Uitspraak
COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 21 juli 2020 in de zaak tussen
Melkveebedrijf [naam 1] , te Broekland, gemeente Raalte, appellant,
de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, verweerder
Procesverloop
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
.
Overwegingen
melkveewaarover de landbouwer zonder de buitengewone omstandigheden zou hebben beschikt, het aantal hectares landbouwgrond speelt daarbij geen rol.
.Dit blijkt uit de datering van diverse stukken, zoals de offertes van de aannemer en de verleende Nbw-vergunning en omgevingsvergunning. De stelling dat de (nieuw)bouw van de stallen enkel was gebaseerd op toekenning van 10.124 kg fosfaatrechten volgt verweerder dan ook niet. Daarnaast is onduidelijk door wie de aanneemovereenkomsten zijn afgesloten; er is sprake van verschillende adressen ( […] ) en verschillende bedrijven (Melkveebedrijf [naam 1] en [naam 3] ), waarvan de heer [naam 2] eigenaar dan wel vennoot is. [naam 4] , waar de aanneemovereenkomsten aan gericht zijn, kan wijzen op [naam 2] (eigenaar van appellant en vennoot in [naam 3] ) of op [naam 5] (een vennoot in [naam 3] ).
Beslissing
- verklaart het beroep voor zover gericht tegen vervangingsbesluit II ongegrond;
- bepaalt dat verweerder het betaalde griffierecht van € 338,- aan appellant te vergoeden.
de uitspraak te ondertekenen de uitspraak te ondertekenen