ECLI:NL:CRVB:2017:2833
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Compensatie eigen risico 2008 en 2009; procedurele verzoeken en schadevergoeding
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 9 augustus 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 26 oktober 2015. De zaak betreft de afwijzing van aanvragen om compensatie van het eigen risico in de jaren 2008 en 2009 door het CAK. De rechtbank had eerder de besluiten van het CAK vernietigd, omdat appellant niet was gehoord in de bezwaarfase, wat in strijd was met artikel 7:2 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De Raad heeft de eerdere uitspraak van de rechtbank vernietigd en de zaak terugverwezen, maar de rechtbank heeft opnieuw uitspraak gedaan zonder een nadere zitting te houden, wat in strijd was met artikel 8:57 van de Awb. De Raad heeft geoordeeld dat de aangevallen uitspraak van de rechtbank vernietigd moet worden. Het verzoek van appellant om de zaak terug te verwijzen naar de rechtbank is afgewezen, omdat de Raad zelf de zaak kon beoordelen. De Raad heeft vastgesteld dat niet is voldaan aan de voorwaarden voor compensatie van het eigen risico en dat het verzoek om schadevergoeding niet-ontvankelijk is verklaard. De Raad heeft de rechtsgevolgen van de vernietigde besluiten in stand gelaten en bepaald dat CAK het griffierecht aan appellant moet vergoeden.