Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.[geïntimeerde1]
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep
- de memorie van grieven
- de memorie van antwoord
- de akte uitlaten producties van Dexia.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft Dexia Nederland B.V. hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Noord-Nederland, dat op 11 juli 2023 is uitgesproken. De zaak betreft drie effectenleaseovereenkomsten die zijn afgesloten via een tussenpersoon, Questor Financiële Dienstverlening. De centrale vraag is of de afnemer door de tussenpersoon is geadviseerd zonder dat deze over de vereiste vergunning beschikte, en of Dexia hiervan op de hoogte was of had moeten zijn. Dexia vorderde een verklaring voor recht dat zij aan al haar verplichtingen heeft voldaan en niets meer aan de afnemer verschuldigd is. De kantonrechter heeft deze vorderingen afgewezen, wat Dexia in hoger beroep aanvecht. Het hof heeft vastgesteld dat de tussenpersoon bij de totstandkoming van de overeenkomsten als effectenbemiddelaar optrad, maar geen vergunning had. Het hof oordeelt dat Dexia wist of moest weten dat de tussenpersoon de afnemer heeft geadviseerd, en dat Dexia in strijd heeft gehandeld met de Nadere Regeling toezicht effectenverkeer 1999. Hierdoor blijft de vergoedingsplicht van Dexia volledig in stand, inclusief de restschuld en reeds betaalde kosten. Het hof bekrachtigt het vonnis van de kantonrechter en veroordeelt Dexia tot betaling van de proceskosten van de afnemer.