Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.De procedure bij de rechtbank
11 november 2015, dat de kantonrechter in de rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht, heeft gewezen.
2.De procedure in hoger beroep
- de akte uitlaten producties van Dexia,
- de antwoordakte van [geïntimeerde] , met producties.
3.De vaststaande feiten
4.Het geschil en de beslissing bij de rechtbank
5.5. De motivering van de beslissing in hoger beroep
- [geïntimeerde] is medio 2002 thuis bezocht door een verkoper van Spaar Select, de heer [de medewerker van Spaar Select] (hierna: [de medewerker van Spaar Select] ), voor een gesprek;
- [geïntimeerde] heeft [de medewerker van Spaar Select] verteld dat zij wilde sparen om haar pensioen aan te vullen, omdat zij kort daarvoor was gescheiden. Zij achtte zichzelf in die periode zeer beïnvloedbaar en afhankelijk van anderen voor het advies omtrent haar financiële toekomst;
- [de medewerker van Spaar Select] adviseerde het product ‘Security Plus Effect’ aan te gaan. Het was volgens [de medewerker van Spaar Select] een uitstekende vorm van sparen waar geen risico’s aan verbonden waren, maar wel met een kans op een beter rendement;
- [geïntimeerde] werd voorgehouden dat het om een spaarovereenkomst ging. Zij vertrouwde op het advies van de tussenpersoon. [geïntimeerde] had tijdens het gesprek aan huis niet de beschikking over de tekst van het contract, maar was in de veronderstelling goed te zijn voorgelicht. Op het moment dat [geïntimeerde] enige tijd later de overeenkomst moest ondertekenen, was zij er niet op bedacht dat het anders kon zijn dat de adviseur haar had verteld. Indien zij had geweten dat zij haar inleg kon verliezen en dus geen aanvullend pensioen zou opbouwen dan was zij de overeenkomst nooit aangegaan.
5.17. De conclusie luidt dat het beroep door [geïntimeerde] op de billijkheidscorrectie op de grondslag dat Spaar Select bij haar advisering buiten de vrijstelling zou zijn getreden, moet worden verworpen. Andere door [geïntimeerde] met betrekking tot de advisering door Spaar Select aangevoerde argumenten die hierboven niet zijn behandeld, maken het oordeel evenmin anders.
5.21. Naar het oordeel van het hof heeft [geïntimeerde] onvoldoende onderbouwd dat Spaar Select in het onderhavige geval een effectenorder heeft geplaatst. De verwijzing naar de handleiding effectenlease is daartoe onvoldoende. [geïntimeerde] is met name in gebreke gebleven het desbetreffende aanvraagformulier over te leggen. Voor het hof valt daarom niet na te gaan of deze formulieren in voldoende mate duidelijk maken welke aandelen in welke aantallen of voor welke prijs moesten worden gekocht. [geïntimeerde] heeft ook niet gewezen op tussen partijen gewisselde stukken aan de hand waarvan wél een uitvoerbare order kan worden afgeleid. [geïntimeerde] heeft in hoger beroep juist ontkend een brochure en flyer over het product te hebben ontvangen. Het beroep van [geïntimeerde] op de handleiding effectenlease stuit af op het feit dat het om een intern document van Dexia gaat, dat niet bekend was bij [geïntimeerde] bij het aangaan van de overeenkomst en dus niet een tussen partijen uitgewisseld gegeven betreft. De overeenkomst tussen Dexia en [geïntimeerde] maakt evenmin dat Spaar Select als orderremisier kan worden beschouwd. Wanneer Spaar Select, zoals [geïntimeerde] aanvoert (a) de overeenkomst van Dexia ontving, (b) deze doorgeleidde aan de afnemer, (c) zorgde voor ondertekening hiervan door de afnemer en (d) retourzending aan Dexia, laat dit onverlet dat het Dexia is geweest die na ontvangst van het aanvraagformulier de leiding had bij het tot stand komen van de overeenkomst en de inhoud daarvan bepaalde door het soort aandelen, de per aandeelsoort in te kopen hoeveelheden en het aankoopbedrag in te vullen alsook de voorwaarden voor de te verstrekken lening, waaronder de te vergoeden rente te vermelden. Pas nadat Dexia de hiervoor bedoelde handelingen had verricht, werd de aankoop concreet en bepaalbaar. Om deze reden had de (veronderstelde) ondersteunende functie van Spaar Select niet tot gevolg dat zij orderremisier werd, ook niet wanneer daarbij wordt betrokken dat zij het aanvraagformulier bij Dexia had ingediend. Dat Spaar Select voor haar werkzaamheden (mogelijk) provisie van Dexia ontving, maakt voormeld oordeel niet anders.
6.6. De slotsom
- explootkosten € 95,77
€ 115,-
De kosten voor de procedure in hoger beroep aan de zijde van Dexia zullen worden vastgesteld op:
€ 716,-
7.De beslissing
€ 210,77 voor verschotten en € 250,- voor salaris overeenkomstig het liquidatietarief en tot aan deze uitspraak wat betreft het hoger beroep vastgesteld op € 812,01 voor verschotten en op € 1.671,- voor salaris overeenkomstig het liquidatietarief;