Uitspraak
OVERWEGINGEN
18 oktober 2013 en 28 februari 2014 met toepassing van artikel 8:72, derde lid, aanhef en onder b, van de Awb te herroepen, nu daaraan hetzelfde gebrek kleeft en, gelet op het tijdsverloop, niet aannemelijk is dat dat gebrek kan worden hersteld.
19 februari 2016, ECLI:NL:HR:2016:252 en de uitspraak van de Raad van 12 januari 2017, ECLI:NL:CRVB:2017:104.
BESLISSING
- vernietigt de aangevallen uitspraken;
- verklaart de beroepen gegrond;
- vernietigt de besluiten van 20 februari 2014 en 28 mei 2014;
- herroept de besluiten van 18 oktober 2013 en 28 februari 2014 en bepaalt dat deze uitspraak in de plaats treedt van de besluiten van 20 februari 2014 en 28 mei 2014;
- veroordeelt de Staat der Nederlanden (Ministerie van Justitie en Veiligheid) tot betaling aan appellante van een vergoeding van schade tot een bedrag van € 500,-;
- veroordeelt de minister in de proceskosten van appellante tot een bedrag van € 2.004,-;
- bepaalt dat de minister aan appellante het in beroep en hoger beroep betaalde griffierecht vergoedt van in totaal € 167,-.