ECLI:NL:CRVB:2013:999
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.C.F. Talman
- R.H.M. Roelofs
- J.J.A. Kooijman
- Rechtspraak.nl
Intrekking werkleeraanbod en inkomensvoorziening met terugvordering kosten
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 16 juli 2013 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de uitspraken van de rechtbank 's-Gravenhage. De appellant, geboren in 1988, ontving sinds 11 maart 2010 een inkomensvoorziening op grond van de Wet investeren in jongeren (WIJ). Het college van burgemeester en wethouders van 's-Gravenhage had op 16 mei 2011 een werkleeraanbod gedaan, maar appellant is niet verschenen op de uitnodigingen voor gesprekken die daarop volgden. Dit leidde tot een maatregel van 30% op zijn inkomensvoorziening en uiteindelijk tot de intrekking van zowel het werkleeraanbod als de inkomensvoorziening, met terugvordering van gemaakte kosten.
De rechtbank heeft de besluiten van het college in stand gelaten, maar appellant heeft hiertegen hoger beroep ingesteld. Hij betoogde dat de rechtbank ten onrechte de besluiten had getoetst aan de WIJ, terwijl volgens hem de Wet werk en bijstand (WWB) van toepassing was. De Raad oordeelde echter dat de rechtbank terecht de handhaving van de intrekkingen had getoetst aan de bepalingen van de WIJ, zoals deze golden ten tijde van de intrekkingen. De Raad bevestigde dat het college niet onredelijk had gehandeld door de intrekking en terugvordering door te zetten, gezien het verwijt dat appellant kon worden gemaakt voor het ontstaan van de terugvordering.
De Raad concludeerde dat de beroepsgronden van appellant niet slaagden en bevestigde de aangevallen uitspraken van de rechtbank. De beslissing werd genomen door een meervoudige kamer, waarbij de voorzitter en de leden de zaak in het openbaar bespraken. Er werd geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten.