Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.[geïntimeerde1]
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep
- de memorie van grieven
- de memorie van antwoord
- de akte uitlaten producties van Dexia.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft Dexia Nederland B.V. hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Midden-Nederland, dat op 19 september 2024 is uitgesproken. De zaak betreft een effectenleaseovereenkomst die tot stand is gekomen via een tussenpersoon, het Amsterdams Financieel Advies Bureau. De centrale vraag is of de afnemer door deze tussenpersoon is geadviseerd zonder dat deze over de vereiste vergunning beschikte, en of Dexia hiervan op de hoogte was of had moeten zijn. De afnemer vorderde onder meer schadevergoeding van Dexia, stellende dat Dexia onrechtmatig heeft gehandeld door de overeenkomst aan te gaan met een klant die door een niet-gecertificeerde adviseur was geadviseerd. De kantonrechter heeft geoordeeld dat Dexia onrechtmatig heeft gehandeld en de vorderingen van de afnemer toegewezen. In hoger beroep heeft het hof de feiten en vorderingen opnieuw beoordeeld. Het hof concludeert dat Dexia wist of moest weten dat de tussenpersoon de afnemer heeft geadviseerd zonder vergunning, en dat Dexia daardoor in strijd heeft gehandeld met de Nadere Regeling toezicht effectenverkeer 1999. Het hof bekrachtigt het vonnis van de kantonrechter en veroordeelt Dexia tot betaling van de proceskosten van de afnemer.