Conclusie
eerste middelkeert zich tegen de afwijzing door het hof van een gedaan aanhoudingsverzoek.
tweede middelklaagt ten aanzien van de onder 2. subsidiair bewezen verklaarde bedreiging dat het oordeel van het hof dat de bedreiging van dien aard is en onder zodanige omstandigheden is geschied, dat bij de bedreigde in redelijkheid de vrees kon ontstaan deze echt zwaar zou worden mishandeld, onvoldoende met redenen is omkleed.
[slachtoffer 1] , ik ben niet zo blij met jou!” Ik vroeg aan hem wie hij was. Ik hoorde dat de stem antwoordde: “Dat doet er niet toe ”. Ik hoorde dat de man zei: “Je moet het contact met [slachtoffer 2] verbreken ” en “Ik weet dat je contact hebt. Daar moet jij mee stoppen, want anders kon dat wel eens vervelende gevolgen hebben. Ik weet dat je gisteren om 22.45 uur thuis was en dat er om 0.00 uur nog een vriend bij je weg is gegaan. We houden je in de gaten!”. Ik weet niet meer met welke woorden het gezegd is, maar wat hier nog op volgde hield in dat hij nog iets met haar had af te handelen. Het eerste wat in mij op kwam was dat deze man mogelijk dacht dat ik een relatie met haar onderhield. Daarom had ik gezegd dat ik alleen sms en facebook contact had met haar, om duidelijk te maken dat van een relatie geen sprake was. Het gesprek is beëindigd. Ik was redelijk geschrokken. Ik kan u zeggen dat ik wel even stond te shaken (..).
Laatste waarschuwing kijk nog 1x naar je vingers je hebt ze hard nodig we houden in de gaten”.
Sms van nummer [telefoonnummer 2] om 20.53 uur op 17 mei (hof: 2012):
Geen reactie heb je het begrepen”
Hierop heb ik naar het nummer [telefoonnummer 2] via sms geantwoord met de tekst:
Kerel, ik heb vandaag vanaf het moment dat je belde gewerkt tot net. Ik weet niet wat je probleem is(...) ”.
Sms van nummer [telefoonnummer 3] op 18 mei 2012 om 14.52 uur:
“ [slachtoffer 1] ik heb zo mijn problemen. De vraag is wil jij een groot probleem! Wil jij bevestigen dat je geen contact meer zult hebben met [slachtoffer 2] op geen enkele wijze.
Sms van nummer [telefoonnummer 3] op 18 mei 2012 om 14.52 uur:
[slachtoffer 1] je kent ons niet verbreek het contact met [slachtoffer 2] we weten hoe hardje je vingers nodig [a-straat 1] weten waar je werkt je bent gewaarschuwd. Komen wij bij je langs op de koffie bij [B] of bij je thuis (...)”
Ten aanzien van de feiten 1,2, 5 en 6
Laatste waarschuwing kijk nog lx naar je vingers je hebt ze hard nodig we houden in de gaten” en om 20.53 uur het bericht:
''heb je het begrepen”. [slachtoffer 1] heeft toen naar het nummer [telefoonnummer 2]onder andere ge-smst: “
Kerel, ik heb vandaag vanaf het moment dat je belde gewerkt tot net. Ik weet niet wat je probleem is.(...) ” (dossierpagina’s 312 en 313).
[slachtoffer 1] , ik heb zo mijn problemen. De vraag is wil jij een groot probleem! Wil jij bevestigen dat je geen contact meer zult hebben met [slachtoffer 2] op geen enkele wijze (...)”. Vervolgens ontving hij nog een sms, verstuurd met het nummer [telefoonnummer 3] met onder meer de inhoud: "
[slachtoffer 1] je kent ons niet verbreek het contact met [slachtoffer 2] we weten hoe hard je je vingers nodig [a-straat 1] weten waar je werkt je bent gewaarschuwd (...) komen wij bij je langs op de koffie bij [B] of bij je thuis (...)" . (dossierpagina 314). [slachtoffer 1] woonde op het adres [a-straat 1] te [woonplaats] en werkte in [B] (dossierpagina 312 en 313).
Als ze eerlijk zijn en vertellen dat ze een andere jongen hebben en we gaan uit eten, dan betalen we ieder de helft" (dossierpagina 102).
derde middelklaagt ten aanzien van feit 4 dat de bewezenverklaring ontoereikend is gemotiveerd, nu uit de bewijsvoering geen voorbereiding van de bewezen verklaarde afpersing als bedoeld in art. 317 Sr kan blijken.
(hof: verdachte [verdachte] )
(hof: [betrokkene 5] )
(hof: [betrokkene 5] )
Ten aanzien van feit 4
laten we dat ding maar gelijk gaan gebruiken” (dossierpagina 463).
vierde middel, dat klaagt over de schending van de inzendtermijn, behoeft geen bespreking nu het tijdsverloop immers bij de nieuwe behandeling van de zaak door het hof aan de orde worden gesteld. [13]