Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep
- de memorie van grieven
- de memorie van antwoord.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft Dexia Nederland B.V. hoger beroep ingesteld tegen de vonnissen van de kantonrechter in de rechtbank Overijssel, die op 22 december 2020, 28 september 2021 en 29 augustus 2023 zijn uitgesproken. De kern van de zaak betreft een effectenleaseovereenkomst die tot stand is gekomen via een tussenpersoon, S.O.M. Adviesgroep. De afnemer stelt dat de tussenpersoon vergunningplichtig advies heeft gegeven, terwijl deze niet over de benodigde vergunning beschikte. Dexia vorderde een verklaring voor recht dat zij aan al haar verplichtingen heeft voldaan en niets meer aan de afnemer verschuldigd is. De kantonrechter oordeelde echter dat Dexia onrechtmatig heeft gehandeld en dat de schade van de afnemer voor rekening van Dexia komt. In hoger beroep heeft het hof de vorderingen van Dexia opnieuw behandeld en geconcludeerd dat Dexia wist of moest weten dat de tussenpersoon de afnemer heeft geadviseerd zonder vergunning. Het hof bekrachtigde de eerdere vonnissen en veroordeelde Dexia tot betaling van de proceskosten van de afnemer. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheid van financiële instellingen om te verifiëren of tussenpersonen over de juiste vergunningen beschikken en de gevolgen van het niet naleven van deze verplichtingen.