ECLI:NL:CRVB:2017:3310
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- A. Stehouwer
- E.C.R. Schut
- C. van Viegen
- Rechtspraak.nl
Intrekking en terugvordering van bijstandsuitkering wegens exploitatie hennepkwekerij
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 26 september 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Rotterdam. De appellant ontving sinds 7 december 2011 bijstand op grond van de Wet werk en bijstand (WWB). Op 12 februari 2014 werd in de kelder van zijn woning een hennepkwekerij aangetroffen met 566 planten. Naar aanleiding van deze ontdekking heeft het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam de bijstand van de appellant herzien en teruggevorderd. De rechtbank verklaarde het beroep tegen het bestreden besluit ongegrond, maar vernietigde het besluit tot boeteoplegging en matigde deze. In hoger beroep heeft de Raad beoordeeld of het college terecht de bijstand heeft ingetrokken en de boete heeft opgelegd. De Raad oordeelde dat de appellant de inlichtingenverplichting heeft geschonden door geen melding te maken van de hennepkwekerij. De Raad bevestigde de intrekking van de bijstand en de terugvordering van de kosten, maar matigde de boete van € 2.500,- naar € 1.183,82, rekening houdend met de financiële situatie van de appellant. De Raad veroordeelde het college tot vergoeding van de proceskosten van de appellant in hoger beroep.