In deze bodemzaak heeft de Rechtbank Den Haag op 22 april 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen een vader en de politie, alsook de Stichting Samen Veilig Midden-Nederland. De vader, eiser, heeft de politie en de stichting aangeklaagd wegens onrechtmatige daad, omdat zij in de nacht van 15 op 16 september 2016 zijn minderjarige kinderen zonder zijn toestemming uit zijn woning hebben gehaald en naar een hotel hebben gebracht, waarna de kinderen naar de Verenigde Staten zijn gereisd. De rechtbank heeft in een eerder tussenvonnis geoordeeld dat de politie onrechtmatig heeft gehandeld door de rechten van de vader te schenden, en dat de stichting onzorgvuldig advies heeft gegeven aan de politie. In deze uitspraak is de schadevergoeding van de vader vastgesteld op € 5.105,56, bestaande uit € 1.605,56 aan advocaatkosten en € 3.500 aan immateriële schade. De rechtbank heeft geoordeeld dat de politie en de stichting hoofdelijk aansprakelijk zijn voor deze schade. De rechtbank heeft ook het beroep van de politie en de stichting op eigen schuld van de vader afgewezen, maar heeft de schadevergoeding met 15% verminderd, omdat de vader zelf ook een bijdrage aan de schade heeft geleverd door onvoldoende actie te ondernemen om het contact met zijn kinderen te herstellen. De rechtbank heeft de vordering tot schadevergoeding toegewezen, evenals de proceskosten, en heeft de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad verklaard.