1.2In het rapport van bevindingen heeft de toezichthouder onder meer het volgende geschreven:
“Datum en tijdstip van de bevinding: Dinsdag 16 april 2019 omstreeks 14:20 uur.
Ik zag tijdens mijn inspectie op het pluimveeslachthuis bij de antemortemscreening en bij de postmortem keuring dat er veel karkassen van deze koppel ernstig tot zeer ernstig (vleugel)letsel vertoonden. Ik heb daarom besloten een letseltelling uit te voeren.
Tijdens mijn inspectie bevond ik mij in de afdeling panklaar ter hoogte van de eerste overhanger, voor het uitvoeren van een vangletselcontrole van koppel 12399, afkomstig van pluimveehouderij " [naam 1] " uit [plaats 2] (registratienummer: [nummer 1] ).
Het betrof hier een koppel kuikens uit stal 1. De identiteit van dit koppel heb ik geverifieerd door de actuele slachtinformatie te vergelijken met de aanvoerplanning en de VKI van deze slachtdag en ik heb de identiteit van het lopende koppel kunnen verifiëren op de afkeurschermen die op diverse plaatsen in de panklaarafdeling gelokaliseerd zijn. Daarnaast ben ik geïnformeerd door de exploitant dat er begonnen was met de slacht van stal 1 van [naam 1] .
Tijdens de letseltelling, uitgevoerd volgens de werkinstructie van de NVWA; K-PL-WLZ-WV01 bijlage 7, zag ik dat er veel bloedingen aanwezig waren op de karkassen. Deze varieerden van donkerrood tot paarsrood. Ik stelde vast dat de meeste bloedingen ter hoogte van de vleugels en de borststreek zaten.
Ik heb van stal 1 in totaal vijf tellingen uitgevoerd. Alle controles duurden twee minuten. De bandsnelheid tijdens de controle was éénmaal 12.500 kuikens per uur (bij de 1e telling) en viermaal 12.000 kuikens per uur (bij de 2e t/m 5e telling). De bandsnelheid heb ik geverifieerd door in de controlekamer op het scherm te kijken waar de bandsnelheid wordt weergegeven.
In totaal heb ik per controle van twee minuten 416 kuikens gecontroleerd bij een bandsnelheid van 12.500 kuikens per uur en 400 kuikens bij een bandsnelheid van 12.000 kuikens per uur ervanuit gaande dat alle haken bezet waren.
- Koppel 12399 stal 1: tellingen respectievelijk omstreeks 14:20 uur, 14:55 uur, 15:22 uur, 17:19 uur en 18:02 uur. Tijdens de eerste controle heb ik 15 letsels geteld, tijdens de tweede controle 9, tijdens de derde controle 11, tijdens de vierde controle 12 en tijdens de vijfde controle 12. Uit deze tellingen kwamen scores van respectievelijk 3,61%, 2,25%, 2,75%, 3,00% en 3,00% wat een gemiddelde score geeft van 2,92%. Hieruit bleek mij dat de interventiegrens van 2% die de NVWA hanteert, overschreden was.
Uit niets is gebleken dat er tijdens het transport en het onderbrengen in het slachthuis een calamiteit is geweest wat letsels van deze aard heeft kunnen doen ontstaan.
Naar mijn deskundige mening als dierenarts is het welzijn van de kuikens ernstig geschaad tijdens het vangen van de dieren en plaatsen in de vervoerscontainers wat aanleiding heeft gegeven tot erge pijngewaarwording en stress bij de kuikens tijdens transport en in de tijd daarna tot aan het bedwelmen.
De letsels bestonden uit grote (>3 cm) donkerrode tot paarse bloedingen ter hoogte van de vleugels en de borststreek. Bloedingen van deze aard zijn in de laatste 12 uur voorafgaand aan het doden van de dieren ontstaan door het vangen van de dieren.
Vanuit mijn professionele ervaring als dierenarts concludeer ik uit bovenstaande feiten dat hier sprake is van ernstig dierenletsel ten gevolge van onaanvaardbaar verwijtbaar handelen tijdens het vangen van de kuikens.
De kuikens zijn handmatig gevangen door vangploeg PV [naam 3] BV (bijlage VKI [naam 1] stal 1).
De houder van het pluimvee op de plaats van vertrek heeft er niet voor gezorgd dat de voorschriften met betrekking tot het behandelen van de dieren tijdens het vangen zijn nageleefd waardoor de dieren onnodige pijn en ernstig lijden is berokkend.”