Conclusie
AACBrespectievelijk
KIC c.s.
1.Inleiding
clearing & settlement). Na het signaleren van transacties die (beweerdelijk) indruisten tegen geldende wet- en regelgeving en door eiseres tot cassatie gegeven instructies, ging laatstgenoemde over tot onder meer opzegging van bepaalde overeenkomsten die tot gevolg had dat alleen nog maar transacties geplaatst konden worden met haar voorafgaande toestemming. Het hof overwoog dat dit in strijd is met afspraken om eerder opgelegde handelsbeperkingen op te heffen en oordeelde onder meer dat eiseres tot cassatie toerekenbaar was tekortgeschoten in de nakoming van die afspraken. In cassatie wordt hoofdzakelijk over dit oordeel geklaagd, over de verwijzing naar de schadestaatprocedure en over het oordeel dat een beroep op bepaalde contractuele bepalingen aan bod kan komen in de schadestaatprocedure.
2.Feiten
KIC), SFF Trading Switzerland AG (hierna:
SFF), Mainhattan Finance & Trading GmbH (hierna:
Mainhattan) en Saxon Capital GmbH (hierna:
Saxon) waren dochtervennootschappen van Kirchberginvest Holding S.À.R.L. (hierna:
Kirchberginvest Holding). Zij maakten deel uit van de Kirchberg-groep. De groep was actief op het gebied van de handel in financiële instrumenten (aandelen en derivaten). Kingstone Investment S.À.R.L. (hierna:
Kingstone) was voor 50% aandeelhouder van Kirchberginvest Holding.
AAB) is enig aandeelhouder van AACB. AACB verleent diensten aan professionele partijen bij de handel in financiële instrumenten, zowel voor de handel via effectenbeurzen als
over the counter(hierna:
OTC), ofwel onderhands buiten de effectenbeurs om.
[betrokkene 1]), de aandelen van Kirchberginvest Holding verworven, [betrokkene 1] via zijn houdstermaatschappij Kingstone. De overdracht van aandelen vond plaats op basis van een Share Purchase Agreement van genoemde datum (hierna: de
SPA). De activiteiten die Kirchberginvest Holding destijds als onderdeel van AAB verrichtte zijn daarmee voortgezet buiten AAB.
MCA’s), gesloten met KIC c.s., Mainhattan en Saxon, verleende AACB diverse clearing-diensten. Deze overeenkomsten bevatten, voor zover van belang, de volgende bepalingen, waarbij de entiteiten van de Kirchberg-groep steeds als ‘Client’ worden aangeduid:
5 Instructions by AACB
15.Limitation of liability
16.Disclaimer
22.Termination
GCFA), gesloten met KIC c.s. en Saxon, die de voorwaarden regelt waaronder de transacties [van] KIC c.s. [door] AACB gefinancierd worden en bevat, voor zover van belang, de volgende bepaling:
7 Term; Termination
GUA), een driepartijenovereenkomst, gesloten met KIC, op basis waarvan een broker op verzoek van KIC een derivatentransactie kon verrichten die vervolgens aan AACB werd doorgegeven voor opname in het orderboek en verdere afwikkeling.
GCS), een driepartijenovereenkomst, gesloten met KIC, die inhield dat AACB een broker garandeerde dat zij zou zorgdragen, binnen door AACB te stellen limieten, voor de afwikkeling van de OTC-transacties tussen KIC en de broker.
Osram-transactie).
Wij benadrukken dat de gegeven instructie nog steeds van kracht is.
3.Procesverloop
Eerste aanleg
Kirchberg c.s.) AAB c.s. in rechte betrokken bij de rechtbank Amsterdam (hierna: de
rechtbank). Zij vorderen – na eiswijziging – dat de rechtbank voor recht verklaart dat AAB c.s. naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid op onaanvaardbare wijze zijn tekortgeschoten in de uitvoering van de SPA, de MCA en de GCFA, tekort zijn geschoten in de jegens Kirchberg c.s. in acht te nemen zorgplicht en onrechtmatig jegens Kirchberg c.s. hebben gehandeld en daarom schadeplichtig zijn, nader op te maken bij staat, te vermeerderen met wettelijke rente en met veroordeling van AAB c.s. in de kosten.
tradesuit te (laten) voeren op gelijke wijze waarop Kirchberg c.s. dat in voorgaande jaren konden doen, is tekortgeschoten in de nakoming van de afspraken die zijn gemaakt in de aanloop naar het eerste kort geding (dat van 19 februari 2016), althans onrechtmatig jegens Kirchberg c.s. handelde. [4] De rechtbank heeft na een mondelinge behandeling vonnis gewezen (hierna: het
vonnis) [5] waarin zij de vorderingen afwijst en Kirchberg c.s. veroordeelt in de proces- en nakosten.
hof). Nadien is de zaak ingevolge art. 225 Rv geschorst en ingevolge art. 227 Rv hervat naar aanleiding van een akte wijziging appellanten wegens de overgang van de vorderingen (door fusie en cessie) van enkele appellanten naar KIC, waardoor KIC c.s. resteerden als appellanten. In dit verband heeft het hof twee tussenarresten gewezen en heeft een mondelinge behandeling plaatsgevonden. Gelet op de reikwijdte van deze cassatieprocedure volsta ik met een verwijzing naar het tussenarrest van 26 oktober 2021 [6] waarin het hof oordeelde dat het geschorste geding rechtsgeldig door KIC c.s. is hervat. Hierop procederen partijen voort.
arrest), [7] waarin het (i) het vonnis vernietigt, voor zover daarbij de vorderingen van KIC c.s. jegens AACB zijn afgewezen en KIC c.s. in de kosten van AAB c.s. zijn veroordeeld, en, opnieuw rechtdoende (ii) voor recht verklaart dat AACB toerekenbaar tekort is geschoten in haar verplichtingen die ertoe strekten dat KIC c.s. hun handelsactiviteiten konden ontplooien overeenkomstig hetgeen was overeengekomen tussen partijen op 19 februari 2016, uit hoofde waarvan AACB schadeplichtig is jegens KIC c.s., (iii) AACB veroordeelt tot vergoeding aan KIC c.s. van de hierdoor geleden schade, nader op te maken bij staat, (iv) het vonnis voor het overige bekrachtigt, en (v) AACB veroordeelt in de kosten van beide instanties en (vi) KIC c.s. veroordeelt in de (op nihil begrote) kosten van beide instanties betreffende AAB. Hiertoe overweegt het hof samengevat als volgt, waarbij ik de overwegingen die in cassatie van belang zijn citeer.
4.Bespreking van het cassatiemiddel
pre-arrangedtransacties, transacties waarbij gelijktijdig short- en longposities worden aangehouden in hetzelfde fonds, en transacties met als doel
dividend stripping. Volgens AACB betreffen deze instructies een herhaling van de instructies uit de e-mail van 3 februari 2016.
execution brokersen alleen met voorafgaande afstemming en goedkeurig gebruik konden maken van de clearingdiensten van AACB (zie r.o. 3.14 (niet bestreden in cassatie) en r.o. 5.5 (in zoverre niet bestreden in cassatie)). [8] Het oordeel dat in ieder geval de brief van 26 februari 2016 handelsbeperkingen met zich brengt die strijdig zijn met de afspraken van 19 februari 2016 acht ik niet onbegrijpelijk. Ik licht dit hierna toe.
pre-arrangedtransacties, transacties waarbij gelijktijdig short- en longposities worden aangehouden in hetzelfde fonds, en transacties met als doel
dividend stripping). Uit r.o. 5.4 (slot) volgt dat dergelijke transacties ook na de afspraken van 19 februari 2016 niet waren toegestaan. Ik kan in zoverre meegaan met de klacht dat niet duidelijk uit het arrest volgt waarom uit de brief van 22 februari 2016 handelsbeperkingen volgen die strijdig zijn met de afspraken van 19 februari 2016.
trades[…] onmogelijk was.” wordt bestreden. In die context stellen KIC c.s. dat zij nooit hebben gesteld dat het voor hen ongewenst was voorafgaande goedkeuring te vragen. [12]
pre-arrangedzijn, transacties waarbij long- en shortposities in hetzelfde fonds worden aangehouden en transacties met als enig doel
dividend stripping(zie r.o. 5.5). In de brief van 22 februari 2016 heeft AACB KIC c.s. op de voet van art. 5 MCA geïnstrueerd zich te onthouden van dergelijke transacties.
dividend strippingmet zich. [20] In dit verband verwijst AACB onder meer naar de transacties in Novartis en Hermes die, zoals achteraf op 26 februari 2016 bleek, niet zouden voldoen aan de door AACB gegeven instructies. [21] Vervolgens stelt AACB dat een schending van een op grond van art. 5 MCA gegeven instructie “een
Eventin de zin van de MCA was, hetgeen aan AACB direct allerlei rechten onder de MCA gaf (zie artikel 13.2 MCA).” [22] Tot slot stelt AACB dat “deze omstandigheden [meebrengen] dat er gerechtvaardigde gronden waren voor AACB om de MCA’s en daarmee samenhangende overeenkomsten met [KIC c.s.] op te zeggen.” [23]
subonderdeel 3.1, samengevat, dat het hof miskent dat het verweer dat AACB ontleent aan art. 15.1 en 16.2 MCA raakt aan de grondslag van de aansprakelijkheid en niet aan de inhoud of omvang van de verplichting tot schadevergoeding. Door dit verweer zonder enige motivering door te schuiven naar de schadestaatprocedure heeft het hof rechtspraak van de Hoge Raad over – kort gezegd – de verhouding tussen enerzijds de procedure in de hoofdzaak en anderzijds de schadestaatprocedure miskend en heeft het daarmee een rechtens onjuist, althans een onbegrijpelijk en/of onvoldoende gemotiveerd oordeel gegeven, aldus het subonderdeel.
subonderdelen 4.1 en 4.2aan dat het hof met zijn oordeel zonder motivering voorbij is gegaan aan essentiële stellingen van AACB.
pre-arrangedkarakter) [59] – laten onverlet dat KIC c.s. mogelijk schade hebben geleden door de handelsbeperkingen.