ECLI:NL:HR:2003:AL8168
Hoge Raad
- Cassatie
- P. Neleman
- J.B. Fleers
- H.A.M. Aaftink
- E.J. Numann
- F.B. Bakels
- Rechtspraak.nl
Verjaringstermijn bij medische aansprakelijkheid en bekendheid met schade
In deze zaak gaat het om de vraag wanneer de verjaringstermijn begint te lopen in het kader van medische aansprakelijkheid. Eiseres en eiser, ouders van [betrokkene 1], hebben de Vereniging voor Christelijk Wetenschappelijk Onderwijs en de gynaecoloog [verweerder] aangeklaagd wegens vermeend tekortschietend medisch handelen tijdens de geboorte van hun kind op 24 november 1987. De ouders vorderden schadevergoeding voor de materiële en immateriële schade die zij hebben geleden. De rechtbank te Amsterdam wees hun vordering af, en het gerechtshof bekrachtigde dit vonnis in hoger beroep. De ouders stelden dat zij pas in 1996, na een gesprek met de gynaecoloog, voldoende zekerheid hadden gekregen over de aansprakelijkheid van de gynaecoloog en het ziekenhuis, en dat de verjaringstermijn pas na dit gesprek zou moeten beginnen. De Hoge Raad oordeelde dat de korte verjaringstermijn van vijf jaren pas begint te lopen op de dag na die waarop de benadeelde daadwerkelijk in staat is om een rechtsvordering in te stellen. De Hoge Raad vernietigde het arrest van het gerechtshof en verwees de zaak naar het gerechtshof te 's-Gravenhage voor verdere behandeling. De Hoge Raad oordeelde dat de ouders niet eerder bekend waren met de aansprakelijkheid van de gynaecoloog en het ziekenhuis dan na het gesprek in 1996, waardoor de verjaringstermijn niet eerder kon beginnen te lopen.