Conclusie
verzoeker tot cassatie,
advocaat: mr. J.A.J. Leeman,
verweerder in cassatie,
niet verschenen.
1.Inleiding en samenvatting
2.Feiten en procesverloop
3.Bespreking van het cassatiemiddel
Onderdeel 7(onderdeel 6 bevat een inleiding op deze klacht) betoogt dat betrokkene niet (behoorlijk) is opgeroepen, althans geen kennis droeg van de oproep voor de zitting van 7 juli 2021. Volgens het onderdeel betekent het enkele feit dat op de brief ‘AANGETEKEND’ staat genoteerd niet vanzelf dat de brief ook aangetekend is verzonden.
Onderdeel 8merkt op dat de rechtbank heeft miskend dat van een alleenwonende oudere psychiatrische patiënt in z'n algemeenheid niet kan worden verlangd dat hij zelf het initiatief neemt om contact te leggen met een advocaat of met de rechtbank om te horen hoe, wanneer en op welke wijze de mondelinge behandeling gebeurt. Ook blijkt uit het dossier niet dat betrokkene over een mobiele telefoon of een internetaansluiting beschikt. De rechtbank had dan ook het verzoek niet mogen behandelen, nu niet vaststaat dat betrokkene op de hoogte was van het verzoek (
onderdeel 9).
Onderdeel 12(de onderdelen 10 en 11 schetsen een juridisch kader) voert aan dat de rechtbank in haar beschikking niet heeft vastgesteld of betrokkene niet in staat of niet bereid was om te worden gehoord. Uit het feit dat het niet is gelukt hem op de zitting te horen, kan dat volgens het onderdeel in ieder geval niet worden afgeleid.
Onderdeel 14(onderdeel 13 bevat geen klacht) klaagt dat zonder nadere motivering, die in het oordeel van de rechtbank ontbreekt, dan ook onjuist dan wel onbegrijpelijk is dat de rechtbank heeft beslist, zonder daarbij betrokkene te horen, de verzochte zorgmachtiging voor de duur van één maand tot 7 augustus 2021 te verlenen. De rechtbank heeft hiermee (mede) haar oordeel niet naar de eisen der wet met redenen omkleed.
De onderdelen 15 en 16 betogendat op grond van art. 6:1 lid 3 Wvggz de rechtbank de behandeling van het verzoek had moeten aanhouden totdat betrokkene uit het buitenland was terug gekeerd. Anders gezegd, het verzoek had (dus) niet behandeld mogen worden. Dit is door de rechtbank miskend. De beschikking van de rechtbank is daarmee niet alleen niet juist, maar evenmin voldoende gemotiveerd, nu zij niet dan wel onvoldoende heeft gemotiveerd waarom zij van oordeel was dat desalniettemin het verzoek kon worden behandeld, zodat hiermee de beschikking in strijd met de wet is, althans onbegrijpelijk dan wel onvoldoende is gemotiveerd.