Uitspraak
[X]te
[Z](hierna: belanghebbende), alsmede het beroep in cassatie van de
Staatsecretaris van Financiëntegen de uitspraak van het
Gerechtshof te ’s‑Gravenhagevan 18 juli 2012, nr. BK-09/00382 tot en met BK-09/00399, betreffende de aan belanghebbende over de jaren 1992, 1993 en 1995 tot en met 2002 opgelegde (navorderings)aanslagen in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen (hierna: IB/PVV), de over de jaren 1993 tot en met 2000 opgelegde navorderingsaanslagen in de vermogensbelasting, de daarbij gegeven beschikkingen inzake een verhoging dan wel boetebeschikkingen en de daarbij gegeven beschikkingen inzake heffingsrente. De uitspraak van het Hof is aan dit arrest gehecht.
1.Geding in cassatie
2.Beoordeling van de door de Staatssecretaris voorgestelde middelen
,en HR 7 juni 2013, nr. 12/03118, ECLI:NL:HR:2013:CA2313, BNB 2013/176, onderdeel 4). Dat heeft het Hof verzuimd. Het middelonderdeel slaagt daarom.