2.7.Van het boekenonderzoek is op 6 september 2018 een controlerapport opgemaakt. In het controlerapport is, voor zover van belang, het volgende opgenomen:
“
Rechtsvorm onderneming
De onderneming wordt gedreven in de vorm van een vennootschap en is tot medio 2017 gevestigd op het woonadres van de heer [naam] te weten [adres] te [vestigingsplaats] . Daarna is de heer [naam] verhuisd naar het huidige woonadres aan de [adres] te [vestigingsplaats] .
Administratie
Algemeen
De administratie is bijgehouden in Excel/Numbers. Het betreft in wezen een tabellarisch bankboek. Aan de ontvangstenkant zijn kolommen gemaakt waarin de ontvangen bedragen op de bankrekening worden vermeld in een gespecificeerde kolom. Aan de uitgavenkant wordt eenzelfde werkwijze gehanteerd. De uitgave vanaf de bank wordt geboekt en in een gerubriceerde kolom gezet zodat een totaaltelling per rubriek mogelijk is.
Het gehele tabellarisch bankboek vermeldt ook vrijwel alleen cijfers, omschrijvingen (op een uitzondering na) ontbreken.
Tijdens mijn 2e bezoek heb ik diverse facturen/bescheiden
ingezien. Er ontbreekt een koppeling (volgnummer of iets dergelijks) tussen het geboekte bedrag en het boekingsbescheid. Dat maakt het lastig c.q. onmogelijk om te beoordelen of uitgaven terecht en juist zijn geboekt. Tevens is geconstateerd dat gelijksoortige uitgaven in verschillende rubrieken zijn geboekt.
Externe adviseur
Buiten de hulp van zijn vader heeft de heer [naam] geen externe deskundige ingeschakeld. De heer [naam] verzorgt zelf alle fiscale aangiften.
Fiscale resultatenrekening
Kosten
In diverse kolommen worden in het tabellarische bankboek uitgaven geboekt. Meestal zonder enige omschrijving. Ik ben van mening dat zeer lichtvaardig en ten onrechte aangenomen is dat vele uitgaven als kosten van de vennootschap zijn aan te merken dan wel dat ze niet als juiste kostencategorie zijn benoemd.
In onderstaand overzicht zijn enkele kostencategorieën naast elkaar gezet over de diverse jaren. Per categorie geef ik mijn bevindingen aan.
2013 2014 2015 2016
Onkostenvergoeding € 2.325 € 2.400 € 2.400 € 2.436
Overige personeelskosten € 7.542 € 3.227 € 3.997 € 6.939
Representatiekosten € 7.703 € 7.395 € 7.993 € 4.650
Inzake de onkostenverqoedinq
Het betreffen maandelijkse gelijke bedragen waaraan geen specificatie ten grondslag ligt. Tevens zijn in de administratie de kleinste kosten reeds gedeclareerd zoals o.a. parkeerkosten. Een vergoeding zonder dat daar vooraf een gespecificeerde onderbouwing voor aanwezig was is fiscaal als loon aan te merken
Op mijn vraag hierover antwoordde de heer [naam] dat hij hierop geen reactie heeft.
Overige personeelskosten en representatiekosten
Bij het doornemen van de facturen/bescheiden constateer ik dat er bedragen onder deze kosten zijn opgenomen die in het geheel niet zien op de zakelijke belangen van de vennootschap doch zien op de persoonlijke belangen van de heer [naam] en/of zijn partner.
Zo zijn er kosten opgenomen van:
- Glasbewassing van het woonhuis;
- Bril en contactlenzen;
- Tandartskosten;
- Therapeutische zolen;
- Vele etensbonnen in duurdere restaurants;
- Vele wijninkopen.
Op mijn vraag hierover gaf de heer [naam] daarop de volgende reactie:
Reactie: ik heb altijd de veronderstelling gehad dat zorg gerelateerde kosten door de werkgever vergoed mogen worden omdat dit immers de inzetbaarheid van de werknemer ten goede komt. (Mijn verzoek: Indien u van mening bent dat de wijninkopen en etenskosten een zakelijk belang dienen dan verzoek ik u daarbij aannemelijk te maken dat er een verband bestaat tussen de gedane uitgave en de externe partij (bv. project/opdrachtgever) die daarbij betrokken was). Reactie: gezien de gemaakte omzet is het niet meer dan billijk om uit zakelijk oogpunt mijn directe omgeving te fêteren. Dat gebeurde door middel van flesjes wijn, lunches of anderszins. Dat gebeurde ook binnen b.v. Rijkswaterstaat en de gemeente [plaats] .
Ik concludeer dat genoemde uitgaven zijn aan te merken als loonkosten.
Loon is immers al hetgeen uit dienstbetrekking genoten wordt. Bovenmatige
onkostenvergoedingen en uitgaven zoals hierboven opgesomd zijn aan te merken als vergoeding voor geleverde arbeid.
Correctie 3: Kosten 2013 zijn loonkosten € 17.570
Kosten 2014 zijn loonkosten € 13.022
Kosten 2015 zijn loonkosten € 14.390
Kosten 2016 zijn loonkosten € 14.025
Loon
De enige werknemer, de heer [naam] , geniet in de jaren 2013 tot en met 2016 een fiscaal loon van ongeveer € 28.000 per jaar. Hij neemt tevens deel aan de levensloopregeling met € 3.600 per jaar.
Loonheffing
Maandelijks wordt een gelijk bedrag aan loonheffing betaald. Er wordt geen gebruik gemaakt van een softwarematig loonprogramma.
Gebruikelijk loon
Er is geen formele arbeidsovereenkomst. De heer [naam] is gevraagd waarom er een bedrag aan loon is uitgekeerd wat beduidend lager is dan het "gebruikelijk loon". Zijn reactie; Er is rekening gehouden met een deeltijd van 50-60%. Gelet op hetgeen hiervoor is gesteld bij correctie 3 benaderd het loon het wettelijke bedrag.
Correctieverplichtingen
Tijdens het onderzoek is gebleken dat de ingediende aangiften niet juist en\of niet volledig zijn. Op grond van artikel 28a, lid 2 Wet LB zal daarom aan [belanghebbende] een correctieverplichting opgelegd worden om door middel van correctieberichten alsnog de juiste en volledige gegevens te verstrekken.
[belanghebbende] ontvangt hierover op korte termijn nog een separate mededeling van de Belastingdienst. Met het insturen van correctieberichten moet gewacht worden tot deze mededeling is ontvangen.
De wijze waarop correctieberichten ingediend moeten worden staat beschreven in Hoofdstuk 12 van het Handboek Loonheffingen.
De niet verhaalde loonheffing vormt een nettoloonbestanddeel in het jaar dat afgezien wordt van verhaal.
Bedragen correctieverplichtingen
2013 € 17.570
2014 € 13.022
2015 € 14.390
2016 € 14.025
Kennisgeving boete art 5:48 en 5:53 Awb
Vergrijpboete
Naast de aangekondigde correctieverplichting ben ik voornemens over de jaren 2013 tot en met 2016 voor de loonheffingen een vergrijpboete op te leggen. De vergrijpboete is gebaseerd op artikel 67f Algemene wet inzake rijksbelastingen (Awr) en paragraaf 25 en 28 Besluit Bestuurlijke Boeten Belastingdienst (BBBB).
Vergrijpboete op grond
van artikel 67f Awr
Ik ben van mening dat het aan grove schuld van belastingplichtige is te wijten dat met betrekking tot de loonheffingen over het jaar 2013 tot en met 2016 belasting gedeeltelijk niet is betaald.
De feiten en omstandigheden op grond waarvan ik voornemens ben deze vergrijpboete op te
leggen betreffen:
- De heer Drs. Mr. [naam] RC bezit 100% van de aandelen en is tevens enige bestuurder van belanghebbende;
- De heer Drs. Mr. [naam] RC heeft daarmee alle zeggenschap in belanghebbende;
- Drs. Mr. [naam] RC heeft diverse opleidingen en vakken gevolgd waardoor hij
voldoende kundig wordt geacht om de fiscale pericelen te onderkennen en daarmee de juiste stappen te kunnen ondernemen om de fiscale verplichtingen op een juiste wijze na te komen;
- Belanghebbende verzorgt zelf de aangiften loonheffingen 2013 tot en met 2016;
- Belanghebbende heeft aan de heer Drs. Mr. [naam] RC een arbeidsbeloning toegekend van ongeveer € 28.000 per jaar. Belanghebbende heeft daarnaast onbelast onkosten ten behoeve van de heer Drs. Mr. [naam] RC vergoed. Belanghebbende had na moeten gaan in hoeverre zij ten behoeve van Drs. Mr. [naam] RC onbelast de kosten had mogen vergoeden zoals zijn opgenomen onder hoofdstuk 3.2.2 correctie 3 van dit rapport;
- Belanghebbende heeft Drs. Mr. [naam] RC een vaste maandelijkse kostenvergoeding gegeven van ongeveer € 200 per jaar. Van deze vergoeding heeft belanghebbende geen onderbouwing kunnen verstrekken. Daarbij komt dat bepaalde kosten welke onder de regeling vaste kosten vergoedingen zouden kunnen vallen gewoon door de belanghebbende 'nogmaals' worden vergoed. Belanghebbende had dan ook na moeten gaan in hoeverre zij aan Drs. Mr. [naam] RC een vaste kostenvergoeding mocht verstrekken en wat daarbij de voorwaarden waren om dit onbelast te kunnen doen;
- Belanghebbende heeft naast de vaste kostenvergoedingen tevens overige personeelskosten vergoed. Deze overige personeelskosten zien op de persoonlijke belangen van de heer Drs. Mr. [naam] RC. Belanghebbende had moeten beseffen dat er geen enkele fiscaal aanvaardbare zakelijke grondslag lag aan het vergoeden van de overige personeelskosten;
- Verder heeft belanghebbende representatiekosten als kosten opgenomen in haar administratie waaronder etentjes en vele inkoop van wijnen. Belanghebbende heeft aangegeven dat zij van mening is dat gezien de gemaakte omzet het niet meer dan billijk is om uit zakelijk oogpunt haar directe omgeving te fêteren. Dat gebeurde door middel van flesjes wijn, lunches of anderszins. Dat gebeurde ook binnen b.v. Rijkswaterstaat en de gemeente [plaats] . Echter indien belanghebbende van mening is dat sprake is van een zakelijk oogpunt zij dit ook middels bescheiden aannemelijk dient te maken. Nu belanghebbende in zijn geheel niet met bescheiden is gekomen om aannemelijk te maken in hoeverre bepaalde representatiekosten zakelijk zijn wordt geacht dat de kosten zien op de persoonlijke belangen van de heer Drs. Mr. [naam] RC. Belanghebbende moet dan ook hebben geweten dat de representatiekosten zien op de persoonlijke belangen van de heer Drs. Mr. [naam] RC;
- Belanghebbende heeft aangegeven dat zij altijd de veronderstelling heeft gehad dat zorg gerelateerde kosten door de werkgever vergoed mogen worden omdat dit immers de inzetbaarheid van de werknemer ten goede komt. Kennelijk heeft zij echter haar veronderstelling niet gestaafd met fiscaal juridisch onderbouwing daarvan. Gelet op de kennis en kunde van belanghebbende mocht dat wel van haar verwacht worden;
- Belanghebbende heeft kosten vergoed welke ten goede zijn gekomen aan de persoonlijke belangen van de heer Drs. Mr. [naam] RC. Belanghebbende had na moeten gaan in hoeverre zij deze vergoedingen en verstrekkingen onbelast had mogen vergoeden/geven dan wel hiervoor loonbelasting in rekening had moeten brengen. Belanghebbende gaat uit van bepaalde veronderstellingen dat dit mogelijk zou moeten zijn maar heeft haar veronderstellingen niet verder gestaafd met een fiscaal juridische onderbouwing. Belanghebbende heeft voldoende kennis en kunde om zelf na te gaan in hoeverre fiscaaltechnisch kosten en verstrekkingen onbelast vergoed mogen worden dan wel te beseffen hiervoor extern deskundigheid voor in te huren indien de materie toch persoonlijk te ingewikkeld mocht blijken te zijn. kennelijk heeft belanghebbende dit nagelaten.
De vergrijpboete wegens grove schuld bedraagt 25%. De vergrijpboete wegens grove schuld bedraagt 25%. De grondslag van de boete is het bedrag van de naheffingsaanslag welke wordt vastgesteld na ontvangst van de correctieberichten.”