ECLI:NL:CRVB:2016:2144
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- M.M. van der Kade
- H.J. Simon
- E.E.V. Lenos
- Rechtspraak.nl
Recht op kinderbijslag en ouderdomspensioen voor werknemers met een ‘kleine baan’ in het buitenland
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 6 juni 2016 uitspraak gedaan over het recht op kinderbijslag en ouderdomspensioen voor een appellante die in Nederland woont maar in Duitsland werkt. Appellante, een alleenstaande moeder, ontving aanvankelijk kinderbijslag voor haar dochter, maar de Sociale verzekeringsbank (Svb) heeft haar recht op deze uitkering beëindigd op basis van de Algemene Kinderbijslagwet (AKW), omdat zij in Duitsland werkte en daar geen recht had op Kindergeld. De Raad heeft de zaak behandeld na een prejudiciële vraag aan het Hof van Justitie van de Europese Unie over de toepassing van de Europese regelgeving inzake sociale zekerheid. Het Hof heeft geoordeeld dat de appellante, ondanks haar werkzaamheden in Duitsland, recht heeft op kinderbijslag in Nederland, omdat zij als ingezetene van Nederland niet verzekerd was voor de Duitse sociale zekerheid. De Raad heeft de besluiten van de Svb vernietigd en de Svb opgedragen om opnieuw te beslissen op het bezwaar van appellante, met inachtneming van de uitspraak. Tevens is de Staat veroordeeld tot schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn in de procedure.