Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
uitspraak van de meervoudige kamer van 14 februari 2025 in de zaak tussen
[eiseres] , uit [plaats] , eiseres
de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de minister
Procesverloop
Overwegingen
accountsharing). De arbeidsinspecteurs hebben geconcludeerd dat eiseres hiermee het zogeheten tewerkstellingsverbod als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Wav ten aanzien van deze acht vreemdelingen heeft overtreden.
accountsharing, waarbij een account op het platform van eiseres zonder toestemming van eiseres ter beschikking wordt gesteld aan anderen, [14] waaronder personen die niet gerechtigd zijn om in Nederland arbeid te verrichten. Volgens eiseres moet in dergelijke gevallen degene die gebruik laat maken van zijn account, en niet eiseres, als Wav-werkgever worden aangemerkt.
accountsharingterecht als werkgever in de zin van de Wav heeft aangemerkt. Uit de rechtspraak van de Afdeling volgt dat voor de kwalificatie als werkgever niet vereist is dat sprake is van instemming of wetenschap van de arbeid en dat alleen het mogelijk maken van, en het niet verhinderen daarvan, als het laten verrichten van arbeid wordt opgevat. [22] Eiseres is te allen tijde verantwoordelijk voor wat zich binnen haar onderneming afspeelt. Dat eiseres er geen kennis van had dat koeriers hun account ter beschikking hebben gesteld aan personen die niet gerechtigd zijn in Nederland te werken en dat die personen niet door eiseres tot haar platform zijn toegelaten, staat er dan ook niet aan in de weg dat eiseres ook in deze gevallen als werkgever moet worden aangemerkt. Of eiseres zich voldoende heeft ingespannen om te verhinderen dat de koeriers middels
accountsharingwerkzaamheden verrichtten, is niet van belang voor het antwoord op de vraag of zij als werkgever in de zin van de Wav kan worden aangemerkt. [23] De inspanningen die eiseres in dit kader stelt te hebben verricht, zijn van belang bij de beoordeling of de overtredingen aan haar kunnen worden verweten.
accountsharing). [47] De minister heeft in dit verband terecht tegengeworpen dat de door eiseres getroffen maatregelen onvoldoende waren om het oneigenlijk gebruik maken van accounts te voorkomen. Ten tijde van de overtreding gold dat koeriers minstens eenmaal in de vijftien kalenderdagen, dan wel als zij meer dan achttien uur in een 24-uursperiode online waren,
wrong courier’ in de app rapporteerde, werd ook om een selfie gevraagd. Verder werd vaker om een selfie gevraagd als een account op meerdere telefoons of locaties actief was. De minister heeft deze frequentie waarmee op
accountsharinggecontroleerd werd terecht onvoldoende geacht om te concluderen dat eiseres adequate maatregelen had getroffen om
accountsharingte voorkomen. Bovendien blijkt uit het door eiseres overgelegde KPMG-rapport van 17 maart 2023 dat eiseres de koeriers niet om een live video vroeg van hun gezicht en evenmin gebruik werd gemaakt van software om gefotoshopte selfies te herkennen.
accountsharingtegen te gaan. De rechtbank is echter van oordeel dat eiseres ook in dit geval niet aannemelijk heeft gemaakt dat deze maatregelen zo snel mogelijk nadat de overtredingen bij eiseres bekend waren zijn getroffen. Eiseres heeft namelijk pas ruim een jaar nadat zij wist van de overtredingen de frequentie waarmee de koeriers een selfie moeten nemen verhoogd, en heeft pas in maart 2024 een model geïmplementeerd om frauduleuze selfies te herkennen. Gelet hierop geven deze maatregelen evenmin aanleiding tot matiging.