgverzekeringswet, omdat de BV geen belanghebbende is.

Rechtbank Breda oordeelt dat een sport(bonds)coach recht heeft op VAR-DGA, niet VAR-Loon, omdat geen gezagsverhouding bestaat. Beroep gegrond verklaard.

Rechtbank Breda verklaart het beroep van een BV tegen de aanslag kansspelbelasting ongegrond, bevestigt de belastingplicht en oordeelt dat de Wet KSB niet in strijd is met het recht.

Rechtbank Breda oordeelt dat de B.V. kansspelbelasting verschuldigd is en dat de Wet op de Kansspelbelasting niet in strijd is met het recht. Het beroep wordt ongegrond verklaard.

Rechtbank Breda oordeelt dat de leges voor een smartshopvergunning ongelijk zijn aan die voor een horecavergunning, wat leidt tot ongerechtvaardigde ongelijke behandeling. De aanslag leges wordt vernietigd.

Rechtbank Breda oordeelt dat de integratieheffing niet in strijd is met de Btw-richtlijn en dat heffing over de lagere aanneemsom leidt tot misbruik van recht. Het beroep van de belanghebbende wordt ongegrond verklaard.

De rechtbank verklaart het beroep van de belanghebbende ongegrond en bevestigt de aansprakelijkheid voor onbetaald gebleven vennootschapsbelasting van € 144.112.

Rechtbank Breda oordeelt dat de aansprakelijkstelling van de eiser als bestuurder van [X] B.V. voor onbetaald gebleven omzetbelasting terecht is, en vermindert het bedrag tot € 48.071.