ECLI:NL:CRVB:2014:33
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- R.H.M. Roelofs
- J.J.A. Kooijman
- F. Hoogendijk
- Rechtspraak.nl
Intrekking van werkleeraanbod wegens niet-naleving van verplichtingen door appellant
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 14 januari 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank ’s-Gravenhage. De appellant, geboren in 1985, had op 29 augustus 2011 een werkleeraanbod ondertekend op basis van de Wet investeren in jongeren (WIJ). Dit aanbod vereiste dat hij minimaal 32 uur per week actief op zoek ging naar werk en deelnam aan verschillende activiteiten. Echter, de appellant heeft zich niet gehouden aan de verplichtingen die aan dit werkleeraanbod waren verbonden. Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Gravenhage heeft het werkleeraanbod op 13 oktober 2011 ingetrokken, omdat de appellant niet was verschenen voor een sollicitatietraining en andere workshops, zonder zich daarvoor af te melden.
De rechtbank heeft het beroep van de appellant tegen de intrekking van het werkleeraanbod ongegrond verklaard. De appellant heeft in hoger beroep zijn eerdere stellingen herhaald, waaronder dat hij zich ziek had gemeld voor de workshops en dat hem was verteld dat de sollicitatietraining niet doorging. De Raad heeft echter geoordeeld dat de appellant niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij zich daadwerkelijk had afgemeld en dat de trainingen wel degelijk hebben plaatsgevonden. De Raad heeft bevestigd dat het college in overeenstemming met het beleid heeft gehandeld door het werkleeraanbod met terugwerkende kracht in te trekken.
De Raad heeft ook de beroepsgrond van de appellant dat er geen hoor/wederhoorgesprek heeft plaatsgevonden verworpen, omdat er telefonisch contact met de appellant is geweest waarin het voornemen tot intrekking is besproken. De Raad concludeert dat het hoger beroep van de appellant niet slaagt en bevestigt de aangevallen uitspraak van de rechtbank. Er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.