ECLI:NL:CRVB:2017:365
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- A. Stehouwer
- E.C.R. Schut
- J.L. Boxum
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake afwijzing bijstandsaanvraag op basis van schending inlichtingenverplichting
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant, waarin de afwijzing van een bijstandsaanvraag door het college van burgemeester en wethouders van Eindhoven werd bevestigd. Appellanten, die sinds 1 september 2005 bijstand ontvingen, hebben in 2012 een rechtmatigheidsonderzoek ondergaan. Dit onderzoek onthulde dat appellante in juni 2012 een auto had aangeschaft met contante betalingen en dat er ongeregistreerde betalingen van een derde partij waren. Het college heeft de bijstand van appellanten met terugwerkende kracht ingetrokken, omdat zij hun inlichtingenverplichting hadden geschonden door deze financiële transacties niet te melden. De rechtbank heeft de afwijzing van de bijstandsaanvraag door het college bevestigd, en appellanten hebben hiertegen hoger beroep ingesteld. De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat appellanten onvoldoende bewijs hebben geleverd om aan te tonen dat zij recht hadden op bijstand. De Raad heeft de eerdere uitspraak van de rechtbank bevestigd, waarbij werd gesteld dat appellanten niet voldoende inzicht hebben gegeven in hun financiële situatie en dat er geen bijzondere omstandigheden waren die een afwijking van het uitgangspunt rechtvaardigden dat geen bijstand wordt verleend over een periode voorafgaand aan de aanvraag. De Raad heeft de beslissing van het college om de bijstandsaanvraag af te wijzen, bevestigd.