Uitspraak
[X 1] B.V., Maatschap [X 2] en Stichting [X 3],te
[Z](hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het
Gerechtshof te Amsterdamvan 26 april 2012, nr. 10/00792, betreffende een naheffingsaanslag in de omzetbelasting.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 11 april 2014 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure over de vraag of een besloten vennootschap (BV), een stichting en een maatschap gezamenlijk als één ondernemer moeten worden aangemerkt voor de omzetbelasting, zoals bedoeld in artikel 7, lid 1 van de Wet op de omzetbelasting. De belanghebbende, een BV, maatschap en stichting die samen een prostitutiebedrijf exploiteerden, had een naheffingsaanslag in de omzetbelasting ontvangen over de periode van 1 januari 2003 tot en met 31 december 2004. De Inspecteur had de aanslag gehandhaafd, maar de Rechtbank te Haarlem had deze vernietigd. Het Gerechtshof Amsterdam had de uitspraak van de Rechtbank echter weer vernietigd en het beroep ongegrond verklaard.
In cassatie heeft de belanghebbende betoogd dat het Hof ten onrechte had geoordeeld dat de BV, de maatschap en de stichting gezamenlijk als één ondernemer moesten worden aangemerkt. De Hoge Raad oordeelde dat het Hof onvoldoende had gemotiveerd waarom de samenwerking tussen de BV, de maatschap en de stichting als één ondernemer moest worden aangemerkt. De Hoge Raad benadrukte dat voor de kwalificatie als één ondernemer niet alleen de samenwerking, maar ook de onderlinge rechtsbetrekkingen van belang zijn. De Hoge Raad concludeerde dat het Hof niet had aangetoond dat de BV, de maatschap en de stichting daadwerkelijk als één ondernemer optraden in de zin van de wet.
De Hoge Raad verklaarde het beroep in cassatie gegrond, vernietigde de uitspraak van het Hof en verwees de zaak naar het Gerechtshof Den Haag voor verdere behandeling. Tevens werd de Staatssecretaris van Financiën veroordeeld in de proceskosten van de belanghebbende. Dit arrest is van belang voor de interpretatie van de regels omtrent de ondernemer in de omzetbelasting en de voorwaarden waaronder verschillende rechtspersonen als één ondernemer kunnen worden aangemerkt.