Conclusie
1.Het cassatieberoep
2.Procesverloop
3.Het eerste middel
te laatwordt ingediend. Omdat de grief van de verdachte, namelijk dat hij zich niet had kunnen voorbereiden op de terechtzitting in eerste aanleg en dat hij daarom in hoger beroep wilde gaan, al voor het wijzen van het vonnis door de rechtbank bekend was, hoefde de verdachte strikt genomen niet eerst het vonnis af te wachten om zijn grief te kunnen formuleren.
4.Juridisch kader
nahet instellen van hoger beroep is ingediend. [9] Uit het voorgaande leid ik af dat het tijdstip waarop een schriftuur wordt ingediend – als dit maar voor de terechtzitting in hoger beroep geschiedt – geen beletsel vormt om deze schriftuur formeel gezien aan te merken als een schriftuur houdende grieven als bedoeld in art. 410 lid 1 Sv. Niet valt in te zien waarom dit anders zou zijn als de schriftuur voorafgaand aan de uitspraak in eerste aanleg is ingediend.